Hoe ons land geregeerd wordt,
Papier en in de Werkelijkheid.
I.
Het boekje, waarvan wij den titel hierboven
schreven, wordt in den laatsten tijd zeer veel
gelezen, 't Is daarom, dat wij in eene reeks
van artikelen dit geschrift zullen bespreken, en,
dit kunnen wij nu reeds zeggen, zullen be
strijden.
Wij juichen het natuurlijk ten zeerste toe,
dat er meer en betere kennis onder het volk
wordt verspreid, omtrent de inrichting van on
zen Staat; doch wij keuren het in de hoogste
mate af, dat het mededeelen dezer kennis ge
schiedt op een opruienden toon; wij keuren het
in de hoogste mate af, dat alleen de schaduw
zijden worden aangewezen en de lichtzijden
worden verborgen.
Er zijn tal van instellingen, die in onze
maatschappelijke huishouding noodig zijn, en
welker instandhouding eenige noodzakelijkheden
medebrengt, die wij liever niet zagen, omdat
zij niet goed zijn. Doch om de slechte gevol
gen mag men de vele goede niet wegwerpen.
Uit vrees voor de spreeuwen mag men niet
nalaten kerseboomen te planten.
Omdat men met lucifers brand kan stichten,
is men nog niet tot afschaffing der lucifers ge
rechtigd.
Gerechtigd noch verantwoord.
Al dadelijk kunnen wij op een zeer duidelijk
voorbeeld wijzen.
Het huwelijk!
De huwelijken worden gesloten hoofdzakeljjk
uit twee verschillende beweegredenen. Uit een
geldelijk oogpunt, die wij huishoudelijke huwe
lijken zullen noemen; en uit een zedelijk en
geestelijk oogpunt, die wij huwelijken uit liefde
heeten.
Strikt genomen, behooren er dus twee ver
schillende huwelijkswetten te zijn, ééne voor de
huishoudelijke en ééne voor de laatste.
Die wetten bestaan niet. Onze wetgeving kent
alleen huishoudelijke huwelijkende laatste be
staan voor de wet niet.
Moeten wij nu maar brutaal weg er op aan
dringen het burgerlijk huwelijk af te schaffen?
Zou dat. niet onmiddellijk leiden tot regeering-
loosheid tot een warboel, tot een maatschap
pelijke chaos tot anarchie?
Anarchie is het aangenomen woord, om een
toestand van regeeringloosheid te noemen
een toestand, waarin men geene wet en geene
wetgevers kent. En het komt ons voor, dat de
heer Domela Nieuwenhuis niet is socialist, niet
sociaal-democraat, niet communist, maar anar
chistd. i. dus voorstander van de partij, welke
regeeringloosheid wil.
Wie van zulk een toestand heil verwacht, is
al zeer kortzichtig om geen erger woord te
gebruiken.
Wij juichen het natuurlijk ten zeerste toe,
dat men het volk zijne rechten aan het ver
stand brengt; doch er zijn rechten en rechten.
Wel zeker niet alles is volmaakt in onze
maatschappij. Integendeel, er is zeer veel on
volmaakts. Zou dat nu te volmaken zijn door
omverwerping van al het bestaande?
Als men een huis verbeteren wil, waarvan
de grondslagen goed zijn, waarin slechts deze
kamer te groot is, en gindsch venster te hoog
is geplaatst, werpt men het dan geheel tegen
den grond en ondermijnt men zijne fonda
menten
Het onvolmaakte in onze maatschappij moe
ten wij volmaken; volmaken langs den vreed-
zamen weg der ontwikkeling.
Onderwijs alleen kan afdoend heil brengen.
Want onderwijs leert den mensch zijne rechten
kennen maar ook zijne plichten. En deze
laatste vergeet de heer Nieuwenhuis doorloopend.
Hij smaalt doorloopend op de macht van het
geld en vaak terecht. Ook wij weigeren het
geld te erkennen als den grondslag der samen
leving, als basis voor het recht en de rechten.
Dit is echter een beginsel, dat wij van onze
vaderen hebben geërfd. Langzamerhand is er
veel verbeterd en al meer en meer zal het geld
zijne macht als zoodanig verliezen.
In het vervolg komen wij daarop meermalen
terug.
mensch heet, al is men ook nog zoo lui, nog
zoo dom, nog zoo onbekwaam, heeft men men-
schen-r echten, leeraart hij. In zeker opzicht is
dit ook zoo. Doch een idioot heeft geen recht gunste van Boulanger.
Volgens de Central News« is het de schatrijke
hertog Dino, Markies van Talleyrund-Périgord,
die geld gaf voor de verkiezingsbeweging ten
op een ministersbetrekking; een luiaard heeft
geen recht op de verdiensten van den vlijtige,
enz. enz.
Domela Nieuwenhuis erkent alleen handen
arbeid als bron van recht, handenarbeid en
menschelijke geboorte.
Zedelijke en geestelijke voorrechten, gegrond
op uitmuntendheid en vruchtbare werkkracht,
ontkent hij.
Dit is zijne groote fout. Want niet op den
handenarbeid moet of kan de toekomstige maat
schappij gegrondvest zijn, maar alleen op zuiver
zedelijke en geestelijke fundamenten.
Daarin mag de arbeid handenarbeid niet
geminacht worden, neen, dit spreekt van zelf.
Maar de arbeid alleen kan niet besturen en
bestuurd moet er worden, anders is er geene
maatschappij, maar anarchie.
Dit alles zullen wij nader toelichten en ver
dedigen.
Men schrijft uit Berlijn van 28 April. Heden
nacht liep reeds het gerucht van het overlijden
van den KJzer. Een groote menigte vertoefde
in de omgeving van het paleis. Tegen de poort
werd een bulletin aangeplakt, dat de Keizer
hevige koorts had en zeer zwak was. Het einde
werd zeer nabij beschouwd. Men vreest ernstige
manifestatiën tegen de Engelsche geneesheeren en
maatregelen zijn genomen om, ingeval de Keizer
komt te overlijden, de Engelschen bij hun ver
trek voldoende bescherming te verleenen.
o
Binnen 14 dagen zullen de nieuwe Duitsche
muntstukken met de beeltenis van Keizer Friedrich
gereed komen; men begint met het aanmunten
van gouden 20-Markstukken.
o
Volgens de Italiakreeg de Paus van een
Fransch kanunnik te Bayonne 21 millioen frs.,
het bedrag eener onverwachte erfenis. De erf
genaam is reeds bejaard en geeft niet meer dan
300 frs. in de maand uit.
Volgens de >Schlesische Ztg.« hebben er tus-
schen Keizerin Victoria en Bismarck besprekin
gen plaats gehad over de kosten der verpleging
des Keizers. Daar deze ontzaglijk groot zijn, I S
o
De hongerlijder Succi vierde dezer dagen zijn
zilveren jubilé. Hij had namelijk voor de 25e
maal een vasten van 30 dagen volbracht, al
leen terende op zijn wonderbaar kruidenlikeur,
waarbij hij echter zeer mager wordt.
Hij schijnt thans genoeg te hebben van zijn
honger-monopolie. Althans hij wil zjjn likeur,
na eerst octrooi genomen te hebben, algemeen
verkrijgbaar stellen.
Bij een vonnis te Quebec geveld, is het Heil-
leger verklaard te zijn een plaag voor het publiek.
o
Er wordt melding gemaakt van bet overlij
den van zekeren Meijer van Jocatra. Dertig jaar
geleden ging een lijst rond te Batavia om den
man te hulp te komen, die bijna van gebrek om
kwam. Thans laat hij f 70,000 na, waaronder
f 50,000 die hij uit een loterij getrokken heeft.
o
Het Engelsche stoomschip »Hyaktin Mon« is
in Maart, in de zee van Japan, tot de waterlijn
toe afgebrandvan de 67 passagiers verbrandden
16. Onder degenen die het leven verloren, was
de opperste rechter van het hof van Neoboka.
De kapitein en verscheidene stokers werden ern
stig gewond en van de lading werden 2400 colli's
vernield. Het wrak is te Osaka binnengesleept-. -
Uit Petersburg wordt bericht, dat de Newa is
los geraakt met zwaren ijsgang. - De Donau heeft
verscheidene steden en dorpen in Hongarije over
stroomd. - In het fort St. Maur (Griekeland),
Behalve de huishoudelijke zaken komen op
het programma de volgende punten ter inlei
ding voor
Binnenland-
Vrijdag heeft de Koning de voordracht ge-
teekend, waarbij het ministerie wordt samenge
steld als volgtBinnenlandsche Zaken AC. ba
ron Mackay; Justitie jhr. mr. G. L. M. H.
Ruijs van Beerenbroek; Financiën jhr. mr. K.
A. Godin de Beaufort; Buitenlandsche Zaken
jhr. C. HartsenKoloniën mr. L. W. C. Keu-
cheniusOorlog kolonel J. W. Bergansius
Marine de kapitein ter zee H. Dyserinck; Wa
terstaat de heer J. P. Havelaar, hoofd-ingenieur
van den Provincialen Waterstaat in Drenthe.
Zaterdagmorgen zijn de nieuw benoemde Mi
nisters beëedigd.
De nieuwe »premier« had daarna een lang
durig onderhoud met den Minister Heemskerk.
Baron Mackay is rechter in de Kechtbank te
Zutfen, en sedert 1876 lid der Tweede Kamer,
in het zittingjaar 1885/86 President dier Ka
mer.
Jhr. Hartsen, koopman te Amsterdam, was
vóór 1877 gedurende vele jaren lid der Eerste
Kamer, en werd in 1877 benoemd tot Staats
raad in buitengewonen dienst. Door den Minis
ter Heemskerk benoemd tot lid van den Iiaad
van State, bedankte hij echter voor deze betrek
king.
Jhr. mr. Ruys van Beerenbroek is vice-pre
sident van de rechtbank te Maastricht en sints
1880 lid der Tweede Kamer.
Jhr. mr. Godin de Beaufort is lid van den
Gemeenteraad van Utrecht, lid der Provinciale
bij de Turkscbe grens, had een hevige ontplof- Staten dier provincie en sints 1883 lid der Tweede
meende de Keizerin, dat 't buitengewone geval
aanwezig is, waarin de Keizer voor persoonlijke
doeleinden een bijdrage kan vorderen uit het
Kroonfonds. In hoever de rijkskanselier die mee
ning deelde, meldt het Breslauer blad niet.
o
In een sedert 30 jaren niet geopende lade van
een least in een der vertrekken van Keizer Wil
helm heeft de commissie tot regeling zijner na
latenschap een dozijn zorgvuldig gesloten pak
ketten gevonden met allerlei schrifturen, boekjes,
brieven, aanteekeningen enz. uit 's Keizers jeugd.
De Russische en Oostenrijksche uniformen van
den overleden Keizer zullen, volgens testamen
taire beschikking, aan de korpsen, waarvan hij
eere-kommandant was, ten geschenke gegeven
worden, evenals de orden van die Rijken, die
de Keizer bezat.
o
De Duitsche >Post« ontraadt deDuitschers naar
Frankrijk te gaan en beveelt hen zomeruitstapjes
naar Italië aan, waar men hen met symphatie
zal bejegenen.
o—
De emigratie neemt in Duitschland groote af
metingen aan. In deze week zijn alleen uit de
haven van Hamburg drie duizend emigranten
naar Amerika vertrokken.
o
In een manufactuurwinkel te Keulen kwam
dezer dagen een goed gekleed, reeds vrij bejaard
heer, die blijkbaar meer keek naar de winkel
dochters dan naar de goederen, die hem werden
voorgelegd, Met een van die meisjes knoopte
hij een gesprek aan over hare afkomst, maar hij
kreeg een vrij stuursch bescheid. Hare vriendinnen
echter drongen baar, iets mededeelzamer te zijn
en zij vertelde toen, hoe haar vader 15 jaren
geleden zijn vermogen verloren had, naar Amerika
gegaan was en hare moeder kort daarna gestor
ven was. Zij was toen door eene bevriende
familie opgenomen, maar ook deze was haar ont
vallen en nu voorzag zij zelve in haar levens
onderhoud. Plotseling sloot haar de oude heer
in zijne armen, zonder te letten op hare ont
steltenis van het meisje of de verbazing der om
standers. Hij was haar vader, die in de nieuwe
wereld fortuin had gemaakt en nu na lang zoe
fing plaats van kruit en bommen. Het fort werd
geheel vernield. 1 officier, 5 soldaten, 1 priester
en 1 kind werden gedoodmen telt 9 gewonden.
ken zijne dochter op het spoor gekomen was en
Dit staat vast, dat ook thans een arme jongen I wedergevonden had.
van zeer burgerlijke afkomst langs eerlijke wegen
een loopbaan vinden kan, die hem naar boven
voert. Dat de heeren van het geld alzoo het
alleenrecht van beschaving en macht zouden
hebben, alleen omdat ze rijk zijn, is onwaar.
Het valt zelfs niet moeilijk eenige dier be
voorrechtten te verdringen. Menige plaats
levert ons bovendien vele en velerlei bewijzen,
dat een eenvoudig werkman zich zeer wel kan
opwerken, mits hij daartoe de bekwaamheid
bezitte. En zonder bekwaamheid zal Domela
Nieuwenhuis zeker toch wel geene rechten er
kennen
Juist dat doet hij. Alleen omdat men
ken, dat uw vader in zoo'n korten tijd zooveel
heeft opgemaakt, 't Moet veel zijn, als hij dui
zend daalders heeft uitgegeven. Zooveel wil ik
er dan van laten vallen, de ander vierduizend
eisch ik terug. Uw vader heeft van me acht
biljetten van vijfhonderd daalders ontvangen.
Die acht biljetten legt ge daar op tafel, anders
een kleine druk van mijn vinger bedenk het
wel, dat ik niet met me laat spotten.*
»Dat is afzetterij, roof,* knarste de >schoone«
Marie.
»Volstrekt niet,« antwoordde Martens. IJw
geld is niet voor u verloren. We willen 't maar
voor u besturenjaarlijks krijgt ge er den intrest
van, ten bedrage van tweehonderd daalders.
Dat is vijf procent; meer kunt ge niet verlan
gen. Dat ge echter de vrije beschikking over
't kapitaal verliest, hebt ge u zelve te wijten.
Waarom zijt ge van de overeenkomst, die we
met uw vader gesloten hebben, afgeweken?
Talm dus niet langer, ik begin te tellen: een -
twee drie (Wordt vervolgd.)
De Daily News« ontvangt uit St.-Petersburg
bericht, dat Oostenrijk's nieuwe krijgstoerustin
gen de Russische diplomatie ernstig ongerust
beginnen te maken, doch dat de Russische regee
ring er desniettemin niet aan denkt om daarvoor
ophelderingen te vragen.
—o
Van den rijken graanoogst van het vorig
jaar, in Rusland voor den uitvoer beschikbaar,
is tot nu toe slechts 40 percent uitgevoerd. 60
percent wacht dus nog steeds op uitvoer.
In de departementen, waar Carnot verwacht
wordt, zijn een millioen brochures tot verheer
lijking vanBoulanger gratis verspreid.
o
De Daily News* zegt dat Frankrijk, ver
deeld als het is, niet in staat is oorlog te voeren.
o-
Plaatselijk Nieuws-
WAALWIJK. In een paar couranten uit den
omtrek vinden wij een bericht uit de Langstraat,
waarin een somber tafereel wordt opgehangen
van den toestand der lederindustrie en schoenen-
fabricatie, welke het lang niet voor den wind gaat.
De vrees wordt uitgesproken dat, indien zij moet
blijven worstelen tegen de overmachtige en on
billijke concurrentie van het buitenland, onze een
maal zoo welvarende nijverheid eindelijk geheel
zal ten gronde gaan.
De inzender van dat artikeltje matige zijne
vrees; zijne bange vooruitzichten hebben geen
reden van bestaan, vooral op 't oogenblikover
't algemeen hebben de degelijke schoenfabrikan
ten volop commissieverschillenden zijn er zelfs,
die hun werkliedenpersoneel hebben vermeerderd.
De boeman der vreemde concurrentie heeft hier
uitgediend en bekwame schoenmakers, die er nog
I bang voor zijn, mogen gerust tot de uitzonderin
gen gerekend worden.
BAARDWIJK, 23 April. Het is de politie
mogen gelukken de hand te slaan op eene vrouw,
die er haar werk van maakte, de kippen harer
buren te vangen, om er vervolgens soep van te
koken.
De grasvelden in den overlaat zijn weer ge
heel watervrijoveral ziet het gras er malsch en
frisch uiter staat echter nog niet veel op, de
warmte is daarvoor nog te gering geweesthet
is dan ook niet uit overdaad, dat men hier en
daar al een kalf ziet grazen. Gebrek aan hooi is
het, die den boeren hun vee naar de weide doet
brengen.
ZEVENHUIZEN, 18 April. De koude van
dezen winter heeft plaats gemaakt voor een
meer gematigde temperatuur. De hoop van den
landman houdt hiermede gelijken tred, hoewel
op het veld alles er niet rooskleurig uitziet.
Koolzaad is er weinig uitgezaaid en heeft daar
enboven veel geleden. Wel leven alle plantjes
nog, maar de vrees bestaat, dat insecten den
verderen groei stuiten zullen. Vele landbouwers
hebben daarom eenige velden koolzaad doen
omploegen. Het late koren heeft door de laat
ste vorst ook zeer geleden. Men verwacht daar
om ook niet zoo'n ruimen oogst als verleden
jaar.
In plaats van den heer M. P. Enden
burg, die te Rotterdam benoemd is, is tot on
derwijzer aan de openbare school alhier benoemd
de heer A. Steijl, te Rotterdam.
DRUNEN. De mazelen, die reeds eenigen tijd in
onze gemeente geheerscht hebben, breiden zich al
meer en meer uit. Aanvankelijk waren zij niet van
een kwaadaardig karakter; thans zijn zij van
meer ernstigen aardtwee sterfgevallen aan die
ziekte zijn voorgekomen.
Alleen de school te Wolfshoek is gesloten ge
weest, omdat in 't gezin van het hoofd gevallen
van mazelen waren voorgekomen.
De toestand van den hoogeerwaarden heer
pastoor-deken is op 't oogenblik minder zorg
wekkend; nochtans zal er waarschijnlijk nog ge-
ruimen tijd verloopen eer hij volkomen herteld is.
CAPPELLE. De verleden Zaterdag alhier ge
houden verpachting van landerijen, onteigend
voor de verlegging van den Maasmond, heeft op-
Kamer. De heer Godin de Beaufort is eerst 38
jaren oud.
Dyserinck werd 1 Jan. 1857 op 18-jarigen
leeftijd luitenant ter zee 2e kl. en in 1883 ka
pitein ter zee. Hij maakte in 1859 de expeditie
naar Boni mede, waarvoor hjj een eervolle ver
melding genoot. Van 1865 tot 1869 was hij
officier-instructeur te Willemsoord. In 1874 nam
hij deel aan de expeditie naar Atjeh en werd
vervolgens chef der le afd. bij 't departement
van Marine in Indië. Hij is thans chef van het
vak van uitrusting en onder-directeur aan de
directie der Marine te Willemsoord. De heer
Dyserinck is ridder in de orde van den Neder-
landschen Leeuw en van de Eikenkroon en heeft
het eereteeken voor Krijgsverrichtingen in Boni
en Atjeh met de gesp en de Atjeh-medaille.
Bergansius is op 20-jarigen leeftijd in 1856
benoemd tot 2n luitenant, in '58 tot eersten lui
tenant, in '69 tot kapitein, in '80 tot majoor,
in '84 tot luitenant-kolonel. De heer Bergansius
is schepper en directeur geweest der artillerie-
schietschool en is sints 1887 directeur der artil
lerie-inrichtingen te Delft. Hij is ridder der orde
van den Ned. Leeuw en van de Eikenkroon.
Havelaar is sints 1884 ingenieur van den
Prov. Waterstaat in Drente.
Mr. Keuchenius, te Batavia geboren, is in
1843 zijn loopbaan begonnen als adv. en procu
reur bij den Raad van Justitie te Soerabaja,
werd in 1844 eerste commies bij den procureur-
generaal van het Hooggerechtshof, ontving in
1845 het radicaal van Indisch ambtenaar, werd
in 1846 hoofdcommies, in 1848 lid van den
Raad van Justitie te Batavia, in 1850 advo
caat-generaal bij het Hooggerechtshof, in 1851
raadsheer in dat college en kwam in 1854 met
verlof in Nederland. Toen werd hij belast met
de functie van secretaris-generaal bij het Depar
tement van Koloniën, keerde in 1852 als raad
van Indië daar terug en werd in 1864 belast
met de waarneming van het vice-presidentschap
van dien raad. Hij kwam in 1866 weder in
het vaderland, was tot 1867 lid der Tweede Ka
mer, vertrok daarna opnieuw naar Indië, waar
hij als advocaat en journalist werkzaam was,
kwam in 1879, tot lid der Tweede Kamer be
noemd terug, en heeft sints dat jaar in dit
Staatslichaam zitting. De heer Keuchenius is 66
jaar oud, is ridder van den Nederlandschen
Leeuw en commandeur van de Eikenkroon.
Omtrent de cappaciteiten van de nieuwe mi
nisters, zegt het Vaderlandhet volgende:
De kabinetsformeerder, de heer Mackay, staat
terecht aan beide zijden der Kamer hoog aange
schreven, en zijn adviezen werden steeds zeer ge
waardeerd, al bewogen die zich doorgaans op
specifiek juridisch terrein, zoodat moeielijk valt
te zeggen, of hij als politieke leider geheel op
zijn plaats is en in zijn departement terstond vol
komen thuis zal wezen. De heer Godin de Beaufort
is zeker een der talentvolste en zaakkundigste
woordvoerders der rechterzijde en gold daar steeds
als de financiëele specialiteit, die ongelukkig zijn
financiöele kundigheden altijd gebruikte om finan
ciëele hervormingen tegen te houden. De heer
Keuchenius is een man van de meest uitgebreide
kennis, die met koloniale zaken vertrouwd is als
geen ander, maar die tot zijn nadeel zijn depar
tement binnenstapt, met een ccntenaarslast van
redevoeringen en adviezen beladen, die hem zullen
verpletteren, als hij het organiseerend talent mist
Een der Engelsche grootste grondbezitters, Mr. gebracht f 12832, makende met de opbrengst der om ze te ordenen en de zelfopoffering om den
Assheton Smith, heeft over al zijne bezittingen
aan zijne pachters een half jaar pacht, vertegen
woordigende eene som van 180,000 gulden,kwijt
gescholden.
Mackenzie laat zich door artisten, die hem
over keelaandoeningen komen raadplegen, nooit
betalenmaar daarentegen vraagt hij soms aan
groote zangers of zangeressen als gunst hun
keel te mogen onderzoeken. Door de diensten,
die hij aan vele sterren in de kunstwereld reeds
heeft bewezen, staat hjj bij alle kunstenaars
hoog aangeschreven en dezen rekenen 't zich
dus tot een eer de soirées, die lady Mackenzie
eiken Donderdag geeft, door hun zang te ko
men opluisteren.
verpachting van den vorigen dag, te Waspik,
f 21,966. Vooral Zaterdag werden zeer hooge
prijzen besteedperceelen waarvoor men vroeger
f 19 a 29 betaalde, golden nu f 36 a f 56.
Over 't algemeen waren de prijzen te Waspik
lager dan te Cappelle.
UITWIJK, 21 April. In de predikant-va
cature bij de Herv. gem. Uitwijk c. a is door
den kerkeraad naar collatierecht der ambachts-
vrouwe het volgende tweetal aangeboden:
J. A. van Wijk, predikant te Oosterwijk
G. J. v. d. Pol, predikant te Veen.
WERKENDAM. Op den 17en Mei a.s.
zal in het oude schoollocaal alhier de voorjaars
vergadering gehouden worden van het onderw.
gezelschap in het arrondissement Heusden.
ballast overboord te gooien. De heer Dyserinck is
een wetenschappelijk ontwikkeld en ambitieus
zeeofficier, de stichter en leider van de vereeni-
ging tot behandeling van op de zeemacht be
trekking hebbende onderwerpenvan wien het
echter moet bevreemden, dat hij in een antilibe
raal gezelschap zich op zijn plaats gevoelt. De
titularis voor oorlog, de kolonel Bergansius, die
de directie der Delftsche artillerie-inrichtingen
voert, heeft als artillerie-specialiteit een goeden
naam, wat intusschen nog niet bewijst, dat hij
de talenten bezit, om als hervormer van ons
krijgswezen op te treden. Ernstige twijfel voegt
voorts bij de vraag, of de heer Hartsen de aan
gewezen man is, om onze buitenlandsche be
trekkingen te leiden, hij die steeds meer als ko-
OP
DOOR
F. DOMELA NIEUWEN HUIS.
(Lid der 2e Kamer.)
INLEIDING.
a. Straffen, door den heer van Dieren, b.
De Studie van vreemde talen vóór of na de
hoofdacte door den heer van Woerkum. c. De
cryptogamae en hunne ontwikkeling, door den
heer Buisma. d. Kennis der Natuur (getallen)
door den heer de Moor. e. Taalstudie voor den
onderwijzer, door den heer Yarossieau.