ci Land van ileusden en tllena. de Langstraat en de Bommelerwaard.
Armenzorg.
Uit gebrek aan bewjjs
VOOB
Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
*anco per post zonder prgsve. hooging. Afzonderlijke
ammers 5 cent.
Uitgever- E. J. YEERMAK, Heusden.
M 1454.
WOENSDAG 22 jiN.
1896.
Advertentiën van 16 regels SO ct. Elke regel
meer 71/, ct. Groote letters Daar plaatsruimte.
Advertentiën werden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
(kan onzenAmsterdamschenCorrespondent.)
Het Genootschap Liefdadigheid naar Ver
mogen viert heden (23 Januari) zgn vijf
en twintigjarig bestaan. Vjjf en twintig jaar
ran arbeid en strijd, van onderzoek en voor
lichting, van hoop en vrees, maar ook van
gestadigen vooruitgang. In den beginne een
spruitje is het thans opgewassen tot een
majestueusen boom die zgn wortelen diep
geslagen heeft in het Amsterdarasche volks
leven en onder welks takken duizenden van
armen een weinig schaduw vinden. Helaas,
veel is 't niet. Niet altgd zgn de inkomsten
geëvenredigd aan den bestaanden noodhet
Genootschap heeft jaren gekend, waarin het
met zorg vervuld was en twjjfel koesterde
of 't de goede zaak wel zou kunnen voort
zetten, maar dan kwamen plotseling weer
lichtpunten aan den donkeren hemel en werd
met vernieuwden ijver de hand aan den
ploeg geslagen. Een tweetal winters heeft
L. n. V. geen enkel nieuw gezin kunnen
inschrijven, het had de handen vol aan de
loopeade gezinnen maar ziet daar komen
bg 't naderen van den winter »vier vrien
den* en offeren elk f 5000, nog anderen
volgden dit voorbeeld en thans heeft het
zooveel in kas dat het tal van nieuwe ge
zinnen heeft kunnen inschrijven en aan al
de op 23 Jan. in behandeling zijnde, een
rijksdaalder als extragave kan ter hand
stellen.
Als 't zoo voor den wind gaat, zwjjgt de
stem, althans voor een poos, die zich her
haaldelijk deed hooren en ook in den boe
zem van 't genootschap meermalen gehoord
werd, de stem, die roept dat dit alles maar
lapwerk is, een druppel balsem in den oceaan
der ellende, die met te dempen is voor en
aleer de zorg der armen een rjjkszaak wordt.
Toen de zaken van 't genootschap een paar
jaar geleden zoo bitter slecht stonden, bebben
ook een honderdtal districtsbezoekers dit ver
zoek tot de regeering gericht. Zij vooral
ondervinden wanneer de kas remmen nood
zakelijk maakt, hoe hard het is werkelijk
behoeftigen met een scbjjnbedeelinkje te
moeten afschepen.
Toch vrees ik dat de armenzorp met deze
verandering van positie niet gebaat zou zgn.
Ontegenzeggelijk zou er meer gegeven worden
en vele armen meer afdoenden steun ont
vangen, maar wat zou er niet een geld wor
den uitgegeven aan inspecteurs en ambte
naren, daar ongetwijfeld het rjjk de diensten
van vrijwillige armenzorgers niet zou kunnen
feuilletónT
aannemen of wel dezen ongenegen zou vin
den onbezoldigd voor het rgk te werken.
Bovendien de zorg voor de armen zon tot
nnl dalen. Men ziet hoe 't gaat met de be
deeling door de kerk en 't burgerljjk arm
bestuur. Is een gezin eenmaal op de lijst,
dan haalt het of laat het halen op den vast-
gestelden tjjd zgn tarf of brood of contanten
en wat het daarmee uitvoert gaat het arm
bestuur wel aan, maar het kan in een groote
stad daarop onmogelijk het oog honden. Het
gebeurt dat armen hier per tram naar het
gebonw rjjden, waar de bedeeling geschiedt,
en het is bekend dat in de buurt der Hee-
renmarkt, waar soep uitgereikt wordt, een
handel in bons gedreven wordt. Indien 't
gezin eenigen raad behoeft, zedeljjken stenn
van noode heeft, voorspraak om wat werk
te bekomen, toezicht op 't gedrag van de
leden, van den man vooral, de kerk, noch
't burgerljjk armbestuur kunnen in deze ge
vallen ingrijpen, doen het althaas niet, ze
geven eenvoudig.
En 't is zoo hoog noodig, dat er scherp
uitgekeken wordt, voor de hand in den zak
grjjpt! Op de dorpen, waar de luidjes elkaar
van haver tot gort kennen, waar men precies
weet wie wel eens een drupje drinkt en wie
een betamelijk of een onbetamelijk leven
leidt, kan men zich geen denkbeeld vormen
van de bezwaren, waarmee een stads-arm-
verzorger te kampen heeft om achter de
geheele waarheid te komen. Weduwen, die
trachten te verzwjjgen dat een of meer
harer zoons een goed weekgeld verdienen;
werkloozen, die een heelen zomer, tot kort
voor bun aanmelding fl5afl8inde week
verdienden en dit schoon opmaakten en tal
van gezinnen, die door uiterljjk vertoon van
vooral onzindelijke armoede, het medeljjden
trachten op te wekken, dat zgn enkele
grepen uit de vele staaltjes van bedrog,
waarvan de stads-armverzorger dupe wordt,
wanneer hjj goedgeloovig alles aanneemt,
wat men hem opdischt en, in dat goed geloof,
verzuimt voldoende inlichtingen in te winnen.
Wanneer de liefdadigheid rjjkszaak werd
en dus aan de gemeentebesturen de bedeeling
der armen werd opgedragen, zouden die een
heirleger bezoldigde ambtenaren moeten in 't
werk stellen, want, zoo als thans èn de
kerkgenootschappen èn de burgerljjke arm
besturen hun taak opvatten en dikwjjls
zonder voorafgaand onderzoek bedeelen,
kweekt men armoede. De wezenljjke armen
loopen niet met hun naaktheid te pronk,
maar in de steden is een heirleger schaam
teloos volk, dat, indien 't werk heeft, eet
en drinkt en uitgaat en komt de periode
der werkeloosheid, zich eenvoudig aanmeldt,
tegenwoordig raet de overtuiging, dat men
ze geven moet, ze hebben er recht op.
Een erge kanker knaagt aan de oefening
van liefdadigheid, d. i. de versnippering der
krachten. Elk kerkgenootschap beeft zgn
klanten, de gemeente de hare, vervolgens
tal van liefdadige genootschappen en eindeljjk
een massa particulieren. En na kan men
lang en breed over armenzorg praten en
oordeelen dat ze al of niet door 't rgk moet
gesteund worden, zoolang de zorg voor de
armen opgedragen bljjft aan zulke verschil
lend werkende corporaties, zal men nimmer
het ideaal naderen.
Wanneer Lutherschen, Katholieken, Her
vormden enz. en voorts alle liefdadige ver-
eenigingen en particulieren hun jaarljjksch
budget van onderstsand ter hand stelden
aan een vereeniging als Liefdadigheid naar
Vermogen* en de gemeente schonk ook aan
deze de som door haar op de begrooting
uitgetrokken voor bedeeling, zou in de ge
heele stad naar één degeljjk en beproefd
systeem de armoe kunnen bestreden en
nauwlettend toezicht op de bedeelden ge
houden worden en dat wel kosteloos, zooals
thans in 't klein geschiedt door een leger
van 500 districts-bezoekers, mannen cn
vrouwen.
Buitenland.
De Belgische Kamer heeft de nieuwe
drankwet aangenomen, v.aarbjj aan de schat
kist een minimum-opbrengst van 25 miilioen
frs. wordt verzekerd.
Naar het Berliner Tageblatt* verneemt,
zal door het Dnitsche departement van ma
rine een belangrgke som worden aange
vraagd voor een tweede vergrooting der
vloot, en zou, indien de Rjjksdag mocht
weigeren die toe te staan, een ontbinding
van het parlement te wachten zjjn.
CHARLOTTE BRAEME.
(2
De bewaarster was heengegaan en nog
stond de gevangene rechtop, terwjjl zjj
droomerig voor zich uit staarde.
»Ik herinner mjj u eens gezien te hebben
op het gouvernementsbal in Ardrossan,*
zeide zjj eensklaps. >Hebt gij mjj gezien,
het was op Kerstmis?*
»Ja, ik heb u gezien, mevrouw Blair,
ieder noemde u de koningin van het bal.*
Dacht gjj toen, dat gg mij nog eens
zoudt moeten verdedigen tegen een beschul
diging van moord?
»De Hemel beware mg, dat ooit die ge
dachte bjj mjj zou zgn opgekomen!*
»lk herinner het mjj nog goed. Gij spraakt
met Lady Courtlnnd en ik dacht welk knap
uiterljjk gjj hadt. Ik heb nooit gedacht, dat
ik nog eens in een gevangeniscel zou staan
met n als mgn eenige vriend.*
Wij moeten die celdeur weer laten
openen,* zei hg, pogende een schertsenden
toon aan te slaan. »Ga nu zitten, mevrouw.
Ik heb u veel te zeggen. Ik ben overtuigd,
dat gjj uw leven thans grootendeels in uw
eigen hand hebt, want het hangt geheel
af van de verdediging, die gy mjj kunt laten
aanvoeren.*
Hg schoof zjjn stoel naar de tafel cn
legde daar verscheidene bundels papieren
op, terwijl de jonge vrouw met angstigen
blik tegenover hem ging zitten.
Zooals de zaak thans staat,* begon de
advocaat, »nu er nog geenerlei verdediging
aangevoerd is, is zjj, het spijt mjj het te
moeten zeggen, tegen u. De vraag is maar:
wat moet de grond van de verdediging zjjn.«
»Ik heb er geen.*
»Hebt gij geen enkele verdediging?*
>Neen, niets behalve mgn woord. Ik heb
het niet gedaan; ik ben volkomen on
schuldig.*
»Dat is niet genoeg,* hernam de advo
caat, »gjj zult toch wel inlichtingen kunnen
geven om het raadsel te ontwarren?*
»Ik weet van niets! Ik heb het niet ge
daan!* liep de jonge vrouw. »Het is on
zinnig te gelooveD, dat ik, die nimmer
iemand kwaad gedaan heb, die op zjjde ga
om geen worm op mgn pad te vertrappen,
dat ik mgn echtgenoot vermoord zon bebben
Maar zelfs, indien mjj ziel zwart genoeg
was om mg zoo iets te laten doen, waarom
zon ik het dan gedaan hebben? Welk be
lang had ik bij zulk een misdaad
>De menschen zeggen, dat gjj uw man
haatte.
»Men zegt, dat gjj belang stelde, of laat
ik open spreken, dat gjj Sir Alan Fletcher
liefhebt en men voegt er bjj, dat dit de be
weegreden tot den moord was.*
»Dat is een leugen! Sir Alan Fletcher
kende mjj, kende mjju gansche geschiedenis
De feesten ter herdenking van de weder
geboorte van het Duitsche Rgk voor 25
jaren, zgn geëindigd.
Merkwaardig is de wjjze, waarop de
j»Temps* dit jubilé bespreekt. Het Fransche
j blad stelt op den voorgrond, dat Frankrjjk
allerminst reden heeft om zich te verheugen
>over het zoo machtig geworden Duitsche
Rgk, maar toch brengt de »Temps« hulde
aan den Dnitschen keizer, die bjj deze
feesten wist te vermjjden pjjnljjke herinne-
en had medeljjden met mjj. Hjj was altgd
beleefd, vriendeljjk en oplettend, maar al
het andere is schaadeljjke laster. O, mjjn-
heer Ross!* riep zjj, hare schoone oogen
naar hem opslaande, >geloof dit tochIk
ben een en twintig jaar oud, maar heb nooit
aan eenig man mgn liefde geschonken.*
En zooveel waarheid sprak uit dien blik,
dat hjj haar geloofde en thans wist, dat een
der praatjes, d e over haar gingen, valsch
en ongegrond was.
II.
»Hct beste zal zgn, dat ik u de aantee-
keningen voorlees, die ik gemaakt hebt,*
zei mr. Ross.
Zjj zag hem nadenkend aan.
»Gij moet mg ééa gunst doen* zjjde zjj
toen. Verhaal mjj mjjn eigen geschiedenis,
alsof ik een vreemde was, zoodat ik er on
verschillig en onpartjjdig over kan oordeelen.
Verhaal mjj de gebeele zaak zooals de
couranten lset melden. Gjj behoeft mjj niet
te sparen of te ontzien. Ik wil weten wat
de menschen zeggen.*
»D»t zal niet aangenaam voor u zgn,
mevrouw Blair en voor 't oogenblik kan ik
u dat slechts gedeeltelijk geven. Dat gedeelte
is juist wat tegen u is, maar het andere,
wat tot uwe verdediging kan strekken, weet
ik zelf niet, voor gg het mjj gezegd hebt.1
In het kort dan, de zaak is zóó maar
misschien deed ik beter u uit de Scotch
Herald* voor te lezen. Maar onthoud het,
ringen op te wekken en half geheelde wonden
weer open te scheuren.
De Temps*, vooral wat Frankrjjk's
buitenlandsche politiek betreft, een toon
gevend orgaan, wjjst er op, dat keizer
Wil hel ui uitsluitend herinnerde aan de uit
breiding van Duitschlands koloniale bezit
tingen, daardoor een groot Dnitschland
stellende tegenover een groot Engeland.
Dit is dan ook de indruk, dien 's keizers
redevoeringen alom hebben gemaakt. Van
daar dan ook, dat de toongevende Engelsche
bladen, nit den aard der zaak, het jubilé
van het Duitsche Rgk of niet of met weinig
instemming bespreken.
In een buitengewoon nummer van den
»Reichsanzeiger«, ter herdenking van het
25-jarig bestaan van het Duitsche Keizerrjjk,
uitgegeven, wordt een keizerljjk besluit open
baar gemaakt, waarbjj aan civiele en mili
taire personen gratie wordt verleend. Boven
dien heeft de keizer een groot aantal personen
genade geschonken, die veroordeeld werden
wegens majesteitsschennis of beleediging van
een lid van het Koninkljjk Huis.
De »Reichsanzeiger« kondigt verder een
oorkonde af, omtrent de stichting der Prui
sische Wilbelmsordec voor mannen, vrouwen
en jonkvrouwen, die zich in den zin der
Boodschap van keizer Wilhelm verdiensteljjk
hebben gemaakt voor de welvaart en de
veredeling van het volk, bovenal op sociaal-
politiek gebied. De orde is verleend aan de
keizerin, de keizerin Frederik, de groot
hertogin van Baden, de groot-hertogin van
Saksen, en onder anderen aan vorst Bis
marck, de heeren Miquel en von Berlepsch.
De*k«izer heeft in een zeer genadig schrjjven
Bismarck zgn dank betuigd voor zjjn on-
ver ge telg ken arbeid voor keizer en Rgk.
To Sofia loopende geruchten zeggen, dat
Vorst Ferdinand er aan denkt afstand van
den troon te doen. Die geruchten gingen
ook ter beurze te Weenen en te Berljjn.
De zaak-Arton heeft Zaterdag voor het
Queens Bench-hof te Londen gediend. De
advokaat-generaal concludeerde tot het toe
staan der uitlevering op grond van valsch-
heid in geschriften.
tingen hebben gekregen omtrent het bestaan
van een stam van blanken in Afrika. Een
hadji verzekerde, dat het geen licht gekleurde
Arabieren waren, maar menschen met blond
baar en blanwe oogen. Men zegt dat de
stam op ongeveer 1000 injjlen van de Goud
kust leeft.
Een stuk grond bg Krügersdorp, waar
de Boeren Jamesons bende klepten, w^rdt
eerstdaags te Londen in het openbaar ver
kocht.
De Engelschen hebben bjj de Chineesche
regeering een ultimatum ingediend, waarbjj
de opening van West-River wordt geëischt.
Officieren van den staf van Sir Francis
Scott in Ashanti meldden, dat zij inlich-
In een telegram uit Bloemfontein (Trans
vaal) a&nvankeljjk opgehouden en nu eerst te
Londen OHtrangen, wordt een en andsr,
medegedeeld over het rapport, uitgebracht
door de commissie uit den Oranje-Vrjjstaat.
Geljjk men zich zal herinneren, zond de
regeering van den Vrgstaat onmiddellgk na
Jamesons inval een commissie naar Pretoria,
ten einde met president Kruger te overleggen,
wat, in geval van nood, door beide staten
kon worden gedaan tot handhaving van de
zelfstandigheid van beide repuolieken.
Immers, geljjk uit dit rapport blgkt, was
door de »Chartered Company*, waarvan
Sir Cecil Rhodes voorzitter is, eene uitge
breide samenzwering op het getouw gezet,
niet alleen tegen de Zuid-Afrikaansche re
publiek, maar misschien ook tegen den
Oranje-Vrgstaat gericht. Jamesons inval was
slechts een der nummers van het program.
Reeds waren nauwkeurige strategische
gegevens over de Zuid-Afrikaansche repu
bliek bjjeengebraeht en van verschillende
kanten werden groote hoeveelheden wape
nen naar Transvaal vervoerd en op bepaalde
punten bewaard. Voorts werden zelfs maat
regelen genomen, ten einde ook de Kaffers
tegen de Transvalers in het veld te brengen,
terwjjl men in Natal en de Kaapkolonie
reeds bezig was vrjjwilligers aan te werven,
die op het eerste sein de beweging zouden
steunen.
Het sein tot dezen algemeenen aanval,
in overleg met het Uitlanders-comité te
Johannesburg, was nog niet gegeven, toen
Jameson met zjjne bende de grens overtrot-
Waarschjjnljjk is der Ive o mir.iukUu»g
van dit booze plan ui n
van de onbezonnen vooi adbeiri den
administrateur der »Cb e .'om,..-.'.
die, de weerkracht der Ti
te min achtende, tot dei jve
voordat de andere same
waren.
Indien alles waar bljjk
dat gjj zelve mjj dat gevraagd hebt.* menscheljjke poging op en
»Ik wil het hooren,* zeide zjj kortaf. 'vinger wjjzende, riep hjj:
De heer Ross koos een der couranten, daan Ik sterf, ik ben ver 0J, gy nebi
die opgestapeld voor hem lagen, vouwde het gedaan Enkele der aanwezigen zeiden
haar open en begon te lezen. Zjj zat te iets daartegen, maar toen stamelde hg»Zjj
luisteren, met bleek gelaat, de handen ge- heeft het gedaan 1 Zjj heeft mjj altgd gehaat,
vouwen, haar lippen half geopend, alsof zjj Zjj heeft rag een kop koffie gegeven en die
elk woord wilde inslnrpen. De advocaat lasdoodt mjj.«
het volgende: j »Een oogenblik was er doodsche stilte.
»De geheimzinnige gebeurtenis op Colde Toen riep een der heeren:
Feil*. De algemeene belangstelling is nog »Maar hjj brengt haar aan de galg!*
in geenen deele verdwenen. Integendsel, Daarop zei dr. Steward: »Stil, dit is een
sedert de gevangenneming van de jonge en zaak voor de justitie, ik zal de koffie on-
schoone mevrouw Blair is de nieuwsgierig- derzoeken.>
heid van het publiek nog toegenomen. Ten Hij ging naar de kamer, waar de onge-
behoeve van diegenen onzer lezers, welke lukkige de koffie gedronken had en vond
de bjjzonderheden van deze belangrgke zaak daar de kop, die hij onmiddellijk in beslag
nog niet gehoord hebben, zullen wjj ze hier nam. Toen het koffiedik werd o derzocht
nogmaals herhalen. Op Dinsdagavond 25 bleek dadelijk dat het met arsenikum
Mei werd de heer Angus Graham Blair, mengd was. Kapitein James en Sir Jou
van Colde Feil bjj Ardrossan, na een diner, Hart waren in de kamer toen mevroa
waarop eenige vrienden waren genoodigd, Blair hem den noodlottigen drank brs
plotseling zeer ernstig ziek en hjj stierf kort zij waren daar om een goede sigaar te roo i
daarna. Hjj had een doodsstrjjd van een De heer Blair dronk altgd koffie na het
half uur, geneesheeren werden in allerjjldiner. Voor de gasten was het gebracht in
ontbonden, al het mogeljjke werd gedaan, j het salon en sommigen gebruikten ervan,
maar alles was vergeefsch. De ontsteltenis anderen niet. Mevrouw Blair gaf eigenhandig
zijner vrienden kan beter gedacht dan be- een kop aan haar echtgenoot, die oninid-
schreven worden. Toen de twee geneesheeren, dellgk na het drinken ernstig ziek werd.
dr. Young ait Ardrossan en dr. Stewart uit Sir John Hart gebruikte van de koffie, kapi-
Athole, verklaarden, dat de overledene door
arsenikum vergiftigd was, werd die ont
steltenis nog grooter. Het schrikljjke van
dit geval werd nog grooter, toen onver
wacht de vrouw van den stervende de kamer
binnenkwam. Hjj richtte zich met een boven-
tein James niet. Onmiddellgk nadat mevrouw
Blair de koffie aan haar man gegeven had,
verliet zjj het salon en vertoonde zich niet
eerder aan de beide vrienden dan in de zie
kenkamer.
LAND VAN ALTEN*'
DOOR
n—ni'iflfwmtMaaw——MWHUWMB—
UIT KEN COURANT.
Wordt vervolgd.]