h' ij Herzie U zelf! FEUILLETON. Marie Stevenson. WOENSDAG 27 JANUARI. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden, IS 2. 5ii', ELVIRA. Een paar vragen en eenige wenken. li 66. VOOR Dit blad verschgnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. Franco per post zonder prgs- verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën 1-6 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte, Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht. Klagen en morren is tegenwoordig aan de orde ran den dagAlles klaagt, niemand is tevreden over den tegenwoordigen toe stand. De landbouwer klaagt, en waarlijk, hij heeft niet zelden reden tot klageïveel is er, wat de landbouw hindert in zijne ontwikkeling, de enquête heeft dat vol doende in het licht gesteldde winkeliers klagen over concurrentie, en de ambachts lieden doen in dit geval gaarne mede, alles is overvoerdvan alles is overvloedde ambtenarende lagere namelijk, klagen over de geringe traktementen, waardoor zij buiten de mogelijkheid zijn een hun waardig bestaan te hebbenen de werklieden klagen en deelen luide op vergaderingen hun grieven aan het publiek mede. Alles klaagt; één ding is gelukkig, vroeger was het weinig andersalljjd heeft men geklaagd en dat is nog zoo schadelijk niet; allen toch, die tevreden zgn met den toestand in het algemeen en hun toestand in het bjjzonder, zullen niets doen om verbeteringen aan te brengen, in hun zelfgenoegzaamheid bekommeren zij zich niet om anderen, en zijn volkomen tevreden als het bestaande blijft, hoe treurig die toestand ook voor anderen moge zijn. Dat Kiagen moet tot verbetering leiden; het is de vraag maar, hoe daartoe te komen. Velen willen de tusschenkomst der hooge regeering. De hooge regeering moet de onbillijke concurrentie die tegen de winkeliers gevoerd wordt, onmogelijk maken, de landbouw moet van drukkende lasten bevrijd worden, de koopman moet in zijn handel krachtig be schermd worden tegen den vreemdeling, die het verkrijgen van grove winsten onmogelijk maakt. Herstel der gilden, hooge invoer rechten worden reeds geëischt, ten einde Uit het f ranseli DOOlt (13 Marie had eene longontsteking, die een ernstig karakter had aangenomen door een instorting ten gevolge eener onvoorzichtig heid en het zich niet ontzienMarie meende te spoedig dat zij hersteld was en in de hoop spoedig hare werkzaamheden te kunnen hervatten, had zij aldus gehandeld. Na hare instorting had de dokter dagelijks meer verontrustende verschijnselen opgemerkt. Ditmaal verklaarde hij Mevrouw Stevenson dat hij een consult noodzakelijk oordeelde. De ernstige beweging, waarmee hij de verklaring van die woorden vergezeld deed gaan, scheen aan te duiden dat hii Marie verloren waande. Noch Mevrouw Stevenson, noch William hadden het opgemerkt. De dag ging stil en smartelijk voor beiden om. Des avonds omstreeks 10 uur naderde William het bed van Marie. »Tot weerziens, Mariezeide hij, pogingen doende om te glimlachen, »tot morgen.* >Tot morgen,* fluisterde Marie. »Ik moet u morgen spreken, William, over de toe komst.* »Dat is op het oogenblik een goed voor teeken,* zeide hij zenuwachtig. >Ik heb het tegendeel hooren zeggen,* zuchtte de zieke, maar zoo zacht, dat men b*ar niet kort verstaan. enkelen, ten koste van het algemeen, te bevoordeelen. En de werklieden? Herhaal delijk hebben zij hun eischen kenbaar ge maakt. De werkdag van acht uren, de vaststelling van een minimum loon, onder steuning van de werkloozen van Staatswege of werkschaffing op groote schaal worden zoo nu en dan eens als minimum-eischen gesteld. Allen vragen Staatshulp en velen zien de mogelijkheid niet om de klachten te doen ophouden, dan door de krachtige tusschenkomst van den Staat. De Staat alleen kan de sociale quaestie oplossen, door wetten moet het verkeerde weggenomen worden, wetten alleen kunnen aan de veel vuldige klachten een einde maken. Zou dit waar zijn? Herzie u zelf! zeide eens de te vroeg overleden minister Modderman en dat woord moet door de klagers niet vergeten worden. Herziet u zelf, meergegoeden, die klaagt over de treurige tijden, en vraagt u zeiven af, of gij zelf niets zoudt kunnen doen om den toestand te verbeteren. Kunt gij op uw uitgaven, op uw levenswijze niet zeer ge makkelijk iets bezuinigen? Is wel wat gjj uitgeeft noodzakelijk en zijt gij door die onnoodige uitgaven niet zelf de oorzaak dat uw balans er met 31 Dec. minder gunstig uitziet, dan gij dit wel zoudt wenschen Worden de eischen en alle standen dei- maatschappij niet te hoog opgevoerd De vrouwen zijn juffrouwen, de juffrouwen mevrouwen geworden, en al hecht ik nu al zeer weinig aan die benamingen en is het mij volmaakt hetzelfde hoe een dame betiteld wil worden toch is die opklimming in de laatste jaren kenmerkend voor den toestand der geheele maatschappij. Alles is opgevoerd, en de mevroawen titel moet betaald worden. Erger nog dan de kwade gevolgen die deze opvoering van de meergegoeden heeft is het slechte voorbeeld, dat daardoor aan XIV. Den volgenden dag verschenen drie ge- neesheeren. Marie had een slechte nacht gehad, verscheidene keeren was zij be wusteloos geweest. Des morgens kreeg zij een onheilspellende hik en zij zeide hare moeder dat zij een vreemd en onnoembaar gevoel had, alsof haar geest van haar lichaam scheidde. De geneeskundigen deelden, na een uitvoerig onderzoek, aan Mevrouw Stevenson mede, dat de eenige hoop die er misschien nog bestond in de kracht der jeugd en eene buitengewone oorzaak gelegen was, waar de wetenschap zich echter weinig mee vleide. Toen zij vertrokken en William hun uitgeleide deed, zeiden zij den jongen schilder dat Marie waarschijnlijk den nacht niet zou doorkomenzij wisten niet, dat zij met die woorden zijn hart braken. Eenige oogenblikken later gevoelde Marie zich minder zwak; zij riep VVilliam en hare geheele familie bij zich. Mevrouw Steven son, die slechts een schaduw van eertijds geleek, plaatste zich aan het hoofdeinde van het bed harer dochter. De beide broertjes, Henri en Ferdinand, knielden droevig te samen neder; Charlotte, die bleek was van eenige doorwaakte nachten, stond bij het voeteneinde; terwijl VVilliam, aan een kna gende onrust ten prooi zich achter de kinderen plaatste. Marie las op al die hartelijke gezichten slechts droefheid en onrust; toen zeide zij met een zwakke stem: Moeder, geef mg uwe hand, en gij William, kom wat dichter bijik vrees dat gg mij anders niet verstaan kunt. Goed zoo. Luister nu naar mg, en val mg vooral niet in de rede, want gij zoudt mij slechts mindergegoeden gegeven wordt, is de ngd en de wangunst, die daardoor worden opge wekt. Zou daarin misschien een der hoofd oorzaken liggen van de bestaande onte vredenheid onder de mindergegoeden? Want dit is niet te loochenen, zij uit zich op verschillende wijzen, en wordt steeds van meer belang voor de geheele maat schappij. Wetten en verordeningen tegen de weelde zooals die in vroeger tjjd uitgevaardigd werden konden toen evenmin het kwaad keeren als zij dat nu zouden doen, maar ieder zorge slechts voor zich zelf dat hij zich in dit opzicht niets te wijten heeft, ieder herzie zich zelf, en leve zoodat hij zich zelf niet behoeft te beschuldigen. Tusschenkomst van den Staat is drin gend noodzakelijk om den mindergegoeden een menschwaardig bestaan te geven. Treurige toestanden zijn door de arbeiders enquête aan het licht gebrachtmen kan zich zulke toestanden niet verbeelden, men achtte die eenvoudig in ons land onmogelijk. Arbeid van kinderen, arbeid van vrouwen mocht niet geduld worden in onze maat schappij. De kinderen behooren op de school, de vrouwen in het huisgezin, niet op de werkplaats of in de fabriekde man alleen moet in staat zijn bij niet te overmatigen arbeid voor zich en de zijnen het noodige te verdienen. Maar is daarvoor de tusschen komst van den Staat noodig Moet dit alles door wetten geregeld worden? Hangt niet veel meer af van de personen zelf? Algemeen wordt op uitbreiding van het stemrecht aangedrongenmen is niet te vreden of het algemeen stemrecht moet ieder in de gelegenheid stellen invloed te hebben op den gang der regeeringszaken. En juist zij, die daarop het krachtigst aan dringen, erkennen hun onmondigheid, door wetten te eischen tot bescherming der toe komstige kiezers. Ook hier is het weder iets zeggen dat het tegendeel der waarheid bevat. Mijne woorden zullen u pijnlijk aandoen, maar het is noodig dat ik het zeg, ik zie mijn waren toestand in, en dat is mijne verontschuldigingIk zal u dan aanstonds zeggen dat de hoop op mijn herstel aan een ijdele rookwolk gelijk is, en dat ik weldra dit leven zal verlaten Ospreek mij niet tegen, moederzwijg William, gij zoudt mij den draad van mijn gesprek doen verliezen en het is noodig dat ik die in het oog houd De gedachte aan de dood schrikt mij niet af, neen; het is voor mij geen verschrikkelijke of sombere voorstelling, ik zie in tegendeel in de toe komst slechts rust en vrede, een stille en ernstige avondstond, gelijk een slaap zonder pijn en zonder droomen Ik wenschte echter wel een ding, dat isdat zij niet zoo spoedig weggerukt werden die nog eenigen tijd noodig hebben om hun werk te voleindigen, om de werkzame niet aan zijn onvoltooid werk te onttrekken Ja ja, dat is zeer treurig! Te moeten sterven wanneer men weet dat een heel huisgezin zonder hulpmiddelen en steun achterblijft, te sterven met de vrees voor de ellende die hen zal overvallen die geheel uw bestaan, geheel uwe zorg uitmaakten Zij zweeg, langzaam viel een traan op haar overspannen gelaat. Mevrouw Steven son en de kinderen weenden. »Gij vergeet dus mij,* zeide William, die zijn wanhoop trachtte te verbergen. »Dat is wreed gij vergeet dat uwe familie de mijne is, en datwat onmogelgk is, o mjjn Godindien gij aan uwe ziekte mocht bezwijken, er altijd, iemand is die uwe nalatenschap in bezit neemt en uw ^erk jjverig hoopt te vervolgen.* Herzie u zelf. Zonder die wetten is veel te doen, als men slechts met zich zelf begint. Als de man zooveel te huis brengt, dat de vrouw daarvan in de behoeften des gezins kan voorzien, dan zal zij geen werk zoeken, maar bij haar kinderen blijven. Wordt gezorgd dat de kinderen geregeld de school bezoeken, dat zij ook van het herhalingsonder wijs gebruik maken, dan zullen zij voldoende ontwikkeld in de maat schappij optreden, en die kinderen zullen de loonen der volwassenen niet verminderen. Daarvoor moeten de ouders zorgen. Worden geen onberaden huwelijken gesloten, dan zal daardoor vrij wat ellende minder gezien worden. De Staat kan zeker iets doen, eenige dingen kunnen door wetten geregeld worden, maar laat ons toch niet alles van de re geering wachten. Herzien wij ons zeiven, en daardoor zal reeds veel veranderd, verbeterd worden. Laat ons toch niet van anderen verlangen, wat door ons zelf zoo gemakkelijk verbeterd kan worden. Vergeten wij toch bij al ons klagen de les niet van den minister Modderman Herzie u zelf, en spoedig zullen wij de gevolgen daarvan in ons en om ons kunnen zien. Met het oog op het veel voorkomende verhuizen tegen 1 Mei lezen wij in »Ret Vaderland* eenige gezondheidsmaatregelen, welke wij, overtuigd van het nut er van, gaarne overnemen. Met het oog op de geheele ontruiming der woningen, wordt gevraagd, of het niet raadzaam zou zijn, dat na het vegen de schoorsteenen door deskundigen uitgebrand werden, met toestemming van 't Gemeente- Lieve William!* sprak zij met een on- uitsprekelijken glimlach. »Gij hebt toch aan mij getwijfeld,* ver volgde William bitter. Nooit,* zeide Marie, >maar ik wilde het u hooren beloven, en nu ben ik gelukkig. Ja, William, gij alleen kunt mij vervangen; en daarom kan ik nu gerust sterven, omdat gij achterblijft.* »Gij zult sterven?* kreet Mevrouw Steven son met een gebroken stem. »Gg, die zoo goed en schoon zijt, en gij zoudt sterven! Neen, dat is onmogelgk, en ik verbied de dood u in zijne armen weg te voeren! Ja! gij zult leTen, arme engel! mijn hart zegt het mijZijt gij niet onze voorzienigheid en ons geluk in allesMaar ik verujoei u, mijne lieve dochter! en ik bedroef u! Welnu, ik zal zwijgen en niet meer weenen! Zie maar, ik droog mijne tranen, ik spreek zacht, ik zwijg, ik omhels uO, neem dan in een kus een weinig leven op om bij het uwe te voegen, mijn geliefd kind!* Mevrouw Stevenson stikte bijna in hare tranen. Marie drukte met inspanning het gelaat harer moeder aan hare borst. >Een weinig onderwerping, moeder!* zeide zij met tranen in bare stem. Waarom zoudt gij zoo troosteloos zijn? Zult gij niet eene gelukkige moeder blijven? Resten u nog niet drie kinderen die even goed als schoon zijn, en gij hebt William ook, die u liet zal hebben en troosten Toen zeide zij met eene zwakke stem, zich tot William wendende: William, geef mij uwe hand, dat ik die nog eens drukke GoedHenriFer dinand Charlotte omhels mg lieve kinderen!En gij, moeder moeder! mijne arme moeder!En nn, mijne vrien- bestuur, tot wering van den roetregen in den zomer. Dat middel zou tevens nog van grootere bet eekenis kunnen zijn in 't belang der alge- meene gezondheid. Immers, de geschiedenis van Engeland leert, iftlat in 1666 in Londen een verschrikkelijke epidemie heerschte, die eensklaps door een hevigen brand afnam en eerlang ophield te woeden. Naar aanleiding daarvan doe ik een andere vraag. Zouden de schoorsteenen der ziekenkamers ook ziektekiemen kunnen op nemen, die, door den luchtstroom omhoog gevoerdin den dampkring opgenomen worden, om bij vochtige weersgesteldheid vooral bij mist tot nadeel te zijn van die genen bovenal, die 't meest in de open lucht moeten zgn? Verder acht ik het raadzaam bij de groote schoonmaak te wijzen op het behangselpapier. In geval men in 't onzekere verkeert of in de nieuwe woning ziekte geheerscht of sterfte plaats gehad heeft, zij men in 't be lang der gezondheid niet spaarzaam in 't opknappen der wanden. Men ontdoe die van de oude behangsels, waarvan er gemakshalve maar al te dikwijls vele op elkander geplakt zijn. Men late daarna de muren afbikken of met heet sodawater reinigen, en men zal verbaasd staan over het vele vuil, dat be hangselpapier doorlaat, wegens verzuim of onmacht van een vroegere genoegzame stof- afneming. Den nalatige of onwetende zal het schoonheidsgevoel bij het begrip van zindelijkheid gewijzigd worden en wellicht een licht opgaan, hoe die fraaie wanden soms verraderlijk de bron kunnen zjjn van ziekte. In de keus van nieuw behangselpapier zij men zeer voorzichtig. Vóór eenige jaren toch waarschuwde professor Weefers Bettink in Physica tegen die kleuren in papier en katoen, welke in Duitschland verboden zgn in den handel den bidt voor mg zeide Marie uitgeput. Toen sloot zg de oogen. Op dit oogenblik traden twee personen in de voorkamer. XV. Een van die twee personen was de brieven- bode, die Mevrouw Stevenson een groote brief met zwarte lak brachtde andere was de pastoor van de parochie, een knappe grijsaard, een vriend der familie, die zijne heilige Marie, zooals hij de gewoonte had ze te noemen, eens kwam bezoeken. »Kom,< zeide Mevrouw Stevenson, »kom, voeg uwe gebeden bij de onze voor mijne arme dochter.* »De engelen hebben geene voorbede noodig,* antwoordde de grijsaard in tranen uitbarstende. »Maar laat ons tot God bidden dat Hij voor ons dit lieve, voortreffelijke kind spare.* Hij boog zijne knieën voor het bed van Marie en sprak met eene luide stem een eenvoudig en treffend gebed uit, dat hem uit het hart kwamtoen hij geëindigd had, stond hij op en boog zich over de zieke, wier zwakke oogen gesloten waren, en wier vreemde en zwakke ademhaling bijna on merkbaar was. Toen ging hij, bitter bedroefd, bij Mevrouw Stevenson zitten, die werk tuigelijk den brief openbrak en zonder aan dacht hem doorliep. Eensklaps echter hoorde men een onder drukte kreet in de kamer Mevrouw Steven son was zeer opgewonden het papier trilde tusschen hare vingers. Slot volgt.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1892 | | pagina 1