!'el Land van Ileusden an Allena, da Langstraat an de Bommelerwaard. TWEEDE BLAD. A. A. SENS, M 1357. HUISHOUDELIJKE ARTIKELEN. Electrische Schelleiding, Gas- en Waterleiding, Sport- en kinderwagens. VOOR «0 Dit blad versehjjnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprjjs: per 3 maanden f l.OO. Franco per post zonder prjjsveihooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Uitgever: L.. J. YEIERMAH, Heusden. ZATERDAG 10 NOV. 1894. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/, ct. Groote letters Daar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. VERVOLG BUITENLAND. De beschuldiging, die tegen den kapitein Dreyfus is gericht, liet in het onzekere aan welke mogendheid hij de geheime militaire stukken heeft overgeleverd. Volgens den een was het aan Duitscbland, volgens den ander aan Italië. Thans meldt de »Temps« in staat te zijn te zeggen, dat hij ze in het bezit van Duitscbland heeft gesteld. Het voorloopig onderzoek, aan het minis terie van oorlog ingesteld naar de zaak- Dreyfus, is Vrijdag gesloten en het resul taat er van onmiddellijk verzonden aan generaal Saussier, het hoofd der militaire rechtspraak te Parijs. Na onderzoek der stukken heeft de militaire gouverneur der stad denzelfden dag de zaak aanhangig ge maakt bij den eersten krijgsraad, waarvan de gepensionneerde majoor Bexon d'Orme- scheville auditeur-militair is, president een kolonel, rechters een luitenant-kolenel, drie majoors en twee kapiteins. Aan »Havas« wordt uit Toulon gemeld, dat de maritieme prefect aldaar bevel heeft gegeven om vijf transportschepen, elk met ruim 1800 man troepen, gereed te maken tot vertrek naar Madagascar, want het is tkans zeker, dat de regeering te Tananarive Frankrjjks ultimatum heeft verworpen. Te Berljjn heeft men ontdekt, dat de ezel zich veel beter tot de verkrijging van het serum leent dan het paard, ongerekend dat eerstgenoemde veel minder kost aan aan koop en onderhoud. Tengevolge van deze ontdekking heeft een der leveranciers van het bacteriologisch laboratorium de onge- gewone bestelling gekregen van 200 lang- ooren. De krijgsraad te Napels heeft den soldaat Radics1, die te Ischia een korporaal sluipend vermoordde, tot de doodstraf veroordeeld, met bepaling dat hem de straf zal worden voltrokken door een geweervuur in den rug. Binnen weinige dagen zal de executie te Bagnoli volgen, want van een eventueel cassatie-beroep is geen heil voor den ver oordeelde te verwachten en evenmin heeft hij op gratie uitzicht. De moordenaar van den Argentijnschen priester te Londen schijnt gevat te zijn. Een telegram zegt, dat op het vasteland een Franschman is gearresteerd. Onder het garnizoen te Buda-Pest is een besmettelijke oogziekte uitgebroken, de tra- chowa, die in Egypte zoovele slachtoffers maakt. Van de onlangs ingelijfde recruten zjjn reeds 600 in de hospitalen opgenomen en de »Frartkf. Ztg.« zegt, dat eenigen reeds het gezicht voor goed verloren hebben. Galicische Poolsche bladen laken het optreden van Lewadowski, die zeker ver geten heeft, dat onder de Russische regeering een groot aantal stamgenooten wonen, die wel eens zouden kunnen boeten voor zijn woorden. Intusschen heeft hij ook reeds meer dan 2000 telegrammen ontvangen, waarin instemming betuigd wordt met zijn optreden. De Odessa-correspondent van de Daily News« maakt gewag van de beslist anti- Duitsche gevoelens van den jongen Czaar. Toen deze nog Cezarewitch was, had hij een tijdlang verboden, dat in zijn paleis en in zijn omgeving Duitsch werd gesproken. Ieder, die het gebod overtrad, moest vijf roebel boete betalen. De overleden Czaar maakte daaraan een einde. Op zekeren dag, toen de Cezarewitch met de officieren der garde aan tafel zat, trad hij de eetzaal binnen met een krachtig; »guten Morgen, meine Herren!* Toen, op den troonop volger toegaande, gaf hij hem vijf roebels en zeide: »Dat is de laatste boete die ik be taal. Het moet uit wezen met die flauwiteit. Steek de vijf roebels maar op, Sacha ik blijf hier met u en de heeren dineeren. Wij zullen vandaag ons Duitsch eens luchten.* Dezelfde correspondent zegt, dat een der door den Czaar in te voeren hervormingen zou zijn de totale, althans gedeeltelijke, op heffing van de dagbladcensuur. De inspecteur der Russische gevange nissen, Galkin Vrasskoi, die van een in spectiereis is teruggekeerd, heeft te kennen gegeven, dat er ergerlijke toestanden heer- schen op Saghalien, het eiland dat tot ver- bannings-kolonie dient. In het loopende jaar zijn er nog 2000 vrouwen en mannen heengezonden, afgescheiden nog van de vrouwen en kinderen, die haar mannen en hun vaders vrij willig zijn gevolgd. De om standigheden waaronder de bannelingen leven moeten vreeseljjk zjjn als een Russisch ambtenaar dit reeds gevoelt. Van het garnizoen te Glogau zjjn 170 man ziek, met cholera-achtige verschijnse len. Professor Fluegge is belast met een onderzoek. Er is den 2n dezer een stoomschip uit gezonden om den poolreiziger, kapitein Wiggins, te gaan zoeken. Ook zal een expeditie worden uitgerust om langs de Siberische kusten een onderzoek naar den vermiste en zijn 50 man in te stellen. In een dag of twaalf denkt men de eerste be richten van het uitgezonden vaartuig te kunnen hebben. Men vermoedt dat Wiggins opgesloten is in het ijs van de Karazee. Daar is hij, in dit jaargetijde, niet te bereiken, maar men denkt hem dan toch langs den een of anderen weg hulp te kunnen bieden. In het comitaat Marmaros, in Hongarije, heerscht nog altijd de cholera. Dezer dagen gaf ze aanleiding tot opstootjes in het vlek Hoeszt. De bevolking wou haar dooden niet begraven hebben op het cholera-kerkhof, en toen de gewapende macht de bevelen van het gemeentebestuur toch ten uitvoer wou brengen, kwamen de boeren in verzet. Ze vielen de gendarmes aan en trachtten hun de wapenen at te nemen. De aange vallenen zagen zich genoodzaakt vuur te geven, zoodat een boer werd gedood en ver scheiden gewond. 60 personen werden in hechtenis genomen, waaronder bjjna 20 vrouwen. De rust was nog niet dadelijk hersteld. De verkiezingen in de Vereenigde. Staten van Dinsdag hebben dit jaar voor den vreemde een buitengewone beteekenis, in zoo verre zij beheerscht werden door de tarief- quaestie, waarbij zoovele belangen in Europa betrokken zijn geweest. Nog hebben die verkiezingen eene groote moreele beteekenis, waar zij, naar wat reeds van den uitslag bekend is geworden, beantwoord hebben aan de verwachting, dat zjj vonnis zouden strjjken over eene democratische party, die zich het vertrouwen des lands onwaardig had betoond. De Times* verneemt uit Tientsin, dat de vertegenwoordigers der vreemde mogend heden Zaterdag met het tsoenglijamen ver gaderd zijn geweest. Prins Koeng bekende hun China's onmacht om de Japanners tegen te houden, en deed een beroep op de tusschenkomst der mogendhedenChina was bereid hare snzereiniteit over Korea prijs te geven en eene oorlogschatting te betalen. Het groote nieuws blijft echter, dat China den vrede wilChina, het reusachtige rijk, dat tot nog toe nederlaag op nederlaag leed alleen omdat het op den oorlog niet voorbereid was, maar op den langen duur gewis het overmoedige Japan zon verplet- het arme Japan zoo lang zou kunnen vol houden als het wilde, China bekent, dat het onmachtig is de invatie te keeren, en roept de mogendheden te hulp om de over winnende Japansche scharen te stuiten. Aan de waarheid van het bericht kan nauwelijks meer getwijfeld worden. Het vindt ook zjjne bevestiging in een telegram uit Sjanghai, naar luid waarvan de last tot het zenden van groote hoeveelheden rijst naar Nioetsjoean, voor de sterke Chineesche macht, die daar moet staan, en voor het leger te velde, ingetrokken is, omdat het departement van oorlog alle hoop had op gegeven, het voortrukken der Japanners in Mantsjoerjje tegen te houden. Daarentegen gevoelt Japan zich nu zoo veilig voor een aanval der Chineesche vloot, dat de torpedo's in de haven van Tokio zjjn weggenomen, en weer alle scheepvaart is vrijgelaten. Met verdubbelde inspanning zal Japan nu zeker zyne veroveringen voortzetten, want, dreigt nog bovendien de winter in te vallen, het komt er voor Japan op aan, als werkelijk de mogendheden tusschenbeide komen, en voelt Japan zich niet sterk ge noeg om desondanks zjjnen tocht naar Peking voort te zetten, dat het zoo ver mo gelijk in het vyandelyke land is doorge drongen. Hoe sterker Japan's stelling in China is, als de vijandelijkheden worden gestuit, des te krachtiger kan het zijn eischen laten gelden. De Engelsche overheid heeft den onder koning Petchili een ultimatum gezonden, waarin binnen den tijd van 7 dagen rege ling wordt verzocht van de Chungking- quaestie. De Chungkingvarende onder Engelsche vlag met den Japanschen consul aan boord, is in Juli door Chineesche sol daten aangehouden, die den consul wilden gevangen nemen en zich zeer onbehoorlijk jegens de Engelsche officieren hebben ge dragen. Verder wordt een geldeljjke schade vergoeding geëischt, ontslag en degradatie van Sheng Taoti te Tientsin en een saluut van 21 schoten van de forten van Taku voor de Chungking. Wanneer aan deze eischen niet wordt voldaan, zullen er, zegt het ultimatum, re presaille-maatregelen door de Engelsche vloot worden genomen. VERVOLG BINNENLAND. In eene algemeene order voor het leger heeft de minister van oorlog ter kennis van de landmacht gebracht, dat, bjj vonnis van den krijgsraad in het 1ste militair-arron dissement, de 1ste luit. H. K. van Diepen- brugge, plaatselijk adjudant te Leiden, als verdacht van desertie, vervallen is verklaard van zijne militaire charge, met verbanning buiten het grondgebied van den staat. De cadetten der Koninklijke Militaire Academie te Breda eten aardappelen van f 4.63 per H.L., de oppassers van f 2.59 het zout voor de cadetten wordt geleverd tegen 6yg cent per K.G., terwjjl dat voor het garnizoen kost slecht 53/g cent. Het spek voor de cadetten kost 60 cent per K.G., terwijl dat voor de oppassers met 559/10 cent wordt betaald, doch het garnizoen is met spek van 452/10 cent per K.G. tevreden. De »N. R. Ct.« verklaart, dat bij de justitie niets bekend is van het overlijden van den gewezen commissaris van politie v. T. Wel is zjjn toestand nog van dien aard, dat aan het zenden van een transport, om den arrestant over te brengen, voor loopig niet gedacht kan worden. Door den heer D. Bos, te Amsterdam, is aan B. en W. aldaar een rekest gezon den met het verzoek om langs eenige nader te bepalen straten en grachten te mogen laten loopen »patent-motor-wagens en onni- teren; het schatrjjke China, dat het tegen jbussen.* Dit zijn lichte, vierwielige wagens, door een benzine-motor gedreven, gelijk er in buitenland8che steden Brussel o.a. reeds in gebruik zijn. Men seint ons uit Amsterdam: Ongeveer 5000 diamantwerkers verga derden heden in den Parkschouwburg en besloten te volharden bij hun eisch om loonsverhooging. Na afloop trok men door de verschillende jodenwyken en langs de diamantslyperyen. Vrijdag zoude een bijeen komst worden gehouden achter het Rjjks- museum, in de open lucht, aangezien een verzoek tot den burgemeester, om de Beurs voor dit doel te mogen gebruiken, is afge wezen. Heden seint men uit Amsterdam De werkstakende diamantbewerkers trok ken van het »Ryksinuseum« naar den Park schouwburg, waar twee vergaderingen wer den gehouden, wjjl het gebouw voor een te klein was. Hier werd de algemeene werk staking geproclameerd. Aan 80 sljjperjjen is de arbeid neergelegd. Het aantal stakers bedraagt ongeveer 8000. De vergaderingen verliepen tamelijk rumoerig. Een Antwerpe naar verklaarde, dat de Antwerpsche dia mant bewerkers met de Nederlandsche soli dair zijn. LOMBOK. De »Telegraaf« en het »Nieuws v. d. Dag« hebben Donderdag uit Indië het be richt ontvangen, dat Mondjok, Bangkal Tjoelit en Taman Radja, de laatste stellin gen van den vjjand ten Noordoosten van Mataram, zjjn veroverd zonder verliezen der onzen. De regenmousson schjjnt op de krijgs verrichtingen dus nog geen nadeeligen in vloed te hebben, en de berichten over onderhandelingen met den ouden radja bljjken voorbarig. Aan een nota van de regeering op het afdeelingsverslag der Tweede Kamer be treffende de Indische Begrooting worden eenige mededeelingen omtrent Lombok ge daan. Aan die nota is het volgende ontleend: Een aaneengeschakeld verslag van het voorgevallene heeft het Dep. van Koloniën dusver niet. Echter bljjkt uit de korte mede deelingen, die voorhanden zjjn, dat in den avond van den 24sten door den generaal van Ham en den resident Dannenborgh bij Goesti Djilantik pogingen werden gedaan om te weten te komen wat er broeide. Op grond van diens verzekeringen, dat er niets gaande was, verklaarden zjj aan den opper bevelhebber dat er naar hun inzien geen gevaar dreigde. Den 25sten 's namiddags te 6 uur kwam evenwel de kapitein der infanterie Schmidthamer, die in het bivouak te Ampenan gelegerd was, te Tjakra Negara om den opperbevelhebber mede te deelen, dat hem door een Sasak was gezegd, dat de Baliërs een aanval in den zin hadden en het heeft toen tusschen de beide bevel hebbers een punt van overleg uitgemaakt, of het niet voorzichtiger ware om op Mataram terug te trekken. Men oordeelde het echter beter daartoe niet onmiddellijk over te gaan, maar den volgenden dag af te wachten om een be sluit te nemen; doch wel zond de opper bevelhebber aanstonds aan de commandanten der te Batoe-klean en Soekarara vertoevende colonnes eene schriftelijke lastgeving om on- verwjjld de eene op Ampenan, de andere op Mataram terug te trekken en gedurende den marsch de noodige veiligheids-maat regelen in acht te nemen. Voorzichtigheids halve werd ook het dien dag betaalde geld naar Mataram gezonden, waar het zonder dat eenige tegenstand was ontmoet, den- zeifden avond aankwam. Verder besloten de bevelhebbers de poerie van Djilantik, waar het hoofdkwartier gevestigd was, te ver laten en in het bivouak te overnachten. »Alles« zegt het bericht, waaraan deze bijzonderheden ontleend zjjn »was waak zaam en op iets ernstigs voorbereid.* Hierop volgt het verhaal van den overval en de maatregelen, sedert genomen. Omtrent de houding tegenover Djilantik aan te nemen zegt de Nota dat, al wil men ook aannemen dat in het talmen met het terugtrekken der over het eiland verspreide hulpbenden, het ongeregeld karakter van zulke troepen in aanmerking nemende, geen boos opzet behoeft gezocht te worden en al houdt men ook rekening met het feit dat waarschuwing onzer bevelhebbers in de oogen van Djilantik's eigen onderdanen een verraad zou zjjn geweest aan stamverwante geloofsgenooten gepleegd, dan bljjft toch het niet voldoen aan den last tot vertrek, toen de hulpbenden den 23en Aug. eindeljjk te Tjakra Negara waren vereenigd, een hoogst verdacht, tot dusver niet opgehelderd feit, al schjjnt Djilantik zelf niet aan den aanval te hebben deelgenomen. Hjj zou volgens de berichten, na een heftige woordenwisseling met den troonopvolger, in den nacht van 25 op 26 Aug. Tjakra Negara hebben ver laten en naar Telok Kombo zjjn gegaan. Van daar richtte hjj het verzoek aan den opperbevelhebber om naar Karang Asem te worden overgebracht, maar aangezien zoolang omtrent zyne werkeljjke gezindheid geen zekerheid bestond, er geen sprake kon zjjn om hem van regeeringswege middelen te verschaffen om naar Bali terug te keeren, werd op dit verzoek voorshands geen be slissing genomen en aan de marine opge dragen zoo scherp mogeljjk tegen ont vluchting van Djilantik en zjjne volgelingen te waken. Djilantik is echter, in weerwil daarvan, den 9en Sept. met een deel van zjjn volk naar Karang Asem overgestoken. Ofschoon niet verwacht wordt, dat de aanwezigheid van Djilantik op Bali tot voor ons gezag nadeelige gevolgen leiden zal, heeft de gouv.-gen. voorzichtigheidshalve den inspec teur der cultures Liefrink, die bekend is met Bali en de vorsten aldaar, naar Boeleleng gezonden, om den gewesteljjken secretaris ter zjjde te staan, terwjjl ook maatregelen zjjn genomen om op eerste aanvraag de observatietroepen onverwjjld te kunnen ver sterken. De Nota eindigt met de uiteenzetting van den loop der operatiën na 31 Augustus, den aanval op de vier poeri's van Mataram waar bjj, zooals van verschillende zjjden be vestigd werd, de troonopvolger Anak Agoeng K'toet moet gesneuveld zjjn. De hoofdmacht der Baliërs moet zich echter te Tjakra Negara bevinden, op welks vermeestering sedert de operaties gericht zjjn. De noodzakelyke op ruiming der tallooze kleimuren doet die operatiën echter slechts langzaam vorderen, zoodat volgens de laatste berichten koelies op Madura werden geworven om bjj dien arbeid behulpzaam te zjjn. De noord- en westkust van het eiland Lombok, van Laboeang Tring ten zuiden tot Ajer Poetik ten noorden, is, behoudens licentiën, voor alle in- en uitvoer gesloten. ADVERT ENTIEN. Breestraat 66,67, Heusden. Beveelt zich beleefd bjj een ieder aan voor het leveren van alle Eenig aanlegger van tevens van SPREEKBUIZEN, POMPEN, Lood-, Zink-, Koper- en Blikwerk. Ook verkrijgbaar Alles tot concurreerende prijzen. Ellllll)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1894 | | pagina 5