Het Land van lleusden en Altena, de Langstraat en de Bommeleraaard. FEUILLETON. M 1460. Uit gebrek aan bewijs »0 Hester!* riep zij, mijnheer Blair heeft land van alt^* Uitgever: L.. J. VEERMAK, Heusden. WOENSDAG 12 FEBRUARI. 1896. 1 Advertentiên ran 16 regel» 60 ct. Elke regel meer 7l/t et. Greote letters naar plaatsruimte. Advertentiën werden tot Dinsdag- en Vrgdagaroad ingewacht. (8 ieuwsblab VOOR Dit blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO. Franco per post zonder prgsve,hooging. Afzonderlijke nnmm-irs 5 cent. De kunst koude voort te brengen, is over oud en toch niet iedereen bekend. De bui tenman oefent ze bijwijlen uit om gewaar te worden, uit welken hoek de wind waait, onze natuurkundigen hebben ze met de machtige hulpmiddelen van dezen tijd tot een volkomenheid gebracht, die aan het wonderbare grenst. Wanneer de wind onmerkbaar is en men houdt den vinger omhoog, na hem even in den mond gestoken te hebben, weet men na weinige sekonden de windrichtingde naar den wind gekeerde zij des vingers koelt terstond af en dat gevoel van koude geeft de richting van den wind aan. De aldus veroorzaakte afneming der tem peratuur kan men voor het oog zichtbaar maken door van een thermometer het bol letje in gaas te hullen en dit laatste te bevochtigen. Stelt men nu den thermometer aan tocht bloot dan daalt hg tot het water verdampt is. Nog sterker is dit het geval indien men wjjngeest neemt en bezigt men aether en een blaasbalg tot afkoeling, dan gelakt het zelfs het kurk tot het vriespunt tè doen dalen. Wanneer vloeistoffen verdampen, wordt warmte verbruikt m. a. w. koude voortge bracht, want afneming van warmte is koude. Het veroorzaken van verdampingskoude was den ouden Egyptenaren reeds bekend en is nog in de Njjllanden gebruikelijk. Overal in de hutten der armen zoowel als in de paleizen der rgken zgn de »gullen< onontbeerlijkeigenaardig gevormde kannen uit grijze, poreuze klei, waar door het water zweet en de buitenkant bestendig vochtig houdt. De groote omvang der breede kruik biedt de lucht een uitgebreid verdampings- vlak en wordt nu zulk een kruik in den tocht gezet, dan koelt de inhoud zóó af dat het hooggeprezen Nijlwater een kosteljjke frissche drank wordt, zelfs al waait de heete afmattende westlgke wind. In Cairo zgn de meeste huizen van een uitbouw erker voorzien, door sierlijk hekwerk omringd. Deze erkers heeten koel- plaatsendaar staan op metalen platen de waterkruiken, aan den luchttrek blootge- gesteld. Deze kruiken hebben nog denzelfden vorm als voor eeuwen, bjj duizendtallen wor den ze te Kenneh gebakken en langs den Njjl vervoerd. De Pharao's van voor 4000 jaren dronken hun door verdampingskoude afgekoelden drank en keizer Nero, als had deze een voorgevoel van bacillen gehad, liet zjjn drinkwater koken en in sneeuw van 't gebergte afkoelen. Maar ten tijde van Pharao kon geen wijze des lands verklaren hoe het kwam dat de warme wind het water in een vochtige kruik koeler maakte dan de omgeving. O O Wij weten nu dat de luchttrek het water aan de buitenzijde als damp opneemt en dat tot vorming van dien damp warmte ont trokken wordt aan den inhoud der kruik. Omgekeerd, wanneer damp b.v. gasvormig koolzuur in stalen flesschen geperst wordt komt er warmte vrjj en is afkoeling nood zakelijk. Zoo men dit vloeibaar koolzuur vrg laat uistoomen gaat het weer in gas over en neemt uit zgn omgeving zooveel warmte weg dat een deel van het uitstroo- mende koolzuur als witte sneeuw neervalt. Wanneer men een metaal verwarmt stjjgt zijn temperatuur tot het smeltpunt bereikt isdaarna wordt het niet warmer ofschoon het op het vuqr #t-' 'T maar gebruikt zijn warmte tot smelten, vot oplossing in zeer kleine deeltjes. Maken we nu esn vaste stof vloeibaar zonder toevoeging van warmte, dan onttrekt het warmte aan zgn naaste omgeving en er ontstaat koude. Zet b.v. een thermometer in een glas water en teeken de temperatuur aan werp daarna een eet lepel zout in het water en roer het goed om, dan daalt de thermometer. Met salpeter gelukt dit nog beter. Smeltend ijs verbruikt zeer veel warmte voegt men er nog zout aan toe, dan lost het zout in het ijs op en de uitwerking is dubbel sterk. Een deel zout op drie deelen ijs of sneeuw geven een koude van 21° C. beneden het vriespunt. Neemt men geljjke deelen potasch en sneeuw dau kan men een koude vau 48° onder nul bereiken. Eu ge bruikt men in plaats vau jjs of sneeuw vast koolzuur, dat er evenals sneeuw uitziet en iu plaats vau zout aether dan wordt een koude van 75° bereikt. Al deze temperaturen zgn evenwel warmte vergeleken bg de koude die prof. Pictet te Berlgn bereikt. Door een mengsel van kool zuur met een vloeistof, naar hem genoemd, ontwikkelt hg een koude van 150°. Is deze koude bereikt, dau pompt zijn machine ge wone lucht onder een druk van 200 at- mosfeeren en de verdamping van deze lucht brengt de temperatuur tot 213° C. onder nul. Is deze koude merkwaardig, het merk waardigste echter is de vloeibare lucht door hem gebezigd. Deze lucht, door persing verkregen, is een uitvinding van een En- gelsch natuurkundige, Dewar. Het is dezen geleerde gelukt, in glazen vaten met dubbele gaarne oplost. Als een wonder komt op het wanden, vloeibare lucht te bewaren. Giet i laboratorium den beschouwer een stemsleutel men daarvan een weinig op een schaal en laat men er een zeepbel op vallen, dan be vriest deze oogenblikkeljjk. Een ingedompeld ei straalt als een gloeiende kogel licht uit. Men heeft natnurljjk proeven genomen om de uitwerking dezer verbazende koude op mensch en dieren gade te slaan. Vroeger had men reeds opgemerkt, dat vast koolzuur, in de hand genomen, op de huid wonden veroorzaakt, die op brandwonden gelgken. Thans heeft men waargenomen dat de aan- raking van metalen, tot de grootste koude afgekoeld, wonden te voorschjjn roept, die eerst na maandenlange ettering genezen. Steekt men den naakten arm in een ruimte tot over de 100° onder nul afgekoeld, op passende den wand niet te raken, dan voelt men spoedig pjjn in 't gebeenteterwjjl de huid gevoelloos big ft. i Een levende hond verdroeg een koude 800 een uur lang. Hg ademde zeer voor, vervaardigd bg een koude van 100 die echter smelt bij 39°, een koude, die in Europa onbekend is. Ziedaar een en ander omtrent de jongste onderzoekingen der natuurkundigen. Ze worden voortgezet es als 't mogeljjk is, tot een practisch nut aangewend. In elk geval is het veroorzaken van een kunstmatige koude van 2300 een triomf der weten schap van onzen tjjd. Buitenland. van De vorige week had in een stoomhout- zagerg te Parijs een ernstig ongeval plaats. De 37-jarige werkman Engène Tavernier kwam aan zgn werkbank staande, door een ongelukkig toeval in aanraking met de snel rondwentelende cirkelzaag en in een oog wenk was zgn linkerhand totaal van het lichaam gescheiden. Zgn dnldelooze pgn overweldigende, riep de zwaar gewonde, toen snel en verslond gulzig neergelegd brood, hg zgn hand in het zaagsel zag vallen: »Ik 'ofschoon hg pas gevoerd was. Verwonderlgk heb mg gesneden is het, dat de temperatuur van het dier niet Een werkman, die een bank verder stond merkbaar afgenomen was. Door de uitkomst j en niet vermoedde, hoe ontzettend de ver- dezer proef gerustgesteld, heeft prof. Pictet wonding was, antwoordde spottend: zichzelven aan een koude van 70° bloot j »Da's niet erg, dat zal je wel eens meer gesteld. In de eerste minuten bemerkte hg gebeuren!* niets, daarna echter begon zgn pols sneller >^Q g®en geval kan mg zoo iets voor de te kloppen en de ademhaling werd rasser. tweede maal overkomen,* antwoordde Taver- Na tien minuten verliet bg de ruimte, zonder mer* terwgl hg zjjn hand van den grond eenige wond, maar met een gevoel alsof °PraaPte en °P de werkbank van zgn buur- zjjn gansche lichaam door ontelbare naalden man legde. geprikt werd. Hp heeft deze proef meermalen De ontroering Tan den laatste was zoo herhaald en schrjjft aan haar de genezing da' b» in aw»m 'iel' """S1 da go- toe zpner maagkwaal, waaraan hij sedert "ondl)- met de '««"erhand den polsslagader zes jaren leed dichtkngpende om hevige bloeding tegen te Op koudbloedige dieren heeft een Ter- «oan' de ophaalde en zieh naar bazende koude van meer dan 1000 een zeer verschillenden invloed. Bg sommige houdt schgnbaar alle leven op, doch bg den uitgang der werkplaats begaf. »Oud wjjfl* mompelde hg minachtend. Van alle kanten snelde men den gewonde ..a i ai i i u ter hulp, een rijtuig werd gehaald, Tavernier verwarming ontwaakt het weer. blakken b.v., we» s i dagen lang tot 125° afgekoeld, bleven in levenBacillen en zaden van planten even eens deze behouden hun kiemkracht zelfs al worden ze aan een koude van 200° bloot gesteld. Zeer merkwaardig is het, dat in deze lage temperatuur alle scheikundige werking totaal ophoudt. De sterkste zuren oefenen geen De diefstal van 100.500 mark aan pa pieren, in Augustas van het vorige jaar ge pleegd bg Bleichröders Bank te Berlgn, is nu pas ontdekt onder de volgende omstan digheden Een particulier uit Pommeren had bg BI. een paar millioen mark belegd. In Augustus ontving de firma een schrjjven, waarin hg verzocht 100.500 mark van 't deposito te zenden aan den heer Glas te Hamburg. Hieraan werd voldaan, zonder eenige aarzeling, omdat twee jaren geleden de bank een schrgven ontving van den Pommerschen particulier, waarin deze ver zocht een millioen van zgn deposito over te schrgven op naam van zgn vrouw, die Glas heette. Men dacht dus dat de heer Glas een broer van de vrouw van den cliënt was. Na ontvangst van de jaarlgksche afre kening echter schreef de inlegger dat de coiapons van 100.500 mark ontbraken; men meldde hem de toedracht der zaak, waarop hg antwoordde, dat hg er niets van wist en den heer Glas niet kende. Bij onderzoek waren de lastbrief en de kopie van den brief, waarin de verzending van het geld werd gemeld, spoorloos verdwenen. De jastitie werd er nu in gemoeid en weldra bleek, dat op het laatst van Angastns te Hamburg een heer in een hotel was gekomen, die vóórgat Glas te heeten. Nauweljjks aangekomen ging hg weer even uit en kort daarop kwam een postbeambte, die hem afwachtte en na af gifte eener quitantie, hem een brief met geldswaarde overhandigde. De gewaande Glas vertrok 's middags naar Berlgn terug. Kort daarna scheepte een bediende der bank (die op den dag van de Hamburgsche briefuitlevering een paar uren verlof had gehad, juist lang genoeg, om even een uit stapje naar H. te doen om 's avonds weer op zgn werk te zgn) zich met zgn aan staande in op den pas van haar broeder, j Fuchs, naar New-York, vanwaar hg bg aan komst de papieren van dien broeder terng- Waar hg nn is weet men niet. ondersteund door twee zgner kameraden,ZOüd stapte in en eenige oogenblikken later be- j vond hg zich in het hospitaal Necker. De j Te Rom0 bl-ft de ongera8theid over het- invloed op stoffen, waarmee ze zich in ge woon geval gaarne verbindenzwavelzuur b.v., dat het blauwe lakmoes in rood ver verminking was zoo ernstig, dat men onmid- j geen in Oost-Afrika voorvalt, aanhouden, delljjk tot de amputatie van den linker-1 Dit sch£nt echter zeker dat generaal voorarm moest overgaan, 15 cM. ongeveer Baratieri reeds met de Abessiniërs slaags is. boven de blessuur. Met de grootste kalmte j j^e beer Crispi bljjtt evenwel zwggen, zoodat zag Tavernier de toebereidselen voor de meDj b» de beoordeeling Tan den toestand, amputatie aan en niet dan met groote moeite nQg moet afgaan op hetgeen de bladen was hg er toe over te halen, zich te laten mede(jeeieH chloroformiseeren. De operatie was spoedig De com8pondent Tan de frankfurter andert, laat dit geheel onaangetast en kwik- a^^00Pf n en gelukte uitstekend. Tavernier Zeitung* deelt mede, dat de beide legers zilver, tot een klomp versteven, heeft geen 18 aUS U1';en g®vaaric oc oor enorme de Dabjjbeid yaa Adna tegenover elkaar DOOR CHARLOTTE BRAEME. ik vermoeden kon dat hg was heengegaan, keerde ik naar huis terug. Stel u mijn schrik voor, toen ik mijn tante Flora vond met een TT'i i -i vrooljjken lach om den mond. ons goed nieuws verteld. Gjj zult ons allen redden Ik zag haar onthutst aan en vroeg: »Welk goed nieuws, tante?* »0, mjjn liefste, ik kan je niet genoeg danken, ik kan je niet genoeg zegenen. Ik kan wel schreien van vreugde. Nu zal je goede oude vader het weer goed krjjgen. Maar ik heb het hem nog niet gezegd, ik heb die aangename taak aan jou overge laten.* Ik begon te gelooren dat er iets gebeurd was, dat ik niets wist. »Wat bedoelt ge toch, tante?* vroeg ik. »Je weet wel, wnt ik bedoel, mjjn lieve ling,* zeide zij. Mgn heer Blair heeft het mij verteld en o, ik ben zoo verheugd! Wij zgn VIL KEN HUWELIJK ZONDER LIEFDE. Ik Bnelde naar buiten, ver weg, door veld en bosch. Ik dacht dat ik nooit meer Daar huis zou kunnen terugkeeren. Toch erken ik dat mgn afschuw voor hem toen ongegrond en onrechtvaardig was, maar het was instinctmatig! Hem trouwenLiever sterf ik duizend dooden, liever dolf ik met eigen hand mjjn graf om mij zelve daarin levend te begraven. Ik wist niets van liefde of huwelijk. Ik had geen vriendinnen, ik had geen romans gelezen of liefdeliederen 'gezongen. Ik bad een vaag idee, dat iets heorlgks en schoons het leven van sommige kwam bekronen, maar voor mg bestond niets anders dan de liefde voor mijn vader. En nu werd dit zoo plotseling, en zoo onkiesc'u docht mij, op me geworpenLiefde en huwelijkZou ik hem trouwen, den dwinge land, die ons allen in zgn maent hield en niet edelmoedig genoeg was om ons vrij te laten? Nooit! In mijn verontwaardiging ylcte ik verder en verder weg, en niet v«.or thans gered en door jouMjjnheer Blair heeft mij gezegd dat je zgn vrouw wordt.* Heeft hij dat gezegd!* riep ik. Ja. Het schijnt mij bijna ai te mooi dat zulk een heerlgke oplossing komt van al onze ellende, maar ik verwonder mij er niet over; je bent mooi genoeg om de vrouw van een prins te worden!* Tante,* vroeg ik radeloos, »bevalt mgn heer Blair u?« Bijzonder! Hij is een knap en vriendeljjk man.* >Maar ;k haat hem, tante! Ik haat zjjn gelaat, zgn lach, zgn geheele persoon. Ik invloed op goud, 't welk het anders zoo i kan hem niet uitstaan en zon liever sterven dan met hem te trouwen.* Nooit zal ik vergeten hoe doodsbleek tante Flora werd. »Wil je hem niet trouwen, Hester? O, mgn lieveling, dat kun je niet meenen. Hij heeft het zelf gezegd.* »Bij loog Nooit zal ik zjjn vrouw worden. Ik hob niet eens naar hem willen luisteren maar ben weggeloopen.* »Dat had je juist niet moeten doen. Je had moeten luisteren en antwoorden. Nu is hg in de stellige overtuiging dat je hem aan genomen hebt.* >Dan moet hjj uit dien waan gebracht worden.* Maar hg heeft zulke edelmoedige plannen hg heeft gezegd dat als gjj met hem trouwt, hjj uw vader alles kwjjtscbeldt, maar dat als een bruidsgeschenk aan jou; hij mag levenslang op Firmanse blijven wonen en krjjgt bovendien een jaargeld van honderd pond.* Heeft hg dat inderdaad gezegd?* vroeg ik verwonderd. »Ja, en hg zal het doen ook. En ik dacht dat het waar was. Hoe jammer! Hoe ge lukkig zou uw vader geweest zijn als die schriklijke schuld hem niet langer drukte en Firmanss zgn eigendom was. Ja, ik dacht wel, dat het te mooi was om waar te zgn !c »Ik zon hem trouwen als bg mjj aanstond,* zei ik, toen mgn tante schreiende ophield. »Ik wil alles doen om vader te redden, maar ik kan hem niet uitstaan.* »Maar waarom dan toch, Hester?* bloedverlies is uitermate zwak. Ik dacht na, maar kon inderdaad geen enkelen redeljjken grond opgeven. Hjj was knap, vriendeljjk, ontwikkeld, had aange name vormen, waarom beviel hg me niet? Zelfs nu, kan ik niets anders zeggen, dan dat het instinctmatig was. Ik had gehoopt, dat mjjn vader nooit geweten zou hebben j van het offer, dat ik nimmer zon aannemen, maar mgn tante had het hem verteld en liet mg roepan. Nooit zal ik de tevreden, ja ge lukzalige uitdrukking vergeten van zgn goed, j oud gelaat. »0 Hester, is het waar?* riep hg. »Uw tante zegt dat je niet wilt, maar je zult wel willen, je wilt rug toch wel redden van armoede en ellende? Anders moet ik op mgn ouden dag in een werkhuis.* »Dat nooit!* riep ik, »ik kan voor u werken.* Werken,* herhaalde hjj met een Aanwen' lach, >welk werk kent gjj, Hester? Gjj zjjtj opgegroeid tassehen boomen en bloemen, hoe zoudt gij geld kannen verdienen Helaas, j op geen manier. En het is mg of de Hemel zelf ons komt redden.* >Maar vader!* riep ik, »begrjjpt gij dan niet dat ik hem niet liefheb dat ik hem niet trouwen kan?* Dat verbeeldt gjj jealle meisjes denken zoo. Ik weet dat huwelgken die vaak met wat afkeer beginnen, vaak gelukkiger wor- den, dan die welke zoogenaamd uit liefde, worden gesloten. Neen, ik wil j j niet over reden, Hester, je moet doen wat je geluk j kan bevorderen, maar hoe zon 't anders voor mg geweest zgn. Geenerlei zorg meer!* I staan. Zoowel de Italianen, als de Abessi- »Veel meisjes zeggen herhaaldelijk neen en eindigen toch met ja,« hernam mgn vader glimlachend. Misschien zal 't met jou ook zoo gaan, Hester. Als ik in jouw plaats was zon ik het nog eens goed overwegen en niet te haastig e«n besluit nemen.* »A1 dacht ik er twintig jaar over, dan zou ik toch hetzelfde zeggen,* antwoordde ik. »Goede hemel, hoe vastbesloten ben je!« riep mgn vader. En dat was ik inderdaad en ik vond het het beste de zaak zelve uit te maken. Ik bleef dien dag dus thuis ora op mgnheer Blair te wachten. En zoodra hjj kwam ging ik hem tegemoet om te voorkomen, dat tante Flora hem eerst sprak. >Mjjnheer Blair,* zei ik, >ga mee naar de zjjkamer, ik moet u alleen spreken.* Hij zag er zoo opgewekt uit, dat het mg aan mgn hart ging. Wil je mg alleen spreken, lieveling....* begon hg. »Stil, gjj moet zulke woorden aiet tegen mg gebruiken. Ik moet n zeggen dat gjj u vergist. Ik liep weg, niet omdat ik uw aan zoek aannam, maar omdat ik *r van ont stelde. Ik kan nooit uw vrouw worden.* Zjjn gelaat betrok en hjj vroeg: »Nooit?« »Neen nooit, en spreek er nooit meer ov :r.< >Maar ik mag u tock blijven bezoeken?* »Ja, dat kan, maar spreek Hooit meer over een huweljjk tusschen ons.* Hg beloofde dat, maar er was iets in zjjn oogen, dat ik niet vertrouwde. Wordt vervolgd

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1896 | | pagina 1