el Land van lleiisdcn cn
llena, do Lungslraal cn dc Uoinniclcnvaard.
Een onpleizierige nacht.
Brieven uit Amsterdam.
FEUILLETON,
Uitgever: Ll. J. YLKRMAK, Heusden.
ZATERDAG 13 MEI.
at»k
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prysverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
1201.
1893.
Advertentiën ran 16 regels 60 et. like r*f«l
meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- sn Yrjjdagmer-
gen ingewacht.
Er is hier een jong vereenigingetje, Kunst
en Broederschap* noemt het zich, dat ver
leden jaar, zijn piepjonge oogjes in 't rond
slaande, de verrassende ontdekking deed, dat
de mannenzang achteruitgaande was. En
vurig als 't jonge bloed veelal is, besloot
het een poging te wagen dien zang te ver
heffen. En 't schreef een wedstrijd uit.
Een wedstrijd uitschrijven is 't ideaal van
alle mannen-zangvereenigingen. De broeders
te gast vragen, prijzen uitloven, in België
en Nederland den naam der vereeniging
door reusachtige aanplakbiljetten bekend
maken, beroemde musici uitnoodigen een
jury uit te maken en 't publiek tot het
nemen van plaatskaarten uitlokken o,
hoe menig presidentenhart heeft niet geklopt
bij de gedachte aan zoo groote eer.
In den regel worden de wedstrijden uit
geschreven door gevestigde vereenigingen,
die reeds eenigen naam hebben en nu op
een koperen of zilveren feest, bij wijze van
fuif, een concours organiseeren.
Dat een vereeniging, zóó jong als Kunst
en Broederschap dit cïoet, is wel een eenig
feit in de geschiedenis.
Ik behopf hier niet uitdrukkelijk te zeggen
dat aan Aoo'n prijskamp enorme kosten
verbonden zijn, maar wil op deze twee
punten wijzen: nooit wordt een wedstrijd
uitgeschreven, zonder de stille hoop door
entrees althans de kosten te dekken en
nimmer is, zoolang me heugt, deze hoop
verwezenlijkt. Ja, ik weet, er zijn vereeni
gingen, die nu nog bloeden voor schulden,
jaren geleden aangegaan. Eri wanneer Kunst
en Broederschap ook deze hoop gekoesterd
heeft, dan zal het deerljjk bedrogen uit
komen. Want ofschoon de penvoerder der
vereeniging schrijft van den wedstrjjd als
van een gewichtige gebeurtenis, waarvan
Amsterdam reeds maanden lang den mond
vol beeft, datzelfde Amsterdam heeft het bij
dien mond vol gelaten, en schitterde in het
Puleis door afwezigheid
Of de mannenzang in de laatste jaren
achteruitgegaan is, meen ik te mogen be
twijfelen. 't Is waar er zijn enkele oude
vereenigingen tegenwoordig in kwijnenden
toestand en Kunst en Broederschap zelf heeft
door de uitvoering van een z.g. begroetings
koor ten volle reden gegeven tot deze ver
onderstelling, maar er staat tegenover, dat
vele bekende kringen hun reputatie met
eere handhaven, terwijl daarnevens jonge
zijn opgeschoten, die als met één sprong de
hoogte bereikt hebben. Ik denk hier o.a.
uan de Rotterdamsche Liedertafel, onder
George Rijken, die Zaterdag avond verruk
kelijk gezongen heeft en den eersten prijs be
haalde; aan Onderlinge Oefening alhier,
een schare van 125 zangers, meerendeels
werklieden; aan Kunst na Arbeid, 120
werklieden, die een tweeden ontving. Zie
daar drie jonge vereenigingen, waartegen
over het kwijnen van Amstels Mannenkoor
en de rust van Rotte's Mannenkoor onbe-
teekenend is.
Dat is zeker: we hebben, althans hier,
koren in overvloed. Mjjn geheugen raad
plegende, noem ik u voor de vuist opAm
stels Mannenkoor (Averkamp), Euterpe
(Messchaert), Onderlinge Oefening (Pres
burg), Amicitiae (Brandts Buys), Cecilia
(Andriessen), Erato (Presburg), Zanglust
(Hammer), Kunst na Arbeid (Eggelte),
Kunst door Oefening (Roeske), Oefening
baart Kunst (Brandts Buys), Nationale
wonder, alweer de kleinste van 30 man ver
sloeg zijn groote broeders.
Ten slotte een duel tusschen onze Kon.
Cecilianen van Den Haag en de Melomanen
uit Brussel, de eersten met 122, de laafcsten
met 160 zangers. Ook zij zongen een ver
plicht koorGod is groot, maar hun beste
zijde deden ze kennen, de Cecilianen in het
Zangvereeniging (Van de Vliet), Joh. J. H. echte concourstuk Iersche Landverhuizers
Verhulst (Smits), Amstels Werkman (De van Gevaert, de Melomanen in het over-
Jong), Oefening zij ons doel, Eintracht,
Deutsche Gesangverein, R. C. \olksbond,
schoone koor van Riga »les esprits de la
nuit.« De roem van ons land lag in de
Apollo. Adama van Scheltema, de lijst handen van Richard Hol, miar hoe schoon
is ver van volledig, maar ik heb althans de Cecilia ook zong, de jury stelde de Meioma-
voornaamste genoemd en ge ziet er uit dat nen hooger en schonk aan deze den hoofd-
ieder, die zingen wil, keuze te over heeft.prijs.
Laat me nu nog enkele raededeelingen j Opmerkelijk is het dat de juryleden, die
doen aangaande het concours. gewoonlijk gezellig byeen zitten en van ge-
In de le nationale afd. is gestreden door dachten kunnen wisselen, bij dit concours
(2
Ik sliep in. maar was onrustig. Hoe lang
ik geslapen heb weet ik niet en ik heb het
ook nooit geweteneen, twee uren mis
schien. Ik werd wakker door een geluid, dat
mij over mijn geheele lichaam deed beven.
Ik wist in het eerst niet waar ik was; alles
kwam mij toen op eens helder voor den
geest; mijn angst, de bewoners van de
kamer naast mij, de onmogelijkheid van te
slapen, de geschiedenissen die ik den sze-
heelen avond had tboord. Helder van hootd
alsof ik niet geslapen had, maar met klop
pend hart. zat ik opeens rechtop in mijn
bed te luisteren.
Het was een eigenaardig geluid, een be
weging, die nu eens een paar seconden
ophield, maar dar» langzaam weer begon, zocht wat hij tegenkwam ik hoorde de harde
3 vereenigingen, Amicitiae* onder Buijs,
Aurora* onder Kwast, »Rott. Liedertafel*
onder Rijken, die de drie prijzen in omge
keerde orde verwierven.
Deze drie koren zongen één verplicht
nummer, Neerlands Kunst van Heinze, een
nummer, waarvan de kunstwaarde niet
bijzonder hoog is, en een nummer naar vrije
keuze. De laatste had daartoe gekozen »de
Herfst* van Heinze, een uitstekend koor,
dat uitstedend gezongen werdde tweede
Rudolf von Werd nberg* een schilderij in
tonen, allerheerlijkst voorgedragen de eerste
»des Heeren Huis*, keurig gezongen door
een vereeniging, die zeer lijdt aan tenoren
gebrek.
In de 2de nationale afdeeling werd ge
kampt door zes koren, die elk twee nummers
naar keuze zongen. Ook in deze was de
achteruitgang van den mannenzang niet
merkbaar. Ze waren allen uit het noorden,
Amsterdam, Haarlem, Wormerveeren Wor-
mer. De drie hoogste prijzen zijn aan drie
A'scho liedertafels gebleven. In die afdeeling
zijn de volgende koren gezongenNeerlands
Taal van Stille, het lied van Nederland van
Hol, Psalm VIII van Hol (tweemaal),
Heldenmoed van Hol, Vineta van Abt (twee
maal), de Rots in Zee van Hol, Omhoog
van Heinze en de Nornen van Gevaert.
In de 3de werd gestreden door 15 ver
eenigingen, die toonden, niet dat er achter
uitgang op te merken valt, doch dat vooruit
gang wenschelijk is. Een der kleinste uit
de hoofdstad behaalde den eersten prijs. Er
was ook een vereeniging uit uw buurt,
»Nut en Genoegen* uit Gorinchem, die vol
strekt niet de minste was, maar toch geen
prijs behaalde. Ik durf niet beslissen wat
daarvan de schuld is. De vereeniging toonde
over zeer goede krachten te beschikken. Ze
moet een volgenden keer met iets meer
elk aan een afzonderlijk tafeltje geplaatst
waren en alsof ze cellulair gezet waren een
lid van de feestvierende vereeniging als op
passer oij zich hadden. Er werd dus zonder
ruggespraak gestemd.
Met een eoncert en een bal wordt dit
zangersfeest heden avond besloten.
A., 8 Mei '93. J. L.
JL5u.it,«*i iari ei-
Volgens een bericht uit New-York, zouden
twee Belgen, Leroux en Neumonn, daar
gepakt zijn en bekend hebben den diefstal
by den Graaf van Vlaanderen te hebben
gepleegd. Men zou voor een waarde van
50.000 gulden aan diamanten by hen ge
vonden hebben.
Een halsstarrig zelfmoordenaar. Een
werkman in Charleroi trachtte onlangs zich
van zjjne vrouw te ontdoen door haar in de
rivier te werpen, waarna hjj zichzeiven met
een scheermes den hals beproef de af te snjjden.
De vrouw werd echter gered en de man in
het gasthuis opgenomen, vanwaar hij, na
herstel, naar de gevangenis werdt overge
bracht. Eene poging om zich in zijne cel
op te hangen werd verjjdeld, waarna het
hem gelukte te ontsnappen. Hy kocht een
revolver, begaf zich naar deechtelyke woning
en loste daar gisteren twee schoten op zyue
vrouw, die op de plaats gedood werd,
waarna hij zich een schot in den mond toe
bracht, doch er bestaat alle kans hem in het
leven te houden.
De Nordd. meldt: «Na de inspectie der
pakkends voor den dag komen. Een jury j troepen zeide de Duitsche Keizer tot de offi-
vergeeft liever een flater in een moeilijk eieren van den generalen staf: »Myn hoop,
koor, dan in 't zoetelijk gekweel over een: dat de Ryksdag het militaire ontwerp zou
sneeuwklokje in den morgenluister. Iaannemen, is helaas Verijdeld; ik hoop, dat
De Zondag was gewijd aan een inter- i
nationale wedstrijd tusschen twee Belgsche d» meuwe K»kstk« goedkeuren,
van 116 en 120 man, twee A'sche vanMocht ook die hoop worden verijdeld,
124 en 120 zangers en een Haarlemmer dan zal ik al wat ik kan doen om het door
van 8-3 man. Iwee der prijzen zijn aan betten, want ik ben overtuigd van de
B'sche kringen toegewezen en een derde
aan Zanglust alhier - noodzakelykheid van het ontwerp tot behoud
Nu kampen de drie koren, die Zaterdag vua vre^e- Ih geloof niet dat het volk
eerste prijzen verwierven en wonder boven zich door onbevoegden zal laten opwinden
handen er op legde en met uitpuilende
oogen keek ik starend in het duister.
Het was en bleef stikdonker en het ge
krabbel verflauwde wel, muar het was alsof
bet geluid van het vallen zich vaker her
haalde. Een kreet ontsnapte van mijn borst:
de slangenHet bloed stolde my iu de
aderen. Verstijfd van schrik wilde ik om
hulp roepen, schreeuwen alsof ik droomde,
maar ik kon niet. Het klamme zweet brak
mij van alle kanten uit, en met saamge-
klemde tanden viel ik op de kussens terug.
In mijn verbeelding zag ik alles even
duidelijk alsof het klaarlichte dag was en
ik volgde de kruipende dieren in al hun
bewegingen.
Zij waren onder de gemeenschappelijke
deur doo gekropen, dezelfde deur waar
onder ik, voordat ik ging slapen, den licht
straal had gezienhet krabben en het
vallen dat ik hoorde, werd veroorzaakt door
een slang die zachtjes aan onder de reet
van de deur doorkroop en die alles onder
vt rvolgens v-eer vjug achtereen, nu eu dan
was htt a»sol iets neerviel, gevolgd door een
ditpe stilte. Ik stak natuurlyk onmiddellijk
huid langs den vloer schuiven. Eu weldra
zag ik mijn bed overladen met glinsterende,
kleverige dieren, die langs mijn lichaam
de armen uit naar de tafel om lucifers te opkropen en mij omstrengelden, en met hun
krijgen, teneinde licht aan testeken, maarkwylende, zachte tongen mij in het aan-
ik vond ze niet. De lucifersdoos en de kaars gezicht likten. Ik lag letterljjk te zieltogen,
bad ik beide op de schoorsteen laten staan.Juist door den angstigen doodstrijd kwam
Ik hoorde mjjn hart bonzen, zoodat ik beide my iets te binnen. Als men de kruipende
dieren niet opjaagt, hebben ze alleen be
hoefte aan warmte. De staat van zaligheid
waarin ze dan zijn, verdooft hen en langen
tijd blijven ze rustig. Met een bovenmensche-
lijke poging gelukte het mij rechtop te gaan
zitten, ik greep naar den deken en gooide
hem ia de richting van de deur van waar
ik het geluid meende te hooren Met inge
houden adem luisterde ik.
Het geluid verminderde. Zouden zij onder
den deken zyn gekropen?
Eindelijk hoorde ik niets meer. Ik loosde
een diepen zucht; ik was als aan de plaats
genageld geweest, en kon mij nu weer be
wegen ik herademde en trachtte te roepen,
maar ik herkende mijn eigen stem niet, zij
was dof en toonloos; niemand antwoordde,
geen geluid of beweging vernam ik. Toen
poogde ik geregeld te denken.
Eén ding werd my duidelijk: dat ik niet
voor het aanbreken van den dag het bed
durfde verlaten. De gedachte dat ik mis
schien tegen zulk een afzichtelijk dier kon
stooten, en dat een enkele aanraking vol
doende zou zijn mij te dooden, ontnam my
allen moed. Als het dag was en ik het ge
vaar kon overzien, dan ja dan zou ik
vluchten, maar als een dappere in den donker
misschien het gevaar te gemoet gaan, neen,
daartoe had ik geen moed. Ik bleef ril
lende in den hoek van het ledikant liggen,
zonder my te bewegen, uit angst dat ik
integendeel ik weet, dat ik het in deze zaak
eens ben met de leiders van het volk en van
het leger.*
De Petersburgsche »Novoje Wremja* ver
wacht dat de Duitsche regeering, in het
belang van het bij den nieuwen Ryksdag
in te dienen legeroutwerp, grens-incidenten
zal uitlokken en spreekt daarom de hoop
uit, dat de Fransche regeering alles zal
aanwenden om die te voorkomen.
Yeertig inwoners van het dorpje Santa-
Eulalia, iu Spanje, begaven zich naar de
kapel van Concillio, om daar den voor het
land zoo noodigen regen te gaan afsmeeken.
Terwijl de bedevaartgangers met een
pont over de rivier de Gallego werden ge
zet, sloeg deze om, zoodat allen te water
geraakten. Twintig personen moeten ver
dronken zijn. Uit een officieel telegram
bljjkt, dat zestien lijken reeds zyn gevonden
in de nabijheid van de omgeslagen veer
pont.
De zijdewormen, waarvan men dit jaar
in Italië door de vroege warmte zulke goede
verwachtingen had, zyn, door de ingevallen
ongewone koude in de laatste dagen, grooten-
deels vernietigd.
Volgens de »Gaulois« zal de Paus binnen
kort een encycliek zenden aan de Europeesche
Regeeringen, waarin betoogd wordt dat de
financiëele lasten, waaronder de volken
thans gebukt gaan, onvermijdelijk tot een
reeks van rampen moeten leiden, en een
algemeene bestudeering van bet vraagstuk
der ontwapening dringend wordt gevraagd.
De vGaulois* zegt dat Italië, Oostenrijk.
België en Spanje, vooraf gepolst, zich voor
ontwapening verklaarden, Rusland condi-
tioneel.
De ex-koningin Nathalie van Servië heeft
haar hofmaarschalk met een eigenhandig
schrijven naar haar zoon gezonden. Ze
wenscht dezen geluk met de aanvaarding
der regeering en verklaart niet naar Servië
te kunnen komen. Ze wenscht echter een
samenkomst met den koning te hebben aan
de Servisch-Rumeensche grens.
Uit Bucharest wordt gemeld:
Oveistroomingen hebben het verkeer op
de spoorwegen tot stilstand gebracht, met
het gevolg dat de sneltreinen uit het buiten
land niet aangekomen zyn.
De stoffelijke schade, door de ontploffing
te Dublin aangericht, wordt op slechts 20
pd. st. geraamd. In zoover had de wan
daad der in het duister gebleven dynamiet-
mannen dus al zeer weinig te beteekenen.
Zij bewijst echter, in verband met de ver
jaring van den dubbelen moord in het
wellicht met de voeten de gladde huid van
een dezer dieren zou aanraken, waarvan
misschien een of meer mij straks zouden
overvallen.
Wat een nacht! Ik dacht nog steeds over
den toestand na. Zouden zij niet een warmere
schuilplaats gaan opzoeken, als de dekens
koud waren geworden? Was een inensche-
lijk lichaam niet een lekkernij voor deze
vraten? Zou niet de behoefte alleen om in
het warme en bruischende bloed te bjjten,
hen wekken uit den staat van gelukzalig
heid waarin zij verkeerden en waarvan ik
slechts redding verwachtte. Mijn oorkussen
volgde den weg van de dekens, ik bleef tegen
de zijde van het ledikant aangedrukt wachten,
en het scheelde weinig of ik was uit mijn
bed gevallen.
Onnoodig zeker te zeggen, dat het mij
voorkwam alsof de dag niet wilde aanbreken.
Eindelijk zag ik door het raam een flauwe
ochtendschemering, die ik alleen bemerkte,
doordien ik in doodsangst verkeerde. Lang
zamerhand werd het lichter, zoodat ik duide
lijk de ramen kon onderscheiden. Eindelijk
werd het zoo ver dag, dat ik reeds flauwe
omtrekken kon bespearen van voorwerpen
die dicht bij het venster stonden, maar door
de schaduw der gordijnen kon ik nog niet
zien of zich iets bewoog, hoewel myn ougen
onafgewend op den hoop beddegoed wareu
gericht.
Phoenix-park, dat de gevaarlykste elementen
van het Iersche nationalisme nog steeds op
het eiland aanwezig zyn en, spjjt de rjj-
zende zon van Homerule, hunne politieke
methode nog niet veranderd hebben.
In het Iersche graafschap Clare is voor
de derde maal een vergeefsche moordaan
slag gepleegd op den vrederechter Blood.
Tjjdens hij naar huis reed, werden van eene
heg 3 revolverschoten op hem gelost, zonder
dat echter hij of de hem steeds vergezel
lende politie-agenten gewond werden.
De toestand te Huil wordt gaandeweg
onhoudbaar. De wethouder Symonds, presi
dent van het comité voor het loodswezen,
verklaarde aan den correspondent van Daily
News,« dat het verkeer in de haven op on
rustbarende wjjze vermindert. Als het geschil
tusschen de reeders en dokwerkers niet
spoedig bijgelegd wordt, zeide hy, is het te
vreezen, dat het grootste deel van den handel
voor Huil voorgoed zal verloren zyn. Juist
nu begint het jjs in de Newa en de Oost
zee te verdwynen, en nadert de tjjd voor
de jaarljjksche vernieuwing van den handel
op de Oostzee. De kaden liggen reeds vol
met goed uit de Engelsche fabrieksteden,
dat op verzending wacht.
Van de Britsche oorlogsschepen, die aan
de vlootschouwing voor New-York deel
namen, zijn niet minder dan zeventig ma
trozen gedrost.
In de wijk Viburg te Petersburg is een
geheim genootschap van jonge studenten en
schooljongens ontdekt; 18 hunner zyn ge
vangen genomen naar aanleiding van ee»
moord, op last van het genootschap op een
der j tngf.liedeu, een student uit Croonstadt,
in een bosch, nabjj Pljussa gepleegd, omdat
deze zich van de vereeniging wilde los
maken. Men vond zyn lijk, geheel ontkleed,
waarvan het hoofd was gescheiden, dat op
een andere plek werd gevonden, evenals zyn
kleeren.
De correspondent der Daily Chronicle*
te Calcutta verzekert, op gezag van een tele
gram uit Lahore, dat de Britsch-Indische
Regeering besloten heeft den Khan van
Khelat af te zetten, en dus, met andere
woorden, het land Beloechistan by het
Britsch-Indische Rijk in te lyven, al zou
dan ook de zoon des Khaus voor de leus
zijnen vader opvolgen. Do Khan moet een
door-en-door slecht mensch zyn, een oostersch
despoot van het bloeddorstigste kaliber. Hy
heeft, naar het heet, in den laatsten tjjd
65 zijner onderdanen in koelen bloede ver
moord, en onder dezen vjjf zjjner vrouwen.
Reeds vroeger had hij, in den loop zjjner
regeering, een 3000 menschen onder beuls-
Hoe prachtig geleek mij het licht, dat nu
in zyn volle kracht binnenstroomde en
alles tot de kleinste hoekjes bestraalde. Nu
kon ik het beddegoed geheel overzien. Er
was niets te zien dat mij vrees aanjoeg.
Het lag op een klein hoopje en geen de
minste beweging verried dat er een levend
wezen onder verborgen lag. Het hoofdkussen
was tegen een stoel bljjven staan en kon dus
evenmin als schuilplaats dienst doen. Het
beddekleedje lag plat op den vloer, en ik
zag niets anders dan mjjn verfrommelde
beddelakens.
Had ik dan de nachtmerrie gehad?
Ik kreeg mijn pantoffels en een onmis
baar kleedingstuk, en, toen ik die had aan
getrokken, durfde ik het wagen. Het laken
dat nog steels op den grond lag, was
sneeuwwit. Toch ging ik er niet dan zeer
voorzichtig heen, maar bleef steeds aan den
kant van de deur, doch nauwelijks had ik
drie stappen gedaan of ik begreep alles.
Mjjn waschkom had ik op den grond
laten staan en daarin was een muis ver
dronken. Door de pogingen van het dier om
er weer uit te komen was ik wakker ge
worden, zyn doodstrijd en de vergeefsche
pogingen uit het water te kruipen, hadden
my zoo verschrikt.
UtrnzelfJe^ Jo_, :k niur ann r.nder
hotel gegaan.