Brieven uit Amsterdam. FEUILLETON. Bij dit nummep wordt no. 22 van het feuilleton als bijvoegsel verzonden. i Ao o ZATERDAG 3 OCTOBER. 1891. VOOR i j e\ TJ*tgeverL. J. VEERMAN, Heusden. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden ƒ1.00, verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Franco per p^t ^nder prgs- I "s t Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ot. Groote letters naar p Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht. En ben je bjj Sequali geweest? Om u te dienen, waarde lezer! Ik zet die vraag maar voorop, omdat, wat ik ook tot onderwerp van dit schrijven mocht willen kiezen, ge me zeker telkens in de rede zoudt vallen, gedreven als ge wordt, door uw nieuwsgierigheid of moet ik zeggen weetgierigheid in zake den grooten wonderdocter. Nu dan, we zullen het hebben over Sequab. Trots de waarschuwing van vrienden, die hun bezoek met gescheurde kleeren en ver trapte schoenen betaald hebben, een entree waarop ze niet gerekend hadden, heb ik de heele week gehunkerd naar een bezoek aan den Parktuin. De omstandigheid, dat mijn tijd zeer beperkt is en deze, dat een wan deling naar genoemden tuin me op een Aed half uur komt te staan, noopten me dit bezoek tot Zaterdag uit te stellen. Gis teren middag echter heb ik het er van ge komen en stond klokke 2.15 voor het hek jan genoemden tuin. Dei.e tuin behoort tot het gebied van den Parkschouwburg, doch wordt afzonderlijk "xploiteerd. 't Is een flinke ruimte, die /.a. een dansvloer bevat in de open lucht, èen muziektent en een gebouw voor muziek- "aitvoeringen, 't welk aan de tuinzjjde ge heel open is. Klokke 2.15 stond ik voor het hek, bjj vjjze van spreken althans. Er waren n.l. «en goede honderd liefhebbers nog vóór me ekomen, meest kinderen Israels 't was sabbath en de Parktuin ligt aan den zoom van den jodenbuurt en daar stonden e, druk redeneerende over Sequah's heil- ;nbrengend bezoek, geduldig te wachten p de opening van 't hek, terwjjl van drie jden nog heele legerscharen toestroomden, alf 3 ging het open en toen begon 't ïve leven. Dat ik veel moeite behoefde te 'j >en om binnen te komen, mag ik niet ggen. Dat is nu 't aangename van met paar honderd menschenkinderen voor betrekkelijk klein gaatje te staan, dat en elkaar dan 't werk zooveel mogelijk rlicht, zoodat men met een flinke op- ïwing in den rug en eenige niet zachte unpen aan weerszij, als 't ware zwevende ar binnen geboegseerd wordt; een heel ngename manier om op visite te gaan. Zoo kwam ik in den tuin en toen was 't rd gaatie, latogs de paadjes en waren die rstopt, over de bloembedden naar de tent; 't was nu te doen om vooraan te staan. Ofschoon ik me gerept had en terstond na de hekopening zeer vriendelijk naar binnen gestompt was, zag ik me nu toch nog een meter of 4 van 't tooneel verwjjderd. 't Grootste deel mijner omgeving bestond uit werklieden. Of die menschen vrijaf hadden genomen, dan of de werkeloosheid reeds nu een aanvang genomen heeft, ik weet het niet, maar daar stonden ze, hun kerend naar den grooten man, vol lof over zijn daden en ver van vriendelijk jegens hen, die daarop iets wenschten af te dingen. 't Was toen 2.30 en te 3 uur zou de seance aanvangen. Onderwijl was de pronkwagen gearriveerd en had zjjn last gelost, eenige zwierig ge- kleede personen gedekt met enorm groote hoeden, die in hun beverkleurig kostuum 't orkest innamen. Vier van hen namen koperen instrumenten ter hand en begonnen het preludium. Er waren ook een paar heeren in 't zwart, van welke de een de Dr., hy laveerïe wat netjes op 't orkest af, ge-achterste rjjen, die als muskieten door volgd door menige verwensching. Ik laat elkaar wiemeien, En er ging uit de voorste hem da«. een poOS ftan zjjn lot over en rjjen een donderend gejuich op toen hjj er zal u straks 0pheU>ren waarom ik dit sujet bjjvoegde dat de rustigen juist werklui en de met opzet ten tooneek gevoerd heb Daar komt t», groote man naar voren levenmakers dames Nu speelden de en heeren waren, muzikanten weer een en wenkt om stilte. Qje kwam echter niet, mopje en twee personen heeschen een armen de zee bleef woest, on<,iujmjg golvend en Ijjder aan rhumatiek tegen de trap op. Onder eerst na herhaalde wenku en gebaren en de armen steunden ze den tobbert, die na een paar malen stilte itiébliejl*. vanmoeite had op de beenen te staan, en Sequah, het eenige Holland^ brachten hem terstond achter de gordjjn. spreekt, kwamen de voorste g«Jfen ^1 Sequah liet nu een document voorlezen, bedaren. Maar hoeveel olie van gedu.» van waarin de Burgemeester van Watergraafs- gebaren, van woorden hjj ook op de golKn' meer verklaarde dat de houder onvermogend uitstorte, het gelukte hem niet de branding1 wag om geneesmiddelen te koopen. te bedaren; van 't midden tot het eind! Met zeer grooten, onnoodigen ophef, werd was en bleef alles in rustelooze beweging, dit document aan de vergadering vertoond voettrappelend heen en weer slingerend, j en mt* nog grooter ophef gevraagdwie Sequah begon intusschen zjjn redevoering, de echtheu ontkende. »Neen,« werd er van Allereerst met een uitstorting van al de alle kanten troepen. Natuurljjk, wie zou bitterheid zjjns gemoeds op de heeren vantegen den Burg. ^an W. in, bet hart hebben het maandblad. Hjj bedoelde daarmee het te beweren, dat de>« ljjder wel vermogend orgaan van de Vereeniging van Kwakzal- was? We hadden daarkie 't woord van deze verij. Deze heeren waren hier te Amsterdam autoriteit niet eens van no^de, want de man de ander de tolk was. Dat half uur duurde ontzettend lang. J met kracht van geweld tegen hem opge- Als een zee bewoog zich in de zaal de treden. In Rotterdam schenen ze hem niet menschenmas.'^van achteren opgeduwd en te kunnen ^uitvinden* ofschoon hjj daar van ter zij. -werden we vooruit dan een paar maanden gewerkt had. Wel had- rechts geslinge&i* Ah weer terug. Er zijn den ze geprobeerd door aanplakking van n. 1. geen zitplaatsen en dat staande wachten 1 groote plakkaten te waarschuwen tegen den verhindert de menschen. tot rust te komen. »kwekzelver«, maar 't heeft hun niet gebaat, 't Was er bovendien ontzettend warm en j want de goede Rotterdamsche burgerjj dit half uur geleek als twee droppelen scheurde in water op het uur, bjj de taptoe doorgebracht, jetten af. fiquelmont en zijn boek der „laatste woorden." (8 De sansculotte, die met de schoone actrice u haar prachtig, geparfumeerd boudoir ioupeerde, was Brutus, de tapper. Het was len wonderlijk paar: Brutus, mager, knokig, net verwilderde haren en verscheurde kleede ren, zij in zilverdoorweven zjjden robe, haar 3n armen glinsterend van diamanten; schit terend hulsel om een schoone gestalte. En toch, wanneer men hen hoorde spreken en zag met welke gratie de sansculotte haar den wjjnkelk bood, moest men toegeven dat Ie afstand niet zoo groot was als men op t eerste gezicht vermoedde. >Het verwondert mij dat ge me terstond berkendet,* zei Brutus. »Zou ik u niet herkennen, graaf! Gelooft gjj dat Candeille een zoo ondankbaar hart heeft? Waart gjj het niet, die mjj in het koor opgemerkt heeft en me aan Fleury heeft aanbevolen en aan Monsieur d'Artois »Ge herkendet mjj duswat echter nog m«er wonder is, gjj riept uw dienaars niet. behalve dat nu de politie afwezig bleef en onze ruggen en aangezicht niet tot trommels gedegradeerd werden. Tegen 3 uur zag ik tusschen de hoofden door een vigelant stilhouden. »Daar kompt ie!« klonk het en jawel, een oogenblik later trad de heer Sequah op 't orkest, ont vangen met een oorverdoovend gejuich eu een menschengolving, die me wezenljjk bang maakte voor mjju ribben. Sequah is een knap jong mensch, met aangenaam, vriendeljjk uiterljjk, zwarte, kortgesneden haren, niooie oogen en een glad gezicht. Hjj lijkt wel een jongeling van 't leger des Heils, doch zjjn kostuum is wereldsch. Hij was gestoken in een grjjs pak, colbert, een echte gentleman, niet groot van gestalte, zich vrjj bewegend, zonder eenigen schjjn van verlegenheid. Voor ik verder van hem vertel, moet ik u nog iets meedeelen. Een oogenblik vóór Sequah verscheen, en toen we als haringen in een ton tegen elkaar gestapeld stonden, drong een persoon met groote kracht door deze men8chenklomp heen om vooraan te komen bjj de trap. 't Was een groote, sterke kerelik schatte hem op een halve eeuw, zjjn plunje was niet veel zaaks, maar zjjn schouders waren verbazend sterk, want zag er alles behalve welvarewj uit. Ik had liever een attest van genees heer hooren voorlezen, want, waariV lezer, de arme zieke man, die door twee s^rije personen moest opgeheschen worden, wi» dezelfde kerel, die een kwartier te voren met reuzenkrachten door het menschen- klüwen heengedrongen was, een arbeid, die minder dan geen tijd de bil- elke rhumatiekljjder wel laten zou. En deze reus zou nu gewreven worden. Sequah zelf om mjj voor het revolutie-tribunaal te sleepen als den Duitschen graaf Veit Roth- kirch »Zeide ik u niet, dat ik u grooten dank schuldig ben, graaf?* riep zij heftig. »Juist daarom. Gewoonljjk schuift de mensch zich niemand liever van den hals dan wien hjj iets te danken heeft!* Houdt ge mjj voor zóó slecht?* »Neen, doch zjjt ge niet de vriendin van Robespierre en Pouthon? Welk een eer hadt ge u kunnen verzekeren! Een graaf Rothkirch, een aristocraat, een Duitschen spion uitleveren! Ge zoudt het Vaderland gered hebben!* Graaf, ge waart van oudsher een af schuwelijke spotter en ge zjjt 't gebleven,* lachte Mile half boos. »Dank God, dat andere lieden niet zjjn als gjjDe arme Candeille heeft niet zooveel geest als gjj, maar zij heeft een dankbaar hart. Dit huis is het uwe en wat ik heb, behoort u. Ge beleedigt me door me de vriendin te noemen ran Robespierre en Pouthon! Lieve hemel, welks vriendin zal ik tegenwoordig anders zjjn Ik ben kunstenares met ziel en lichaam, ik heb mijn kunst lief, het publiek, het leven, de vreugde. Ik ben schoon en daarom eeren mjj de huidige machten. Mij bevallen ze niet, doch ik wil komedie spelen en voor Al het vuur van Sequabs welsprekend- deed het niet, maar hij noodigde een persoon heid gaat echter te loor, doordat hjj zjjn uit de heffe des volks om dit werk te vol- toespraak telkens moet afbreken en vuur brengen. bezit hjj. Armen en beenen neemt hjj inOndertusschen muziek, uitreiking van ge- dienst om met nadruk te spreken. Zijn stemneesmiddelen gratis aan on vermogenden, is schel, echt Engelsch, en eigenaardig bjj wrjjving van den zieken reus. 't Werd me hem is het gedurig optrekken der wenk- toen te bang, de golven rezen al hooger brauwen, maar zooals ik zei, al dat vuur en de temperatuur was onverdrageljjk. Met wordt roekeloos verspild, daar hy eiken zin j oen man of wat begon ik ook te golven en in twee, drie, soms nog meer tempo's uit- zoo golfden we naar achteren. Een kwartier brengt, en niet voortgaat, voor de tolk zjjn later werd de patient °p«ng]evend aan den woorden in 't Hollandsch overgebracht heeft.volke vertoond en de voorstelling was atge- Hjj zou, vertelde hjj na zijn inleiding,loopen. spreken over den werkmansstand en begon J Ik heb me aan den uitgang geposteerd met te zeggen dat alle weldoeners der om daar eenige personen op te vangen, die menschheid met ondank beloond waren.!in rnjjn onmiddellijke nabjjheid stonden, Hjj haalde als eerste voorbeeld Christus aan toen de zieke man door ons heen boorde en ik meende dat hij 't ook had over James'en zjj verklaarden als ik, dat 't dezelfde Watt en wie weet langs welke reeks van be roemdheden hjj had willen voortgaan om te komen tot den edelen Sequah, maar zjjn auditorium was te ontstuimig. Hjj moest ophouden en ofschoon hjj herhaaldelijk »stilte esjeblieft* riep, de zee verhief zich al meer en meer en de golven zwiepten onheil spellend. »Neen, tegen u heb ik het niet* riep hjj tot zjjn naaste omgeving, die dan ook tameljjk rustig stond, »maar tot de alle dingen in 't leven bljjven. Wat be kommert mjj de politiek? Ik heb een licht hart en verheug mjj over den blauwen hemel een weinig applaus en een behagelijk, thuis. Ik volg mjjn eigen weg en laat anderen op hun manier den hunnen gaan. Maar wanneer het ernstige zaken betreft, kan ik ook ernstig zjjn.« »En ben ik u een ernstige zaak? Hebt ge mjj dan ooit bemind?* »Neen,« antwoordde zjj oprecht. »maar ik heb u lief gehad en u geacht: gjj hebt de arme koriste tot een gevierde kunstenares doen opleiden. Gjj hebt daarvoor een deel van uw vermogen gebruikt en toen ik de planken betrad, mjj in de mode gebracht. Doch thans is alles schrikkeljjk veranderd. Gjj wordt vervolgd, misschien zjjt ge dit oogenblik in doodsgevaar. Zeg mjj wat ik voor u doen kan?* Hjj nam hare hand. »Maar wanneer mijne tegenwoordigheid u compromitteert?* »Dan ben ik gecompromitteerd.* »Maar indien daardoor ook uw leven in gevaar gebracht werd?* Zij lachte. >Nu, men leert wel sterven in dezen tjjd.« »Maar gjj leeft zoo gaarne!* »Niet wanneer ik het leven met een laffev ondankbare daad moet kooien,* zeide zjj kerel was, zoodat ik me vergewiste juist gezien te hebben Op grond van 't geen ik dus op Zater dagmiddag, den 26sten September van Sequah gezien heb, kan ik u volmondig verklaren, dat mijn bewondering voor dezen smeerder niet bjjzonder toegenomen is. Maar slim is hjj en rjjk wordt hjj ook, daar kunt ge op aan. Want alles is berekend om de oogen te verblinden, zoo ook zjjn weigering om geneesmiddelen te verkoopen, voor en ernstig. Hij zag tot haar op en alle spot, alle menschen verachting was uit zjjn vaal, ver wilderd gelaat verdwenen. Hjj zette zich naast haar en sprak zacht, maar vast>zoo heb ik gehoopt u weer te zien, Juliette, en God zegene u daarvoor, dat ik u aldus weergevonden heb. Ik blijf niet hier en voor mjj kunt ge niets doen. Ik ben onredbaar verloren. Staar mjj zoo niet aan en val me niet in de rede. Ieder oogenblik is kostbaar. Ik heb op aarde nog ééne zorg en wel dat ge me daarvan ont heffen zult, want het staat in uw macht. Ik heb een broeder hier, die gered moet worden. Het is om onzen naam te doen en om een rustigen ouderdom onzer ouders. Denk u, in het verre Duitschland op een oud slot een ouderpaar, dat voor de terug komst der beide eenige zoons bidt, uit Parjjs, waar Robespierre en de guillotine woeden! Doch 't is niet om mjj te doen, Juliette, ik zou toch slechts thuiskomen om daar te sterven. Red mjjn broeder en zjjn geliefde. Beiden bevinden zich in het kasteel Luciennes, dat aan Dubarry behoorde en welks ruïnen thans mjjn eigendom zjjn. De nachtheb benden zjjn uwe vrienden. Robespierre zal twee passen klaar maken voor vroegere dienstboden of waarvoor ge ze zult uit aleer de Amsterdammers in hem geloo ren allemaal aansteller r te innen. »Dus larie, allemaal k:ie: Pardon, lezer, ofschoon ge een toestem» mend antwoord verwacht, zal ik dat toch niet geven. Ziet, ik geloof n Sequah en ik zou u nooit raden, indien ge rhumatisch zjjt, zjjn smeersel met veel geld te betalenneem eenvoudig rum, terpentijn en slaolie en 't zal u evenveel of evenmin baten. Maar wel geloof ik in Ik .begrjjp zeer goed waarom hg dien zieke, die een mei -chenkiomp klieven kon, door een vreemde liet behandelen. Die mc. -i genezen te voorschjjn komen, eenvoudig omdat hjj den gene ie - - t had. Dat dit een afgesproken stukje weel: vfas, stuuti bjj me v i Ik wil daarmee e niet ge/ dat een wezenljjk verlichting zal vii «en, j>. behandeling van de .oj r wezen kan alsof &ji alle pjjn verlorts Maar, let wel, -kan k tr>. dank toe aan hH, smeeru-i. maar nan Sequah's hypnotise fc - zie in Sequah een g<;rou &e een gevoelige geviel kan schenken d&t hjj v nezen Het soort van vet, waarmee bjj wrjjft, komt daarbij geheel niet in aanmer king; spek of boter zjjn in dit geval even bruikbaar als Setpjah-olie. Hypnotiseurs ais de heeren Planter v. Ben ter ge tn, Van Eden te Amsterds De Jong, r Yiertelhausen, Va Oost Haag en anderen kunne) 5t zt Vandaar dat tal van menschen, in 'i bezit van Sequah-olie, geen zier baal vandaar ook dat Löt Sequah niet aity lukt zjju patiënten genezen te vartoo niet ieder toch komt terstond onder hypho- tischen invloed en i v DnAh op dit ond rwerp kan ik thans niet ingaan. Mijn brief is reeds lang genoeg. Wanneer Sequah nog een poos hier bljjft en de groote drukte mindert een weinig, dan hoop ik hem nog en zal, als 't de m eifce waard is, op d< brief een vervolg Amsterdam, 27 Buit Boulanger, de man die langeatjjd vele hoofden en handen in beweging bracht, heeft zich door een revolverschot va: leven beroofdofsc hoon de oorzaak hiervan niet bekend is, lj .it 't bjjna geen Iwjjfel of het totale mislukken zjjner bewegingen hebben den man de levenslust doen geven. Ik heb al 1 ,W Herman wilde alle» t het anders zjjn. AIzoo, nogutaalvraag passen en bezorg z den laatsten graaf kirch redden?* >En gij?* Vraag naar mji Ik ieb mgn heim. Wilt gjj mgne bede vervullen? Spoedig?* Morgen reedsHier mgne hand er op i< >En nog dit d licht naar mg vra§ zei ven reeds gered heb en ze thuis verwacht.* >Gg liegt!* riep j wiltu redden. Ik gevoel het, ik woei I ge 't mij gezegd ht Hjj zag haar err het zoo ware? Het ac ik mij aan de vim ook zjj reddeloos ior wraakgierig vijand n schrede op schrede vervolgen zal. Juliëtt zult ge mjjn bede v >lk beloof het tranen welden op i hare Zjj boog haar ge Lfe&t C 76T ZQCiS b&üd kuste die. En hjj r zacht al zegenend lokken en kuste ha ..p hoofd. t wanneor Wanneer luit, ziin heb een WSBLAD Land t en Altena n De Langstraat ei Dommelerwaari

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1891 | | pagina 1