FEUILLETON.
Eene kleine waitelii met een ToMeller.
837
WOENSDAG 13 NOVEMBER.
Uitgever: Ll. J. YEURMAU, Heusden.
1 ^lU)
L i
-
U-r-
i M
.'-Z lsɧ
j; fe
UN
iip gp1
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.00. Franco per post zonder prijs-
verhooging.
Advertentiën 1-6 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht.
Agent voor Frankrijk: Wester Co., 20 Rue Hérold, Parijs.
-Buitenljind.
Er zijn omstreeks 12.000.000 bezoekers
meer op de Parijsche tentoonstelling van
1889 geweest dan op die van 1878. Het
aantal vreemdelingen was echter slechts
150.000 grooter.
Een Londensch comité heeft 20.000 gd.
gezonden aan het Institut-Pasteur te Parijs,
als bewijs van erkentelijkheid voor hetgeen
Pasteur voor de Engelschen deedhij be
handelde reeds 200 hunner.
Déroulède is met Laguerre, Laisant, Naquet
en 25 Boulangisten naar Jersey vertrokken.
Boulanger blijft nog altijd rekenen op
een reactie ten zijnen gunste. Hij is ook
niet van plan het te laten bij het proces
van het Hooge Gerechtshof.
Een Engelsch blad deelde onlangs het
volgende mede:
In het laatst van September 1887 heeft
iemand te Plymouth (Engeland) een zeer
interessante proef genomen, door n.l. tarwe
aan te kweeken van zaad, dat in de Egyp
tische oudheid werd gewonnen. Van een
vriend uit Alessandrië kreeg hij eenige tarwe
korrels, die gevonden waren bij een mummie,
in de buurt van de puinhoopen van Memphis
opgegraven. Die mummie behoort tot de
periode der 9e dynastie, zoodat die tarwe
ruim 3000 jaar voor Christus in het oude
Egyptische graf werd gebracht en dus bijna
5000 jaar oud is.
De korrels werden met groote zorg ge
zaaid. De tarwe schoot op en bereikte, toen
zij rijp was, de aanzienlyke hoogte van 2
tot 2j/4 Meter. De bladeren zitten op de
zelfde wijze als bij onze tarwe aan den stengel,
maar er vormt zich niet een enkele aar, maar
een bosje van dunne stengels, die door de
zwaarte naar beneden buigen. Elk dezer
stengels draagt trosvormige vruchten, en
elke korrel zit in een afzonderlijk hulsel. In
het volgende voorjaar zullen groote akkers
met deze tarwe bezaaid worden, want de
eerste proef gelukte boven verwachting en
het gehalte der korrels is oneindig beter
dan van eenige tarwesoort, die thans waar
dan ook wordt gewonnen.
De werkstaking te Londen spruit voort
uit verschil van gevoelen over sommige uit
drukkingen in zake de scheidsrechterlijke
uitspraak van lord Brassey. Dezer week
kan door de terugkomt van lord Brassey een
oplossing verwacht worden. Op een verga
dering der werkgevers werd verklaard, dat
de werklieden, zoo zij aan den arbeid bleven,
op het oogen'oük wel 10 gulden per dag
konden verdienen. De gevolgen der werk
staking doen zich reeds gevoelen, daar som
mige booten niet laden of lossen kunnen en
naar elders gestuurd moeten worden.
Te Hamburg zijn nog slechts 500 man
aan het werk. Twee vergaderingen werden
gehouden, zonder dat men tot een schikking
kwam.
In het Noorden van Frankrijk verandert
de stand der werkstaking nietalleen hadden
er ernstige ongeregeldheden plaats, door
dien de werkstakers hun kameraden, die
aan den arbeid wilden gaan, met stokslagen
en steenen bestookten, zoodat niet gewerkt
kon worden. De gendarmerie wilde de aan-
De hooge regeeriug van Nederland heeft
op nieuw willen weten zooals zij dat om
de tien jaren gewoon is hoevele mensche-
lljke wezens op haar grondgebied de lucht
inademen en dus aan de meest mogelijke
belasting onderworpen zijn. Zij heeft tevens
willen weten wie haar onderdanen zijn, wat
zij doen en wat zij denken. Om dit alles te
weten te komen, heeft zij lijsten ter invul
ling doen drukken.
Velen zagen de biljetten in en haalden
de schouders op. Zij begrepen de moeielijk-
heden, die aan eene volkstelling met een
voorschrifs van uitvoering als het tegen
woordige, verbonden zouden wezen, doch
de wet sprak; zij zwegen en togen aan
het werk.
Wij willen een der volkstellers op zijn
tocht door eene der wijken van de stad
volgen, nadat hij eenige dagen besteed heeft,
om zijne biljetten aan de huizen der inge
zetenen rond te brengen, met verzoek die
zoo nauwkeurig mogelijk in te vullen. Hij
is thans bezig, die weder op te halen. Doch
vóór wij hem volgen, willen wij onze over
schoenen aandoen, want de regen, die over
vloedig valt, vormt op de met modder be
dekte straten, plassen en meeren die niet
altijd te vermijden zijn. Wij baggeren nu
door dik en dun heen en halen onzen volks
teller in, nadat hij reeds aan eenige huizen
heeft gescheld en tot nu toe in zijn werk
weinig of geene vertraging heeft ondervon
den, zoodat hij er, in weerwil van regen
en wind, vrij vergenoegd uitziet, want hij
of vier dagen met zijn arbeid gereed zal
wezen.
Vol moed haalt hij eene andere schel
over, doch men laat hem zóó lang wach
ten, dat hij eindelijk ongeduldig wordt en
op nieuw naar den kleinen leeuwekop grijpt.
In dit oogenblik verschijnt het bevallige ge
laat eener dienstmaagd voor eene der ramen
van de onderverdieping en klopt driftig
met den kleinen vinger op de ruiten. Zoodra
de volksteller haar in 't oog krijgt, schudt
zij heftig met 't hoofd, roept hem iets toe,
dat hij niet verstaan kan, en verdwijnt te
gelijker tijd. Knorrig rukt hij nogmaals aan
de schel en nu met beter gevolg; want de
deur wordt onmiddellijk geopend en dezelfde
dienstmaagd wipt met een hoog rood gelaat
te voorschijn. »Bent uwé daar nog al,«
roept zij met een snibbig stemmetje uit: »Ik
zeg immers, dat mevrouw geen gebreid goed
noodig heeft. Niets noodig koopman!* Zij
wil hem de deur voor den neus dicht slaan,
doch hij belet haar dit door snel naar bin
nen te dringen.
»Ik kom om het biljet der volkstelling,
zegt hij ongeduldig; »help mij wat spoedig;
want ik heb weinig tijd.
»Dat biljet mijnheer?* vraagt het
meisje ontsteld. «Was dat dan van de volks
telling Gutik dacht dat het iets van ge
breid goed was en heb het in de keuken
gelegd, 't Kan toch geen kwaad, dat het
papier zoek geraakt is?«
»Ik moest u beboeten, meisje, doch ik
zal het voor ditmaal door de vingers zien.
Hier is een nieuw biljet; geef het nu da
delijk aan uwe mevrouw, dan zal ik mor
gen wederkomen.* Het bevallige meisje
dankt hem met een lachje, waartegen zijn
booze luim niet bestand is en hij gaat ver
gevallenen te hulp komen en arresteerde
eenige belhamels, maar dit deed de woede
toenemen, zoodat de positie der gewapende
macht hachelijk werd. De werkstakers bleven
trachten de gevangenen te ontzetten. De
ijlings ontboden cavalerie kon slechts met
moeite verdere buitensporigheden tegengaan.
De gemoederen zijn door het gebeurde zeer
opgewonden. Op eenige plaatsen hadden
dynamietontploffingen plaats.
Hetzelfde werd uit België bericht, in welk
land, voornamelijk in het bassin van het
Centrum, de toestand voortdurend ernstiger
wordt. Het aantal werkstakers in dat dis
trict bedraagt reeds 400.
Het bestuur der Londensche vereeniging
van bakkers werklieden heeft besloten, dat
de leden ten getale van 5000 aan hunne
werkgevers zullen mededeelen, dat zij a.s.
Zaterdag het werk zullen staken, tenzij de
werkuren tot 60 per week worden verminderd.
Uit Weenen wordt een vreeselijke dood
gemeld van een geneesheer, die de tijdelijke
sluiting van eenen vleugel des hospitaals
noodig maakte, alsook de volledige afzon
dering van eenige oppassers.
In de maand Aug. werd een man naar
het hospitaal gebracht, die aan eene vreese
lijke ziekte leed, de droes genaamd, dat op
hem van een paard was overgeslagen.
De man stierf spoedig en een krijgsge-
neesheer, Dr. Rowalski, die alle soort van
bacillen bestudeert, besloot het lijk te on
derzoeken dat was op zichzelf reeds een
zeer gevaarlijk werk.
Bij middel van de microscoop vond hij
dan ook spoedig den bacillus, welken hij
aankweekte om zijne ontwikkeling te be-
studeeren.
Een ander jong geneesheer, Dr. Hoffmann,
drukte zijnen twijfel uit of de bacillus,
kunstmatig aangekweekt, nog zijne besmet
tingskracht zou behouden.
Dr. Rowalski gaf hem den bacillus en
Dr. Hoffmann bemerkte spoedig dat het
vergif altijd even doodelijk bleef. Al de
dieren, die hij er mede inspuitte, stierven
aan de vreeselijke ziekte.
Bij het begin van Oct. werd Dr. Hoff
mann verkouden en gevoelde eene hevige
pijn in de zijde. Daar de smart toenam
trachtte hij ze te stillen door inspuiting
van morphine. Hij deed zulks met dezelfde
spuit, waarmede hij de dieren den droes
had ingespoten. Alhoewel het in eene
gloeiende hitte ontsmet was moeten toch
eenige vergiftdeeltjes in het werktuig ge
weest zijn, want de toestand van Dr. Hoff
mann verergerde van dag tot dag, en ver
leden Maandag brachten zijne vrienden hem
naar het hospitaal.
Allen waren verschrikt toen zij hem zagen.
Geheel zijn lichaam was door den droes
aangetast, en vol van doodeljjk vergift der
bacillen. Het geval brengt geheel de ge
neeskundige wereld in opschudding; 200
dokters houden er zich meê bezig, en al
de groote professors bezoeken den lijder
verscheidene malen daags.
Tot den 22en dier maand leed Dr. Hoff
mann verschrikkelijk, maar dan verloor hij
alle bewustzijn. Hij wist zeer goed wat de
oorzaak zijner ziekte was, en verhaalde het
koelbloedig aan zijne kollega's.
Later is Dr. Hoffmann gestorven, zonder
nog tot zichzelven te komen.
Zjjn vader mocht niet in de kamer ko
men, maar vernam aan den voet van den
trap het droevige nieuws.
De persoon, die den Italiaanschen minis
ter-president Crispi te Napels heeft gewond,
zal terecht staan wegens poging tot moord
met voorbedachten rade en in hinderlaag.
Uit Turijn wordt bericht, dat er een stoute
aanval beraamd was tegen den trein uit
Indië, die veertien millioen lire aan waarde
bevatte. De aanval is mislukt, doordien de
politie te Turijn heimelijk was onderricht
van hetgeen er gaande was. Er waren mits
dien voorzorgen genomen. Tusschen Sal-
bertrand en Bardoneche, op welk vak de
aanval 's nachts moest geschieden, waren er
van afstand tot afstand karabiniers geplaatst,
alsmede op de locomotief en in de gewone
rijtuigen. De trein stoomde zonder hinder
paal voort tot aan Avigliana, toen plotseling
de roode verlichte schijf, het teeken van op
onthoud, te voorschijn kwam. De trein hield
nu op en de karabiniers zagen verscheidene
personen naderen. Men liet hen begaan,
maar toen werd er gefloten, en dadelijk
gingen de bedoelde personen op de vlugt.
Het gefluit was ontwijfelbaar voor hen een
sein, dat het geheim uitgelekt en de toeleg
bij gevolg mislukt was. Zoodra de trein had
stil gehouden, stapten de karabiniers er uit
en gingen zij aan het opsporen. Maar zjj
hebben niemand kunnen vinden.
De onderhandelingen tusschen Rusland
en het Yaticaan zijn weder afgebroken. Wel
zijn de hoofdbepalingen vastgesteld van het
verdrag, doch dit is nog niet onderteekend,
slob binnen, waar het vrolijke zonnelicht
nog nimmer is binnengedrongen zonder zijne
blijde luim te verliezen en in eene ernstige
zwaarmoedige schemering over te gaan, die
zich schuw en bevend in de kleine en sombere
woningen verschuilt. Het valt den yolks-
teller, vooral bij die regenachtige lucht,
moeielijk in de bedompte woning, welke hij
is ingegaan, de lucht in te ademen, die hem
met rook en andere dampen bezwangerd
tegemoet stroomt en zijne reukorganen on
aangenaam aandoet, doch hij laat zich hier
door niet afschrikken en zoekt onder een
negental hoofden, die hem met de hoogst
mogelijke verbazing aanstaren, er een uit,
dat zich met die ruige bakkebaarden en
scherpe lijnen kennelijk van de andere on
derscheidt.
»Wel,« vraagt de volksteller, »hebt gij
het papier reeds in orde gemaakt, dat ik u
gebracht heb?«
De man zwijgt, neemt zijn pet af en
krabt zich achter het oor. Hij staat van
zijn stoel op en haalt het bitjet uit een
gebarsten pot, welke de bouwvallige latafel
versiert, en reikt het oningevuld over.
»Ik ben geen prefesterzegt hij half
knorrig, »en kan der onmogelijk wijs uit
worden. Mijn jongen heeft me gisteren ge
holpen en die is wat mans, dat verzeker
ik u,« vervolgde de man, met den vin
ger een dikken, opgeschoten jongen aanwij
zende, die geheel uit zijn goed gegroeid is
en er vrij lummelachtig uitziet, doch bij de
lofspraak zjjns vaders eene hoogmoedige
houding aanneemt.
»Ik heb er mij gek over gedacht,*
antwoordt hij op een toon van gewicht,
»maar, daar kan de koning zelf niet wijs
uit worden.I
onze nieuwe kennis te moeten doen opmer
ken. »Indien gij slechts uw verstand ge
bruikt had, zou ik nu niet verplicht wezen
het voor u in te vullen. Geef mij een stoel
en antwoord op mijne vragen. Hoe heet gij
»Jan Stoffels!*.... om u te dienen. Eigen
lijk heet ik Johannes Frederik Stoffelmans,
maar de buren....
»Goed, daar heb ik niet mede te maken.
Wanneer zijt gij geboren?....De man kijkt
zijn kinderen aan en glimlacht verlegen.
Zijn oudste zoon wrijft zich het voorhoofd
en vraagt hem
Zijt gij niet van Rusland met de Fran-
§ozen? 't Immers zoo vader.* De volks
teller begrijpt niets van deze vraag, doch
eindelijk wordt het hem duidelijk gemaakt,
dat Stoffelmans in 1812 geboren werd.
Datum en maand dier gewichtige gebeur
tenis blijven evenwel eene verborgenheid;
want de »kleinste« heeft een schudblat uit
den bijbel gescheurd en daarmede vele be
langrijke aanteekening doen verloren gaan.
De vader legt zijne reusachtige hand op
het voorhoofd van zijn veel belovenden zoon
en hij knikt het heerschap met vaderlijken
trots toe.
Klaas zal u wel antwoorden, vraag hèm
maar; hij weet meer dan zjjn vader. Ben
je nou niet aan de optrekking? Hij moet
schoolmeester worden; want de schoenmakerij
is te gering voor hem
»Bij den....!« roept het heerschap driftig
uit, doch hij houdt het onchristelijk woord
terug, dat hem reeds op de lippen zweefde
en vervolgt met gemaakte bedaardheid:
»Zeg mij thans hoe de naam uwer vrouw
is en waar en wanneer zij geboren werd.*
Vader en zoon zien elkander aan; de
overiVfi kleinen giebelen eri kruinen ouder
vraagd kan worden naar eene moeder, die
zij zelf te nauwernood kennen.
Weet je, heerschap,* zegt de man
zich vertrouwelijk voorover buigende en hem
de breede hand op zijn schouder leggende,
als om aan zijn geheimzinnig gefluister meer
klem bij te zetten. Weet je, mijn vrouw kon
den drank niet laten en toen ik haar in 't
kwaad wou tegengaan, ging zjj op den loop
en liet mij met de jongens en meisjes alleen,
't Is al eenige jaren geleden. Wilt u haar
naam nu weten?*»Indien uwe vrouw
niet bij u inwoont, dan behoeft zij door u
niet opgegeven te worden,* zegt de volks
teller, die in weerwil van zijn kwade luim
een medelijdenden blik op de kinderen werpt.
Begin thans met uw oudste kind. Dat is
immers die knaap daar? Komaan hoe oud
zijt gij
Veer tien jaar, mijnheer!.... 't Zal er ten
minste niet ver af zijn; maar vader is de
dag van mijne geboorte vergeten; ik was
ook op het eerste blad in den by bel; doch de
»kleinste« heeft my ook doen verloren gaan.*
»En dit is zeker ook met de overige het
geval?* vraagt de heer wanhopend aan den
vader, die de breede schouders optrekt.
»'t Is my niet kwalijk te nemen, heer
schap; want gij merkt wel, dat ik een heel
troepje bij elkander heb en ik moet mijn
hoofd met heel wat anders bezig houden,
dan met het geboortejaar van die kabouters
en hunne namen.*
Onder het lozen van een diepe zucht, laat
de volksteller zich op een der bouwvallige
stoelen nedervallen. Hij doet een uiterste
poging om zjjn geduld niet te verliezen en
door vragen en rekenen krijgt hij het ein
delijk zoover, dat hy met het ingevulde
hi liet Lan heenxianri hnowol o- nnr»
S i.' J
van Heiisden
en Aitena,
e Langstraat en <le
Bomnielerwaard.