Het Land van lieusden en 4llena, de Langstraat en de Boinmelenvaard.
Ee vrouw op haar terrein.
Het kind van den baat.
M 1705.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
WOENSDAG 22 JUNI
1898.
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO.
Franco per post zonder prjjsvei hooging. Afzonderlijke
nnmmers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
De Amerikaansche vrouw heeft zich,
sedert van haar bekend werd dat ze trachtte
haar kluisters af te schudden en iets van
de vrijheden machtig te worden, waarin
het mannelijk geslacht zich verheugen mag,
niet mogen beroemen op de sympathie van
bare zusters in het bescbsafde deel van
Europa. Neen, dat was nu niets voor de
Germaansche vrouw, te dingen naar be
trekkingen tot heden door den man ver
vuld, te vragen om stemrecht, zich in het
maatschappelijk leven vrjj te bewegen, zich
te emancipeeren. De vrouw moest den man
niet van zjjn plaats dringen, mocht zich niet
op den voorgrond plaatsen, de vrouw moest
de mindere bljjven.
Hoe is dat alles veranderd!
Komt op 't postkantoor en ge wordt door
dames geholpen, op 't telegraalkantoor
nemen zjj uw draadbericht in ontvangst,
in de scholen voeren zij, althans bjj de
jonge kinderen, het bewind en het aantal
geëxamineerde onder wjjzeressen dreigt over
stelpend te worden. Ja zelfs hebben ze in
ons land een vereeniging opgericht, die
gelijkstelling voor de wet verzoekt met den
man, Vij wien ze tot heden achterstaan.
Vrouwelijke dcctoren nemen naast de man
nelijke dito een eereplaats in en in de
letterkunde van onze dagen beslaat de vrouw
een beduidende plaats.
Zou men 't kunnen gelooven dat eenmaal
op een concilie de vraag geopperd is of de
vrouw wel een ziel had? En dat nog pas
in 1746 door een wjjsgeer gevraagd is of
de vrouw wel een mensch was?
Wanneer men nog twijfelt aan den voor
uitgang, dan sla men op de bladzijden der
geschiedenis, waarin over de vrouw wordt
geschreven. Vroeger niets, tegenwoordig
alles. Vroeger een verworpelinge, een sla-
vinne, een voetveeg, tegenwoordig de even
knie des mans.
Zoo althans in de landen, waar de wet
niet meer doortrokken is van den ouden
zuurdeesum, geljjk hier te lande, waar de
vrouw wetteljjk de onderdanige dienares
is van den man en naar zjjn pijpen mag
dansen.
Sla daarentegen den blik naar de over-
zjjde van den Oceaan en ge vindt ze niet
alleen in telegraafkantoren, de post, en de
school, cok op gymnasiums en hoogescholen,
FE ÜILLETONo
Een verhaal uit Oost-Friesland,
van Emmy ton Dincklage.
(10
Hani in hand zaten die beide onbedorven
jonge menschen daar in hunne eenzame
schuilplaats en praatten zóó zorgeloos, zóó
vrij en zóó vertrouwelijk, alsof ze elkaar
reeds jaren gekfnd hadden. Ze waren als
twee heldere beekjes, die op verren afstand
van elkaar ontsprongen, zoodra ze elkaar
ontmoeten, onafscheidelijk hun weg te zamen
vervolgen, in ééne richting en naar het
zelfde doel.
Toen de regen eindeljjk had opgehouden,
en Robert en Marianne band aan hand in
het halfdonker van den zomernacht hun
tocht aanvaardden, had nog geen van beiden,
in de zalige verrukking, dat ze elkaar ge
vonden hadden, aan de toekomst gedacht.
Deze verrukkeijjke wandeling, nog door
zorgeloos gekeuvel verkort, had dan ook
niet veel van eene vlucht. De wereld had
den beiden wandelaars niet schooner kunnen
schjjnen, als de voorwereldlijke pjjnboom-
wouden, die reeds voor duizenden van jaren,
door tien veerkracbtigen moerasgrond onder
hunne voeten, verzwolgen waren, hen nog
omruischt hadden. Hunne harten hadden
niet blader kunnen kloppen, als Robert het
gchoone, moedige meisje, dat zjjne vlucht
beschermde, zjjn prachtig, sterk kasteel als
burchtvrouwe had binnen geleidEerst,
in sehoolcommissie'sin tal van staten
hebben ze stemrecht in schoolzaken en
eenige ook voor 't gemeentebestuur en zelfs
zjjn in twee staten vrouwen gekozen tot
leden van 't wetgevend lichaam met vol
komen dezelfde rechten als haar manneljjke
ambtgenooten.
En vermeldenswaard is 't dat de vrouw
in Amerika tegenwoordig niet in de eerste
plaats vraagt naar politieke rechten, maar
naar maatschappelijke verheffing barer zus
ters. Het is de ellendige toestand der vrouw
in de samenleving die den stoot heeft ge
geven tot oprichting van den >Nationalen
Vrouwenraad* te Canada in 1893 en die
al spoedig tal van vertakkingen vond in
alle Amerikaansche staten. Politiek vindt
men niet in de statuten. Ze bewegen zich
alle op sociaal gebied en bevorderen zieken
verpleging, onderwjjs, drankbestrijding,
krankenbezoek, armverzorging, enz.
»Wjj vrouwen van Canada, overtuigd
dat het welzjjn van huisgezin en staat zal
bevorderd worden door meer eenheid van
gedachte, sympathie en werkzaamheid en
en dat een georganiseerde vrouwenbeweging
het best in staat is voor het heil van
familie en staat te waken, sluiten bjj dezen
een bond om op de toepassing van den
^gulden regel* in maatschappij, zeden en
wetten aan te dringen.*
Met dien >gulden regel* wordt bedoeld
het eeuwenoud: »doe anderen, wat gjj wilt
dat zij u doen.*
Dit is het eerste artikel der statuten,
waaruit al dadeljjk bljjkt hoever de vrouwen
beweging van thans afwjjkt van die voor
een kwarteeuw. Dat blijkt verder uit het
verslag der jaarvergadering in '94 gehouden,
waarvan in de Vragen v. d. Dag* een
kort uittreksel gegeven wordt. Daaruit bljjkt
dat de vereeniging haar zorgen wijdt aan
coöperatie, armenzorg, vakvereenigingen,
letterkundige en muzikale bjjeenkomsten,
aan de huiselijke opvoeding, aan onhandel
bare kinderen enz., altemaal onderwerpen
en zaken, waarin de vrouw haar woord
mee kan spreken. Pogingen werden in 't
werk gesteld tot samenstelling van een
verbeterd leesboek over de vaderlandsche
geschiedenis, ten einde een geest van trouw
liefde en geestdrift bij de jeugd aan te
kweeken en juiste begrippen van de rechten
en plichten des staatsburgers te verspreiden.
Voorgesteld werd een adres aan de autori
teiten ie richten om vrouwelijke inspecteurs
toen ze eene eenzame, kleine hoeve bereikt
hadden, die met een stukje bouwgrond er
naast, achter eenig heestergewas verscholen
lag, keerden de gelieven tot het besef der
werkelijkheid terug.
»Bljjf hier, Robert,* zeide Marianne, »ik
zal gaan zien of Tobbis thuis en alleen is,
want soms gebeurt het, dat een van zjjne
bekenden den nacht bjj hem doorbrengt.*
Zjj wipte over de heining en kwam spoe
dig daarop met den ouden matroos terug,
die zich op zjjne ruwe zeemansmanier, den
gast ter beschikking stelde.
>Hier ben je veilig, mjjn jongen!* zei
hjj lachend. Honger zal je niet ljjden, je
vindt een strooleger om op te rusten en het
overige zal ik in de eerstvolgende dagen
wel in orde zien te brengen. En jjj, meeuw,
ga nu naar huis en aan je werk. Hier,
neem, voor je gaat, een slokje, als eene
hartsterking tegen de koorts! Als je flink
opstapt, kun je nog juist voor de morgen
soep thuis zjjn.«
Marianne verklaarde zich bereid om te
gaan en wilde van vermoeidheid niet hooien.
Robert liep nog een paar stappen met haar
mee. Robert,* zeide het meisje, toen de
heining reeds tusschen hen was, Robert,
ik ben vanzins een ouden, rjjken man te
trouwen, hem kan ik dus het reisgeld voor
je vragen.*
>Gjjlieden maakt niet veel praatjes,* zei
hjj lachend. »Nu, ik ook niet. Gjj zult den
ouden, rjjken man niet trouwen, maar op
mjj wachten. Tobbis zal mjj wel, zonder dat
dit de aandacht trekt, als matroos kunnen
verhuren op een schip, met bestemming
naar Engeland of waarheen het ook mag
te benoemen voor fabrieken, waar vrouwen
werken, om bandwerkonderwjjs op de volks
scholen te verkrjjgen en volksbibliotheken
op te richten.
Het schoonste resultaat van het werk
dezer vrouwen is wel dat 't haar in ver
schillende plaatsen gelukt is de gemeente
en de kerkgenootschappen te overtuigen
van de noodzakelijkheid, de zorg voor de
armen aan ééne corporatie op te dragen.
Dat is een groote overwinning, want in
Amerika is 't aantal kerkgenootschappen
verbazend groot. Te Vancouver b.v. zjjn
er 17 en deze, benevens het Leger des
Heils hebben zich op 't sluk van armver
zorging verstaan, welk voorbeeld in andere
plaatsen gevolgd wordt.
Hospitalen en ziekenhuizen, verwaar
loosde en blinde kinderen, vrouweljjke ge
vangenen en jonge dienstboden, zelfs land
verhuizers worden door deze vrouwenver-
eenigingen gesteund en geholpen.
Aan 't hoofd dier machtige schare staat
de echtgenoote van Lord Aberdeen, gou
verneur van den staat Canada, die met
nadruk wjjst op 't feit dat de tegenwoordige
vrouwenbeweging, allerminst ten doel heeft
de vrouw uit haar kring te halen en on
huiselijk en onvrouweijjk te maken. Het
tegendeel is waar. De glorie der vrouw
ligt in het waardig vervullen van de buise-
Ijjke plichten. Het huisgezin is het sterkst
daar, waar liefde woont. Welnu de Cana-
dasche vrouwen handelen naar dat beginsel,
maar willen in de toepassing een stapje
verder gaan. Zjj willen de liefde tot heer
schappij brengen, niet alleen in het huis
gezin, maar evenzeer in de maatschappij,
in de zeden en in de landswetten.
Vrouwen, behoorende tot verschillende
kerkgenootschappen, en politieke partjjen,
tot alle standen in de maatschappij, hoog
en laag, rjjk en arm strevende naar een
hoog ideaal en trachtende dat ideaal te
verwezenlijken in de wet, de zeden en 't
maatschappelijk leven, den Gulden Regel
tot wet van haar leven verkiezende in huis,
in den omgang met anderen, in de politiek,
in het kerkeljjk leven zou, zoo vragen
we met mej. Kramers, een dergelijke ver
eeniging ook in ons land niet onberekenbaar
veel goeds kunnen doen
Buitenland.
Bjj het vernieuwde bombardement van
zjjn. Ik zal daar dan wel iets vinden, om
den kost voor ons beiden te verdienen.*
»Ik ben maar een boerenmeisje!*
En ik maar een weggeloopen gevangene
»Een volgenden keer spreken wjj nader!
Tot ziens!* en zjj verdween in den
morgennevel.
de raad van den kleermaker.
Marianne kwam dien morgen nog juist
bjjtjjds, om tegeljjk met de anderen, den
dageljjkscben arbeid te beginnen. Het wekte
bjj niemand ook maar den geringsten arg
waan, dat zjj, zooals ze voorgaf, liever bjj
hare vriendin was bljjven overnachten, dan
in dat onweer naar huis terug te keeren.
Ze werd daar immers alleen geduld, meer
niet.
De zoo diep teleurgestelde Katrien was
zoo slecht mogeljjk geluimd en scheen haar
wrerel op hare gelukkige mededingster te
willen verhalen. Ook de boer en zjjne vrouw
waren juist niet overdreven vriendeljjk
doch Marianne merkte van dit alles niets,
al hare gedachten waren aan gene zjjde
van de groene Eemsvlakte.
Het meisje wist, dat Brinkhof het steeds
zoo wist te schikken, dat hjj haar ontmoette,
als zjj 's avond naar de weide ging om te
melken. En geen wonder, dat hjj er pleizier
in had, haar zoo uit de verte te zien aan
komen, zoo flink, zoo energiek, met het juk,
waarvan de blauw geverfde emmers met de
blinkende koperen hoepen, aan kettingen
langs hare beide zjjden afhingen, op de
jonge krachtige schouders. Dezen avond
liep zjj de andere melkster voorait, ten
einde hem alleen te ontmoeten en zoodra
Santiago, dat Donderdag ter middernacht
ongeveer is begonnen, heeft de Amerikaan
sche vloot, (volgens de berichten van de
Amerikaansche dus niet betrouwbare
persboot) 5000 granaten afgevuurd, met
een snelheid, dat de afzonderlijke schoten
als een gerommel klonken.
Merkwaardig zjjn hierbjj de schoten van
den dynamietkruiser >Vesuvius«, waaraan
zulk een groot vernielingsvermogen werd
toegeschreven. Hjj heeft waarom is niet
bekend drie schoten afgevuurd, waarvan
ieder vertegenwoordigde een lading van 250
pond schietkatoen.
Twee vielen in de haven in de buurt van
de Spaansche kruisers, maar hunne uit
werking is onbekend. De derde viel op het
eilandje Cayo-Smith en vernielde dit ge-
deelteljjk.
Een schot van de Texas* vernielde een
kruitmagazijn van een der batterjjen, waar-
bjj men de stukken metselwerk zag rond
vliegen.
Ook van andere kant komen berichten
over dit gevecht uit twee verschillende
bronnen.
De gouverneur van Santiago telegrafeerde
aan zjjn regeering, dat bjj de beschieting
door de Amerikaansche schepen duizend
projectielen op de stad werden afgeschoten.
Enkele Spaansche granaten vielen op de
vjjandeljjke schepen. De verliezen aan Spaan
sche zjjde bedragen drie dooden en 21 ge
kwetsten, waaronder twee officieren. Het
Spaansche eskader heeft niets geleden. Het
bombardement was tegen de geheele kust
streek tusschen Santiago en Aguadores
gericht.
Een telegram van Blanco meldt, dat
veertien vjjandeljjke schepen de kust bjj
Santiago de Cuba beschoten. De batterjjen
boden krachtig weerstand. De vjjand trok
terug nadat de beschieting anderhalf uur
had geduurd.
De Spaansche pers en de ministers big ven
met verontwaardiging protesteeren tegen de
Amerikaansche berichten, als zouden de
ljjken van Amerikaansche soldaten in de
omstreken van Guantanamo geschonden zjjn.
Zjj verklaren dat de Spanjaarden van het
begin van den oorlog er op gestaan hebben,
hun correct gedrag in de oorlogsgevallen te
doen uitkomen tegenover de onbehoorljjke
handelingen van den vjjand. De daders van
genoemd feit moeten Cubaansche opstan-
hjj naast haar voortstapte, zeide zjj»Neem
mjj niet kwaljjk, Brinkhof, dat ik het u
hier zoo maar onder vier oogen zeg, maar
ik heb me anders bedacht en kan uwe
boerin niet worden. Gjj waart mjj anders
wel naar den zin, want ik weet niets dan
goeds van u, maar nu heb ik een ander
ontmoet en aan hem alleen kan ik denken,
ofschoon hjj arm is en ongelukkig!*
De weduwnaar verbleekte en staarde haar
met glazige oogen aan. >Je wilt een ander
trouwen?* bracht hjj met moeite uit, als
weigerde zjjne tong hem bjjna dien dienst.
»Niet trouwen, boer, want hjj is nog arm
en voortvluchtig, maar hg heeft mjj gezegd,
dat ik op hem moest wachten. Ik deel u
dit mede, opdat gjj het dan kunt doen
voorkomen, alsof ge berouw hadt gekregen,
een meisje, als ik, ten huweljjk gevraagd
te hebben. Als gjj nu Zondag den deedings-
man niet weder tot mjj zendt, valt al de
sehande op mjj en iedereen zal zeggen, dat
ge geljjk hebt!*
Brinkhof greep naar zjjn hoofd, alsof hg
duizelde. »Een ander een ander!* mom
pelde hij en zjjn gelaat was zoo verwrongen,
dat Marianne er van schrikte.
>Boer wat scheelt u?« riep zjj.
»Een ander een ander ik sla hem
dood, dien ander!* riep hjj woest en balde
de vuisten.
Tevergeefs deed het meisje haar best, om
hem wat tot bedaren te brengen, maar hjj
raasde en tierde, als een kind, dat zjjn zin
niet kan krjjgen en zjj dankte den hemel,
toen er een paar arbeiders voorbjjkwamen,
die hem onder den arm konden nemen, om
hem naar huis te brengen.
delingen zjjn, die dit nu de Spanjaarden
aanwrjjven om de Amerikaansche troepen
op te zetten.
Door de Cubaansche regeering is geseind,
dat m«n een landing der Amerikanen niet
vreest, aangezien de regen en de gele koorts
het den vjjand onmogelijk zullen maken
aanvallenderwjjze op te treden. Men is al
gemeen van meening, dat de oorlog lang
zal duren en dat zjj vele Amerikanen het
leven zal kosten.
Uit telegrammen van Zondagmorgen bljjkt
dat er dan toch eindeljjk een serieuse landing
op Cuba door de Amerikanen beproefd is.
Dit feit wordt van Spaansche zjjde niet
tegengesproken, alleen wordt gezegd, dat
de aanval alweer is afgeslagen. De landing
zelf bljjkt dan ook buiten twjjfel en reeds
eenige dagen geleden te zjjn voorbereid.
Te New-York werd Zaterdag een landing
van een deel der troepen van generaal
Shaffer's leger nabjj Santiago bekend en op
Zondag zou het groote gevecht plaats hebben.
Dit gevecht heeft zich bepaald tot eenige
schermutselingen, waarin volgens de Span
jaarden de terugtocht werd aangenomen
door de Amerikanen en volgens dezen de
Spaansche troepen afdeinsden.
Van een groote nederlaag of overwinning
van een van beide kanten kan dus geen
sprake zjjn.
Dit neemt niet weg, dat de poging ernstig
bedoeld was en dus naar alle waarschjjn-
ljjkheid wel weer spoedig herhaald zal
worden. Merkwaardig is ook, dat nu het
woord gelaten wordt aan generaal Shafter,
nadat men zoo langen tjjd alleen van ad
miraal Sampson heil heeft verwacht.
Wanneer men de »New-York Herald*
gelooven raag, zou dit toe te schrjjven zjjn
aan uitputting of verveling onder de man
schappen van Sampson.
Het blad schrjjft nameljjkAdmiraal
Sampson, zjjn blauwkielen en zjjn mariniers
hebben het leeuwendeel gehad in het voort
durend opgevoerde oorlogs-drama van deze
week. Eiken dag was er iets belangwekkends
en sensatiemakends mee te deelen, een stout
moedige >sortie« van de mariniers, een
dapper optreden van de stoombarkassen of
een beschieting, die eindigde met het om
verwerpen van forten en batterjjen.
Nu zegt admiraal Sampson zelf, dat zjjn
troepen rust noodig hebben. Eiken dag
Toen ze den volgenden dag niets meer
van Brinkhof hoorde en deze zich ook
niet liet zien, keerden Marianne's gedachten
weer onverdeeld tot den eenig geliefde terug
en wel duizendmaal keek ze uit naar Tobbis
of eene boodschap van hem. Den derden
dag eindeljjk, kwam er op een drafje een
harelooze jongen aanloopen, die Marianne
mededeelde, dat oom Tobbis zich niet recht
wel gevoelde.
Hoe weinig reden tot onrust deze korte
boodschap ook scheen te geven, toch bracht
zjj het jonge meisje geheel van streek en
zonder dralen maakte ze zich gereed om
den kleinen overbrenger te vergezellen.
Tobbis was natuurljjk zoo gezond als
een viseh, maar Robert en Marianne hadden
elkaar, na twee lange dagen van scheiding,
veel, eindeloos veel te zeggen. Ze hadden
dan ook nauweljjks ooren voor 't geen de
oude zeeman hun had mede te deelen, van
hoeveel belang dit ook voor Robert's voor
uitzichten mocht zjjn. Eindeljjk noodzaakte
Tobbis de gelieven om hem aan te hooren.
Veel had hjj niet te zeggen, maar het was
zeer ontmoedigend»Ik breng den jongen
gezond en wel aan boord. Binnen acht
dagen loopt een goed vriend van mjj uit,
die op zich neemt, om voor alles te zorgen.
Hjj moest u echter wel onder 't oog bren
gen, dat het niet alles is om, zonder geld,
in een vreemd land, onder wildvreemde
menschen te staan en dat in eene havenstad,
waar allerlei gespuis rondzwerft en nog te
meer, als men het beter gewend is en liefst
niet mat de politie in aanraking wil komen 1*
Wordt vtmktd.