Hel Land van Neusden en Altena, de Langstraat en de Bommelenvaard. FEUILLETON. M 1182. Uitgever: Ll. J. YUKRMAN, Heusden. WOENSDAG 8 MAART. 181-3. lil hel leven van een mijner Vrienden. VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO. Franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagmor gen ingewacht. ;en tegen den aanvang dezer eeuw kwamen ten koste gelegd wordt. Het is zeker geen aan de einden glad, de tweede geeft ze in Geen voorwerp dat meer algemeen ge bruikt wordt. De rjjke bankier op de beurs, de koetsier op den bok van het huurrijtuig, de predikant in zijn studeerkamer, de krui denier in den winkel, de waschvrouw bij hare klanten, de modiste op het atelier, de architect bij zijn bestekken, de kunstenaar in de vrije natuur, de landbouwer op den akker, enz., ge kant de rjj tot in 't oneindige voortzetten zij allen hebben behoefte aan dat eenvoudige, in hout ge vatte schrijfmateriaal. Het is zoo algemeen en van zoo uitgebreid nut, dat we ons niet voorstellen kunnen hoe de menschheid 't zoolang zonder potlooden heeft kunnen stellen. We kunnen niet begrijpen dat de eerste pogingen tot het verkrijgen van een eenvoudig practisch instrument tot teekenen en noteeren in een zóó late periode der beschaving vallen. De eerste potlooden werden n.l. pas in 1565 in Engeland ver vaardigd. Tegelijk met hun ontstaan ver loren ze 't recht zich potlood te noemen want het moderne potlood moge tal van stoffen aan zich onderworpen hebben met het metaal lood heeft het niets uit staan. De oudheid kende het lood als teeken- stif: in 't geheel niet; eerst in de 15de eeuw vindt men sporen van tcekeningen met lood. Van Van Eyck en Hans Memlink bestaan er uitgevoerd met een zilverstift en Michael Angelo teekende tusschenbeide met stiften, die uit een mengsel van lood en tin moeten bestaan hebben. Dat waren echter uit zonderingen men teekende in vroeger eeuwen met de pen en met zwart of rood krijt. In Engeland werd onder de regeering van Koningin Elizabeth de beroemde grafiet- groeve van Baroudale in Cumberland ontdekt en ziedaar de stof gevonden, waaruit onze potlooden eigenlijk vervaardigd worden. De eerste potlooden waren zeer duur, dewijl de voorraad grafiet gering was en slechts de beste soort kon gebruikt worden. De grafietblokken werden tot dunne staafjes gezaagd en deze in hout gevat. Deze potlooden, Cumberlandsche geheeten, hebben tot het eind der vorige eeuw stand gehouden; ze waren voortreffelijk, maar zeer duur. Intusschen waren ook in Bohemen graniet- lagen gevonden, die echter, hoewel ze rjjk waren, veel minder deugdelijker stof op leverden. Eerst na geruimen tijd leerde men door zorgvuldige chemische behandeling de onbruikbare bestanddeelen verwijderen (2 Menig fijn beschaafd man heeft zich mjjn vriend genoemd, die mg niet zooveel waard was als de kleine Wendel. Gedurende ons tweejarig samenzijn heeft hg, wat onze vriendschap betreft, slechts één domheid begaan. Een mijner schilderijen baarde op verschillende tentoonstellingen groot opzien Tengevolge van dezen bijviel bleven ook zooals dat steeds gaat de tegenstanders niet uit. Een dezer, hij was redacteur van een dagblad, werd door den kleinen Wendel, wegens zgn critiek mijner schilderij, tot een duel uitgedaagd. De redacteur wees hem de deur en lachte hem uit. Woedend kwam hg bg mij, maar ook ik moest hem uit lachen. Zgn baas, de huis- en kamerschilder, werd trouw door hem gediend, maar nie mand dan ik wist, met welk een tegenzin hij dat handwerk deed. Op zekeren dag kwam hij opgewondener dan gewoonlijk in rnjjne kamer en zeide, dut hg nu kwam om afscheid te nemen. Hij had zooveel ge spaard, dat hij naar Italië kon reizen, om ter schole te gaan bij de beroemde oude meesters. twee fabrikanten, de Parijzenaar Conté en Hartuiuth te Weenen op de gelukkige ge dacht het zuivere, fijngemalen grafiet met een soort van kleiachtige potaarde te ver binden. Dat gaf vooreerst besparing van het steeds duurder wordende grafiet; ver volgens kan de fabrikant nu door een meer of minder ruim gebruik van potaarde de hardheid der stiften regelen en eindelijk buitengewoon kunststuk een deugdzaam één slag een ronden vorm, de derde politoert potlood te fabriceeren, maar dit wekelgks ze en nu zgn ze, na gestempeld te zgn, bij wagonvrachten te doen en dan te zorgen vaardig tot verzending, dat elk potlood uit gelijkmatig, deugdelijke En nu hebt ge maar te kiezenhet aan- stof bestaat, zoodat het de eer der firma in tal soorten gaat het honderdtal ver te boven, staat is op te houden, dat is wel degelijk Schrijfpotlooden in alle graden van hardheid; een kunststuk, waartoe buiten Faber, Wolf potlooden, welker schrift zich copieeren laat; en enkele andere bekende adressen, slechts potlooden voor den teekenaar in tal van weinig fabrikanten in staat zgn. Omtrent de wolven en beren welke in Frankrgk en Bosnië nog veelvuldig voor komen, wordt o.a. gemeld In 1891 werden in Frankrgk 149 oude en 253 jonge wolven gedood. Daar voor een ouden wolf 100 frs. en voor een jongen 35 frs. premie betaald wordt, zoo werden nagenoeg 22,000 frs. premiën uitbetaald, of met inbegrip voor de extra-premiën voor soortenpotlooden voor den houthandelaar wolvinnen 25,325Natuurlijk heeft er op werd de fabrikatie vergemakkelijkt doordat Nog een kort woord over de samenstelling, om op hout, voor den professor in de ont- die wijze een merkbare vermindering van het zagen van staven verviel en het grafiet Het grafiet uit de mijnen in Bohemen leedkunde om op vleesch te schrijvenpot- wolven plaats. Het grootste getal wolven met de klei tot een dik vloeibare massa en Siberië wordt in de eerste plaats van looden die een schrift leveren, dat niet weg j werd in 1891 in het departement Dordogne aangemaakt werd. alle ijzerdeelen ontdaan en na gemalen te te maken is; potlooden om op glas, porce- j gedood, namelijk 67 stuks. Toen deed het potlood zgn intrede in zgn met klei in water gemengd. Soms komt lein en geweven stoffen te schrgvenpot- j Erger is het in Bosnië gesteld. De door de wereld en giDg uit de handen des kunste- hier nog wat lampezwart bjj, wanneer zeer looden voor den instrumentmaker, potlooden Oostenrijk bezette provinciën bezitten een naars in die van den werkman, den koop- zwart potlood moet vervaardigd worden. 'voor den telegrafist maar het is te ver-alles behalve benijdenswaardigen rgkdom man, den scholier over. In allerlei vormen kwam het nu voldoen aan een algemeen gevoelde behoefte en opmerkelijk is het, dat het op zgn beurt weer nieuwe behoeften in het leven riep. Wg berinneren o. a. aan de vervaardiging van notitieboeken in honderden formaten die velen duizenden arbeiders brood verschaft en aan die van gomelastiek. AVanneer er van potlooden sprake is, kan men niet missen den naam Faber uit te spreken. Faberpotlooden toch zijn van oudsher gerenommeerd evenals de eau de cologne van den Keulenaar Farina. Dat is zóó waar dat niet weinig fabrikanten èn van eau de cologne èn van potlooden hunne waar onder deze bekende namen aan de markt brengen. De Fabriek van A. W. Faber werd in 1760 gegrondvest door Kasper Faber te Stein, even buiten Neurenberg. Ze had een zeer bescheiden omvang en in 1786 van welk jaar in de familie een inventaris bewaard wordt bestond de waarde der bezitting nog slechts uit f 59. Heden ver schaft de firma A. W. Faber velen honder den arbeiders werkzij bezit behalve te Stein fabrieken te Geroldsgrün en eigen gebouwen in en bij Parijs, te New-York, Londen en Berlijn en de naam A. W. De gemengde stof wordt gedroogd en moeiend deze bijna eindelooze rij verder daarna weer bevochtigd tot ze een brijachtige voort te zetten. Ieder vindt op de potlood- markt een soort van zgn gading. JöuiterilaiKi. massa geworden is. Deze brij komt nu in de z.g. persen. Ze wordt in een bak boven de pers gestort, wordt door de machine sterk samengedrukt: uit par8g meldl men. Het 500ratel en komt beneden door kleine openingen als liquidatie der PaImma.maatschappy is door draden te voorschijn. Al naar de meer of mindere wijdte en vorm der openingen zijn die draden dik of dun, rond, plat, zes- of achthoekig. Onder de pers rollen ze tot aan de Kamer aangenomen. Een geheel bijvoegsel der Figaro® is Panama gewijd. Daarin zegt de cor- bundels samen, zooals de matrozen de touwen respondent, dien de Figaro* naar Panama inhalen. Deze draden zonder einde genieten gezonden heeft om te zien hoe het met de echter geen lange rust. Ze worden spoedig kanaalwerken staat o.a. het volgende opgenomen, op tafels rechtgetrokken, ver- Van de 700 millioen gulden, die uitge deeld in stukken van de vereischte lengte geven werden zijn er 384,000,000 op de en daarna gedroogd. j landengte besteed. De werken zeiven kosten Tot omhulsel verkiest men, gelijk bekend 220,500,000 gulden en voor huizen, grond is, het geurige, buigzame hout van den j enz. werd 164,000,000 uitgegeven. De ceder. Dat is echter niet de ceder van den j werken, die gereed zijn, vertegenwoordigen Libanon, maar een boom uit Amerika. De ongeveer een waarde van 150 millioen. Er firma Faber heeft een tijd geleden een ceder-zijn van de 75 kilometers, die het kanaal kweekerij op haar bezittingen te Stein aan-1 lang zou worden, ongeveer 30 voltooid, gelegd, die veel hoop geeft voor de toekomst. Deze vormen, wat de gesteldheid van den Voor de goedkoope potlooden wordt wit hout van dennen en linden gebezigd. Dit hout wordt door machines in blokken gezaagd ter lengte van een potlood, daar na in dunne plankje ter halve dikte van een potloodeen derde schaaft deze glad, Faber is door de geheele wereld bekend en een volgende verdeelt ze in staafjes, welke geacht, waar men potlooden gebruikt. En waar doet men het niet Een enkel potlood al neemt men ook het fijnste exemplaar met grafiet uit Siberië schjjnt een hoogst eenvoudig dingeen stukje hout, eenig grafiet een beetje politoer, de naam der firma in goud er op en 't ding is klaar. Men moet echter in de fabriek ge zien hebben hoe de materialen voor een enkel potlood door de handen van ongeveer zeventig verschillende arbeiders gaan moeten om te begrjjpen welk een som van moeite, arbeid en zorg aan zoo'n eenvoudig ding andere van een gleuf voorzien grond betreft het meest gemakkelijke ge deelte, en in werkelijkheid is er niet meer dan van werk gereed. Het werk zou nog ruim 500 millioen moeten kosten om geheel gereed te wezen en met het oog op de ontvangsten van het kanaal als dit gereed was, zou er hoogstens een rente van 5 pCt. van het besteed kapi taal te wachten zijn. door een worden. Nu komen ze in 't gebied van den lijm pot. Een werkman ligt de grafietstaafjes in de gleuven, een ander besmeert de opper- een gegroefd houten staafje en weer een j ander brengt brengt de satnengelijuide pot looden in de pers om te drogen. Deze potlooden zgn nu vierhoekig en j ruw en hebben nogmaals de reis te maken door een aantal machines. De eene snijdt een honderdtal samengebonden exemplaren De heer Goron, chef van den algemeenen veiligheidsdienst te Pargs, bevindt zich op wissen aangaande den gezondheidstoestand i van Cornelius Herz, omtrent wien de be richten dagelijks zoo ongunstig mogelijk luiden, zoodat men. daarnaar oordeelende, zou gedacht hebben dat hg niet meer in het land der levenden had kunnen zgn. Juist dit wekt argwaan. Ik vraagde of hij wel overwogen had, hetgeen hg ging doen, waarop zijn ant woord was, dat ik nog van hem zou hooren, en dat hg ook als kunstenaar zich mijner vriendschap, die hem het dierbaarste op de wereld was, wilde waardig betoonen. Haastig drong ik hem een paar aanbevelingsbrieven op; toen ging hg. Hij ging zonder geld want zgn spaarpenningen hielpen hem nauwelijks over de grenzen zonder vrienden en zonder plan naar Italië. Van den dag zijner afreize af was hij voor mij verloren. Dat duurde jaren lang, zoodat ik met weemoed aan hem dacht, ge lijk aan een afgestorvene. Mijn leven ging in stilte voort, maar ieder jaar maakte mij vele jaren ouder, daar, bij de ontwikkeling in inijne opvatting, de kunstvoortbrengselen mijner handen, hoe luide ook geprezen, mij steeds minder bevredigden. De eer die mg het publiek, dat zich door effekt zoo licht laat verleiden, bewees, was niet bg machte mijne innerlijke onbevre digdheid te verminderendaarom trok ik mg langzaam terug tot het bespiegelende leven, bewoog mg in de vrije natuur en reisde van het eene museum naar het andere, om bg mijne meerderen in de kunst met eerbied datgene te bewonderen, wat mij zeiven niet gelukken wilde. Van Wendel hoorde ik taal noch teeken, totdat ik op zekeren dag te Weenen het volgend schrgven ontving Waarde Vriend Indien gg lust hebt schilderachtige land- aan beren en wolven. Tegen deze onaan gename gasten wordt sedert de laatste jaren, zoowel door de landlieden als door de daar toe aangestelde macht, een verbitterde ver nielingsoorlog gevoerd. In het geheel werden van 1880 tot 1889 niet minder dan 8230 wolven en 861 beren gedood, waarbg nog moet worden gemeld, dat niet alle jacht- resultaten opgeteekend zgn, ofschoon de regeering premiën betaalt. De wolven houden zich in alle gedeelten der provinciën op, het liefst echter in de noordelgke streken van Bosnië, terwgl de beren zich meer tehuis gevoelen in zuidelijke streken, vooral in het gebied Serajewo. De ambtenaren van het bosch wezen verdelgen deze roofdieren door ze te vangen of te schietensedert 1888 heeft men ook vergiftiging door strychnine ingevoerd, waarmede goede resul taten bereikt werden. Opmerking verdient het, dat de landlieden zonder vuurwapenen, doch alleen met bjjlen en knotsen gewapend, de roofdieren aanvallen. Blijkens de Mouvement bygiénique* neemt het verbruik van paardenvleesch in Duitschland meer en meer belangrgke af metingen aan. Van 1 April 18901 Maart 1891 zgn daar 53281 paarden geslacht, waarvan 518 voor comsumtie ongeschikt zgn verklaard en 2406 gedeeltelijk buiten comsumtie ge steld zgn. Daarvan waren 40 door tuberculose en 8 door kwaden droes aangetast. Het meeste paardenvleesch wordt gebruikt in Breslau en Sleeswjjk, waar meer dan 5000 paarden geconsumeerd werden, het minste in de oostelijke provinciën. Het aantal paardenslachtergen in Pruisen bedraagt 431. In München breidt zich het gebruik van honden vleesch zoodanig uit, dat honden diefstal daar zoo aan de orde is, dat de nomen. Toen was het in handen van een houthandelaar uit Pommeren gekomen, Mar- keitze genaamd, die het vervallen Zurkow schappen te zien, reis dan naar het eiland weder in een staat bracht, zooals geen Rügen. En wanneer gij daar zijt, verzuim j mensch het ooit gekend had. De landbouw dan niet naar het landgoed Zurkow te en de boschcultuur, de visscherg en de jacht vragen, want de eigenaar daarvan is een j herleefden weder, en de nieuwe eigenaar oud vriend van u, die u dringend uitnoo- j bezat daarenboven mijnen in Engeland en digt hem te komen bezoeken. Hij hoopt schepen die tusschen Stettin en Kopenhagen hem niet vergeten hebt, en verheugt dat gg zich reeds in het vooruitzicht, u na zes jaren eindelgk eens weder te zien. Het is uw oude WENDELIN BLEES. Het schri t was loopender geworden dan vroeger, maar het was toch zijne hand. Mijne verbazing kende geen grenzen. Bij de oude vriendschap kwam ook de nieuws gierigheid, en reislustig als ik geworden was, zat ik reeds een der eerstvolgende dagen op den trein. Tusschen Anklam en Straalsund kwam ik in de gelegenheid, door een passagier die te Bergen, de hoofdplaats van het eiland Rügen, woonde, meer van het landgoed Zurkow en zijn eigenaar te hooren. Ik ver nam toen dat Zurkow, hoewel geen adellijke bezitting, toch een der schoonste en rijkste landgoederen van het eiland was. Vroeger had het aan eene adellijke familie behoord, maar de laatste edelman uit dat geslacht had het aan eene duitsche badplaats ver speeld en daarna zichzelven het leven be handel dreven. Het kasteel had hjj laten opknappen en nieuw inrichten, zoodat het er nu uitzag als eene vorstelgke residentie. Van dit alles had hij echter weinig vreugde schip, dat zoo straks als een sterretje had gefonkeld, was naderbg gekomen en het eenige vaartuig op de onmeteljjke vlakte gebleven. Op de rotsen van Stubbenkammer gaf het avondrood een gloeienden weerschjjn terug, zoodat zij zich als vurige schaduwen in de zee weêrspiegelden. Terwgl ik zoo droomend naar buiten tuurde, werd er zachtjes een hand op mgn schouders gelegd. Wendel stond achter mg. Wanneer gij uitgerust zjjt,« zeide hg, noodig ik u uit te komen soapeeren. Ge hebt hier eene merkwaardige wereld beleefd; zgn zoon had hem zeer veel verdriet rondom u,« luidde mgn antwoord; »ik heb aangedaaD, hetgeen ten slotte zgn dood ten deze stille, door de zee omgorde boschstreek gevolge had. Verder hoorde ik dat een jongmensch uit het Zuiden met de dochter getrouwd was, en nu heer en meester op Zurkow was, met een vermogen van drie millioen thalers. Allerlei praatjes deden de ronde over deze familie; daar niemand echter het juiste wist, deed men het best te zwijgen. Zoo was ik eenigszins voorbereid ge worden, en overdacht dit alles nog eens reeds ia mjjne droomen gezien, tjjdens wg de noorsche mythologie bestudeerden.* »Het is zoo,* antwoordde hij snel, »het is zoo. Daarom kan deze streek zoo aan trekkelijk en toch zoo vreeselgk zgn.« Zoo vreeselgk?* Nu nam Wendel mijne beide handen en sprak Dierbare vriend, ik dank u duizend- duizendmaal dat gg tot mij gekomen zgt.« Zijne handen beefden, zgne stem was toen ik op het rustbed in het kasteel Zur- buitengewoon aangedaan, zoodat het mg kow nederlag; ik kan niet zeggen dat ik mg daarbg zeer wel bevond. Eindelgk begon het te schemeren, en toen ik weder uit het venster keek was de zee niet meer blauw, maar lichtgrijs, en door haren kwik zilverglans aan den horizon scherp afge- teekend tegen den opkomenden nacht. Het door merg en been ging. Nu was het jjs gebroken, bij hem en bg mg. Arm in arm liepen wij de kamer op en neêr, waar de avonddisch gedekt stond. Wordt vervolgdJ NIEUWSBLAD mmt—wn—«mm«mui mmmsiwiiwiiiiii inmi ij ,i dit oogenbhk te Londen, om zich te verge vlakte met lgm, een volgende past daaropJL tJi L

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1893 | | pagina 1