T
k 1
1
s
llensdeii
e Langstr
en de
oiiimelerwaard.
Geldzaken.
\o 840.
ZATERDAG 23 NOVEMBER.
1889.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
Bij dit nummer behoort
een bijvoegsel.
VOOK
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.00. Franco per post zonder prijs-
verhooging.
Advertentiën 1G regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht.
Agent voor Frankrijk: Wester Co., 20 Rue Hérold, Parijs.
We hebben reeds meer dan eens den zeer
ongunstigen toestand behandeld, waarin door
de maatschappelijke verhoudingen de ar-
beidende klasse geplaatst is en bemerkt dat
deze, door welken bril ook bezien, ver van
rooskleurig is.
We willen thans samen eens praten, niet
over arbeiders en loonen, maar over kapi
talisten en renten, een onderwerp, dat in
de vergaderingen der sociaal-democraten de
oogen doet vlammen en de vuisten ballen,
want in dezen kring is niets zoo zeer ge
haat als een kapitalist.
Over de beteekenis van kapitaal zullen
we niet uitweiden. In de werken van staat
huishoudkunde wordt onder dezen term alles
verstaan wat den mensch winst brengt, tot
b. v. de gereedschappen van den timmerman
toe. Wij zullen 't begrip nemen, zooals men
't in den regel neemt en er een som geld
onder verstaan, die men niet dadelijk noodig
heeft en die dus 't zjj in effecten, 't zij in
zaken belegd kan worden.
Dat beleggen nu in zaken of in effecten
geschiedt met een doel. Niet om tijdelijk
van de zorg van 't bewaren af te zijn,
maar om winst te behalen en van die winst
te genieten of er het kapitaal mee te ver-
grooten.
Halt, roept hier de socialist, dat mag
niet; de bezitter van een kapitaal mag geen
renten trekken, dat is onzedelijk, dat is
diefstal. In dien zin noemen hun organen
de kapitalisten uitzuigers en dieven. We
zullen straks zien met welk recht.
Intusschen staan zij niet alleen in die
veroordeeling der renten. Ze zijn daarmee
zelfs in zeer goed gezelschap. De wijsgeer
Aristoteles veroordeelde den intrest nadruk
kelijk. Geld redeneerde hij kan on
mogelijk geld voortbrengen en daarom is
't betalen in geld voor den dienst, dien het
kapitaal bewijst, een onrechtvaardige zaak.
Had hij ongelijk? Niet geheel. Waar is
't, dat 100 in zilver nooit een gulden zal
voortbrengenmaar men kan voor 100
een koe koopen, die 't heele jaar melk geeft
en 't volgend voorjaar een kalf op den koop
toe. En dat vergat Aristoteles. Hij beschouwde
geld als doel, doch 't is slechts middel.
Niet alleen hij, maar velen met hem in
de oudheid veroordeelden den intrest. Onze
bijbel doet het eveneens. Het was den Joden
verboden aan de huisgenooten des geloofs
geld op intrest te leenen, alleen tegenover
hen die van een ander geloof waren, moch
ten ze dit vragen. Lees slechts Deut. 23
▼s. 19 en 20, en Ps. 109 vs. 11 tot 16.
De Mahomedanen vinden in hun bijbel, den
Koran (hoofdst. 2 vs. 30) dergelijke ver
maningen. Doch zij, zoowel als de streng
vrijzinnige Jood, weten hun voordeel le doen,
zonder tegen de letter der wet te zondigen.
De joodsche geldschieters in Rusland be
dingen de helft der te behalen winst voor
zich en deze wordt voorloopig op het ver
moedelijk bedrag vastgesteld. Behaalt daarna
de Rus geen winst en kan hij dit bezwee-
ren, dan moet de geldschieter daarin be
rusten.
Onder de Christenen der eerste eeuwen
heeft deze meening lang stand gehouden.
De kerkvaders hebben nadrukkelijk het ne
men van intrest verboden. Kerkelijke straffen
bedreigden degenen, die er zich aan bezon
digden en zelfs Luther was de meening toe
gedaan, dat 't rekenen van intrest een
zeer afkeurenswaardige daad was.
Men moet hierbij echter niet uit het oog
verliezen, dat het zaken doen met geld van
anderen in vroegere eeuwen veel minder
voorkwam en alleen bedreven werd door
behoeftigen, die meer leenden om te leven
dan om winst te behalen. In Rome werden
deze ongelukkigen, zoo ze zich niet binnen
een maand van hun schuld kweten, met
riemen gebonden bij de schuldeischers ge
bracht, die het recht hadden hen (de per
sonen w. t. v., niet de riemen) in stukken
te snijden en onder elkaar te verdeelen
Er zal dus in den ouden tijd wel reden
geweest zijn om het uitleenen tegen intrest
te verbieden.
De socialisten zeggen, dat elk product de
vrucht is van arbeid en daarvan alleen.
Het kapitaal is het gereedschap door den
arbeid in gebruik genomen. Stel dat een
arbeider zijn tuin bewerkt met een spa, dan
mag hij uit de te behalen winst de poot-
aardappelen betalen, benevens de slijtage
der spa. Al wat verder behaald wordt is
het loon van den arbeid. De kapitalist mag
dus dankbaar zijn, dat zijn kapitaal in zijn
geheol blijft 't geen er mee behaald
wordt is niet de vrucht van 't kapitaal,
maar van den arbeid daarbij aangewend.
Yergrooting van 't kapitaal zeggen ze, is
diefstal gepleegd op den arbeider en in
dezen zin is dus elke kapitalist een dief.
We zeggen er bij, dat ze van hun stand
punt gelijk hebben, alleenlijk maar dat
standpunt niet het ware is. Elk product,
de vrucht van enkel arbeid, is onhoudbaar.
Arbeid zonder kapitaal is ondenkbaar en
daaruit volgt reeds dat ook 't kapitaal zich
een deel der vrucht mag voorbehouden.
Wie zich echter van die vrucht een groote
voorstelling maakt komt bedrogen uit.
Ja, in vroeger eeuwen kon het kapitaal
zich een hooge rente toeeigenen, juist door
gebrek aan geld. Er zijn tijden geweest
waarin de staat moest tusschenbeide komen,
omdat 't de spuigaten uitliep. Een rente
van 30, 40 percent, was toen volstrekt geen
ongewoon verschijnsel. Later zijn de kapi
talen toegenomen, doch de vraag naar geld
hield daarmee gelijken tred. Wanneer we
zien, wat door den stoom tusschen 1850 en
80 alleen maar in ons land tot stand ge
bracht is denk aan stoombooten, spoor
wegen, fabrieken dan verwondert het ons
niet dat de kapitalen in die jaren een
flinke huur of rente konden eischen.
Aan die vraag naar geld is echter een
eind gekomen. We zijn overvoorzien van
producten en daar 't overal zoo gesteld is,
wordt er weinig op verdiend, en is dus de
lust tot het oprichten van fabrieken, 't
leggen van spoorwegen, 't openen van
nieuwe spoorlijnen, 't uitrusten van schepen
vergaan. De huur is gedaald, en men kan
tegenwoordig geld krijgen tegen 3y2 %i
dat voor tien jaren c. 5°/0 eischte. De ver
schillende gemeenten en staten hebben van
dezen overvloed partij getrokken door hunne
schulden af te lossen, welke ze vroeger
aangegaan hadden tegen 4 en 4y2 percent,
en terstond daarop voor 't zelfde bedrag
weer te leenen tegen 3 en 3ya percent,
wat per jaar een enormeaorn Aan rente
uitspaart, doch voor de kapitalisten minder
aangenaam is.
Uit dit klein overzicht ziet men, dat de
laatsten al evenmin reden hebben om tevre
den te zijn als zij, die met de handen hun
brood moeten verdienen.
Het proces-Corvilain te Antwerpen duurt
voort. De heer Rieth, de eigenaar der petro-
leumtanks, bewees, dat hij steeds de noodige
voorzorgsmaatregelen had genomen. Daar
entegen getuigden twee politiecommissaris
sen en twee genieofficieren als deskundigen,
dat het toezicht bij Corvilaiu's werkplaats,
veel te wenschen liet en dat de ontploffing
zonder twijfel was begonnen in Corvilaiu's
fabriek, waar de patronen op zeer onvoor
zichtige wijze werden geopend en geledigd.
Antwerpen, dat steeds de derde plaats
onder de Europeesche havens innam, heeft
die plaats thans aan Hamburg moeten af
staan. De Antwerpsche bladen wijten dit
aan de hooge havengelden.
Uit Parijs wordt d.d. 19 Nov. gemeld
De zitting der Kamer werd geopend door
Floquet, met een rede, waarin hij verklaarde
zijn ambt van voorzitter met onpartijdigheid
te zullen vervullen en de waardigheid der
Kamer te zullen handhaven. Hij deed een
beroep op de democratie, om zich eensgezind
rondom de republiek te scharen. Hij wees
op het slagen der tentoonstellingde Repu
bliek, zeide hij, heeft zich zoo gastvrij en
voorkomend betoond, dat de vreemdeling
niet langer kan twijfelen aan de oprechtheid
van haar vredelievende gevoelens.
De Minister-president, Tirard, las daarop
de verwachte regeeringsverklaring voor. Op
een moeilijk tijdstip aan het gezag gekomen,
meende hij de hem opgedragen taak met
goed gevolg te hebben vervuld. Hij kondigde
verbeteringen aan in het beheer, waardoor
dit minder kostbaar zal wordenook zullen
voorstellen worden gedaan tot wijziging der
directe en vermindering der indirecte be
lastingen. Dank zij een gematigde en wijze
staatkunde, heeft het algemeen stemrecht
bij de laatste verkiezingen aan de republiek
de zegepraal bezorgd. Die verkiezingen
waren eene nadere aansporing aan alle
Franschen tot eensgezindheid. Frankrijk
heeft door het algemeen stemrecht verklaard,
dat het de bestaande instellingen wenscht
te behouden en te versterken; het wil een
krachtig gouvernement, dat niet aan de
wisselvalligheden van het oogenblik is over
gegeven, maar zoowel in het eigen land
als daarbuiten wordt geëerbiedigd. Frank
rijk wil den weg inslaan van verzoening
en arbeidhet wil zich bezig houden met
staatshuishoudkunde en maatschappelijke
rechtsbedeelinghet wenscht: herstel van
het evenwicht op het budget, betere ver
deeling van lasten, verlichting van den
druk waaronder de landbouw verkeert, vol
tooiing der vestingwerken, verbetering van
vaarwaters, verdere uitbreiding van het
spoorwegnet en het sluiten van handelsver
dragen. Frankrijk is vredelievend, maar de
vrede moet zijner waardig zijn.
Boulanger is door den gouverneur van
Jersey verwittigd, dat het uitgeven van
nieuwe proclamaties en het houden van ver
gaderingen ten gevolge zal hebben, dat hem
het verblijf op het eiland onzegd wordt.
Naar het gerucht wil, zou de verloving
van den Russischen grootvorst-troonopvol
ger ophanden zijn met de jongste zuster
van den Duitschen Keizer.
Bij de begrootingscommissie heeft de
Duitsche Minister van Oorlog het militair
wets-ontwerp (organisatie van twee leger
korpsen) toegelicht. Hij zeide, dat het ont
werp een gevolg was van eene innerlijke
behoefte bij het legerdat het in geen enkel
opzicht in verband staat met de nieuwe
Fransche legerwet, en dat het moet worden
beschouwd als vormende eene voltooiing.
Na eenige aanbevelende opmerkingen van
de heeren Huene en Ballestrem heeft de
commissie met algeraeene stemmen het ont
werp aangenomen.
Bij de ontploffing van schietkatoen in de
kruitfabriek te Hanau zijn dertien van de
achttien meisjes van 17 tot 20 jaren, die
met het schoonmaken waren belast, gedood.
Men vermoedt, dat de ontploffing door het
verwarmingstoestel met heete lucht is ver
oorzaakt.
Onder het luiden van de kerkklok viel
te Olah Ujfalu (Hongarije) de klokkentoren
in. Zes menschen werden gedoodvelen
ernstig gewond.
De minister van landbouw heeft aan de
Londensche arbeiders-liga, die geprotesteerd
had tegen het verbod van invoer van vee
uit Duitschland, geantwoord, dat hij de
noodzakelijkheid van dat verbod betreurt.
Hij erkent, dat Slees wijk-Holstein thans be-
vrjjd is van de veeziekte, maar dezer dagen
deden zich aan de Holsteinsche grenzen ge
vallen voor van mond- en klauwzeer, terwijl
dezelfde kwaal ook bestaat in Mecklenburg,
Brunswijk en andere streken van Duitsch
land.
De Ararat, de klip der Zondvloedzee,
waarop, volgens het bijbelsch verhaal, de
ark strandde, is in dezen herfst voor het
eerst beklommen door een meisje. Een hout
vester ondernam, vergezeld van zijne 17-jarige
dochter en zijn zoon van 14 jaren, bene
vens 3 gidsen, de bestijging. Toen men op
een hoogte van 14,000 voet kwam, kon
de jongen van vermoeienis niet verder; de
vader bleef op 16,750 voet hoogte. Inmid
dels zetten het meisje en de drie Koerden
de bestijging voort, tot zij op 16,917 voet
hoogte den top bereikten. Daar was het
zoo koud, dat het meisje flauw viel, zoodat
zij bij de daling door de gidsen moest wor
den ondersteund.
De dagbladen van Nieuw-Mexico bevat
ten het verhaal van een tweegevecht met
een mes, dat onlangs in den omtrek van
Taos tusschen een Indiaan en een Mexicaan
heeft plaats gehad.
De ontmoeting tusschen die twee mannen,
die elkander een vurigen haat toedroegen,
werd gekenmerkt door bijna ongeloofelijke
barbaarsche tooneelen. Volgens de voor
waarden van het tweegevecht moesten zij
beurtelings aan hunnen vijand de hand
reiken, die met zijn mes een der vingeren
moest afsnijden, en indien een van hen,
aldus verminkt, den minsten smartkreet
liet hooren, of het minste teeken van zwak
heid gaf, had de ander het recht hem in
het hart te treffen.
Bij het aanbreken van den dag gingen
de Indiaan, es de Mexicaan, beiden van een
getuige vergezeld, op het aangeduide ter
rein. Men lootte, wie het eerst mocht be
ginnen, en de kans den Indiaan begunstigd
hebbende, greep deze de hand van zijn
tegenstrever en sneed zijn duim af.
De Mexicaan verroerde zich niet, maar,
op zijne beurt zijn wapen zwaaiende, sneed
hjj ook den duim af van de hand, die do
Indiaan hem reikte.
De slachterij duurde voort in de diepste
stilte, door geene enkele klacht verstoord,
of zonder dat men op het gelaat der vech
tenden eenig teeken van smart kon be
speuren. Reeds hadden zij elk vier vingers
verloren en de Indiaan maakte zich gereed
zijn tegenstrever verder te verminken, toen
de getuige van den Mexicaan, verschrikt
over de hoeveelheid bloed, welke deze ver
loor, zijn revolver greep en den Indiaan
doodschoot. De Mexicaan en de twee ge
tuigen van dit barbaarsch tweegevecht zijn
aangehoudenhoogst waarschijnlijk zal de
eerste dood zijn, aleer hij voor het gerecht
moet verschijnen, want men zegt, dat zijn
toestand wanhopend is.
Hongersnoodziedaar schering en in
slag van de berichten uit Transvaal, vooral
uit de mijndistricten waar nog slechts voor
enkele dagen voedsel was. De deputatie uit
Johannesburg naar de Regeering werd door
twee andere gevolgdde eerste, bestaande
uit twee predikanten, vroeg of de Regee
ring niet door het leveren van transport
wagens, het vervoer vergemakkelijken kon.
De President kon natuurlijk niet anders dan
antwoorden, dat de Regeering niet kon op
treden als transportrijder en dat zij voor
het oogenblik niets meer kon doen dan wat
zij reeds gedaan had, nl., 5000 pd. st. te
zenden naar den mijncommissaris te Johan
nesburg, ten einde te worden verdeeld onder
de goudmijnmaatschappijen, die wagens kun
nen leveren. De tweede deputatie bestond
uit kooplieden uit Johannesburg, die den
steun der Regeering zochten voor het op
richten van een maatschappij om het trans
port te bevorderen. De Regeering nam met
vreugde de gelegenheid te baat, iets te kun
nen doen, ten einde in den algemeenen
nood tegemoet te komen en bood de maat
schappij 3000 pd. st. ter leen aan en 1000
pd. st. als bonus, op voorwaarde, dat de
oprichters der maatschappij, winkeliers of
handelaars te Johannesburg, zich verbonden
niet meer dan 15 pCt. winst te nemen van
de artikelen, die zij invoerden. Verder is
door de Regeering aan de Landdrosten ge
seind, om de burgers aan te raden, hun
goederen naar de verschillende markten te
brengen en ze daar te verkoopen en niet
aan speculanten, die misbruik zouden maken
van de slechte tijden. Eindeljjk nog heeft
de Regeering geseind aan den mijncommis
saris te Johannesburg, dat zij desnoods
10.000 pd. st. wil toestaan voor aanvoer
voor goederen, maar niet als bonus voor
gestorven ossen, daar dan de transportrij
ders hun beesten zouden doodjagen en er
toch te Johannesburg muilen en karren
genoeg zijn, om eetwaren aan te brengen.
Verder had de Regeering besloten, dat
op den eersten Zondag in November een
algemeene biddag zou worden gehouden om
regen. Ook bisschop Bousfield had een brief
verzonden aan de predikanten in zijn diocees,
waarin hij aandrong op boetedoening en
vasten, en God te bidden de droogte te doen
ophouden.
A
I
-
'-.f
f—
-
Buitenland.