No. 463. Woensdag IT Maart. Theorie en FEUILLETON. UitgeverL. J. VEERMAN neusden. DE 'DWEEPERS. VOOR Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.Franco per post zonder prijs- verhooging. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur. Nu de scheikunde in de laatste jaren verbazende vorderingen gemaakt heeft en deze wetenschap door de wet op 't middel baar onderwijs gemeen goed geworden is van een groot deel der natie, kan 't wel niet anders of ze krijgt ook een woord mee te spreken in het groote vraagstuk onzer voeding. Waar men vroeger alleen pp «den smaak afging of de ervaring raad pleegde, daar spreekt men nu van de sa menstelling onzer voedingsmiddelen. Waar moeder in vroeger tijd met de koffie boter ham geen bijzonderen haast maakte, om- dijt uien 's middags erwtensoep met spek gegeten had en dus voor geruimen tijd verzadigd was, daar bewijst thans de oud ste zoon, die in 't vierde jaar van zijn jeug dig studenten leven is, dat erwten met spek een bijna volmaakt voedsel is, dat geen aanvulling in de eerste uren verlangt, daar erwten 21 proe. eiwit met 60 proc. zet meel en spek 13 proc. eiwit met 33 proc. vet bevat. Zoo komen we tot vaste stelsels, want wanneer we weten wat ons lichaam dagelijks behoeft en hoeveel daarvan de verschillende voedingsmiddelen bevatten, ka>i ieder zelf een vast programma van stoffen opstellen, die door elkaar genomen aan de behoefte voldoen. Zoo men hierbij nu alleen afgaat op 't geen de wetenschap, in 't bijzonder de schei kunde ons leert, komt men echter tot zeer vreemde combinaties en vervalt men ertoe als zeker blad voor geruimen tijd als mid dagmaal gekookte melk, z.g. pap en daar bij haring aan te bevelen, een kostje dat al een wonderlijken nasmaak moet achter laten. Het is echter met dergelijke stelsels als met vele andere zij maken een goed figuur op 't papier, netjes als ze zijn in vakken afgedeeld en de verschillende procenten be hoorlijk opgeteld. Ze worden door geleer den opgemaakt, in verschillende vakbladen geplaatst, door du:zenden gelezen maar hoevelen zullen daarvan, wanneer in de L euken 't maal wordt gereed gemaakt, met een potlood in de hand narekenen of dit nu dagelijks wel 118 gram eiwit, 140 gram vet en 350 gram koolhydraten bevat? Im mers zeer enkelendat mag geschieden in de spijskeukens der kazernes en weeshui zen, maar in de huishouding wordt het maal bepaald door de gesteldheid der beurs en den smaakhij wiens beurs in door voeden toestand verkeert, kan gerust zijn smaak laten oordeelen over den maaltijd, en waar de finantiën noodzaken een dub beltje een paar malen om te keeren voor de uitgifte, daar zal men, zelfs met het beste stelsel van voeding in de hand, nim mer daaraan kunnen voldoen. Want volgens de bovenstaande opgave, die aan der wetenschap jongste onderzoek ontleend is, zou niemand goed gevoed kun nen heeten, tenzij hij dagelijks twee ons vleesch en een ons vet nuttigde. Van de rest, kool-hydraten, krijgt hij genoeg uit brood, groenten, aardappelen, enz. Neem nu een huishouden van vijf per sonen en reken de kinderen door elkaar als één volwassen mensch, dan zou dat wekelijks een hoeveelheid van 3.5 Kg. vleesch en ruim 2 Kg. vet behoeven, het welk ongeveer vier gulden bedraagt. Er is reeds dikwijls gewezen op de on genoegzame voeding van ons volk en de middelen om daaraan tegemoet te komen. Een dier middelen, de oprichting van gaar keukens op groote schaal, zou ongetwijfeld zeer nuttig werken kunnen, wanneer de huismoeders althans niet te zeer op hun stuk bleven staan, om eigenhandig het mid dagmaal te ber, iden. Dat is een deugd in haar, maar een deugd, die haai' veel tijd en geld kost, want 't is ontegenzeggelijk dat ze voor 't zelfde geld, 't welk ze nu aan 't middagmaal besteden, een veel voed zamer maal zouden bereid krijgen, indien dat voor een duizendtal huisgezinnen tege lijk kon klaar gemaakt worden. In een onzer vaderlandsche tijdschriften stond eenigen tijd geleden hoe de vrouw- uit den minderen stand zich behelpt met voor eenige stuivers wat knokerig en peze- rig vleesch te koopen, alleen met, het doel om smakelijke jus te maken. Daarbij was de opmerking gevoegd dat men, eenige ponden best vleesch nemende, een over heerlijke jus kan verkrijgen. Zeer waar, doch natuurlijk bepaalt die vrouw zich niet voor haar genoegen tot een paar onsen minste kwaliteithoe zal zo voor enkele stuivers meer kan ze niet besteden eenige ponden bekomen? De mindere man moet zich spenen van vleesch en bekomt de noodige eiwitstoffen uit brood, aard appelen enz., waarvan hij een enorme hoe veelheid behoeft, die toch altijd nog lager in prijs blijft, dan het vleesch. En wat hij nu tekort korat hij kan nl. het ontbrekende niet geheel aaneten dat moet zijn lichaam ontgelden dat moet hij bekoopen met vermindering van krach ten, de vrouw met haar zwakte, de kinderen met doorloopenden honger. Hij mag met een borrel het evenwicht trachten te her stellen, het resultaat is slechts schijnbaar gunstig, want zoo schept, hij zich een nieuwe behoefte. Kort geleden deed de opmerking van een geneesheer de rondte dat een sigaar 41) LEOPOLD VON SACHER MASOCH. De heer Glinski besloot voor de zooveelste maal eene laatste poging te wagen ora den graaf van het ver derf te redden. «Sta mij toe,zoo begon hij, #u nogmaals op merkzaam te maken op het gevaar waarin gij u bevindt. Ik heb u reeds meermalen gezegd dat Dra- gomira bepaalde plannen met u voor heeft...» Welnu, kunt gij mij daaromtrent nadere inlich tingen geven?» »Ja.« #Ga uw gang dan.« «Dragoniira behoort tot een geheim genootschap. Soltyk fronsde hel voorhoofd. «Missschien is het nu mijne beurt u te waarschuwen,'waarde Glinski, sprak hij op geraakten toon. «Het is niet goed van zulke dingen te spreken en nog minder zich te. mengen in de geheimen van anderen. Indien Drago- mira wat ik niet geloof in eene zaak van dien aard betrokken is, dan bewijst dat alleen dat zij geen gewoon meisje is en wij hebben geen reden om haar ts verraden cn ons de wraak van hare partijgenooten op den hals te halen. «Dus, aan een eedgenootschap gelooft gij niet?» «Gij schijnt mij voor goed ingelicht te houden,» antwoordde de graaf. »Ik ben het niet, maar dit kan ik u toch zeggen dat Dragomira hoegenaamd geen verbindtenissen onderhoudt, die haar niet de wet in conflikt zouden kunnen brengen. Dat zij u genoeg.» Een hooghartig handgebaar legde Glinsky het stil zwijgen op. Hij zette zich in zijne kamer bij den haard neder en begon na te denken. «Geen eedgenootschap,zoo mijmerde hij, «maar wat dan?» Op eens kwam er eene gedachte in hem op, waarvan hij zelf ontstelde. Hij drukte de hand tegen zijn voorhooi'd. Maar toch! Was hier, in dit land, waar de rnonsterach- tigste tegenstellingen eene plaats vinden, waar de zonderlingste dwaalbegrippen een' zetel hebben, waar de natuur eene sphinx gelijkt, die den mensch met eiken dag nieuwe raadselen voorlegt, was hier niet alles mogelijk? Maar zou het ook mogelijk zijn dat een meisje uit eene oude, deftige familie, voornaam, rijk, schoon, begaafd, kortom: geschapen om geluk kig te zijn en te maken, dat zulk eene zou kunnen vervallen in eene zoodanige aan waanzin grenzende dwaasheid dat zij het met bloed bevlekte pad der misdaad tot den weg huars levens koos? Neen, het was niet mogelijk! En toch, liet niet nog ongeveer in het midden dezer eeuw eene voorname dame, be boerende lot de hofhouding der keizerin, zich door de dolzinnige sekte der Illistowsche Adamieten als Moeder Gods huldigen en aanbidden? 1) En zou Dra gomira niet misschien dcnzelfden weg op willen? Maar hoe gevaarlijk was het, eene zoo verschrikkelijke beschuldiging tegen haar op te werpen, zoo lang er geen overtuigende bewijzen voor bestonden. Eu die ontbraken vooralsnog. Doch zou het aan den anderen kant niet goed zijn, de politie met de zaak in kennis te stellen, ten einde Dragomira en hare bondgenooten in het oog te kunnen houden en hen als de tijd er voor rijp was, in de handen van het gerecht over te leveren Hij was besloten. Haastig schreef hij een paar lettertjes en zond een vertrouwd persoon daarmede naar Bedroszeff, den commissaris van politie. Nieuwe loopgraven. Bedroszeff ontving Günsky in een klein, gezellig kabinet. Hij gaf hem de hand en korten tijd daarna zaten de beide heeren onder het genot van eene sigaar naast elkander op de kleine lederen sofa, waar boven de beeltenis van den Csaar was 'opgehangen. «Ik kom u bezoeken .voor eene aangelegenheid, die de grootste discretie vereischt,« zoo begon hij zacht, «en ik reken derhalve op uwe geheimhouding.» «Gij kent mij in dat opzicht. Het is zeker weer over de een of andere dolle streek van Soltyk, en nu moet ik als zijn reddende engel fungeeren, niet waar?» «Gij raadt het half; graaf Soltyk heeft sinds eeni gen tijd eene hartstochtelijke genegenheid opgevat voor eene jonge dame van goede familie, die wel is waar uit kracht van geboorte, rang en stand eene niet ongeschikte levensgezellin voor hem zou zijn, doch die in een ander opzicht gevaarlijk voor hem is.» «Wie is die dame?« «Eene zekere jonkvrouwe Malutin.» «Dragomira «Rent gij haar?« «Of ik haar ken! Hare ouders sinds langen haar van hare kinderjaren af. Wij houden hier in Kiew de kennis dan ook aan.« «Gij kent haar dus goed?» «Ja.» «Glinski keek den commissaris aan alsof hij in zijne ziel wilde lezen en vroeg toen: «Acht gij haar in staat om een' moord te doen?» Bedroszeff begon luidkeels te lachen. «Hoe komt gij nu toch op zulk een bizar idéé!» «Gij gelooft haar dus niet in staat om zoo iets te doen of te bewerken, zelfs niet wanneer er drijf- veeren bij in het spel waren, die een overspannen gemoed tot fanatisme zouden kunnen vervoeren «Maar waarde heer, Dragomira is zoo min overspannen als dweepziek, maar integendeel zeer kalm en ver standig. «Gij zijl dus overtuigd dat zij geen aanleg heeft tot dweepcrij «Volkomen.» «Zelfs niet tot politieke dweeperij?« «Tot geen enkele soort, hoe genaamd.» «Toch is het een bewezen zaak, dat zij geheime verbindtenissen onderhoudt.» Met wien «Met Sergitsch, den koopman.# «Dien ken ik. Een vriend barer moeder, een stil, bescheiden en goedhartig man.» «Zij verkleedt zich bij hem in mansgewaad en legt nachtelijke bezoeken af in de «Roode Kroeg.» «Niet onmogelijk. «Is dat een verdacht huis?» «Ja, maar dat bewijst nog niets. Dragomira heeft den jongen luitenant Jade.wski tot aanbidder en wil hem niet alle hoop op hare hand ontnemen Doch alvorens hem een bepaald antwoord te geven, zal zij eerst nog eene poging wagen, of het haar niet ge lukken wil gravin Soltyk to worden. Zij begunstigt den graaf voor aller oogen en verbergt hare betrek kingen tot Zesin voor hem. Dientengevolge kan zij Jadewski niet anders dan in het geheim zien en spreken, en van daar hare nachtelijke wandelingen. Gij ziet, dat de zaak dus zoo onschuldig mogelijk is. Dragomira's gedrag is in alle opzichten onberispelijk zij is zelfs niet eens coquet in den gewonen zin alleen is zij verstandig genoeg, om de hand van een rijken magnaat te willen veroveren en dat is geen misdaad.» «Maar de dood van Pikturno wordt met haar in verband gebracht.» «Ook dat vertelseltje ken ik. Waarschijnlijk heeft Dragomira onwillens aanleiding gegeven tot een Ame- rikaunsch duel, en trok Pikturno het zwarte kogeltje.» «In weerwil van uwe verklaringen vrees ik politieke komplotten, waarin de graaf betrokken zou kannen worden. «Ik herhaal dat er alleen sprake is van liefdes avonturen,» antwoordde Bedroszeff lachend, «maar toch wil ik gaarne alles in het werk stellen om de zaak op te helderen en daarbij gaarne van uwe wenken gebruik maken.» Zult gij Dragomira in het oog laten houdeu «Ja. «Misschien zou het ook wel goed zjjn indien de jonge dame eens door u onder handen genomen werd. Gij kunt dat doen als vriend harer moeder en wellicht zou aan uwen scherpen blik niet ontgaan, wat zij voor ons, anderen, te verhelen weet.» «Ook daartoe bert ik bereid. Tracht gij den graaf inmiddels zooveel mogelijk afleiding te verschaffen, hem bezig te houden en te verstrooien, zoodat hij niet meer in de noodzakelijkheid is aan haar te denken.» «Het zal gebeuren en zoodra ik iets nieuws weet, zal ik niet verzuimen, u dadelijk er van op de hoogte te stellen. Zij scheidden met een hartelijken handdruk en een glimlachje, dat bij den commissaris zooveel zeggen wilde als: gij zijt toch wel wat naief voor een'geleerde en bij den dezegij zijt toch wel wat kortzichtig voor een' politieman. In weerwil daarvan ontbood Bedroszeff onraiddelijk den slimste en meest beproefde zijner agenten om met hem het geval ernstig te overwegen en hem daarna de noodige bevelen te geven. (Wordt vervolgd.) „Eigen Haard.» DOOR „Thans neemt zij teoversprenk en amulet te baat." Shakespeabe, „Hendrik VI." J) De sekte der Adamieten ontstond in de 2e eeuw onzer jaartelling. Zij verwierp het huwelijk, hare leden vergaderden in paradijs-kostuum. Omstreeks het midden der 15e eeuw stichtte een Franschman, Pieard, eene nieuwe sekte van dien naam, met dezelfde grondbeginselen. Zij breidde zich uit over Boheinen en Moravie, verwierp het geloof aan God es aan de onsterfelijkheid der ziel, den doop en het dragen van namen en erkende geen eigendomsrecht. Hare leden noemden elkaar Adam of Eva. Zij verwachtten een' Messias, die alle menschen, met uitzondering van de Adamieten, verdelgen zou en geloof- j den aan de onsterfelijkheid van het lichaam. In het geheim bestaat zij, naar men gelooft, thans nog. vert.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1886 | | pagina 1