van eusden en Aliens, de Langstraat en de Bommelenvaard. Groeit uw kind FEUILLETON. De slag bij Menfriedberg. Uiig everU. J. YEERMAH, Heusden. m n 73. ZAÏËKDAG 4 FEBRUABI. 1893. (6 Dit blad verschgnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO. Franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 60 ct. Elke rege meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrij dagmor gen ingewacht. >Dat is ook een vraag,zal de moeder van een gezonden knaap zeggen, kijk m'n jongen maar eens aan en zeg of hij er niet flink uitziet. Hij eet als een wolf en loopt en springt den gauschen dag, dat 't een aard heeft en 's nachts slaapt lig als een roos.* Gelukkige moeder, zeggen wij. 't Is een voorrecht, met geen geld te betalen, als men zijn kind voor z'n oogen ziet toenemen in lichamelijke ontwikkeling. En komt daar toeneming in geestelijke ontwikkeling bij, wassen lichaam en geest gezamenlijk op, men behoeft dan in geluk voor niemand onder te doen. Niet alle moeders helaas, kunnen op deze vraag zoo volmondig een bevestigend ant woord geven. Iiet is vooral dat groote deel, 't welk gedwongen is haar kind met kunstmatig voedsel groot te brengen, dat, bij 't be antwoorden dezer vraag verlegen staat. »Ik weet niet of 't wel veel is,zegt er een, >'t kind is nog al tierig en ziet wakker uit de oogjes, maar 't kan slecht de melk verdragen en 't wordt er niet dikker op Toch is het in de laatste weken wel wat aangekomen, zou ik denken.* Ieder weet hoe dat gaat. Dan zegt buur vrouw Die, dat 't mensch zich vergist en kind wel degelijk groeit en tante Deze, dat 't schaap wezenlijk goed aangekomen is, alte- maal om de arme moeder in slaap te sussen en gerust te stellen. Duurt dat nog een poosje, dan wordt de geneesheer geroepen en middelen beraamd, die in dit geval echter niet zelden te laat komen. Zal men beoordeelen of eenig ding meer of minder warm is, dit naar zijn eigen gevoel af te meten Vroeger deden de kaasboeren dit met de hand, doch thans zjjn ze wjjzer en gebruiken een thermometer. Evenmin als men met de hand de warmte van 't water kan beoordeelen, evenmin kan .men de zwaarte van 't kind en den groei imet het oog nagaan. Want op dat nagaan van zwaarte en gttiei komt het aan bij de beoordeeling van den lichameljjken toestand van den jongen mensch. Wanneer het een kind naar den vleeze goed gaat, neemt het toe in lengte en ge- - wicht. Gedjjt het voedsel minder gewenscht, 'dan staat de toeneming stil of gaat uiterst Een. ware geschiedenis uit het leven van den grooten Frits. langzaam. Omgekeerd volgt hieruit dat een kind, toenemend in zwaarte, in een gezond lichaam huist en dat het, indien die toeneming te wenschen overlaat, niet gezond is, abnormaal zooals de geleerden zeggen. Nu kan 't best zgn dat moeders, die dit artikel lezen, de handen van verbazing in een zullen slaan en zeker zgn we, dat alle bakers van verontwaardiging gloeien zullen, wonnen wordt. Het kind is dan 26 K.G. zwaar en neemt nu sterker toe, zoodat het na het na het 15de jaar 42 K.G. weegt. Met de lengte is 't aldus gelegenbij de geboorte gemiddeld 50 cM., toeneming per maand 2 cM., op 't laatst van 't jaar iets minder, zoodat de lengte na 1 jaar 70 cM. bedraagt, na 2 jaar 80 cM., na 3 jaar 87 cM., na 4 jaar 92 cM., na 5 jaar 1 M., na 14 jaar 1,35 M. maar dat mag ons niet weerhouden een j Ten slotte deelen we nog mede, dat raad te geven, dien we in 't geval der op- voortgezette weging en meting in gestichten, voeding gaarne algemeen zagen opgevolgd, waarin zulks uit den aard der zaak het We raden n.l. ieder ouderenpaar aan denauwkeurigst geschieden kan, het volgende kinderen op gezette tijden te wegen en van geleerd hebben de uitkomsten nauwkeurig aanteekening te j Kinderen groeien het meest in de maanden houden. Ze zullen dan nooit gedwongen April tot Juni, het minst in September tot aangenomen met 335 tegen 150 stemmen, worden schouderophalend te antwoorden als November. De Spaarbank is volkomen solide wat men ook van deze instelling gezegd moge hebben. De heer Tirard verzekerde voorts dat het bedrag dat aan de Spaarbank ten goede komt, ten laste van den Staat, 500 millioen bedraagt, en de Bank dus meer dan Yj milliard in portefeuille heeft. Wat de Fransche schuldbrieven betreft, er is geen meer solide belegging. De veldtocht, tegen het beheer der schatkist geopend, is schande lijk. De minister eindigde zgn rede met de oppositie aan te wijzen als de bron waaruit deze aanvallen voortkomen. De heer Tirard werd levendig toegejuicht. Nadat de heer Lanjuinais, van de rechter zijde, het woord gevoerd had, werd de urgentie gevraagd wordt of 't kindje vooruit gaat; ze kunnen dan precies zeggen hoeveel of hoe weinig het aangekomen is. En nog meer. Soms is een kind reeds zeer achter uitgegaan en staat stil in groei terwijl het oog daarvan niets bespeurt of niets be speuren wil, want een moederoog is zeer dikwjjls ziende blind. De weegschaal had het daarop tijdig kunnen attent maken, wanneer 't niet verzuimd ware het kind op gezette tijden te wegen. We hebben hoop dat deze waarheid lang zamerhand alom ingang vinden zal, zelfs bij de bakers, het meest vasthoudende volkje der wereldwe hopen dat 't spoedig ge- gewoonte worde, naast de vraag: hoe oud is de kleine, ook deze te doen: hoe zwaar weegt ze. De tijd wordt met dagen Jen maanden gemeten, het gewicht met Kilo grammen en eerst wanneer men deze twee kent, kan men over den welstand van een groeiend mensch oordeelen. Om de moeders eenigen leiddraad bij die dan passe men wel op weging te geven, die ze van hun geneesheer meer precies en uitgebreider kunnen vragen, moge dit hier volstaan Bjj de geboorte bedraagt het gemiddeld gewicht van een jongen 3,5 K.G. of 7 pondvoor een meisje iets minder. In de eerste dagen gaat een kind in ge wicht achteruit, doch begint daarna toe te nemen met ongeveer 0,75 K.G. per maand, Ze nemen in gewicht toe 't meest in de maanden September tot December, het minst in Mei tot Juli. Tusschen 10 en 16 jaar neemt een kind gedurende den dag 10 mM. in lengte af, 's nachts iets meer dan 10 mM. toe. Daarentegen verliest het 's nachts aan gewicht en haalt dat gedurende den dag ruim in. Buitenland. Het Belgische dorp Aisne is door het buiten hare oevers treden van de rivier van dien naam, plotseling overstroomd. De brug over de rivier is onder de ijsschotsen bedolven. De bewoners zijn naar de bergen gevlucht, met achterlating van al hun huis raad. Door het krachtig optreden van de politie zijn ongelukken voorkomen. Den 27sten Januari begon het water te vallen en hernam de rivier haar gewonen loop weder. De schade door de bewoners geleden moét aanzienlijk zgn. Als een bewijs hoe scherp de vertegen woordigers van Frankrijk in hunne ver gaderingen soms te werk gaan, wordt gemeld De heer Bourgeois deed gisteren in den ministerraad mededeeling van een wetsont werp, strekkende tot beteugeling der kwade praktijken die ten doel hebben, de inleggers der Spaarbank aan te zetten tot terugeischen in de laatste helft van 't jaar met 0,5 K.G., hunner inleggelden. zoodat het gewicht na één jaar bedraagt Reeds in de gehouden kamerzitting werd 10,2 K.G. Het kind is dus 6,7 K.G. in dit ontwerp ingediend en de regeering vroeg zwaarte toegenomen. In het 2de jaar be- de urgentie ervoor. De minister van financiën, draagt de toeneming slechts even over de de heer Tirard, verklaarde dat het dringend 2 K.G.in het 3de bijna 1,5 K.G in het noodzakelijk is, de lieden die Frankrijk's 4de bijna 2 K.G., terwijl verder tot het crediet trachten te benadeelen door hun lage tiende jaar telkens 1,8 K.G. 's jaars ge-aantijgingen, onverbiddelijk te vervolgen. De heer Paul de Cassagnac opende de beraadslagingen met er op te wijzen dat het ingediende ontwerp een uitzonderingswet is. De regeering gevoelt zich zwak en wil de Spaarbank als voorwendsel nemend, aan de pers den mond snoeren. In den loop zijner rede maakte de heer de Gassagnac een toe speling op de verklaringen van den heer Floquet over de publiciteit, aan de Panama zaak gegeven. De heer Floquet logenstrafte onmiddellijk deze woorden, waarna de heer de Cassagnac toch voortging, doch weder door den heer Floquet in de rede gevallen werd, terwijl uit de meerderheid den heer de Cassagnac werd toegeroepenHoeveel heeft de Autorité* (het blad van de Cas sagnac) van Panama ontvangen?* Minder dan de republikeinsche bladen,* antwoordde de heer de Cassagnac. Er ontstond nu groot rumoerde afge vaardigden schreeuwden elkaar toe, en de voorzitter, de heer Périer, was niet in staat stilte te verkrggen. Intusschen ging de heer de Cassagnac voort, de heeren Floquet en Rouvier aan te vallen. Hij eindigde met te verklaren dat het land geen vertrouwen meer stelt in de republiek en dat de nieuwe wet die men aan de natie wil opdringen, dit ver trouwen. niet zal herstellen. Tegen het einde dezer woelige zitting riep de heer Ribot uit, met een gebaar naar de banken der rechterzijde: »Daar zitten de aanleggers van het heele plan!* De linker zijde applaudisseerde. »Wij zullen niet dul den,* voegde de minister-president er bij, »dat door onze vijanden gezegd wordt aan de inleggers der Rgksspaarbankuw geld is verloren! Wij zullen niet langer toestaan dat de Staat wordt voorgesteld als een dief!* De heer de Cassagnac trachtte iets te zeggen, maar men schreeuwde: >Naar Mazas Zoo gingen de dagen voorbjj. Daar kwam onverwacht een groote brief \ut Potsdam. Kabinet des Ivonings. Dat zal Let afscheid zijn, dat zoo lang op zich heeft laten wachten. Hij brak twee der dikke zegels los en pelde het groote vel papier open. Het schrgven bracht den kommandant het bevel zich marschvaardig te maken en naar Berlijn op te rukken, waar het regiment kantonnementskwartieren zou worden aan gewezen. Alle drommels! Marschvaardig maken I Naar Berlijn rukken en kwartieren betrek- ken dat was iets voor hem, dat hoorde hij gaarne. >Aan Z. M. den Koning te Potsdam. >Ik heb Uwe Majesteit verklaard, dat ik mijn sabel niet meer voor een ver zopen regiment trekken zal, zoo waar ik Otto Martin von iSchwerin heet. Daar ik echter Otto Martin von Schwerin blijven wil, zoo verzoek ik Uwe Majesteit onderdanigst mijn ontslag uit den dienst. Otto Martin von Schwerin, Kommandant van het Dragonder regiment Anspach-Baireuth, No. 5.* Hij las het nogmaals over, vond het zeer goed, vouwde bet samen, drukte er een monsterachtig groot zegel op en riep Snak- kenburg, die het op de post bracht. Nu was zijn vreugde heen. Hij trok den blauwen rok met karinozijnroode omslagen in 't geheel niet meer aan, meenende dat hg het recht niet meer had dien te dragen. Reeds drie dagen later overhandigde hem zijn oppasser een grooten brief, per post gekomen. De officier legde uit eerbied de pijp uit den mond en verbrak met bevende hand het zegel. Wat was dat? Zgn eigen brief weer In één sprong was hij op de been oui -zgn adjudaut te roepen. Maar hg bezon zich. terug? Doch neen, daar staat iets aan den »Neen, neen,« dacht hij, »dat gaat niet.rand geschreven ad marginem noemen Op marsch kan men den sabel niet missen j ze dat en breir mana nu ja, dat en ik heb den mijnen voor altijd begraven, i komt van des Konings eigen hand: lk zal mijn ontslag nemen, er zit niets anders op.« Daarop zette hij zich aan zgn schrijftafel, i kreeg een vel ordinair grauw papier, dacht een wqle na en ontwierp eindelijk volgend schrg venI »£r. m. met de aanmerking terug dat de overste Von Schwerin zgn Koning wel niet verlaten zal, wanneer deze ten oorlog trekt. Den sabel heeft hij daartoe iu 't geheel niet noodig, hij kan wel met een rgzweep kommandeerenhet is voor een Schwerin onverschillig, wat hij in de hand heeft. Tot wederzien aldus Uw toegenegen Koning, Friedrich. De officier wreef zich de oogen uit, daarop las bij 't over en nog eens over en toen er geen twijfel meer bestaan kon, gaf hij zijn oppasser een oorvijg en omarmde hem daarna broederlijk. Elg was geheel in de war en liep een poos in de kamer op en neer, totdat hij ordelijk denken kon. »Zeg, Snakkenburgriep hij den eer lijken dragonder toe. Heer overste »Rob, hoed, stok!* Hij kleedde zich in den grootsten haast. »Maar waar wil de overste heen?* »Waar ik heen wil? Een zweep koopen Voor Otto Martin von Schwerin is het on verschillig wat hij in de hand heeft, een sabel of een zweep!* Hij kwam met den fraaisten terug, dien hij vinden kon. Onderweg verheugde hij zich over den loop, dien de zaak genomen had en hij knalde gelijk knapen, die met St. Nicolaas een rijzweepje krijgen. De lieden kwamen voor de ramen, de mannen lachten en de vrouwen stonden voor de deur en sloegen de handen samen en vroegen wat den overste overkomen was, dat hij zich een zweep had aangeschaft. Den volgenden morgen zouden ze 't echter hooren. Toen had de kommandant alle tien eskadrons op de markt verordend, om het (de gevangenis) met hem!* De heer Ribot ging voort: »In geen land ter wereld zou men zoo iets durven zeggen. Als wij een wet hadden, die voldoende was, zouden wij de aanvallen op Frankrijk's crediet slechts met een minachtend stil zwijgen beantwoord hebben. Maar uit de ontvangst door de meerderheid dezer Kamer bereid aan de rede van den heer de Cassagnac, big kt genoegzaam, hoe de meerderheid ge zind is. Wij vragen aanneming van het wetsontwerp.* Deze woorden werden levendig toegejuicht en het wetsontwerp werd aangenomen. In 1887 werden door een Egyptische boerin toevallig bij Tell-El-Amarna in de bouwvallen van het paleis van Amenophis IV" een 300-tal met spijkerschrift bedekte leemen platen ontdekt. Van deze platen gingen er 82 naar het Britsch Museum. Voor rekening van het Palestine Explora tion Fund* zgn de opschriften der platen thans ontcijferd. De opschriften waren in Nieuw-Babylonisch spijkerschrift en in een Assyrisch dialect, dat nauw verwant is met het Hebreeuwsch van het Oude Testament. Zjj dagteekenen van 15 of 16 eeuwen voor onze tijdrekening en bevatten een corres pondentie tusschen Amenophis III en Amenophis IV. Door deze opschriften krjjgt men een kijkje in de semietische rjjken van West-Azië. Zij loopen over verbonden, handelsverdragen, huwelijksgebruiken en hofintrigues. Het geheele leven van die tijden ontrolt zich als het ware voor onze oogen. Vele namen van steden en landen, die in den Bjjbel genoemd worden, vinden wij hier terug. De vondst heeft een buiten gewoon hooge beteekenis en wordt dan ook door de geleerde wereld met verklaarbare vreugde begroet. De Nahe-brug bjj Bingerbriick wordt door ïjsopstopping ernstig bedreigd. Het ijs wordt bij de monding van de Nahe opgestuwd in den tot aan de Loreley nog vastzittenden Rijn. Het water staat in de huizen aan de rivierkant te Bingen tot aan de eerste ver dieping. Nadat eene gehouden conferentie van de vereenigde mjjnbezitters van Zuid-Wales en de mijnwerkers mislukt is, hebben eerstge» noemden besloten aan de gezamenlijke mijn werkers den dienst op te zeggen tegen over eene maand. Het gezamenlijk aantal in hun dienst zijnde mjjnwerkers bedraagt 65,000. De Russische taal zal verplichtend worden in alle scholen in Servië. regiment en ieder, die het hooren wilde, de geschiedenis op te helderen. Eerst bliezen de trompetten een opwekkenden marsch, daarna hield de overste een korte rede, die niemand verstond en tot slot las de adju dant van den overste Otto Martins-brief met het antwoord des Konings voor. De lezer had een vuurroode neus, zoodat het in den nevelachtigen morgen bgna scheen als werd er licht aangestoken. Toch giDg de lectuur niet te best, dewijl hem de oogen traanden en hij ze te dikwjjls met de handschoenen moest droog wrijven. Toen hij ze ten einde gebracht hadknalde Otto Martin von Schwerin driemaal met de zweep en daarna kon worden ingerukt. Begrepen had men 't eigenlijk toch nog niet, doch nadat het vierentwintig uur lang oververteld was, kwam men er achter. Een paar dagen later marcheerde het regiment af. Dat de oorlog op handen was, was nu algemeen bekend en er heerschte groote angst in Pasewalk en omstreken, waar zoolang vrede en rust gewoond hadden. Toch waren er slechts weinig ge huwde officieren, veel minder dan tegen woordig, omdat de Koning geen gehuwden in de armee duldde. Liefdesavonturen mochten zij hebben" zoo veel zij wilden, maar niet trouwen. Dat deugt niet voor den soldaat. Wanneer de officier ten strijde trekt, laat hij zgn beste helft thuis en die moet hij juist meenemen. Zelfs generaals en veld maarschalken behoefden nog de toestemming des Konings, zelfs in tijd van ongestoorde vrede. Maar wanneer zoo'n regiment uitrukt, mist ieder wat. Des morgens wordt geen sein tot opstaan, des avonds niets tot slapen gegevende straten zijn uitgestorven, geen spoor rinkelt, geen hoef klappert; de win keldeuren roesten in de hengels en de her bergen staan leeg. Het meest echter ver liezen de jonge meisjes, wanneer zij wandelen willen buiten de wallen, in 't vrije veld. Waar is dan de lieve, sterke arm, die ze geleidt, waar zijn de gebaarde lippen, die zoo krachtig kussen kunnen? Hg knikte nog eenmaal vriendeljjk met het hoofd terug zij ging op een hek staan en tuurde hem na. Of hjj ooit terugkomten trouw? De predikant zegende het regiment in en toen ging het voort met een vroolijken marsch. Doeken zwaaiden, tranen vloten, de Pasewalkers liepen nog een eind mee; toen liet de kommandant »draf« blazen, de paarden snoven, de rijders hipten in de zadels. Zoo ging het den Rollwitzer berg op en toen de dragonders omzagen was de oude stad verdwenenslechts de kerktoren strekte zgn langen hals uit en zag hen na. Het was een lustige marsch naar Berljjn. Daar kwamen hun fouriers tegemoet en wezen het regiment kwartieren aan. Maar de Koning liet zich niet zien. De overste had er wel op gevlast, maar hg moest de hoop laten varen. Zoo was de Koning nu eenmaal. Hij maakte zgn officieren niet het hof. Een goed woord en daarmee ba«ta! vY orötL i/Oi ho*;/

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1893 | | pagina 1