De les van den winter. 1891. O 075. 0 m - Bii dit nummer wordt no. I van het feuilleton als bijvoegsel ver zonden. ZATERDAG 14 MAAKT VOOR g| S3 Uitgever: L. J. YEERMAK, Heusden. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 8 maanden ƒ1.00. verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiè'n 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte, Advertentièn worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht. «i van '90 op zeggen niet De natuur ia weer tot de orde terugge keerd de Maartsche regenbuien hebben haar intrede gedaan en bereiden den weg voor de Lente. We willen daarmee niet zeggen dat moeder Natuur buiten de orde gegaan is toen ze hare kinderen in 't ijs pakte, dat schijnt ons maar zoo toe, nu we tyden lang gedurende de wintermaanden haar alleen van hare mildste zijde hebben leeren kennen. We waren vergeten dat ze ten volle 't recht heeft in December en Januari een grimmig gelaat te vertoonen. Nu is dat weer geleden en zijn sommigen geneigd al de jammeren te vergeten, zooals velen kwade dagen en ongelukken in 't vergeetboek opteekenen. Toch zou dat niet verstandig wezen. We moeten den Winter '91 in aandenken houden. We »gezegend« gelijk de formule luidt ofschoon daarvoor wel eenige reden zou te vinden zyn. De afgeloopen winter- campagne geeft ons jongeren nu ook het recht met verstand van zaken over souder- wetsche winters* te spreken. Van deze winters is 't niet onaardig eens op te halen en te hooren hoe dik 't ijs was en hoe lang 't in het water gelegen heeft, hoeveel genoegens het ijsvermaak opgeleverd heeft, doch van veel meer belang is het hoe wij ons gedurende die periode, die niet voor allen zoo vermakelijk was, van onzen plicht hebben gekweten. Wat toch zien we alom? De mensch wapent zich tegen mogelijke rampen. Tegen de ramp van den oorlog b.v. bereidt hij zich voor op eene wijze, die niet veel van een werkeljjken oorlogstoestand verschilt; tegen overstrooming roept hij intijds het dykleger op en zet op bedreigde punten wachtposten uit. Ook tegen 't vuur is hij voortdurend op zyn hoede. Ouderdom, ziekte en dood hebben een deel van hun verschrik king verloren, nu de gelegenheid om de achterbly venden te verzorgen zoo gemakke- ljjk gemaakt wordt. Vond ons de verschrikkelijke winter, die we achter den rug hebben, toegerust tot den stryd? O we denken hierbij niet aan de massa's aardappelen en bieten, die bevroren zyn, ofschoon de lichtvaardigheid, waarmee we deze producten den wintervorst ten prooi gaven wel degelyk een antwoord op de vraag is. We denken hier uitsluitend aan onzen evenmensch en dan beweren we, dat de af geloopen campagne ons eens dure les pre dikt. Zeker, er is veel gedaan. Toen de ther mometer onweersprekelijk aantoonde dat we nu eens niet met een kwakkel-wintertje te doen hadden, toen scheen het alsof er een wedstrijd was uitgeschreven tusschen de honderde en honderderlei com missiën van weldadigheid, bestaande en pas opge richte. En 't succes was groot't weldadig Nederland heeft zich niet onbetuigd ge laten. Mag in de eerste dagen menig arme ge krompen hebben onder de ijzeren vuist vi n den wintervorst, in betrekkelijk korten tijd Tloeiden de gaven van alle kanten en ver spreidden voedsel en dekking naar alle zijden. Dit. moge onze roem zyn, 't is ook onze schande. Men strydt nu al sedert een on- heuglijken tyd over de macht, aan wie de armverzorging toebehoort; aan de kerk, aan de gemeente, aan de particuliere liefdadig heid. De eerste doet wat, de tweede eveneens en de derde desgelijks. Met haar drieën voeren ze stryd tegen de armoede, d. w. z. kerk en gemeente ondersteunen de be- hoeftigen, die te haren laste vallen en de particuliere liefdadigheid kent in dat opzicht geen grenzen en doet allen wel, zonder onderscheid. Hoe komt het, dat met deze drie machten aan 't werk, toch de winter ons onvoorbereid vindt en in de hutten en stulpen der armen sluipt voor de reddingstoestellen gereed zijn? Vooreerst daardoor, dat de grenzen van 't drieërlei gebied van armverzorging niet juist bepaald zijn, zoodat 't mogelijk is, dat: de eene macht iets verzuimt, in 't vermoeden dat daarvoor wel een andere zal zorgen en ten tweede in de volkomen bandeloosheid der philantropie. 't Klinkt misschien vreemd, maar 't is er niet minder waar om, dat in winters als de afgeloopene veel te veel gegeven wordt. 20 graden vorst maakt de menschen zoo scheutig, dat ze in den blinde weldoen. En nu staat er wel geschreven, dat de linker hand niet weten mag wat de rechter doet, maar er staat niet bij, dat men ook de oogen moet sluiten. Integendeel is het ge raden, ten alien tijde goed uit te zien. Het geven toch beeft een zeer gevaarlijke zijde, de geschiedenis der Staatsarmenzorg leert het, het bewerkt n.l. ook armoede, en dat toch kan nimmer het doel zijn der lief dadigheid. Denk u eens een dorp, waar men in 't vertrouwen, dat alle menschen wel voor zichtig zouden zijn, tot heden nagelaten had maatregelen te nemen tegen eventuëelen brand. Daar breekt plotseling een hevige brand uit en al wat handen heeft snelt ter hulp. 't Baat echter niets. Bij dergelyke rampen richten geïmproviseerde middelen niets uit, daarvoor dient te voren gezorgd. Zoo is 't ook met de rampen van den winter, 't Geval moet zich niet kunnen voor doen, dat deze ons onvoorbereid overvallen, we moeten ons organiseeren vóór de brand uitbreekt. Op vele plaatsen heeft men 't dezen winter zoo kostelijk aangepakt. Men heeft n.l. een talrijke commissie met de armverzorging be last, niet één persoon over drie dozijn huis gezinnen, maar één over niet meer dan drie of vier. Wat zag men? Dat de commissie leden hart kregen voor hun patiënten ey dezen met raad en daad ter zy le bleven. Dat ze niet wanhopig werden over de zee van ellende, die hun ontrold werd, maar met genoegen hun taak afweefden. Dat op 't eind der campagne de commissie ten volle wist, wat haar gaven hadden uitgericht, dewjjl door niemand in den blinde gegeven was. Dat is de eenige ware manier van arm verzorging. Wanorde of onordelijkheid op dit gebied sticht voor de toekomst meer kwaad dan ze oogenblikkelijk goed doet. In kleine plaitsen is dit middel eenvoudig in de zich voor de kwade tyd vermogen.* Er zjjn geen meer zorgelooze menschen dan de armen, dat zal u ieder, die hen nauwkeurig gadeslaat, bevestigen. Misschien zullen ze, wanneer ze onze pogingen gade slaan om in den zomer reeds tegen den winter te zorgen, leeren dat 't. hun zaak ook wel wezen kon aldus te doen. Ze zouden er niet minder aan toe zyn. Buitenland. De ongesteldheid der koningin van België is van geheel onbeteekenenden aard; H. M. zal binnen twee of drie dagen weer hare gewone rijtoeren kunnen maken. Naar van goede zijde gemeld wordt, heeft de Keizer van Duitschland het ver zoek van den minister van eeredienst, den heer von Gossler, om ontslagen te worden, toegestaan. Overal heerscht de grootste spanning wie zijn opvolger zal zijn, daar zijn post bijzonder moeielijk is nu het centrum in het Parlement de toongevende partij geworden is. zijn, zal het voorzichtig wezen, den uitslag van het onmiddellijk door de regeering in gestelde onderzoek af te wachten, daar de tegenstanders van Italië's koloniale politiek uit deze onthullingen reeds wapen gesmeed hebben. Inmiddels komt luitenant Livraghi, in eene aan de dagbladen gezonden memorie, op tegen de beschuldiging, dat de gruwelen op zijn last en ten zijnen voordeele ge schiedden. Hij verzekert, dat zij van hooger- hand werden gelast, ten einde op deze wijze de lieden, die het bestuur in den weg stonden, te doen verdwijnen. Voorts deelt hij mede, dat niet alleen enkele personen, doch gansche troepen inlandsche soldaten, te zamen ruim 800 zegf?e achthonderd aan wier trouw men twijfelde, op deze wijze uit den weg zijn geruimd. Luitenant Livraghi was voortvluchtig, maar is te Lugano, in het Zwitsersche kan ton Tessino, gevangen genomen. Daar hij reeds bekend had in de zaak van Massowah betrokken te zijn geweest, is er geen bij zonder uitleveringsbesluit noodig, maar zal Livraghi dadelijk naar Rome getransporteerd worden. De bladen eischen allen een streng onder sale chronische tekorten, ondanks de druk kende en krankzinnige nieuwe lasten op het volk en de zoogenaamde hervormingen, die erger zijn dan de te genezen euvelen, dadeljjk een Het blad constateert een daaruit geboren intensief gevoel van angst, sedert 1876 niet waargenomen. Geldbelegging en speculatie zijn beiden dood iedereen wantrouwt den toestand, vreest eenen krach en onttrekt zijne beschikbare contanten. Geen wonder, zegt het blad, dat de toestand der banken De regeering en de hoofdleiders der natio- naal-liberale partij in D litschland zijn er volstrekt niet mede ingenomen, dat vorst Bismarck door de nationaal-liberalen can- zoek in deze zaak, waarbij, naar men ver- didaat is gesteld voor den Rijksdag, daar. noedt, tal van andere officieren, onder welke men gelooft dat hij gebruik zal maken van j hooggeplaatstebetrokken zijn. Livraghi zijn mandaat, om de totstandkoming van moet dan ook verklaard hebben, dat hij be- het handelsverdrag tusschen Duitschland en Oostenrijk te bemoeilijken. Een ander bericht meldt: Men gelooft thans de aanneming door vorst Bismarck van eene candidatuur voor den Rijksdag niet zoozeer te moeten toe schrijven aan zijn verlangen om de regeering langrijke onthullingen heeft te doen en slechts gehandeld heeft op hooger last. Een medewerker van de Secoio heeft den generaal Crero, die een tijdlang kom- mandant was van het expeditiecorps in Afrika, ^geïnterviewd.* Deze nu heeft niet geloochend, dat er Arabieren in massa vau in hare handelsstaatkunde te bemoeilijken, j kant gemaakt zijn, maar zij waren beschul digd van verraad, en zij zijn gedood krachtens de krijgswet. Volgens een bericht uit Petersburg heeft de Russische politie te Kostroma den nihilist Degajeff, die daar als rustig burger onder een anderen naam leefde, in hechtenis ge. nomen. Een premie van 10,000 roebels was op zijn hoofd gesteld, omdat hij voor een der gevaarljjkste leiders der nihilisten werd gehouden en bovendien verdacht werd van medeplichtigheid aan den moord, die in 1883 gepleegd werd op kolonel Sudeikin, den chef der Peterburgsche geheime politie. Ook eenige andere personen, vei dacht van medeplichtigheid aan den moord op kolonel Sudeikin, zyn te Kostroma gearresteerd, o.a. een gymnastiek-onderwijzer, die zich op het oogenblik zijner arrestatie vergiftigde. De gouverneur der stad is naar Petersburg ontboden, waar hem zeker eene ernstige O vermaning te wachten staat. Volgens bericht uit Konstantinopel vreest men ernstige verwikkelingen in Marocco, tengevolge van het plotseling overlijden van den Britschen gezant, na eene heftige woor denwisseling met den Sultan. Reeds moet een Engelsch pautserschip van Tanger naar Mazagan zijn vertrokken. De New-York Herald* bevat een heftig artikel tegen de "[thans in Amerika heer- O B schende regeeringsparty, waarin de Con- dan wel om den tegenwoordigen rijkskanselier von Caprivi te steunen, ten einde te voor komen, dat zyn persoonlijke vijand, de voor malige chef van den generalen staf, graaf Waldersee, die weer in 's Keizers gunst be gint te stijgen, Rijkskanselier worde. Als een klein bewjjs, dat graaf Waldersee weer in 's Keizers gunst staat, wordt gemeld, dat laatstgenoemde eerstdaags een bezoek aan Altona zal brengen en dan zijn intrek in graaf Waldersee's woning zal nemen. De nieuwe onderneming van Liebknecht, de socialistische school ter opleiding van werklieden, is te Berlijn tot stand gekomen. Ongeveer 4000 personen, mannen en vrouwen, hebben zich doen inschrijven als leden der Vereeniging voor deze school, die voornamelijk ten doel heeft de opleiding van socialistische agitatoren. Het aantal per sonen, die van het onderwijs zullen gebruik maken, bedraagt 8 a, 900. Te Berlijn worden voorloopig vier schoollokalen geopend. De hoofden hopen tegen 6 April zoover met alles gereed te zijn, dat de lessen kunnen aanvangen. Men spreekt in Italië zeer veel over de onthullingen, welke een aantal ongeloofe- lijke schandalen aan het licht gebracht hebben ten laste van het Italiaansche be stuur te Massowah. Deze betreurenswaardige feiten, bestaande in moord, roof en afpersing, hebben plaats gehad vóórdat het burgerlijk bestuur in Italië's bezitting was ingevoerd. wekelijks zwakker wordt. Berichten uit Iquique melden, dat de regeering van Ohili voorstellen tot vredes onderhandelingen heeft ontvangen van een der voornaamste hoofden van de opstande lingen. Uit Montlu^on wordt gemeld, dat te Com- mentry (waar de nationale mijn werkersbon d vergadert) een dynamietpatroon ontploft is voor de deur van een koffiehuis. De gevel werd geheel vernield, maar er hebben geen persoonlijke ongelukken plaats gehad. Generaal Booth van het Heilsleger is vrij ernstig ongesteld. Waarschijnlijk heeft hij onlangs kou gevat op zijn reis van Brussel naar Parijs. De gemachtigden der mijnwerkers in het noorden van Wales, 10,000 man vertegen woordigende, hebben in eene te Wrexham gehouden bijeenkomst, besloten, vast te houden aan de eischen tot invoering van een achtuurs werkdag en zich verder te zullen gedragen naar de besluiten der eer lang te houden internationale werklieden conferentie. waarin gresleden politieke knoeiers en eene dieven bende genoemd worden. Het heet daarin, toepas iing, men grijpe het dus aan j De advocaat Cognotti en de chef van den j dat het uiteengaande Congres onbcschrijfe- veiligheidsdienst lu tenant LPragkiijk veel kwaad heeft gesticht, door het ver komt. In greote wordt het moeilijker, doch schijnen de hoofdschuldigen te zijn. Ofschoon morsen van over de duizend millioen dol- niet onmogelijk, dat getuigt o.a. het Am- j het byna niet meer in twijfel kan worden lars en door het vervangen der vroegere steidamsch genootschup Liefdadigheid naar getrokken dat er gruwelijke dingen gebeurd groote jaarlijksche overschotten door kolos- en orgamseet'e De heer Elton, die mevr. Cathcart meer dan een jaar als procureur ter zijde stond, verklaart, dat er niet de minste reden be staan kan om haar in een gesticht te plaat sen en dat zij zelve hem reeds eenigen tyd geleden geraadpleegd had, met het oog op de plannen die gesmeed werden om haar te doen opsluiten. De heer Elton verklaart verder, dat zy even goed bij haar verstand is »als de meesten onzer« en dat hy be reid is ieder van inlichtingen te dienen, die de ongelukkige mocht willen bijstaan. Mevrouw Cathcart en haar man zjjn druk aan het procedeeren. In het Engelsche Lagerhuis antwoordde de Minister van Binnenlandsche Zaken op een interpellatie, dat leden van het ge neeskundig toezicht op krankzinnigen mevr. Cathcart bezocht en verklaard hadden dat zij in een gesticht thuis behoort. Maandagnacht woedde er een geweldige sneeuwstorm door geheel Engeland, waar door de sneeuw voetenhoog werd opge stapeld. Het verkeer met post en telegraaf is verbroken. Te Dover konden geene stoom- booten aankomen of afvaren, dewijl de op gezweepte golven onder eene verblindende sneeuwjacht over de havenhoofden sloegen en die onzichtbaar maakt en. De sneeuwstormen hebben, blijkens de nadere berichten uit Engeland, behalve de schade en de storing in het verkeer, welke zij teweegbrachten, ook menig menschen- leven geëischt. Te Dungeness strandde een schip en zonk met de geheele bemanning, 10 menschen. Drie kustwachters waagde zich met een reddingboot in zee, om de in nood ver- keerende bemanning van een tweede ge strand vaartuig te redden, maar de poging en Alteiia -*f h Langstra Franco per post zonder prjjs-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1891 | | pagina 1