Engelsclie zeden. FEUILLETON JLOÖO. UitgeverL. J. VEEEMAN Heusden. De Geschiedenis van een Yiool. VOOR Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG en Z A T E R D A G. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.Franco per post zonder prijs- verhooging. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur. Bmnenlandsche ADVERT E N T IE N waarvan de plaatsing driemaal wordt opgegeven worden slechts tweemaal in rekening gebracht. Bij toezending gelieve men vooral duidelijk den naam van den Uitgever op het adres te stellen. I. Engeland is het rijk der tegenstellingen. De Britten zijn in vele opzichten het meest vrije en in staatkundig opzicht, 't verst gevorderde, in andere het meest behoudende volk van Europa, behebt met een aantal vooroordeelen. Het kan ons daarom niet verwonderen, dat een wetgeving, onder welker oogen het nog in deze eeuw ge schieden kon, dat mannen hunne gaden strikken om den hals legden en ze publiek op de markt verkochten, dat deze wetgeving gelijktijdig de dames op een wijze bescherm de, gelijk in geen ander land der wereld het geval is. Sedert drie eeuwen n.l. kan in het land van John Buil iedere verbre king van een huwelijks-voorstel gerechtelijk vervolgd worden en de partij, die zich in hare liefde oftewel in den zak gekrenkt gevoelt, heeft het recht op schadeloosstel ling in klinkende munt. De gezworenen overwegen de grootte der wond aan hart of geldbeurs toegebracht en meten daarnaar, in 't algemeen ten minste, de grootte der te betalen som af. De Burgh, een auteur uit de 14de eeuw, meldt omtrent den oorsprong der kerkelijke inzegening van het huwelijk, dat de kerk daarom de voltrekking van het huwelijk aan zich getrokken heeft om wanordelijk heden te voorkomen. Het sluiten van huwelijken was echter ook zonder priester lijken bijstand geldig. Eerst op het concilie te Fridentini, in het midden der 16e eeuw, werd de kerkelijke inzegening onontbeerlijk verklaard. Tot dien tijd was het in geheel Europa genoeg, indien de trouwlustigen het sacrament des huwelijks elkander toe dienden. Hun wederzijdsche inwilliging gold als volledige sluiting des huwelijks met al de daaraan verbonden gerechtelijke en maatschappelijke gevolgen. Dergelijk huwelijk was evenmin te ontbinden, als het kerkelijk ingezegende. Het gerecht dwong zelfs lieden, die elkander het huwelijkswoord gegeven hadden, te trouwen, ook wanneer de handeling hun nog zoo zeer berouwde en zij intusschen tot de conclusie gekomen waren, dat ze niet bij elkander pasten. Deze maatschappelijke en rechterlijke fout in de huwelijks-wetgeving bleef bestaan in Engeland tot 1753. Had iemand na zijne of hare verloving een ander gehuwd dan die, met wie hij of zij zich 't eerst verloofd had, zoo kon de kerk de ontbinding van het huwelijk eischen en de voltrekking met de eerste verloofde gebieden. In ge noemd jaar werd de wet in zoover gewijzigd, dat niet meer de verloving, maar de ker kelijke inzegening tot basis genomen werd. Door een eenvoudige afspraak werd later niemand meer als feitelijk gehuwd aange merkt. Ook werd bepaald, dat bij een voor genomen huwelijk, afkondiging in de kerk vooraf gaan moest. En om te verhinderen dat jonge heethoofden zich in overijling in den echt zouden begeven, werd bepaald dat voor minderjarigen toestemming van ouders of voogden vereischt werd. Door deze wet bleef wel het huwelijk een soort verdrag, maar het bleef de partijen voorbehouden, dit verdrag te sluiten, al dan niet. Juist als bij het vorige kunnen belanghebbenden het voor de voltrekking opheffen en komt de aanvraag daartoe slechts van éene zijde, zoo heeft de andere het recht deze gerech telijk te vervolgen. Men ziet dat het breach of pro mie e- proces (woordbreuk-proces), dat een eigen aardigheid in het Engelsche recht uitmaakt, eenvoudig berust op dezen grond weder zijdsche trouwbelofte is rechtsgeldig. Slechts kan heden niemand meer tot een huwelijk gedwongen worden nog meerheeft iemand verklaard, zijn belofte niet te kunnen of willen houden, en toont hij zich na tegen hem gerichte aanklacht op nieuw bereid zijn woord gestand te doen, zoo behoeft de tegenpartij deze bereidwilligheid niet te aanvaarden. Daar elke eigenlijke trouwbelofte van twee kanten geschiedt, staat het niet alleen de vrouw maar ook den man vrij tegen verbreking daarvan gerechtelijk op te treden. Het sterke geslacht neemt slechts zelden zijn toevlucht tot dit wettelijke voorrecht misschien dewijl het een zeldzaamheid is dat de dochleren Eva's haar woord niet gestand doen en in deze weinige ge vallen worden des mans aanspraken ge woonlijk door de gezworenen tot een mi nimum gebracht, m. a. w. afgewezen, ter wijl het zich uiterst zelden voordoet dat de jury niet een geduchte dosis gouden bal sem op vrouwelijke hartwonden druppelt. Onze lezeressen zullen wellicht van mee ning zijn dat geld buiten staat is een ge broken hart te herstellen. Wij stemmen haar dat toe, doch de opvattingen verschillen en de Britsche regeering is hierin zeer zeker een andere toegedaan. Ze verklaart uitdrukkelijk dat /geldelijke tegemoetko ming" kan gevraagd worden voor ,/den jammer door teleurstelling" veroorzaakt. Kan men bewijzen dat men door de wei gering der tegenpartij direct geldelijke schade in zaken geleden heeft, zoo zal de schadeloosstelling, bij welker bepaling na tuurlijk ook de middelen dier partij in aan merking genomen worden des te grooter zijn. Er wordt geen uitdrukkelijke schriftelijke of mondeiijke formeele belofte geëischt. Wanneer een zulke gegeven is, wordt de zaak zeer vereenvoudigd. In andere gevallen, waarin nl. de aanklager op een belofte wijst, die de andere ontkent ooit gegeven te hebben, is het de zaak der rechters uit brieven of getuigenis van derden daarom trent tot een oordeel te komen. Het is te begrijpen dat de behandeling zulker zaken dikwijls tot pikante en komische scênen aanleiding geeft. Het voorlezen b.v. van minnebrieven, vooral van poëtische, geeft dikwijls aanleiding tot een homerisch ge lach, vooral wanneer de aangeklaagde op jaren gekomen en de in 't hart getroffen schoone jong is of omgekeerd. Eens, in 1880, is het zelfs voorgekomen dat een overleden man wegens verbreking van trouw belofte aangeklaagd werd en zijn testa mentaire executeurs werden door de recht bank veroordeeld f 1200 aan de beschul- digster uit te betalen. Hier hebben we het hoofddeel der hu welijkswet bereikt. Dat doel is zeer loffe lijk. De vrees aangeklaagd te worden zal de mannen van lichtzinnige trouwbeloften terug houden. In „theorie klinkt dit zeer goed, hoe staat het er mee in de praktijk Wezenlijke gevoelvolle, echt vrouwelijke naturen schuwen het, haar zielelijden aan de groote klok te hangen, haar liefde tot mikpunt van aller spotternijen te maken en voor de z.g. wonden een pleister van banknoten te zoeken men kan in de meeste gevallen met zekerheid aannemen dat het de procesvoerende dames minder om de verloren liefde dan om geld te doen is. De enkele mannen, die zulk een proces instellen, i) "Wat er verder met haar voorviel op haar pel grimstocht en later te Weenen, waar zij nu reeds meer dan twaalf jaar woonde, vernam ik niet. »Ik heb het treurig genoeg gehad,» zeide zij eens, »en ik heb er reeds dikwijls over nagedacht, of het toch niet beter voor mij geweest zou zijn als ik der we reld ware afgestorven eer ik haar had leeren ken nen en de zusters in het klooster door mijn viool spel getroost had/0, hoe slecht hoe slecht is de wereld! En als men dan arm en jong en onervaren is... Maar er is na niets meer aan te doen. Wat ik ben, dat ben ik, niemand kan mij helpen!» Dat klonk zeer droefgeestig, en daarbij paste ook volko men de melancholieke trek, die dit schoon gevormde gelaat geen oogenblik verliet. Maar ik wilde er niet van hooren dat zij niet te helpen zou zijn en dat niemand iets voor haar zou kunnen doen. Koesterde ik zelf niet het stelligste voornemen om een hulp vaardige vriend voor haar te worden Een hulp vaardige vriend ja, ook datliet sprak van zelf ook dat. Maar een gevoel van vriendschap was het toch niet dat er in mijn hart gloeide dage lijks vuriger gloeide. Ik had zoo'n gevoel -van vriend-, schap destijds voor eene onuitstaanbare, koele ge waarwording gehouden, goed genoeg voor een ouden vrijer met een uitgebrand hart en een kalen sche del. Zulk een jeugdig, schoon, beminnelijk schepsel - en ik, een frissche levenslustige, voor het niet alle- daagsche zoo gevoelige kerel. Neen, dat was heel iets anders dan vriendschappelijke deelneming of menschlievende hulpvaardigheid. Ik had mijn hart tot hiertoe vrij gehouden, hoe vaak het ook in verzoe king gekomen was, maar nu beminde het voor de eerste maal. Ju, dat moest liefde zijn, wat het in de verkwikkelijke nabijheid van dit wezen gevoelde dat was liefde Ik beken dat ik er mij zeer weinig het hoofd over brak, wat er wel gebeuren zou als Angelina mij nu ook eens liefhad. Zoodia ik maar eerst van mijn eigen gevoel zeker was, was al mijn streven en al mijn geestkracht daarop gericht, haar mijne genegen heid te betuigen en haar hart te veroveren. Zij scheen in de oprechte bewijzen mijner teedere gevoe lens een stil genoegen te smaken, doch zij hield mij voortdurend op een bepaalden afstand en bekoorde mij daaroor slechts te meer. Mijne aanzoeken wer den onstuimigik smeekte al dringender om een uurtje te mogen komen praten in hare woning of op een andere plaatsik dreigde dat ik mij niet langer zou laten afwijzen, dat ik haar tegen haar wil zou volgen. «Het kan niet zijn,» antwoordde zij ernstig en met een blik vol roerende smeeking. «Gij hebt mij niet lief,verweet ik haar. «Juist omdat ik u lief heb, niemand anders, kan het niet zijn,hernam zij hoofdschuddend. «Gij kunt er zeker van zijn.» Ik gehoorzaamde maar ik was er niet zeker van. Dezen keer gehoorzaamde ik nog, maar den vol genden avond niet meer. Toen echter deed zij wer kelijk wat zij terstond bij den aanvang onzer kennis making gedreigd had zij keerde weder naar de stad terug en dwong mij haar te volgen. Ik moest haar, als ik niet ganschelijk van hare gunst wilde beroofd worden, beloven dat ik naar huis zou gaan en zij vergezcldde mij met de oude vrouw lot aan mijn huis en bleef op straat wachten totdat ik de deur achter mij gesloten had. En toen ik daarover uit mijn humeur was en den volgenden dag een uur la ter dan gewoonlijk de zaal van het koffiehuis binnen tradzag ik tot mijn schrik dat ze er niet was. In hare plaats werd een concert gegeven door een blinden knaap op een groote hand-harmonica, en de beznekers schenen over deze eigenaardige afwisseling volstrekt niet ontevreden te zijn. De waard haalde de schouders ,op: de schoone Angelina had laten zeggen dat zij niet zou terugkomen, en er was ook al spoedig een plaatsvervanger gevonden. Ik snelde hall wanhopig het huis uit. 'let baatte mij niets dat ik van het eene locaal naar het andere gingaan alle vensters luisterde, wair muziek te hooren wasik wachtte haar ook te vergeefs op den hoek der bekende straat, waar zij mij anders mijn afscheid gaf. Zij moest, te huis gelieven zijn, of ditmaal een anderen weg genomen heihen. Maar ik liet het daarbij niet blijven. Eiken avond vernieuwde ik mijne pogingen om haar te ont- mo'ten, overtuigd dat de nood haar niet lang veroor- lovin zou zich teruggetrokken te houden en daarin bed'oog ik mij niet. Ik overlaadde haar bij het we derzien met de teederste verwijten. Zij haalde zwiar en moeilijk adem, als iemand die op de vlucht is 3n dreigt te bezwijken van vermoeienis en uitput ting «Waarom vervolgt%gij mij zoo hardnekkig?» vneg zij met bevende stern. «Ziel gij dan niet dat he voor u het best is als ik mij aan u onttrek «Wat verwacht gij van mij? Wat kan ik voor u zijl? Gij kent mij niet eens!» Wat ik daarop antwoordde behoef ik niet te ver telen. De taal van den hartstocht is overal en altijd de:elfde. Maar ik bracht niet louter frases uitik geoofde waarachtig alles wat ik zeide. Ik zeide haar dat ik haar lief had, meer dan mijn leven ik zeide haar dat ik... Neen, niet bij die gelegenheid. Maar eenige dagen later, toen zij mij halsstarriger dan ooit afwees, zei de ik haar, dat zij mijne bedoelingen scheen te mis kennen, dat ik haar volko.nen oprecht en in allen ernst mijne hand aanbood Zij ontstelde zichtbaar en werd een oogenblik doodsbleek. Zij dreigde in on macht te vallen. Ik vatte hare hand en voe'de dat die ijskoud was. Zij leunde zwaar op mijn arm en liep zoo een poos naast mij voort «Het k;n niet zijn, mijn vriend,» zeide zij toen op weeuuedigen toon; «God weet het: het kan niet zijn!» «Waarom niet, Angelina?» vroeg ik. «Vrrest ge dat ik iets beloof wat ik niet zal kunnen houden? Het hangt alleen van uwen wil af, mij de volle onafhankelijkheid te geven, die voor zulk een ver- bindtenis vereischt wordt. Mijne ouders zijn dood, en jegens mijne overige familie heb ik geene verplichtingen. Ik ben gefortu neerdik kan morgen mijn ontslag als officier ne men. Niets belet ons, zoo gelukkig te wezen als de liefde ons maken kan. Zeg ja en wij zijn geluk- k;ge menschen.» Zij begon, terwijl ik sprak, al sneller en sneller te loopen, alsof ze door mijne woorden werd voort gedreven. Het schoone hoofd was op de borst gebo gen de oogen staarden onbewegelijk op den grond, en aan de lange wimpers parelden druppels. Nu lie ten die tranen los en vielen neder, gelijk regendrop pelen van de bladeren, wanneer de wind ze plotse ling heen weer schudt. «0, mijn God!» riep zij, «het is te laat... dat het te laat is! Neen, neen ik kan u niet bedriegen u nietIk kan niets voor u zijn dat niet, en ook niets minder.» Angelina riep ik verwijtend. liet Land van DE LANGSTRAAT EN ra Alten», GOMMELERWAARD

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1885 | | pagina 1