D;
VOOR
I
èl..ï3
Doch hoeveel inniger en met meer dank
baarheid zeggen we dit op dezen dag, den
zeventigsten verjaardag onzes Vorsten
Erzijnmenschen, die daaraan niet hechten.
Er zijn er, die beweren dat 70 op de 69,
nu ja, wel één jaar voor heeft, maar in
zich zeiven geen reden tot buitengewoon
vreugdebetoon meebrengt.
Er is wat van aan. Toch zijn er maar
weinigen, die voor den invloed der tien
tallen geheel onverschillig blijven en die 20,
80, 40 niet beter geschikt tot vreugde
betoon vinden dan b. v. 19, 81, 47. En
zelfs de meest verstokten op dit punt, weet
go wat ze doen, wanneer ze 1272 jaar ge
trouwd zijn Ze vieren hun koperen bruiloft
en werpen daardoor hun geheele rodeneo-
ring over boord.
Wat daarvan nu zij, wc zijn lieden in
feestelijke stemming en we verheugen ons
hartelijk in het heil onzen beminden
V o rst beschoren, op dezen dag zijn zeven
tigsten verjaardag te vieren en dit
te doen onder zoo gelukkige omstan
digheden.
We wcnschen bij dit drietal gespatieerde
punten een oogenblik stil te staan.
LO^elukkige omstandigheden. Wie denkt
hierbij niet aan den kleinen, echt
huiselijken kring in het Noordeinde?
Aan die jonge, schoone vrouw, die bemin
nenswaardige gade, die liefderijke Vorstin,
die liefhebbende moeder, aan dat kleine,
schrandere meisje, de hoop van Nederland,
die te zamen de vreugde van onzen Koning
uitmaken en zijn ouden dag met bloemen
bestrooien
Hoe donker zag het er voor eenige jaren
uit! Herinner u maar eens 't kan
onze feestvreugde niet bederven dat we
't ophalen, een schoon schilderstuk komt
op een donkeren achtergrond zooveel te
helderder uit herinner u de laat
ste dagen van Juni 1877, toen 't klok-
gebom den volke 't verscheiden van 's Ko-
nings eerste gemalin, Sophia van Wurtem-
burg, aankondigde en de eerste dagen van
1879, toen de zeer beminde broeder des
Konings, Prins Hendrik, ten grave daalde.
In hetzelfde jaar trof het Koninklijk huis
en het Vaderland een nieuwe slag in den
dood van 's Vorsten oudsten zoon, onzen
Kroonprins en in 1884 stierf 's Konings
eenig overgebleven zoon, Prins Alexander.
't Waren droeve jaren en daar ook in
1881 Prins Erederik overleden was, stond
eindelijk Koning Willem eenzaam daarde
forsche stam had geleden onder de stormen
des levens, maar hij stond nog en Gode
zij dank, hij staat tot op den huldigen dag.
Eenzaam stond do Koning, doch niet ver
laten. Wat hem ontvallen was, de liefde
zijns volks behield hij en die liefde nam
toe, naarmate de hand des tijds geweldi
ger aan den stam schudde. Gelukkig is
deze tegen menigen stoot bestand. De jaren
mogen niet zonder te deren over onzen
Koning heengevaren zijn, zijn fiere manne
lijke gestalte is niet gebukt door den tijd,
hij is nog op dezen zeventigsten verjaardag
onze Koninklijke Koning!
Eenzaam, doch niet verlaten. Want, be
halve de liefde zijner onderdanen, steunde
Hom in de droeve dagen de liefde zijner
tweede gade, onze geliefde Koningin Em
ma, met wie hij in Januari 1879 in den
echt trad. De vreugde des volks over deze
keuze werd nog verhoogd door de geboorte
eener Kroonprinses, den 81 sten Augus
tus 1880.
We hebben dus wel reden te spreken
van gelukkige omstandigheden nu we onzen
zeventigjarigen Vorst omgeven zien door
liefhebbende panden, nu we positief weten
dat Hem na de zorgen, door de staatkun
de opgelegd, een genoegelijk huiselijk le
ven schadeloos stelt voor de rampen, vroe
ger geleden.
V .7' nze zeventigjarige VorstHet is
^p^heden de eerste maal in een tijdvak
van drie eeuwen dat een Prins van
Oranje dezen verjaardag vieren mag.
Wanneer we bij den eersten Oranjevorst
aanvangen, vinden we achtereenvolgens:
Willem I, de Vader des Vaderland, ver
moord op 51-jarigen leeftijd, Maurits stierf
in den ouderdom van 58 jaren, Erederik
Hendrik in den ouderdom van 63 jaren,
Willem II op 24-jarigcn leeftijd, Willem III
52 jaren oud, Willem IV 40 jaren, Wil
lem V verliet het land op 47-jarigen ouder
dom, en stierf 11 jaar later, Koning Wil
lem I deed afstand van de regeering op
den leeftijd van 68 jaren en Willem II
bereikte den ouderdom van 56 jaar.
Ofschoon Koning Willem I den ouder
dom van 71 jaren bereikte, is onze tegen-
\aar is em-
hlelijk de
lang verbeide
dag aangebroken. Wij
hebben alle hoop dat 't een
zonnige dag zal zijn,
ons vorstenhuis mag bogen
op de Oranjezon, speciaal
geroepen tot illuminatie zijner feestdagen,
doch al bleek de invloed van 't kwade seizoen
te sterk voor de koningin van den dag, al
zouden de regenwolken haar licht onder
scheppen, zelfs al regende het in hevige
mate of bakerde de sneeuw ons in - 't een
noch 't ander zou in staat zijn ons het
zonnetje van binnen te doovcn, dat onaf
hankelijk van weer en wind, ons hart op
den geliefden 19den Februari verkwikt en
verwarmt.
Reeds bijna 40 jaren is die dag de
Oranjedag bij uitnemendheid. Van onze
jeugd af is de 19de PVbruari een feestdag,
't eene jaar meer gevierd dan het ander,
maar toch steeds in feestelijke stemming
doorgebracht, 't Deed al dien tijd ons volk
goed, te kunnen roemen: „heden vermeer
derde de Almachtige het jarental onzes
Konings" en er te kunnen bijvoegen „moge
de Hemel hem lang bewaren!"
i-.; 'Jh
H. K. H. WIJLiHEliMINA. Kroonprinses der Nederlanden.
*-
yJVv }■■■}- >tD t o
■OM*