Ü6 Bommelerwaanl. Iets over Schedelleer. M ZATERDAG 31 JANUARI 1891. II Vil iSAlï^ m\ II viwlluïi Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. Bij dit nummer wordt no. 10 van liet feuilleton als bijvoegsel ver zonden Buitenland. x -V Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. Franco per post zonder prijs ver hooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentië'n 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht. 'imaaui'jM J»U ÜUW III. Volgens mijn beschouwing, alzoo gaat de phrenoloog voort, drukken zich dus de afzonderlijke organen der hersenen, elk naar zijn meerdere of mindere sterkte, als groo- tere of kleinere verhevenheden op de opper vlakte der schedels uit. Hoe grooter de ver hevenheid is, des te-'grootere geestelijke aanleg is aanwezig. De organen, die zich J op de buitenste oppervlakte der hersenen bevinden, bewerken op den buitenkant van den schedel verhoogiugen, die overeenkomen met die van binnen. Men kan dus naar de gedaante van den schedel besluiten ov> r den geestelijken aanleg. Deze verschillen in aanleg heb ik op de volgende wijze als zelfstandige vermogens ingedeeld 1. De geslachts- of voortplantigsdrift, bij mensch en dier in de kleine hersenenis deze zeer sterk, dan drukt hij zich uit door een breed en sterk onder-achterhoofd, meestal ook door een sterken nek. De oude beeldhouwers reeds gaven aan Hercules een stierennektoch heeft dit orgaan niet alleen betrekking op lichamelijke voortbrenging maar ook op geestelijke, want zijn sterkte, met een wetenschappelijken geest verbon den, is de bron van de vruchtbaarheid der geleerden. 2. Boven de kleine hersenen ligt het orgaan der kinderliefde, dat, als 't zeer sterk is, aan 't achterhoofd den spitsen vorm van den kop der apen geeft, 't Is over 't alge meen bij vrouwen sterker dan bij mannen. De kinderliefde vertoont zich als een grond vermogen omdat ze, met alle mogelijke eigenschappen vereenigd bij den tijger zoo wel als bij 't schaap voorkomt. Al spoedig zegt men van een man die gaarne en ver standig met kinderen omgaat, dat hij een goed karakter heeft en verklaart daaruit zijn kinderliefde. Maar er zjjn zeer voor- treffeljjke mannen, die dat talent en ook de liefde voor kinderen niet bezitten, en aan de andere zijde zijn er gruwelijke misdadi gers, die zich voor hun kinderen zouden laten verscheuren. Ook van de geslachts liefde is de kinderliefde onderscheiden. Er zijn vrouwen, die weinig naar haar man en veel naar haar kinderen vragen, en omge keerd. Ook op geestelijk gebied zijn de kunstenaars en denkers wien 't later lot hunner werken aan het hart ligt, zeer goed te onderscheiden van hen, die zich na de voltooiing niet meer om hun werk bekom meren. Tot de laatste behoorde Goethe, die bovendien ook een voorbeeld is van de scheiding tusschen geslachtsdrift en kinder liefde. 3. Boven 't tweede orgaan ligt dat van den »eenheidszin«, karakteristiek in de werk zaamheid van den herdershond, den mili tairen bevelhebber, den bekwamen volks leider, die alle draden van zijn arbeid tot etn flinken knoop weet saamtevatten. Deze drift bepaalt den zin voor samenstellingen op elk gebied, is de vader van 't herders leven, 't maatschappelijk leven, de vorming van staten. Geen staatsman, geen drama- of romandichter is groot zonder sterkte van dezen drift. Hij was zeer sterk bjj Goethe, die zelfs zeide, dat hij beter onrechtvaardig heid dan teugelloosheid kon dulden. 4. Het orgaan der aanhankelijkheid, ter weerszijden van 't vorige orgaan gelegen. De zin der vriendschap ontstaat daaruit; hij gaat gepaard met alle mogelijke eigen schappen, slechte zoowel als goede. Orestus en Pylades zijn een sprekend voorbeeld van zijn sterkte; maar ook onder roovers en moordenaars vindt men voorbeelden van opofferende vriendschap. Zoo ook zijn de dieren, die vriendschap houden, goed te onderscheiden van de trouwel oze. Uit de sterkte van dezen zin spruit o.a. het heimwee voort, dat dier en mensch den dood kan aandoen. 5. De strijdzin drukt zich uit in een or gaan, onmiddellijk achter 't, oor. 't Is een aangeboren drift, die zich !>jj de dieren zeer onder cheideu vertoont, van den leeuw tot den haas. Hy voert hij groote sterkte tot heldhaftige ondernemingen, maar ook tot twistziekte en bedilzucht, alnaar de andere organen zijn. Plato meende dat dapperheid slechts een andere naam was voor wijsheid, want dapper kon alleen hij zijn, die wist, wat werkelijk te vreezen was. Daarom was Godsvrucht de rechte dapperheid. En dat is ook in 't algemeen genomen waar. Als ik zie, dat een dapper officier een braaf meisje uit den burgerlijken stand, dat hij liefheeft, daarom niet trouwt, omdat hij bang is voor de openbare meening, dan zeg ik, dat het beste deel der dapperheid hem ontbreekt, of phrenologisch gesprokendeze officier bezit den strijdzin in tameljjk groote mate, maar zijn liefde voor goedkeuring is over wegend. 6. De werkzaamheids- of verstoringszin ligt organisch zoo, dat bij ^an 't eene oor tot het andere het hoofd een breeden vorm geeft, indien hij sterk is. De tijger, de uil, alle door wreedheid uitmuntende diereu heb ben tusschen de ooren een breeden kop in tegenstelling met de planteneters. Bij de menschen beteekent deze vorm van hoofd vlijt, ondernemingszucht, hevigheid, wreed heid, moordlust. Is dat orgaan zwak, dan is de mensch van nature zacht, geduldig, traag. 7. Het orgaan der geheimhouding ligt juist boven 't vorige en het hoofd der Chi- neezen in zijn breedte boven de ooren stelt de sterkte van dat orgaan voor. D*-ze zin toont hij de dieren listigheid, zooals bij den vos. Bij de menschen vertoont hij zich als slimme terughouding, lust voor diplomatie en leugen, in tegenstelling niet dwaze open hartigheid en loffelijke oprechtheid, die aange wezen wordt door zwakheid van dit orgaan. Er zijn menschen, die er genot in hebben anderen wat wijs te maken, hen te ver schalken, zoodat men het liegen niet altijd terugbrengen kan tot zulfzucht. Dat Gall dit orgaan bij Goethe zoo sterk ontwikkeld vond, was wel de oorzaak van Goethes on verschilligheid voor de schedelleer. Gall zei hem, dat hij wel een beroemd dichter was, maar dat de natuur hem tot volksredenaar had bestemd. 8. De eigendomszin toont zich van voren boven 't oor. Dit orgaan is bij de dieren zeer opmerkelijk. Herten en stieren kennen en verdedigen de grenzen van hun park vele honden eten zonder dat ze honger heb ben, alleen omdat ze hun voedsel niet aan anderen willen overlaten; er zijn honden wien alleen smaakt wat gestolen is, en de ekster is een geboren dief. Bij de menschen klimt deze zin van wijze spaarzaamheid en vreugde door 't bezit, tot hebzucht en gie righeid aan den eenen kant, al naar de andere vermogens zjjn. Deze zin is de vader van patriotisme en veroveringslust. 9. De bouwziD, wiens orgaan in de slapen ligt, vertoont zich bij di ren en menschen in kunstvaardigheid, en duidt, als hij sterk is, den grooten macbinebouwer en archi tect aan. Out wijfelhaar is deze zin een op zich zelf staand vermogen, dat reeds bij kleine kinderen opgemerkt wordt, tenminste als het sterk isen de onhandigen zijn ge durende bun geheele leven van de handigen onderscheiden. De tot nu toe genoemde negen zinnen heeten phrenologisch de dierlijke zinnen. Nu komen we tot de geruoedszinnen. 10. Het zelfgevoel heeft zijn orgaan ge- heel achter aan 't bovenhoofd. Evenals men hy de dieren de trotsche van de deemoedige onderscheidt, en b.v. de haan en 't paard geheel onderscheidend optreden, zoo vallen ons reeds bij den eersten blik de trotsche menschen in 't oogen 't is karakteristiek dat het zelfgevoel, als het zeer sterk is, toont geheel onafhankelijk te zijn van 't geluk en van de overige zielsvermogens. Hoe menig mensch treedt stout op, voor wien 't, beter was het zeil wat te reven, en hoe menigeen is altijd bescheiden, hoewel hij innerlijk groot is. Over 't algemeen hebben Engel- schen, Franschen en vooral Spanjaarden meer zelfgevoel dan de Duitscherg en Neder landers; en wio de hoofden vergelijkt, zal vinden dat de doorsnede van 't hoofd der Duitschers van 't midden van 't bovenhoofd af naar beneden afneemt, terwijl Engelsche, Fransche en Spaansche hoofden in den regel van 't voorhoofd af tot het laatste punt van 't achterhoofd in breedte toenemen. Toch kan men ook hij ons in elk groot gezelschap verschillen van een handbreedte tusschen de hoogten van de achterhoofden opmerken. De van achteren hooge hoofden wijzen overal, zoowel in 't gezin als in 't parlement, de middelpunten der hoogachting aan. 11. Het orgaan van liefde tot toejuiching ligt ter weerszijden van 't vorige. De ijdel- heid is zeer goed van de trotschheid te on- dersch iden. Dr. Gall vond in de krank zinnigengestichten bij de lieden, die zich voor keizers en koningen hielden, dit orgaan steeds sterk ontwikkeld. Kenmerkend was bij deze menschen ook de rechte, dikwijls naar achteren gebogen houding van 't hoofd. Ook veel dieren zjjn gevoelig voor lof, zooals honden en paarden. De zucnt naar titels en ridderorden heeft hierin haar grond. De prikkelbaarheid, 't licht kwalijk nemen, ken merkt de sterkte van dezen zin. 12. Het orgaan der bezorgdheid, voor zichtigheid, zit in den achtersten hoofdboek, beneden 10. De voorzichtigheid houdt den strijdzin ceuigszins in evenwicht. Waar de laatste verreweg 't sterkst is, ontstaat de vermetelheid. Reeds hij kleine kinderen on derscheidt men hen, die van nature voor zichtig zijn van hen, die dikwijls vallen en alles wagen. 13. De welwillendheid, wier orgaan voor aan boven 't voorhoofd ligt. Voor de sterkte van dezen zin geeft het hoofd van keizer Wilhelm I, voor de zwakte dat van Macchia- velles een uitmuntend voorbeeld. De aan geboren welwillendheid, de lust om den naaste te helpen, is 't kenmerk van dezen zin, voor wiens oorspronkelijkheid het feit spreekt, dat de welwillendheid, niet door 't verstand bestuurd, evenveel nut als schade sticht. 14. Midden in 't bovenhoofd ligt het orgaan der vroomheid. Het bewustzijn, de onuitroeibare overtuiging van 't bestaan van een God, die" ons behoedt en leidt, de na- tunrlpke vroomheid, ontstaat uit de sterkte van dezen zin, van welke weder 't hoofd van keizer Wilhelm karakteristiek is. Men vergelijke de hooge welving der hoofden van den heiligen Hiëronimus, den heiligen Stefanus, Gustaaf Adolf met het platte hoofd van Spinoza. Alle groote schilders hebben onwillekeurig aan den Christuskop een hooge welving gegeven. Geheel verkeerd worden veel menschen, die niet veel deugen, voor huich laars gehouden, omdat ze vlijtig do kerk bezoeken want er zjjn veel menschen, wien niet de vroomheid, maar wel de deugd 1 ontbreekt. 15. Het orgaan der standvastigheid ligt tusschen dat der vroomheid en dat van 't zelfgevoel. Beschouwen wij de hoofden van vorst Bismarck, koning George V van Hannover en Richard Wagner, dan vinden wij deze iets achter 't midden van 't boven hoofd, omstreeks vjjf tot zes centimeters hooger dan de hoofden der meeste andere menschen; het hoofd van koning Frederik Wilhelm IV, wiens regeering hierdoor ge kenmerkt is, dat hij de maatregelen, die hy zelf goedkeurde, nooit uitvoerde, was op deze plaats zeer laag. Slot volgt.) De KoniDg van België heeft den minister van b. z. opgedragen zijnen levendigen dank te betuigen aan alle regeeringen die ge- j wenscht hebben zich by de begrafenis van Prins Boudewjjn speciaal te doen vertegen woordigen, doch die daarvan hebben afge zien uithoofde de ontzaglijke smart der Ivoninkljjke fumilie. De allernaast verwante hoven slechts zullen vertegenwoordigd zijn die van Engeland, Saksen-Coburg, Portugal en dat van Hohenzollern. Dinsdagmiddag is aan prinses Hanriette, daartoe voorbereid door den huisarts van de graaf van Vlaanderen, dr. Melis, het overlijden medegedeeld van haren broeder, prins Boudewyn. In den loop van den avond hebben drie geneesheeren een consult ge houden en eenstemmig verklaard, dat de heftige smart der prinses haar physiek geen nadeel heeft berokkend. In den avond is het lijk van den prins gekist. Het ligt, gekleed in de uniform van kapitein der karabiniers, in een eikenhouten kist met wit satyn gecapitonneerd. Deze kist is omgeven door een tweede eikenhouten kist, welke geplaatst is in een looden om hulsel, hetwelk geheel is dichtgesoldeerd. De uiterste omhulling is eene kist van zwart palissanderhout, met zilveren handvatsels en scüroeven en eene zilveren plaat, waarop 's prinsen naam, en datum van geboorte en van overlyden gegraveerd zyn. Uit België bericht men, dat op bevel van den minister van oorlog alle verlofgangers der lichtingen van 1887 en 1888, die nauwe lijks eene week geleden onder de wapenen geroepen waren, weder met verlof, voor- loopig voor ééiie maand, naar hunne haard steden teruggekeerd zyn. Waarschijnlijk wil de minister de mili ciens by de hanï hebben, wanneer de her- zieningsvoorstellen door de kamer behandeld worden. Al te rustig schijnt 't ook in Henegouwen onder de werkstakers en hunne aanvoerders niet te zyn. Uit Autwerpen wordt gemeldEen ont- zagljjk ijsveld is ter hoogte van Hoboken van den oever losgeraakt en tot voor de kaden van onze stad gedreven. De ijsvlakte was zóó uitgestrekt dat bijna de geheele breedte der rivier er door werd ingenomen, en dat de nieuwsgierigen, die in grooten getale op de kaden stonden uit te zien naar stoom- booten welke uit zee verwacht werden, niet geaarzeld hebben zich op het ijs te begeven Weldra bevonden zich een duizendtal per sonen op het ijsveld. Vijftig of zestig hadden reeds op den anderen oever der Schelde voet aan wal gezet, toen tegen half drie, bjj wassend getjj, de enorme ijsschots plot seling in stukken brak en vele personen in het water verdwenen. Verscheidene konden weder aan wal worden gebracht, maar men heeft reeds twee lijken opgevischt, en men vreest dat het aantal slachtoffers veel aan zienlijker zal blijken te zyn. In de voorsteden en de omstreken van Brussel, die zooveel van overstroomingen te lijden gehad hebben, is de toestand veel verbeterd. Te Luik is men, dank zij de ge nomen maatregelen, niet ongerust meer over den ijsgang op de Maas, die de stad scheen te bedreigen. Ook te Charleroi is het water sedert Zondagavond aan het val len. Te Bergen is echter weer een dyk door gebroken, en te Leuven staat het lagere deel der stad geheel onder water, zoodat daar groote verwoestingen zyn aangericht; zelfs zyn een viertal personen dia met het reddingswerk bezig waren, byna verdronken. In het Theatre Fran9&is te Parys werd een tooneelstuk van Sardou, getiteld Ther- midor, opgevoerd. Door het kabaal der ultra-radicalen, welke hierin eene beschim ping der Revolutie meenen te zien, ontstond er eene groote opschudding, zoo zelfs, dat het gebouw gesloten moest worden. De Minister Constans had het stuk willen ver- bieden, doch zyn collega Bourgeois was 'hiertegen. Na het schandaal schynt eene ministriëele crisis niet onmogelijk. Verdere opvoering van dit stuk is nu echter verboden. De berichten betreffende den waterstand van den Ryn en zyn by-rivieren luiden tot dusver niet ongunstig. Het ys begint meer en meer los te raken en het water wast steeds, maar ernstige ongelukken zyn nog niet voorkomen. Overal zetten de genie troepen hun arbeid, om de ijsdammen te doen springen voort. Gemakkelijk is echter dit werk niet, daar het ys bijzonder vast is. Het gevaar voor overstrooming van de Ruhr is voorloopig geweken, daar de genie deze rivier geheel vrjj heeft gemaakt. Het dryfijs wordt nu geregeld afgevoerd. Het ys in de Weser is nu ook in beweging. Te Bremen is een afdeeling pontonniers uit Hannover aangekomen, maar het ergste gevaar dreigt aan het bovengedeelte der rivier. By Minden ia de Weser in twaalf uur 2l/t voet gewassen. De Moezel geeft ook reden tot ernstige ongerustheid. Ten einde het ys weg te maken en hulp te verleenen, zyn uit Metz 16 detachementen pontonniers naar ver schillende bedreigde punten gezonden.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1891 | | pagina 1