V', 048.
FEUILLETON.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
WOENSDAG 25 NOVEMBER.
Een angstvolle nacht.
HOI
w
VOOR
9
Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00.
verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent.
Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht.
Uw kind heeft iets zeer ondeugends ge
daan; tegen uw uitdrukkeljjken wil heeft
het zijn eigen wil doorgezet en aldoende
eenig onheil veroorzaakt. Het heeft getracht
de gevolgen te verbloemen en onhandig als
dit ging, deze
nog
erger gemaakt. Zijn
angstvallig benemen valt u in 't oog, ge
overziet met één blik de aangerichte schade,
ge staat op, terwijl de toorn u naar het
hoofd stijgt, ge heft de hand op en
En nu doet ge iets, waaraan ge zelf een
uur later niet anders dan met rood aange
denken kunt. Nu niet het rood van den
toorn, maar het rood van schaamte. Gjj,
een sterke man, met stalen spieren en een
Tuist, waarmee ge een os zoudt verpletteren,
hebt uw zacht, teer kind geslagen, zoodat
het gilde van pjjn en toen plotseling stom
werd en 't bewustzjjn verloor. Uw vrouw,
op het schreeuwen en den bons van 't
vallen toegeschoten, heft het schaap op en
legt het te bed, waar het langzaam bijkomt
en snikkende in slaap valt. Ze is een ver
standige vrouw en hoe haar het harte
bloedt, ze houdt alle verwijt in den boezem
gesloten. Ze weet, dat hare verontwaar
diging niet behoeft geuit te worden om u
tot u zei ven te brengen, dat in u een stem
klinkt als een bazuin, die u aanklaagt van
hardheid en onbezonnenheid, van dwaasheid
en harteloosheid neen, niet van harte
loosheid, want, en dit is 't juist, wat u 't
rood van schaamte op uw aangezicht drijft,
dat kind daar, door u mishandeld en tegen
den grond geslagen, hebt ge zielslief, als 't
gevorderd werd, zoudt ge uw bloed voor 't
schaap veil hebben. Dat schettert u de
bazuin in 't hart en 't wordt u akelig te
moede. Ge kunt den blik uwer vrouw niet
verdragen en ge zoudt voor ge weet niet
wat, willen dat dit uur niet in uw levens
boek behoefde opgeteekend te worden. Ge
zjjt onrustig den heelen dag, hebt het hoofd
niet by uw werk, ziet gedurig uw hulpeloos
kind aan uw voeten liggen en komt met
(5
Zijne moeder zeide iets onverstaanbaars.
Maakt mg niet woedend,* raasde weder
de stem vun den waardigen zoon.
>Daar, ziet of mijne hand beeft! alsof
die paar glazen mij wat konden hinderen.*
Ik wist genoegde knaap daar binnen
zou zeker niet ophouden vóór hg het glas
"niet meer aan zijne lippen kon brengen.
Zoo stond ik dan met behulp van den
.bediende op en liet mg door hem naar
mijne kamer brengen. Zijn aanbod om mg
bij het ontkleeden behulpzaam te zjjn, wees
ik af, en ik verzocht alleen om het licht.
Nauwelgks kon ik zgn stappen niet meer
hooren of ik opende de deur weder, trok
den buiten in het slot stekende sleutel er
uit, en stak dien in mjjne zakde oude
zou mg niet opsluiten.
Toen wachtte ik op de komst van Lucy.
Zjj liet niet lang op zich wachten; eene
lichte stap werd plotseling hoorbaar, toen
een schuchter aankloppen, waarop ik opende
en het meisje inliet.
»Het gaat alles prachtig, kind,* zeide ik,
de hand van de sidderende grijpende, en
geruststellend streclende: »de waardige Mor-
daunt wordt voor dezen nacht onschadelijk,
dat wil zeggen, hg zal in een half uur zoo
een kloppend hart thuis en daar den
Hemel zij dank komt het geslagen kind
u tegemoet loopen als altijd en steekt u de
lipjes toe, als ware er niets gebeurd, als
hadt ge u niet misgrepen. Er valt u een
pak van 't hart, ge hebt aandrang uw kind
vergeving te vragen en uw hart is ontroerd
en stroomt over van dank voor den goeden
afloop van dit ongeval.
Zoo ergens, dan mag in den omgang
met kinderen het woord herhaald worden:
»geef den toorn geen plaats*. Heftige ge
moedsbeweging* is in ons strafrecht een
verontschuldiging voor het te lijf gaan van
een belager, »heftige gemoedsbeweging*
mag geen ander tot straffen leiden, kan
nimmer een verontschuldiging zgn voor het
aan den Ijjve straffen van een kind.
En dat te minder omdat in de meeste
gevallen wjj ouders zelf de oorzaak zijn
van de ongevallen, door onze kinderen
teweeggebracht.
Wij hebben ons bovenstaand geval aldus
voorgesteld vader moest een brief schrijven
en had den inkt op tafel geplaatst. De in
houd van dat zwarte fleschje wekt de nieuws
gierigheid der kleine meid op. Wat zou daar
toch in wezen Ze probeert den vinger er in
te steken, doch krijgt de waarschuwing daar
in geen geval aan te komen. Vader is klaar
en vergeet den inkpot weg te zetten. Nu is
de kans schoon en om in eens op de hoogte
te zgn, schenkt de kleine 't ding leeg over
het nieuwe tafelkleed. Gelukkig dat niemand
het zietfluks de boezelaar gonomen en aan
't opdoppendaarna een handdoek gehaald,
maar o wee, de plas wordt al grooter. Daar
merkt vader wat er gaande is en de rest
weten we.
Wie is nu hier de schuldige? Dat is de
man zelf. Hij ziet het in, nadat de toorn hem
overmand en klein gemaakt heeft. Hij had
het echter vroeger moeten zien en zgn kind
bewaren voor een onrechtvaardige straf.
Misschien is 't beter om sprekende over
straffen nimmer te denken of te doelen op
straffen van dezen aard. De straf mag nim
mer bestaan iH een koeling van 't gemoed
der eene, maar behoort een middel tot ver-
zinneloos dronken zijn, dat voor morgen
vroeg aan geen nuchter worden te denken is.
»Ik vrees zoozeer voor mrs. Halcome, zij
had straks zulk een verscbrikkeljjken blik.*
>Nu, ik ga met u mede, maar verlaat u
er op, in dezen nacht zal niets gebeuren.
De dame gelooft u in uwe slaapkamer!*
»Zeker; zij bracht er mij. Ik sloot,
toen zg weder buiten was, opdat zij het
zou hooren, luid de deur, maar draaide
dadelijk den sleutel weer om, en sloop achter
haar heen, om haar zoo bjj u en Mordaunt
in de kamer te zien gaan. De deur aan
deze zijde wordt zelden gebruikt, ik kon
het daarom wagen te luisteren en hoorde
op deze wijze het geheele gesprek, ook zag
ik, hoe gjj u met den bediende verwijderde.
Ach, bg het zien van uwen waggelenden
gang geloofde ik bijna, dat gij ook.
»Van het goede te veel had,* voleindigde
ik glimlachende. »Hoe kon iets dergelijks
u in de gedachten komen Maar laat ons
nu gaan.*
Ik deed het licht uit, sloot de deur van
de kamer van buiten, en stak den sleutel
weder in mjjn zak, waarna wij hand in
hand voorzichtig de trap af, naar de eerste
verdieping en naar de derde deur aan de
linkerzijde slopen. Nu waren wij in de
bibliotheek en in Lucy's slaapvertrek. De
deur werd weder zacht gesloten en wij
hadden van deze zjjde geen overval te
vreezen.
Een licht was gelukkig niet noodig, de
volle maan scheen helder in de kamer,
zoodat wjj, nadat onze oogen wat aan de
betering te zgn van de andere partij. Men j
mag over het toedienen van lichameljjke straf
van gevoelen verschillen, daarover zullen
allen het toch wel eens zgn dat drift nimmer
de hand mag besturen, die straf uitdeelt.
Wat aan kinderen ontbreken mag, ze hebben
in den regel een zuiver begrip van rechtvaar-
digheid en al wat daartegen strjjdt misvormt
hun karakter en doet ons zeiven pjjn.
Louter egoïsme reeds mset ons ouders
drijven de moeilijke kunst van beheersching
te leeren. Die zichzelven beheerscht is sterker
dan die een stad inneemt en die deze kunst
verstaat, zal ook leeren zonder paardemid-
delen over kinderen te heerschen.
Heerschen is een schoon woord, dat heer
of meester zijn beteekent. Het heeft echter
een leeljjkeu bjjsmaak gekregen doordat er
zooveel heerschappjj uitgeoefend wordt door
onzedelijke middelen. Men stelt tegenover
den heer den slaaf en vraagt, of 't recht
vaardig is dat de eene mensch den anderen
den voet op den nek zet. Deze beschouwing
is echter geheel valsch. Zoo wordt de heer
een vader gelijk, die peen ander middel
kent om zjju kinderen tot hun plicht te
brengen dan een pak slaag en dat laatste
als een universeel geneesmiddel beschouwt
voor alle zedelijke kwalen.
De heerschappij, die gegrond is op stoffeljjk
overwicht, op kanonnen en geweren in 't
groot of op lichameljjke overmacht in 't klein,
is niets dan scbjjn en gaat te niet. Alleen
verstandeljjk en zedelijk overwicht schenkt
den eenen mensch heerschappjj over den
anderen, die blijvend is. Niet omdat vader
sterker is dan de jongen moet de laatste
doen wat de eerste wil, maar omdat hij tot
in de ziel overtuigd is dat vader nooit iets
zal willen dan wat goed is en tot zijn nut
strekt. Luim en drift mogen daarom nimmer
in de opvoeding een plaats innemen. Ouders,
die door luimen geregeerd worden, gelijken
windwijzers, in 't najaar tienmaal op een
dag van richting veranderend, en driftige
menschen zgn hollende paarden, die niet
weten waar ze belanden zullen.
Zal derhalve een ouderpaar een blijvenden,
zegenrjjken invloed uitoefenen op het kroost,
dan leere het in de eerste plaats zichzelven
kennen, zich intoomen, zich beheerschen.
Wanneer het kind ontwaart, dat vader
of moeder het eene oogenblik zonder bij
zondere redenen overdreven lief en aardig
is en een poos daarna om een luttel iets
opvliegt, in scheldwoorden losbarst of tot
handtastelijkheden overgaat we vragen,
waar blijft dan de eerbied en achting, die
't kind zijnen ouders verschuldigd is?
We hebben eens gehoord dat een 12-jarige
knaap tot zijn jonger zusje zei»pas op,
ze heeft een kwaje bui!* Die ze was de
moeder. Deze kinderen werden grootgebracht
in eerbied, niet voor de moeder, maar voor
moeders lastig humeur.
We weten wel, 't is zeer moeilijk steeds
in zjjn humeur te blijven en den opkomenden
storm van drift te bezwerener zjjn in huis
en daarbuiten zooveel zaken, die ons in 't
hoofd blijven malen en in gevaar brengen
't hoofd te verliezen, maar wie beweert
dan ook dat we kinderen opvoeden om ons
gemak te bezorgen? Integendeel is dit de
zwaarste taak van ons dagelijksch leven,
veel zwaarder dan gra» maaien, hoepels
snijden, schrjjven of wat ge maar belieft.
Maar die taak is sehoon en 't 'doel de moeite
waard onszelven te overwinnen, meester te
worden over ons eigen zondig, wispelturig ik.
Otiitenland.
tooverachtige schemering waren gewend,
duideljjk elk voorwerp konden zien. Het
gold nu zulk eene stelling te nemen, dat
men in geen geval den geheimen ingang in
den rug had. Maar aan welke zjjde be zond
die ingang zich Zeker niet tegen de deur
van de bibliotheek. Wjj posteerden ons
daarom daartegenaan. Ik zag echter spoedig,
dat mgne beschermelinge na al hetgeen was
voorgevallen, oninogeljjk den geheelen nacht
staande of zittende wakker zou kunnen
bljjven; ik verzocht haar daarom na eenigen
tjjd, om zich, hoewel gekleed, te bed te
leggen, daar zou haar onder mjjn hoede,
evenmin eenig leed overkomen, dan hier.
Zij wilde daarvan eerst niets weten, en bleef
op hare plaats aan mijne zjjde, totdat einde-
ljjk hare vermoeidheid alle bedenkingen
overwon, en zjj zich te bed begaf, vanwaar
weldra eene zachte ademhaling haren sluimer
verkondigde. Dit was rujj dubbeld welkom.
Zoo kon ik toch zoo noodig zonder hinder
opereeren, en buitendien het haar dreigende
gevaar, als het naderde door hare ver-
wjjdering beter overzien, eerder voorkomen.
Maar waren deze beschouwingen eigenljjk
niet overbodig, wie zou dan het arme wezen
in dezen nacht eenig leed doen?
Halcome lag zeker door zjj no roes geheel
overmand, en een anderen helper had zijne
moeder niet. Ik kon mij daarom evenzoo
onbezorgd aan de rust overgeven, en mij
bovendien ook op mjjn lichtea slaap ver
laten, die in zulk een geval reeds door het
brommen van eene vlieg werd gestoord.
Aan den wand stond een zetel, die prachtig
Te Lens is het vrij onrustig. De werk
stakers te Courrières en te Béthume hebben
getracht, hun kameraden het werken te
belettende troepen moesten tusschenbeide
komen om de orde te herstellen. Een troep
vrouwen bedreigde den mjjningenieur uit
Dounai, toen deze een brug wilde overgaan
In de mijnen van Escarpelle zgn slechts
260 mjjnwerkers van de 1200, aan den
arbeid gegaandaarentegen wordt te Cour
rières nog door de helft van het personeel
gewerktook in de kolenbekken van Aniche
en Auzin is de werkstaking lang niet
algemeen.
Volgens den berichtgever van het Jour
nal des Débats« is de houding der grevisten
veel vijandelijker geworden sedert de heeren
Duc-Quercy en Lameudin hun opruiings-
werk begonnen zjjn. Des nachts worden
vele bezadigde werkstakers gedwongen zich
aan te sluiten bjj de patrouilles die den
arbeid willen verhinderen.
voor mijn doel was.
Nog eenigen tjjd bleef ik besluiteloos,
maar liep toen besloten naar den fauteuil,
en zette mg er in neder. En nu deden ook de
lange vermoeiende spoorreis, de bemoeiingen
op den dag, en de Sherry, hunne rechten
geldenna korten tjjd, vielen mij de oogen
toe en ik sliep in.
Hoe lang mjjn slaap duurde weet ik niet,
maar plotseling werd ik er uit gewekt, en
was tengevolge van jaren lange gewoonte,
dadelijk geheel wakker De maan zond haar
spookachtig licht nog altjjd in de kamer,
waardoor van verscheidene voorwerpen, eene
fantastische schaduw op het tapjjt, en aan
de wanden werd gevormd. Was zulk eene
schaduw plotseling levend geworden?
Zij kwam naast de kast, aan de zich links
van mjj bevindenden wand te voorschjjn, en
gleed naar het ledikant.
Almachtige God, dat was geen schaduw,
maar een levend wezen, eene groote vrouwe-
ljjke gestalte in een donker gewaad.
Nu zag ik ook het bleeke gelaat in het
maanlicht, nu eene hand, die de bedgordjjnen
opnam, en voorzichtig tastende over de
kussens gleed, nu ook de andere, en hoe
die, iets metaalachtig schitterends vasthield,
ophief en als een bliksemstraal sprong
ik toe, om die hand juist, toen zjj wilde
stooten, met een jjzeren vuist te omklemmen.
Een vreeseljjke gil klonk door de kamer,
terwijl de vingers dadeljjk het glinsterend
voorwerp, een dolk, zooals ik nu zag, los
lieten, en het kletterend op den grond lieten
vallen.
Zelfs de Zwitsersche republiek lijdt aan
de algemeene wapeningskoorts. Een groot
crediet is aangevraagd tot herstel van mijnen
in de Alpenpassen, om deze snel te kunnen
versperren. Verder wordt aan diverse veld-
versterkingen en aan bevestiging van het
Rhónedal de hand geslagen, terwijl de
magazjjnen geproviandeerd worden.
Nog een derde slachtoffer van het echt
paar Schneider is deze week in het bosch
bjj Neulengbach gevondenhet ljjk der
dienstbode Kleinrath van Weenen is daar,
eveneens van alle kleederen beroofd, onder
een hoop takken ontdekt.
Te Londen is thans »de kleine magneet
van Georgië* de »topic of the day*. De
nog geen 30-jarige Amerikaansche schoone,
die in het Alhambra optreedt, schjjnt be
gaafd met wonderbare krachten. De kleine
magneet tilt o. a. een stoel, waarop 5
heeren zitten, de hoogte in, terwjjl die 5
heeren haar geen duim kunnen oplichten.
Een biljartqueue, door 10 mannenhanden
in bedwang gehouden, tilde de magnetische
schoone als een veertje omhoog. Mevr.
Annie Abott, legt de hand op het hoofd
van een man en tilde hem zoo de hoogte
in. De kleine magneet kan ook haar
krachten overdragen, althans na haar hand
oplegging konden twee mannen een jongen
niet optillen. Naar beweerd wordt, is het
eerst deze bovennatuurlijke kracht bemerkt
door haar vader, toen zij 7 jaar oud was;
hjj was toen niet in staat haar tegen haar
wil uit de kamer te verwijderen. Zelfs
Edison moet na persoonljjk onderzoek ge
zegd hebben, dat, indien deze kracht door
electriciteit ontstaat, hem de truc onbekend
en onbegrijpelijk is.
»Ellendige moordenares!* donderde ik.
Eene hevige rilling overviel de gevangene,
toen voelde ik, hoe hare hand elke macht
tot weerstand verloor, waarna de vrouw
plotseling zijwaarts wankelde en toen op
den grond viel. Zij was bewusteloos.
Huiverend herkende ik, toen ik mjj over
haar heenboog Mrs. Halcome, en begreep
nu ook de plotselinge' onmacht.
Het zoo tot het uiterste gedreven zenuw
wezen van de onzalige, had mjjnen onver-
wachten aanval niet meer kunnen verdragen,
en daardoor dadeljjk zjjne kracht laten
gevoelen.
Het ontstelde gelaat van Lucy vertoonde
zich nu uit het bed, wat het meisje nu
dadeljjk verliet.
Almachtige God,« stamelde zjj, »wat is
er gebeurd.
»Ja,« antwoordde ik eenigszins verlegen,
»op dezen overval was ik ook niet voorbe
reid, en had niet een goede engel u be
schermend ter zjjde gestaan, en mjj op het
juiste oogenblik gewekt, dan maar ik
kan aan dat verschrikkeljjke niet denken,
wat beginnen wjj nu met dit onmenscheljjke
schepsel? Het zal het beste zgn, haar in
uw bed te leggen, waarbjj ik de wacht zal
houden, terwjjl gjj het overige van den
nacht in mjjne kamer doorbrengt.*
Toen hief ik de levenlooze op, en lag
haar op het bed.
Slot volgt.
m Alteua
Ie Langstraat en
mnmelerwaaii
Franco per post zonder prjjs-
Uit de herinneringen van een Rechter.