Hel Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bomnielerwaard. Godsdienst. FEUILLETON. Kapitein Ourson-IJzerhoofd. Uitgever: L. J. YEERMAH, Heusden. M 1296. WOENSDAG 11 APRIL. 1894. VOOR Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abounementsprga: per 3 maanden f 1.00. Franco per post zonder prjjsve. hooging. Afzonderljjke nummers 5 cent. j. Advertentiën van 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Yrpdagmor gen ingewacht. dunkt ik boor u al uitroepen, is dat nu een artikel voor dit blad. Is het niet verdwaald en behoort het niet in een of ander kerkeljjk blad? Deze en alle andere vragen willen wjj maar dudeljjk ontkennend beantwoorden. Het onderwerp dat boven dit artikel staat behoort wel eens bespro ken te worden in een niet kerkeljjk blad. Ziet ge, we willen iets zeggen over gods dienst. Over welke dan? Wel over de eenige, de ware godsdienst. Godsdiensten zjjn er veel en godsdienstigen nog meer, maar de ware dat is deze: die, welke den naam zijner godsdienst ook zjj, hoe hij zijn rich ting ook noeme, leefde als het hoofdbe ginsel, beoetent en beljjdt. Menigeen schjjnt bij al zjjn ijveren voor godsdienst te vergeten, dat liefde de ziel van allen godsdienst is. Zjjn er dan zoo- velen, die dat niet erkennen, neen zoovelen zjjn er niet, maur groot is het aantal van hen, die niet weten wat die liefde in heeft, veel minder haar in het leven openbaren. Ware godsdienst eischt liefhebben. Neen, wordt nu niet boos en vraag: heb ik dan niet lief? Liefhebben kost een geilurigen strjjd en daartoe zyn wjj vaak niet geneigd. Er is in ons leven te weinig waarachtige liefde en daardoor zoo weinig ware gods dienst. Wat toch zien wjj rondom ons. Immers dit, dat veler leven in den grond juist zóó bljjven zou als het nu is, indien men hun godsdienst daaruit eens wegnam, alleen met dit verschil, dat het eenige groote woorden, eenige zin en ziellooze j plechtigheden minder zou bevatten. Tochj waarljjk geen al te beduidend verlies. Dat toch is het wezen van den waren godsdienst, hjj moet niet aan maar in den mensch zyn. Dan kan hy ons leiden en opvoeren tot beoefening van het hoogste en schoonste levensbeginsel: lief hebben. Het beginsel van ons godsdienstig of wilt ge liever van ons zedeljjk leven is noch te veel letter- en vormendienst. Daarom en daarom alleen oefent de godsdienst zoo weinig invloed uit. De groote schare schynt niet te begrypen, dat liefde en liefhebben het eenig ware levensbeginsel moet zjjn. Velen meenen wellicht, dat zjj over gods dienstig zyn. En toch, het komt er voor ons leven in de groote maatschappij niet op aan, wat de naam is van onzen gods dienst, welke de richting is, die wy de onze noemen. De groote, de eenige, dé hoofdvraag GUSTAVE AIMARD. (2 Deze was een Boekanier, Boute-Feu of >Stokebrandgenaamd, een man zonder op voeding en van een boosaardigen inborst, die er behagen in schiep zyn nieuwen lijf eigene slecht te behandelen, hem boven zjjne krachten te laten werken, zonder redenen te slaan en niets te eten te geven dan wat de honden lieten 'liggen. De joDgman verdroeg alles zonder klagen, stelde geduld tegenover wreedheid en ver dubbelde zjjne pogingen om den meedoogen- lozen meester te voldoeD, in wiens handen hy ongelukkig was gevallen. Verre van zich door zoo veel berusting te laten vermurwen, zag de Boekanier in deze zachtzinnigheid en onderwerping niets dan de zucht om hem te trotseeren en verdubbelde daarom zjjne mishandelingen, terwjjl hy slechts eene gelegenheid afwachtte om zich van dien man te ontslaan, die door niets tot verzet scheen te kunnen worden geprikkeld. Eens dat de ongelukkigè zich by eene vtrzengende hitte met moeite voortsleepte onder den last van drie stieren-huiden, over laadde Boute-Feu hem met verwyten over moet deze zynHebt gjj waarljjk, hebt gjj waarachtig lief. Zeker is het, dat onder de bestanddeelen dier liefde ook de zucht maar waarheid bestaat die van de eene ontdekking naar de andere voert, doch even zeker is het dat liefhebben nog iets anders is dan denken. Het groote gevaar dreigt, dat het waar achtige levensbeginsel in de wereld ver loren gaat. Dat de werkeljjkheid met zyn party- en twistvragen, dat het koude proza des levens gaat heerschen over ware poëzie. Dat alles, omdat door velen godsdienst uit het hoofd naar het, hart wordt verplaatst en op houdt in vollen nadruk een levensbeginsel te zyn waaruit zich een rein, edel harmonisch menschenleven kan ontwikkelen. My dunkt, waarde lezeres of lezer, zoo zult ge toch van lieverlede gaan toestemmen dat we zoo over godsdienst kunnen spreken, bjj alle verschil van richting. Er moet in ons leven, in de maatschappjj, in school en kerk en huis meer poëzie komen, zullen wjj bestand en gehard zyn tegen het proza der werkeljjkheid. Waarachtig liefhebben, dat is waardeeren, opbouwen, stiehtenzoo dat meer en beter het levensbeginsel was de van grooten en kleinen, hoogen en lagen, dan zal het beter worden in de maatschappjj. Daar is dringende behoefte onder alle standen, in alle kringen aan waren godsdienst. Het levensbeginsel, de spier, de kracht van al ons doen moet meer en beter worden liefde. Niemand stelle zich dan tevreden met zyn opgeklaarde denkbeelden alleen. Tot meer dan denken roept ons de ware godsdienst. Ons hart reinigen, ons karakter adelen dat wil hy. Geljjk het kind let op de stem der moeder, alzoo wil hy ons doen hooren naar het goddelyk voorwaarts in alle richtingen dat in het reine hart weerklinkt. Als wjj dus traag zyn in ons beroep, ontevreden in onzen werkkring, oppervlakkig in ons oor deel en weinig doen; als wjj kinderachtig jjdel zyn in vreugde, koud en bitter in tegen spoed, als wjj slechts groeten die ons groet en haten die ons haat, veel eischen van anderen, weinig geven en vergeven, waar is dan onze godsdienst? Wat is er van onze liefde? Mocht toch te midden van de kleingees tigheden en onvriendelijkheden van ons leven dat eenvoudig woord ons telkens be schamen Hebt oprecht, hebt waarljjk lief. Mocht het ons altjjd duideljjker worden dat de liefde niet zelfzuchtig is; dat die liefde vraagt naar waarheid, goedheid, ge rechtigheid en daarin haar lust en haar leven vindt. IJdelheid der jjdelheden iedere gods dienst zonder deze liefde. De ware godsdienst is in het geheel geen dienstbaarheid, maar liefde, vrome bezieling, bljjde en reine geestdrift. Zegt nu soms iemand bjj het einde van dit artikel: deze dingen wist ik al lang; 'k geloof het gaarne en wel u, als ge er dan ook kunt bjj voegen: en ik leef er naar. Buitenland. zjjne traagheid, en razend van woede over het hardnekkig stilzwjjgen dat zyn lyfeigene bewaarde, gaf hy hem met de kolf van zyn geweer zulk een slag op het hoofd dat hy bloedend ter aarde stortte. Toen Boute-Feu na eenige oogenblikken bemerkte dat zyn ljjfeigene geen teeken van leven meer gaf, meende hy hem ge dood te hebben en zonder zich daar verder om te bekreunen liet hjj hem liggen en keerde bedaard naar zyn woning terug. Wanneer iemand hem vroeg waar zyn bediende was gebleven, antwoordde hjj een voudig dat hjj marron was. Marron is een Spaansch woord, dat wild dier beteekent; de boekaniers gebruikten het om te kennen te geven dat hunne bedienden of honden waren weggeloopen. De arme, mishandelde was echter niet dood; nauweljjks was zyn meester weg, of bjj stond op en trachtte hem, hoewel met groote inspanning, te volgen. Doch eerst sedert kort in Amerika aan gekomen, wist de lyfeigene nog geen weg in de woestyn; bjj verdwaalde in de bos- scben en doolde zoo eenige dagen rond zonder een spoor te herkennen of den oever der rivier te bereiken; elke schrede bracht hem verder van den weg at dien hjj vergeefs te midden van ondoordringbaar houtgewas zocht. De honger begon hem te kwellenhjj at het vleesch dat hjj bjj zich had rauw op, daar hjj niets bezat om vuur aan te leggen. De toestand van den ongelukkige was des te verschrikkelyker, daar hjj hoegenaamd geen middelen kende om in zyn onderhoud Te Djjon, in Frankrijk, vervoegde dezer dagen eene vrouw, wier zoon ziek was, zich bjj een apotheker met verzoek, haar een ge neesmiddel te willen geven, en deze over handigde haar een braakmiddel, dat in twee gedeelten moest worden ingenomen. Het kind sliep, na dé eerste portie te hebben ge bruikt, dadeljjk in. Eene buurvrouw, die ten hoogste verbaasd stond over deze spoedige uitwerking, vroeg het overschot van het middel voor haar jongen, die evenzeer ziek was. Ook dit kind viel dadeljjk in slaap. De beide kleine zieken werden echter niet weder wakker. De apotheker, die zeer bjj- ziende was, had zich vergist bjj het gereed maken van het geneesmiddel en in plaats van iete onschuldigs, een zwaar vergift gegeven. De politie heeft zich met de zaak bemoeid. Girard, het hoofd van het stedelyk labo ratorium te Parjjs, is Van meening, dat de bom uit het café-Foyot waarschijnlijk een slagbom geweest is, door een zeer geoefende hand vervaardigd. Indien zy in de zaal ontploft was, had zy ongetwyfeld alle aan wezigen gedood. Volgens de »XIXe Sièclec is de misdadi ger eerst aan het Odéon geweest, doch daar had hjj geen plaats kunnen bekomen, hetzjj omdat de zaal vol was, hetzjj wegens zyn kleeding; hy drong niet aan, uit vrees, dat hy argwaan zou wekken en toen ontdeed hjj zich van zyn bom, op de eerste plaats de beste. Een controleur van het theater bemerkte het individu, nam het zeer nauw keurig op, zoodat hy zich nog iedere bij zonderheid herinnert. Lépine heeft last ge geven, dit spoor te volgen. Alle stations, vooral die naar de noordeljjke grens, worden sinds gisteren streng bewaakt, daar men meent, dat de dader naar Engeland of België vluchten zal. De schade in den restaurant-Foyot wordt begroot op 1500 francs aan het gebouw, en 6000 in de zalen; alles is verzekerd bjj een maatschappij ter verzekering van ge- i bouwen en meubels tegen ontploffingen, maar toch ljjdt de eigenaar groote schade, daar gedurende den tjjd der reparatie de zalen niet kunnen gebruikt wordenboven dien verlieten in het met den restaurant verbonden hotel al de 38 reizigers onmid dellijk na de ontploffing hun kamers. In den restaurant Voillaume, tegenover Foyot gelegen, bedraagt de schade 15.000 a 20.000 francs. De toestand van Laurent I Tailhade is veel verbeterddie van Thomazo j is bevredigend. De lijkverbranding neemt te Parjjs zoo danig toè dat, bjj dien op Père Lachaise, waarschijnljjk ook op de andere kerkhoven ljjk-ovens zullen worden geplaatst. De brand in het »Brittania Hotel* in de Gutleutstrasse te Frankfort heeft, bljjkens nadere berichten, elf menschenlevens gekost. Het vuur ontstond des morgens om 4 uur door onbekende oorzaak in de benedenver dieping en had spoedig de houten trap in vlammen gezet, waardoor het den bewoners onmogeljjk was te vluchten. Door een mis verstand was een kleine binnenbrand ge signaleerd, en voordat de brandweer met het noodige reddingsmaterieel ter plaatse was, sprongen eenigen vrouwen uit de vierde verdieping op straat en waren oogenblikke- ljjk dood. Twee dienstmeisjes, reeds deer lijk gebrand, lieten zich langs den bliksem afleider naar benedenaan de eene gelukte de poging, maar de andere viel en werd voor dood opgenomen. De overige bewoners werden gelukkig opgevangen in een spring- zeil of met levensgevaar door de brandweer gered. De huisknecht, die het eerst het vuur ontdekte, trachte het zelf te blnsschen, maar brandde zich en viel bewusteloos neer. Had hjj dadeljjk de brandweer gealarmeerd, dan zou de vreeseljjke ramp waarschynlyk zyn voorkomen. De politie te Weenen heeft een bende oplichters ontdekt, die in vele Duitsche steden en te Rotterdam handlangers voor het verkoopen van valsche effecten, meest Russische, hadden. Het hoofd der bende is een berucht oplichter, Schapira in Galicië. De gouverneur van Cuba heeft een samen zwering ontdekt, gesmeed door Maximo Comez en Marti, voorstanders eener af scheiding van Spanje en die reeds betrokken te voorzien. Een enkele vriend was hem in den nood gebleven, een hond van zyn meester die hem niet had willen verlaten en dien Boute-Feu, ten einde raad, had achtergelaten zonder er zich meer om te bekommeren dan om zyn bediende. Toen, door de noodznkeljjkheid tot bet uiterste gedreven, openbaarde zich het vast beraden karakter, de teugellooze wilskracht van dien man die gekwetst en van alle hulp beroofd, in plaats van zich door wan hoop te laten ontmeesteren en zich zeiven te verlaten, met den tegenspoed besloot te worstelen om zyn leven tot het laatste toe te verdedigen. Zjjne dagen verliepen in aanhoudende zwerftochten door de bosschenhjj wist niet waar hjj ging, doch bleef altjjd de hoop voeden eindelyk eene opening te vinden in de dichte muren van plantsoen die hem allerwege omklemden. Dik wjj ls besteeg hy een bergtop van waar hjj de zee ontdekte. Bjj dat gezicht herleefde zyn moed, hjj klom haastig naar beneden, maar het eerste spoor van een wild dier dat hjj ontmoette, bracht hem weldra van de richting af die hjj wilde volgen. Op deze tochten vergat zyn hond niet het wild te bespiedenwanneer zjj iets gevangen hadden deelden meester en hond het broeder- ljjk met elkander en aten het vleesch rauw op. Langzamerhand begon de lyfeigene zich aan die leefwjjze te gewennen; hjj wist eindelyk de schuilplaatsen van het wild te herkennende jacht leverde meer op, en weldra kreeg hjj nieuwe hulp in jonge wilde zwjjnen, die hjj africhtte en die hem van groot nut waren. Omstreeks veertien maanden had hjj dit zonderlinge leven geleid, toen bjj op zekere morgen eene bende Fransche Boekaniers tegenkwam. Deze waren eerst verwonderd en half verschrikt toen zjj hem zagen; zyn uiter- ljjk had dan ook niets aantrekkelyks of geruststellends. Zyn haar en baard waren buitengewoon lang; zjjne kleeding bestond uit een stuk broek en een lap van een hemd, waarmede hjj zich zoo goed als 't ging bedektezyn gelaat was door de zon verbrand en had eene woeste uitdrukking; een stuk rauw vleesch hing aan zyn gordel: drie honden en twee zwynen, die er even woest als hjj uitzagen, volgden hem op den voet. Nadat de eerste verbazing en schrik voorbjj waren, kwam men tot eene verkla ring. De lyfeigene verhaalde rondborstig en eenvoudig zjjne geschiedenissommigen der Boekaniers herkenden hem en stelden be lang in zyn lot. Op staanden voet belegden zjj eene raads vergadering. Na rijpe overweging verklaar den zjj dat Boute-Feu de rechten had mis bruikt die hjj op zyn lyfeigene had; dat hjj door zyn mishandelingen, maar vooral door hem aan zyn lot over te laten, stil- zwjjgend van de diensten van dezen laatsten had afgezien; dat hy bjj gevolg van al zjjne rechten was vervallen, en dat de lyfeigene, feiteljjk een vrjj man, ook als zoodanig moest worden erkend. Dit met algemeene stemmen genomen be sluit werd onmiddellyk ten uitvoer gelegd geweest zyn in vroegere opstanden. Zjj be schikken op het oogenblik over 2000 geweren, die in de Vereenigde Staten gekocht zyn. De autoriteiten te Puerto Principe legden in den nacht van den 4en April aan het station beslag op 200 Remington-karabynen en 40.000 patronen, die onder de banken verborgen waren. Zjj waren van New-York ingevoerd. De beul van Hongarye, Eozarek, is dood en de Regeering zoekt een opvolger voor hem. Zbiedt een loon aan van 600 flo rijnen 's jaars, met vrjje woning, reiskosten, en 50 florjjnen extra voor elke terechtstelling. Reeds hebben zich voor dat baantje aange boden 23 slachters, 3 advocaten, 5 tooneel- spelers, 2 journalisten, 8 geruïneerde edel lieden, 4 landbouwers en 7 koetsiers. In het Wembly-park, ver buiten Londen gelegen, is men druk bezig een reuzentoren op te bouwen, die den Eiffeltoren te Parjjs 50 M. in hoogte zal overtreffeneen groot gedeelte staat reeds op zyn plaats, nl. de eerste verdieping, 50 M. boven den beganen grond, een vierkant van 2600 vierk. meters beslaande. Men hoopt reeds deze verdieping a. s. Mei voor het publiek te openen, met een restauratie, een schouwburgzaal, een café-chantant enz. Middelerwjjl gaan de 80 arbeiders voort met den toren óp te bouwen, die men tegen Kerstmis hoopt te voltooien. Van den top zal men een schoon panorama over Londen en omstreken te zien krjjgen. De toren wordt eehter uiterlyk eenvoudiger dan het gevaarte van Eiffel, omdat er zeer weinig bogen zullen worden aangebracht. De liften zullen de bezoekers brengen töt op een hoogte van 250 M.; de overige 100 M. zal men met trappen moeten beklimmen. De toren kost ongeveer f 1,800,000 en alle gereedschappen zyn van de nieuwste con structie, waardoor tot dusver nog geene on gelukken zyn voorgekomen. Een electrische kraan brengt de holle pilaren naar boven. Hjj verrjjst te midden van een heerljjk land schap, met een prachtig bosch, dat door do vennootschap aangekocht is en in een Eden zal herschapen worden. Door het landgoed stroomt de rivier de Brent, die men voor het maken van een meer zal bestemmen, waarop watertochtjes enz. georganiseerd worden. Te Greenwich werd zekere Covington ver oordeeld tot 5 maanden dwangarbeid, wegens mishandeling van zyn 4-jarigen zoon. De »vader« mishandelde geregeld zyn kind, dat Ourson (Beerenwelp,) dit was de naam waarmede onze held werd gedoopt en dien hjj goedschiks aannaam, want inderdaad geleek hjj meer op een beer dan op een mensch, Ourson werd als Broeder van de Kust aangenomen en men kende hem het recht toe dezelfde voorrechten te genieten als de Boekaniers en Flibustiers. De nieuwe vrienden van den voormaligen lyfeigene lieten het daarbjj niet: zjj voor zagen hem van kleederen, wapens, kruid en lood en namen hem naar Port-Margot mede, waar zjj hunne verklaring voor den gouverneur, den heer d'Ogeron, hernieuwden en door hem lieten bekrachtingen, in weer wil van den hevigen tegenstand van Boute- Feu, die op de handhaving zjjner rechten bleef aandringen, en beweerde dat hjj zyn bediende niet geslagen of verlaten had, maar dat deze was weggeloopen. Ongelukkig voor Boute-Feu was zjjno wreedheid zoo algemeen bekend dat de heer d'Ogeron hem wegzond zonder hem te willen hooren en hem met eene voorbeel- digen straf bedreigde indien hjj zjjne be dienden voortaan niet menschelyker be handelde. De Boekanier sloop weg zonder te durven, antwoorden, maar zjjn hoofd was met wraakzuchtige plannen vervuld. Om de waarheid te zeggen bekreunde zjjn voor malige bediende zich daar weinig om, nu hjj vrjj was en het recht had zich te ver dedigen. SIÜKBLO Naar het Fransch DOOR /Wordt veroolad

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1894 | | pagina 1