Een leelijk gebrek. M 915. WOENSDAG 13 AUGUSTUS. 1890. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. Franco per post zonder prijs- verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht. L. »Hij is er mee geboren, meneer, en er is niets aan te doen.« Met deze woorden nam de moeder afscheid van den onderwijzer, hem haren zoon achterlatende. Met deernis blikte de man op het arme kind, dat niet in staat was een woord uit te brengen zon der ontzettende moeite te doen, waarbij hem het angstzweet op het voorhoofd parelde. Als 't niet zoo droevig was, had hij in den lach geschoten bij moeders verzekering dat dit arme schaap stotterend geboren en er dus niets aan te doen was. Tot tegenspraak van de algemeen ver breide meening, dat er niets tegen te doen is, dienen deze regelen. Allicht kan een enkel ouderpaar daarmee voordeel doen, ook al hebben ze op 't oogenblik geen stotte rend kroost. Wat niet is kan komen, 't Is meer gebeurd, dat menschen, die gezegend waren met kinderen, die flink spraken, nog een stotteraar toe kregen, 't Ljjden van zoo'n schaap op later leeftijd is onbeschrijfelijk en misschien nog erger dan dat van lichame lijk mismaakten. Reden genoeg, dunkt ons, om op middelen te peinzen, ten einde 't gebrek te genezen. Maar is dan 't stotteren niet ongenees lijk? Hebben we niet menschen gekend, die van hun prilste jeugd dit gebrek hadden en daarmee thans op manljjken leeftijd nog behept zijn? Wel zeker, we gelooven u, ook wij hebben zulken gekend en kennen thans nog vaders, die door hun kinderen uitge lachen worden, omdat ze stotteren, terwijl het kroost daarentegen vlot spreekt. Dit zegt echter niets voor de ongenees- Ijjkheid. In vroeger tijd dacht men er niet aan het kind het stotteren af te leeren. Ja, vader werd wel eens boos en schreeuwde dan veel te hard voor een opvoeder: >ber... jongen, sehei uit met je gerikkik!« doch dat hielp nergens toe dan om de kwaal te verergeren. De werktuigen waarmee demensch spreekt noemt men zijn spraakorganen, en nu volgt uit een gebrek aan deze organen ook een gebrek in 't spreken, dat is duidelijk, 't Om gekeerde is echter niet altijd waar. Het spraakgebrek, dat wij stotteren noemen, schuilt niet in een gebrek der spraakorganen. Die wel eens een stotteraar aandachtig heeft gadegeslagen zal dit toestemmen. Er komen dan tijdstippen voor, waarin zelfs de hard nekkigste hakkelaar tamelijk vloeiend spreekt. Zoo zal een stotterend jongske, dat naar zijn buurman met een boodschap gezonden is, en tegenover dezen slechts stamelen kan, een half uur later, wanneer de aandoening gezakt is, met zijn kleine zus in de bin nenkamer vlot en vlug redeneeren. Nog sterker is, dat een stamelaar, welken gij ook nemen wilt, al is 't de allerergste, op de schoolbank gezeten, met zijn kornuiten even flink en vlug in de maat zingt als alle an deren. Een gebrek in de organen kan het dus niet zijn, dat hem doet stamelen; in dit geval zou hij ook niet zingen kunnen, het welk toch ook spreken is. Het stamelen komt nergens anders uit voort dan uit de vrees van te zullen blijven steken. Zoolang de vrees daarvoor hem niet bekruipt, wat het geval is, wanneer de stotteraar in het bewustzijn alleen te zijn, spreekt of leest, is stotteren ondenkbaar. Zoo spoedig echter de patient, door de tegen woordigheid van anderen, op zijn manier van spreken begint te letten, komt de ge dachte in hem opik kan 't niet en dan begint tusschen deze gedachte en zijn wil de strijd, dien wij stamelen noemen. Is op 't oogenblik, waarop hij begint te spreken, zijn geest zoo vervuld van 't onder werp, dat hij als 't ware geen tijd heeft aan zijn onvermogen te denken, dan maakt ook deze vrees zich niet van hem meester en hij uit zich, tot verbazing der hoorders, zonder te stamelen. De vraag is dus, vanwaar deze vrees komt, die zulk een heerschappij kan verkrijgen dat 't uitdrukken der gedachte met groote zwarigheid gepaard gaat. De ervaring geeft hierop ten antwoord dat een of andere storende werking op de spierbeweging de oorzaak is. Deze kan bestaan uit een scbrik- verwekkenden val, slag, stoot enz., of van physischen aard zijn. Die oorzaak, bij het plaatsvinden niet geteld, laat in de ziel van den toekomstigen stamelaar een herinnering na, in 't begin sluimerend, doch door den wil om te spreken opflikkerend en de angst voor een herhaling der vorige stoornis brengt den patient tot stamelen. Dit behoeft ^ich slechts enkele malen te herhalen of de vrees van te zullen blijven steken neemt zoo toe, dat spoedig geregeld spreken een onmoge lijkheid wordt. Stotteren is dus niets meer dan een waan, ontstaan uit vrees. Kan men die vrees over winnen, dan is de kwaal ook genezen. Er zijn menschen, die op een enkele letter of een enkel woord stotteren. Een koop man stotterde slechts bij de woorden patent- stijfsel en petroleum, terwijl hij pater, peter, zelfs petroleuse zonder moeite zeggen kon. Uit welke oorzaak was hem niet meer duidelijk, doch eens was 't gebeurd, dat hjj sprekende met een klant, over deze twee woorden struikelde; die gebeurtenis kwam hem telkens in 't geheugen, wanneer hij later een dier woorden moest zeggen, en 't gevolg was, dat bij ze nooit dan stotterend uitbracht. Dat bij 't stamelen de inbeelding een rol speelt, heeft een specialiteit op dit gebied vele malen kunnen constateeren, o. a. bij een beschaafd persoon, die alle moeite welke, men zich gaf om hem van zijn kwaal te genezen, deed afstuiten op het idee, dat zijn tong te dik was en dat niets hem zou helpen dan een operatie. Dewijl bij daarvan niet af te brengen was, heeft zijn genees meester een dokter in den arm genomen, die een zeer onschuldig mengseltje voor schreef, waarmee eiken dag de tong van onderen moest gepenseeld worden. Het geloof aan den invloed van deze behandeling was zoo sterk, dat bij 't voortzetten van de spreekoefeningen de stotteraar zeer spoedig genezen was, ofschoon de tong geen haar breedte dunner geworden was. Dewijl dus de oorzaak van 't stotteren schuilt in de vrees er niet te zullen uit komen, zoo moet de genezing der kwaal gezocht worden in de overwinning dier vrees. De stotteraar, die door zijn gebrek alle energie verliest en elke poging om deze op te wekken een lijdelijke onverschilligheid tegenoverstelt, moet allereerst onder den in vloed van een persoon gebracht worden, die een machtigen zedelijken invloed op hem uitoefenen kan. Het geloof moet in hem gewekt worden, dat hij even goed kan spreken als ieder ander, indien hjj zijn angst slechts leert overwinnen. Lang mag de kuur niet duren, dewijl de lijder in dit geval het vertrouwen verliest en uit vrees, niet te zullen genezen, weer in 't stotteren vervalt. Elke patient wordt apart behandeld, al naar gelang van ouderdom, aard, omvang van 't gebrek, enz. Naar vaste regelenleert hij spreken en in den beginne nooit over onder werpen, die niet geheel binnen zijn bereik liggen. Het inachtnemen dier regels wordt hem spoedig tot een gewoonte, zijn in beelding niet te kunnen spreken, verdwijnt, en 't stotteren houdt op. Dit is de eenige wijze om het kwaad te verhelpen, alle andere middelen hebben tot heden gefaald. Dit is de reden, waarom 't geloof in de ongeneeslijkheid der kwaal zoo algemeen is. Men heeft 't trachten te doen door oefening der ademhalingsorganen en door electricieit. Kwakzalvers hebben zelfs geadverteerd het door briefwisseling te kunnen doen. 'Langen tijd heeft men ook gemeend door in de maat te leeren spreken, het stotteren te kunnen overwinnen. De angst maakt dan echter plaats voor de vrees over 't oordeel der aldus aangespro kenen en de ervaring leert, dat men dan nog liever stottert dan in de maat spreekt. iBuitenland. De Koning van België, de Koning van Zweden en Noorwegen en de Prins van Wales hebben beloofd de Duitsche vloot- manoeuvres in September bij te wonen. Men maakt zich in Champagne, een der wijndistricten van Frankrijk, zeer bezorgd; de druifluis is daar in twee wijngaarden verschenen. Tot hiertoe was Champagne daarvan verschoond gebleven. Alle besmette wijnbergen aan den Rijn zijn afgezet; zelfs de eigenaars mogen die niet meer betreden, opdat zij door kleeding of schoeisel het gevreesde diertje niet verder zouden brengen, 's Nachts worden vuren gebrand; overdag wordt hier en daar de schooljeugd ter vernietiging van de druifluis uitgezonden. Te St. Ouen (Fransch dep. Seine) is een 23-jarig Italiaan, Esposito Deborogo, arbei der op een suikerfabriek, gedood door drie zijner landgenoten. De jonkman was ver loofd met een Italiaansch meisje, Virginia del Greco, maar een paar dagen geleden gaf bij zijn meisje te kennen, dat hij niet met haar wilde trouwen. De familie Del Greco hield nu gezamenlijk raad en besloot, dat men Deborogo de keus zou laten tus schen een huwelijk met Virginia of den dood. De twee ooms van het meisje namen op zich, met Deborogo te gaan spreken en het vonnis uit te voeren, ingeval hij bleef wei geren. Zij lieten den jonkman zeggen, dat zij hem verlangden te sprekenhjj kwam en toen hij weigerde een stellig antwoord te geven op hunne herhaalde vraag, of hij al dan niet met Virginia wilde trouwen, schoten zij hunne revolvers op hem af. Door zeven kogels getroffen, viel Deborogo dood op den grond. Virginia en hare zuster waren op eenige passen afstand getuigen van deze terdood brenging, welke bij klaarlichten dag op de openbare straat plaats vond. Zij beiden, nog een Italiaan en een der moordenaars, Car mine del Greco, werden gevangen genomen. De andere moordenaar, Victor del Greco, wist te ontvluchten. Carmine, die zes van de zeven schoten gelost heeft, toont niet het minste berouw en zegt, dat hij zijn plicht gedaan heeft. Ook Virginia is van meening, dat Deborogo, die haar verraden had en voor altijd onteerde, zijn verdiende loon ontvangen heeft. Het rapport der doctoren over de oorzaak van den dood van Gouffé, concludeert - Gouffé niet door worging, maar door op hanging werd gedood. Te Versailles is een jonkman op zeer droevige wijs aan zijn einde gekomen, n.l. de heer de Seroka, 29 jaar oud, burgerlijk attaché aan het Kabinet van den Minister van Oorlog. Met verlof te Versailles, woonde hij een militair feest bij en zat tusschen zijne moeder en zijne zuster naar een vuur werk te kijken, toen een verkeerd gerichte vuurpijl hem door het rechteroog in de hersenen drong, zoodat hij bijna onmiddellijk dood bleef. Men zegt, dat de Duitsche Keizer bran den zou van verlangen ook Frankrijk te bezoeken. Althans met de bedoeling de open bare meening te polsen zijn berichten in dien zin in enkele Fransche bladen gelan ceerd, zonder echter veel bijval te ontmoeten. De deftigste bladen doen er het zwijgen toe; in die, welke er over spreken, is de grond toon deze, dat de Keizer met eerbied en ingenomenheid zal begroet worden, als hij vooraf Elzas-Lotharingen aan Frankrijk teruggeeft. Zoo niet, dan kan men voor niets instaan. Zoo zal het nog wel jaren big ven. Hoe uiterst vredelievend Europa's toestand mag zijn, de aan Frankrijk ge slagen wond wordt niet vergeten, en Elzas- Lotharingen zal de donkere plek aan den horizon blijven, die elke innige toenadering tusschen Duitschland en Frankrijk in den weg staat, en die te eeniger tijd direct of indirect aanleiding kan geven tot botsingen. Bij Ziirich moeten Duitsche socialisten al redeneerende zoodanig aan het vechten zijn geraakt dat eenige hunner gedood en velen gewond werden. Een trein van Weenen naar Eger is bij Pilsen ontspoord. De locomotief en elf waggons stortten van den spoorwegdgk en werden geheel vernield. Drie reizigers ver loren het leven en een-en-dertig ontvingen min of meer ernstige kwetsuren. Ook de stoker werd gedood, terwijl de machinist ernstig gewond werd. Het ongeval werd veroorzaakt door den slechten toestand van den dijk, die door de hevige regens der laatste weken onder mg nd was. Dr. Peters verklaarde aan den correspon dent der New-York Herald te Kaïro, dat hg niet naar de Afrikaansche meren terugging, maar dat hij door het nog onbekende Somali-land ging reizen. Het Hongaarsche stadje Moor is geheel door brand vernield en daarbij verloren 10 personen het leven, bijna allen kinderen of oude menschen die zich zoo spoedig niet konden redden. Terzelfder tgd werden te Mosa, in het graafschap Pest, 80 huizen in de asch ge legd, terwijl te Filis Csaba 60 en te Sta- remfasto in Galicië 120 huizen door brand werden vernield. Sedert Juni zijn alleen in Hongarije in vijf dorpen en drie steden bijna 800 woningen verbrand. Noch in Oostenrijk, noch in Hongarije wordt ten plattelande iets voor bluschmiddelen uitge geven vandaar dat in den zomer de branden in de dorpen, die grootendeels uit houten huizen bestaan, zulke ernstige gevo'gen hebben. 41 Generaal Booth, het opperhoofd van het heilsleger te Londen, heeft nu ook een streng besluit uitgevaardigd tegen het gebruik van tabak. Wel is het rooken niei geheel ver boden, gelijk het gebruik van sterken drank, maar toch kan geen heilsoldaat tot hoogeren rang worden bevorderd, tenzij hij zich ten eenemale het genot der tabak ontzegt, f* In Engeland schijnt in militaire kringen de insubordinatie meer en meer aan de orfe van den dag te komen; althans won$r.nu weder gemeld Te Exeter heeft thans de rijdende artillerie zich aan ernstige insubordinatie schuldig gemaakt, ten gevolge, naar men zegt, van* het overwerken, dat van hen werd geëischt, en de harde behandeling van eenige offi cieren. Het tuig van de paarden werd voor een groot deel vernield. Ook wordt nog gemeld, dat een sergeant van het fort Augusta, op het eiland Jamaica, in verzet kwam tegen de officieren, omdat hem verlof was geweigerd zjjn familie te bezoeken. Toen de commandant en eenige officieren, die uit geweest waren, naar het fort terugkeerden, loste de sergeant eenige kanonschoten op hen, zoodat zjj moesten terugkeer en. Met behulp van sapeurs, van wie eenigen door de kanonschoten gewond werden, gelukte het hun echter den sergeant dood te schieten en weer binnen het fort te komen. Bovendien wordt uit Chatham bericht: Een aantal soldaten alhier, behoorende tot den trein, weigerden op het appel te verschjjnen, onder voorwendsel van buiten sporige corveeën, en verbarricadeerden zich in het depot-magazijn. Twintig muiters zjjn tot een maand gevangenis veroordeeld. De politie te Chamounix heeft een aantal in het geheim vergaderde nihilisten ontdekt, en velen in hechtenis genomen. De politie doet onderzoek naar helsche machines, welke verborgen heeten te zijn. Ondanks de officiëele geruststellende ver zekeringen beginnen, volgens den corres pondent van de Times te Weenen, de Joden in grooten getale Rusland te verlaten. Uit het district Wilna zijn duizenden Israëlieten op weg om te verhuizen naar Brazilië of om, met behulp der Alliance Israelite te Parijs, het geluk in Algiers te beproeven. De geheele bevolking van Sint Petersburg verkeert in groote opgewondenheid over een moord, die daar heeft plaats gevonden en die door de bij-omstandigheden zeer sterk gelijkt op den moord, die onlangs te Berlijn op de vrouw van een post-beambte werd gepleegd, welk geval wij indertijd vermeldden. Den 27 Juli vond men op de openbare straat te Sint Petersburg het deerljjk ver minkte lijk eener jonge vrouw, dat later herkend werd als te zjjn van eene onge huwde vrouw, die zich aan een ongebonden levenswijze overgaf. Zjj had veertien dagen vroeger bij de politie doen opgeven, dat zjj op reis was gegaan en was toch in Sint Petersburg gebleven, waar zij geen woning had en als een echt vrouwelijke vagebond leefde. De omstandigheid dat de vermoorde op lift Land van lloiisdfii en Altena, Of Langstraat fin df Bominelerwaard. I O O

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1890 | | pagina 1