CACAO.
FEUILLETON.
COLA.
J\S 92.
1889.
ZATERDAG 8 JUNI.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
VOOIi
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijsper 3 maanden ƒ1.00. Franco per post zonder prijsverhooging.
Agent voor Gorcum en OmstrekenBosch Broes van Dort.
Advertentiën 1G regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht.
Agent voor Frankrijk: Westee Co., 20 Rue Hérold, Parijs.
Men kan tegenwoordig schier geen voet meer
verzetten, zonder dat ons in reusachtige letters
dit woord voor oogen staat. Op bjjna alle sta
tions en kiosken, op de aanplakbiljetten van
schouwburgen, op schuttingen van in aanbouw
zjjnde huizen, op tasschen van reizigers, ja waar
niet al, tot bjjna in onze droomen worden we
door dit. woord achtervolgd. Misschien zullen de
lezers van ons blad er daarom wel iets meer van
willen weten.
De cacao-boom bereikt de hoogte van 13 M.
en heeft in den regel een rechten stam met een
grjjze schors. De bladeren zjjn ruim 30 cM. lang,
eerst schoon paars-rood, later groen. De bloemen
staan soms in de oksels der bladeren, dikwjjls
daar buiten. De rozeroode kelkbladen zjjn vijf in
getal, even als de donker-gele bloembladen de
meeldraden zjjn kransvormig samengegroeid, het
vruchtbeginsel is tienhokkig, de stijl draadvormig
en aan den top vjjfspletig. De vrucht is een
langwerpig eivormige komkommervrucht, aan 't
einde kegelvormig, vuil citroen-geel en met een
korstige schaal bedekt. Van binnen is deze vrucht
gevuld met een witachtige brij. Hierin bevinden
zich de geel-bruine zaden, die even als bjjonze
komkommers in rjjen zjjn geplaatst. Onophou
delijk staat de boom in bloei, zoodat men aan
denzelfden tak vaak bloemen, onrjjpe en rijpe
vruchten aantreft. De cacao-plantages leveren
jaarljjks twee oogstende eerste van Februari
tot Juni, de tweede van Augustus tot December.
Na het plukken opent men de vruchten, verwij
dert de zoetachtig-zure brij en neemt er de
zaden of cacao-boonen uit. Deze worden in den
grond gedolven ot men legt ze vijf of zes dagen
in vaten om ze te laten rotten, waarna ze in de
zon worden gedroogd.
De beste cacao soorten zjjn de Mexicaansche,
maar van deze krjjgen we hier niets te zien.
De gerotte soorten, die bij ons in den handel
voorkomen, krjjgen we van Guatimala, Caraccas,
Berbice, Suriname en Essequebo, terwjjl de niet
gerotte afkomstig zjjn van Maranhao, Cayenne,
Martinique en Jamaica.
De cacao-boonen strekken hoofdzakelijk in ge-
prepareerden staat tot voeding. Van de schillen
maakt men een aangenamen drank. De olie uit
de boonen, soms wel 56 percent, is weinig vloei
baar, en wordt voornamelijk gebruikt om er fijne
toiletzeep van te maken.
Wjj voor ons hebben op 't oogenblik 't meest
te maken met de poeder, welke gebrand wordt
van de boonen. Om chocolade te bereiden, worden
de gezuiverde boonen eerst geroost en daarna
tusschen rollen gekneusd, waarbjj men de schillen
er van ver wjj der d. Hierna worden de boonen
gestampt en zoo onder den naam van Coco of
Cacoa naar de handelsplaatsen vervoerd. Het
roosten is van deze bewerking 't belangrijkst,
niet alleen omdat ze daarna 't gemakkelijkst fijn
gemaakt kan worden, maar ook omdat daardoor
eerst zich de geur en smaak ontwikkelt, even
als dit met onze koffieboonen het geval is. Door
het roosten en schillen verliezen de boonen om
streeks een vierde van hun gewicht. Nu worden
ze in jjzeren mortieren gestampt en voegt men
er twee derden der noodige hoeveelheid suiker
bjj. Op steenen platen wordt nu de brij onder
een rol nogmaals bewerkt en het andere derde
deel suiker en ook de vanille er bjjgevoegd,
zoodat men omstreeks evenveel suiker als cacao
heeft. Het deeg wordt daarna een half jaar ge
droogd en dan door blikken vormen in koekjes
herschapen, zooals wjj die kennen. Deze laatste
zijn aanvankelijk zeer electrisch, zoodat ze in
't donker schitterende vonken geven. Bij de fijnere
soorten doet men minder suiker; de geringere
soorten vervalscht men dikwijls door bjjvoeging
van aardappelmeel en gemalen rjjstook ver
vangt men daar de vanille door kaneel, kruid
nagels, enz. Door den smaak kan men die ver-
valschiug niet zoo aanstonds ontdekken, evenmin
als door geur en kleurmaar men bemerkt het
als de chocolade met water wordt aangemengd;
dan wordt de vervalschte Ijjvig, stolt bij afkoeling
en verraadt de vreemde bestanddeelen door den
reuk. Erger is de vervalsching als daartoe, in
plaats van aardappelmeel en gemalen rjjst, ge
malen krjjt en gips wordt gebruikt, en de cacao-
olie vervangen wordt door kalfsvet, amandel-olie,
enz.ze is dan nadeelig voor de gezondheid en
wordt «poedig ranzig.
Wie de moeite wil doen, kan zelf zijn choco
lade onderzoeken. Men ontneme haar, door er wat
zuivere benzine bjj te doen, eerst haar vet. Goede
chocolade moet maar 16 a 17 percent vet be
vatten, slechte bevat veel meer; is dat vet zuivere
cacao-olie dan smelt het eerst bjj 30 graden
Celsius en stolt zeer langzaamschapenvet smelt
eerst bij 48 graden Celsius en stolt spoedig.
Het overblijvende poeder worde nu gewogen,
men late het uittrekken in water, droge het dan
weer en wege hoeveel gewicht er verloren is
gegaan. Het verlies is dan de suiker, die men
des noods weer uit het water kan verdampen.
Goede chocolade bevat maar 30 percent, minder
goede 50 percent suiker. Het overblijvende mag
nu niet meer dan 30 percent bedragen. Dit moet
men onderzoeken door verbranding; hoe minder
asch er overbljjft, hoe beter de chocolade is, daar
goede chocolade maar één percent asch oplevert.
Men heeft van chocolade allerlei praeparaten
gemaakt, zooals ijzer-, kina- en mos-chocolade,
natuurlijk zooals men zegt te dienen der ljjdende
menschheidmaar ook heeft men dingen die
kostbaarder waren dan chocolade er mee ver
valscht.
Zuivere chocolade, met melk en suiker bereid,
is 't krachtigste voedingsmiddel uit het planten
rijk en zelfs te verkiezen boven 't beste vleesch-
nat. Jaarljjks worden er dan ook meer dan 20
millioenen ponden van gebruikt, in ons vader
land alleen meer dan 2 millioen Ned. ponden.
Ze is een Amerikaanscbe uitvinding; reeds in
zeer oude tjjden werd ze door de Mexicanen ge
bruikt, die van de gerooste en gestampte cacao-
boonen, maïs-meel en vanelle of kaneel een drank
bereidden, dien ze chocolatte noemden.
De Spanjaarden brachten haar in 1520 in
Europa, maar hielden de bereiding geheim. Eerst
in 1606 werd dit geheim ontsluierd en na dien
verspreidde het gebruik van dezen drank zich
snel over geheel Europa. Vroeger waren beroemd
de chocolade-fabrieken te Lissabon, Turijn, Genua,
Marseille, en bjj ons de Zeeuwsche - thans be
staan ze in alle landen van Europa en weet zelfs
ieder kind in ons land, dat Van Houten's cacao
het voordeeligst is in 't gebruik, evenals die van
Blooker en honderd anderen.
lAuitenlsxndL
Luitenant Harry von Bohlen und Halbach, van
het Badensche dragonder-regiment te Karlsruhe,
die in den vorigen zomer in 7 dagen een rit te
paard gemaakt heeft van Karlsruhe naar Bonn en
van daar over Darmstadt teiug, is Dinsdag 28
Mei weder van Karlsruhe vertrokken, om op het
zelfde paard dat hjj het vorige jaar bereden heeft
den grooteren afstand naar 's-Hage af te leggen.
De heer Von Bohlen Halbach kwam den eer
sten dag des avonds te 6 uur van Karlsruhe te
Worms aan; de op dien dag afgelegde afstand
bedroeg 95 kilometer.
Woensdag 29 Mei reed hjj te half vijf des och
tends af en kwam des avonds te 6 uur in St. Goar
aan; dien dag had hij 110 kilometer gereden.
Donderdag-ochtend te 5 uren zette hjj zjjn rit
voort en arriveerde des avonds te 7 uren in Ober
kassei bjj Bonn; hjj had dien dag weder 110 kilo
meter afgelegd en hield den volgenden dag
Vrijdag rustdag aldaar.
8)
Cola's hart klopte geweldig, als ze die twee
mannen in een zacht gesprek zag. 't Was haar,
als betrof elk woord haar en baar alleen. Wist
ze toch maar, wat haar vader zoo diep aandeed,
wat aan die arme, zieke trekken zoo'n uitdruk
king van angst gaf, zoodat ze steeds moest
weenenMaar ze was nog maar een kind en
moest het zich laten welgevallen dat mjjnheer
Wendlin haar vader nader stond dan zij o
neen, dat nietHoe kon ze boos zjjn op hem,
op den goeden, trouwen vriend haars vaders, op
hem, die hen allen zoo lang reeds lief had. Neen
boos was ze niet, ze hield van hem, zoo recht
harteljjk als van Thesi en van de jongens. En
haar leven lang wilde ze den heer Wendlin
dankbaar zjjn, dat hjj zoo lief voor haar vader
was, en voor haar, voor wie hij waakte als een
vader. En zelfs thans, nu hjj met haar vader
sprak, wendde zjjn trouwe blik zich tot haar en
bleef bjj haar, als wilde hij haar opwekken om
niet te wanhopen. Zjj verstond hem en vermande
zich en drong de tranen in het treurige hart terug
en volgde vaders blik, die haar tot zich wenkte.
In zjjn vermagerde hand hield hjj een brief.
Cola herkende de buitenlandsche postzegels als
Engelschehet schrijven was van de eenige bloed
verwant haars vaders, de oudere zuster, een
weduwe, van wie slechts met zeer lange tusschen-
poozen gelegenheidsbrieven kwamen.
»Van tante Harland?* vroeg ze, haar vader
voorthelpend, en de kranke zuchtte diep en knikte.
»Hjj betreft u, juffrouw Cola!«
»Mjj!« Cola verschrok; ze wist niet waarom.
Ze had van die tante nooit iets gehoord, dat
vreugde bracht. Zjj ging door voor twistziek en
wantrouwend en liefdeloos. Cola had als een klein
kind van haar mama -
Wat was dat? Wie kwam haar hier aan 't
sterfbed haars vaders aan haar herinnerenWeg
met dat beeld weg met dien naam
Tante schrijft aan uw vader, mejuffrouw Cola,
en biedt u haar huis aan in geval misschien een
ongeluk
De jonge man kwaui niet verder. Cola had
zenuwachtig haar hoofd tegen vaders wang ge
leund en deze legde als in een stommen zegen zjjn
vermoeide handen op dat donkere meisjes-hoofd.
't Was koud in de kamer geworden. De duis
ternis viel in. Zwjjgend bleven die drie bjjeen
de zieke als in den slaap zacht pratend het
kind en de onderwijzer in bange angst naar den
dierbaren patiënt blikkend, wiens trekken diep
ingezonken waren, en wiens lippen rusteloos trok
ken, terwjjl de oogen van vermoeidheid toe vielen
en eindeljjk na lang worstelen zich in den slaap
sloten.
»Mag ik u over dat schrijven uit Engeland
spreken, juffrouw Cola? 't Zal hem tot rust zjjn
te weten, dat ge er van onderricht zjjt.«
De blik van 't meisje hief zich tot den spre
ker op. Haar vlug verstand begreep den toestond
nog voor ze de bijzonderheden wist.
»Ik moet naar tante wanneer wanneer
de stem stokte. Was 't dan mogeljjk nog te leven
als hjj als haar vader er niet meer was
»Cola, wees sterk
Ze liet de handen van haar gelaat zinken en
leunde het hoofd tegen den leuning van de stoel.
Haar lippen beefden geweldig.
»Ge zijt bij alles zjjn helpster geweest, juffrouw
Cola, zjjn trouwe, moedige helpster! En hij heeft
u lief, met de gansche innigheid van zjjn groot,
goed hart. Wankel ook nu in 't moeiijjkste uur
niet! Beloof me, dat ge een sterk hart zult hebben
Hoe goed was hjjHoe overweldigend goed
Ze zag hem in de smeekende, ernstige oogen en
er ging van zijn kracht iets op haar over. Met een
snel, hulpzoekend gebaar strekte zjj haar beide
handen naar hem uit, die hjj met zijn groote han
den om ratte en vasthield.
En toen sprak hjj lang en uitvoerig over de
toekomst. Het aanbod der bloedverwant was, wat
den vorm betrof, niet vertrouwen wekkend, maar
het verzekerde haar toch een toekomst en beloofde
haar alles wat het vaderljjk huis haar had kunnen
schenken, terwijl anders
»Wat anders? Wat gebeurt er anders?*
En onder den vorschenden blik harer verstan
dige oogen zei hij haar alles. Hoe 't haar vader
was tegengeloopen, welke groote verliezen hjj
achtereenvolgens had geleden, hoe ook vrienden
van zijn goedheid misbruik hadden gemaakt,
kortom, dat hij zijn gansche vermogen verloren
had en dit aanbod harer tante was een uitredding.
Cola had tot het eind geluisterd.
»En is 't zijn wensch, dat we vertrekken?*
vroeg ze eindeljjk.
't Betreft slechts u, Cola!«
Slechts mg? Moet ik alleenEn de kin
deren?*
»Zij big ven onder de hoede van mevrouw
Berger, die een kleinere woning betrekt en voor
de jongens zal zorgen, zooals tot nu toe. Ook
ik blijf bjj hen!«
Cola hief zich op. Er lag iets vreemds in
haar blik.
»En ik moet weg, ik moet gaan, terwijl vreemde
handen mijn broeders
Juffrouw Cola ben ik een vreemde?*
Zij hoorde 't verwjjt niet. Ze lette niet op zijn
woorden. Stjjf en eigenzinnig bleef ze bjj haar
eigen denkbeeld.
»Ik ga niet van de kinderen Ik hoor bjj hen
»Cola, ge zult de knapen geen nadeel willen
doen; uw weigering zal de zuster van uw vader
doen besluiten haar vermogen buiten de familie
te vermaken.*
»Dat moet ze dan doen. Wjj willen geen aal
moezen
't Zijn geen aalmoezen! Ik zie wel, dat gjj 't
schrjjven, hoewel ik u er gaarne van verschoond
had, moet lezen; dan zult ge alles begrijpen.
Kom mee!*
Bij 't licht der lamp zat Cola en las 't schrjj
ven, dat haar lot als wees beslissen zou. De
vrouw, welke die woorden schreef, was haar
vreemdeeD vreemde blonk haar uit die woorden
tegen. Zjj twjjfelde. Zjj las, en wat zjj las gaf
haar een terugblik in 't verre verledene, in 't
goede, edele hart haars vaders en een blik in
de toekomst.
Wat stond haar in 't huis dier tante te wach
ten? Hoe hard was alles, wat daar geschreven
stond, hoe hard en dor, en toch
Het schrijven was van een week vroeger ge
dateerd. Haar vader was dus reeds lang in 't
bezit er van. De treurige gebeurtenissen, die
hem betroffen, werden met kwetsende koelheid
er in besproken.
't Was duidelijk, dat die vrouw het recht nam,
haar jaren lange ergernis te ontlasten, voor ze
't eigenlijke doel van haar schrijven noemde.
Cola las de zinnen langzaam, en toen ze ge
ëindigd had, las ze den ganschen brief nog eens.
Hjj luidde
Zeker is u, rnjjn lieve broeder, naar mijn
meening, die ik echter voor een betere wil op
geven, recht geschied.
Je hebt een mooie pronkpop getrouwd de
gevolgen zjjn niet uitgebleven. De schoonheid
ligt op 't vel, niet er onder. Ik heb 't recht niet,
je die keus te verwjjten, daar 't mjj in mijn
huweljjk even zoo gegaan is. Ik verwjjt je dus
niets ik constateer alleen een daadzaak. Die
heeft zich aan ons beiden gewroken.
Aan u heviger, dewjjl ge zoo dwaas waart te
verlieven; ik was verstandiger. Ik overwon de
ingebeelde liefde heel spoedig na mijn trouwen
en liet me niet met open oogen beet nemen. Ik
zag de zaak als een verdrag aan, waarbjj ik de
ljjdende partij was. Ik had een mooien man
gekregen, zonder karakterhg een leelijke vrouw
met geld. Met uw geld, broer, dat bemerkte ik
eerst bjj 't doorzien van eenige familie-papieren.
Je hadt toen ten mijnen gunste van je erfdeel
afstond gedaan, en dat erfdeel verschafte mjj,
trots rnjjn doofheid en mijn karige schoonheid,
een man.
Harland is al lang dood. Ik heb hem niet be
treurd. Ik verlang ook niet betreurd te worden
als ik dood ben. Ik heb 't aan niemand ver
diend. Maar daarover hebben wjj 't op 't oogen
blik niet. Het doel van mijn schrjjven is een
NIE
WSBLAD
Het Land van
en jtltena,
De Langstraat en de
Boiiunelerwaard.
o cï