Jozef en zijne broeders. Na liet Feest M 1725. Proclamatie FEUILLETON. Uitgever: L. J. VEERMAH, Heusden. ZATERDAG 3 SEPT. (8 Buitenland. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 8 maanden f 1.00. Franco per post zonder prgsveihooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. 1898 Advertentiën van 1—6 regels 50 ct. Elke regel meer 7*/t ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. van den 31sten Augustus 1898, betreffende de aanvaarding der regeering door Hare Majesteit, Koningin WILHELMINA. Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods. Koningin der, Nederlanden, Prinses van Opanje-Nassau, enz., enz., enz. AAN MIJN VOLK Op dez?n voor U en Mij gewichtigen dag gevoel Ik Mjj gedrongen eenige woorden tot U te richten. Allereerst een woord van warme dank baarheid! Sedert Mjjne vroegste jeugd he'd Gjj Mjj omgeven met Uwe liefde. Uit alle deelen van het. Koninbrjjk, uit alle kringen der maatschappij, van ouden en jongen, ontving Ik steeds de treffendste blijken van gehechtheid. Nadat Mjjn beminde Vader Mjj was cntvnllpn, werd al Uwe aanhankelijk heid aan Mjin Stamhuis op Mij overgebracht. Thans, nu Ik gereed sta de schoonp, doch zware taak, waartoe Ik geroepen beo, te aanvaarden, gevoel Ik Mg als gedragen door Uw trouw. Ontvangt Mjjnen dankHetgeen Ik tot dusver mocht ondervinden liet onuitwisch- bare indrukken bjj Mjj na. Het is Mg een waarborg voor de toekomst. Mgne innig geliefde Moeder, aan Wie Ik onuitsprekelijk veel verschuldigd ben, gaf Mg het voorbeeld van een edele en ver hevene opvatting der plichten, die nu op Mg rosten. Ik stel Mg tot levensdoel dat voorbeeld na te volgen, te regeeren zooals van een VorBtin uit het Huis van Oranje wordt ver wacht. Aan de Grondwet getrouw wensch Ik den eerbied voor den Nederlandschen naam en de Nederlandsche vlagte bevestigen, Ik wensch bjj het Opperbestuur over de Bezittingen en Koloniën in Oost en West rechtvaardigheid te betrachten, en naar Mjjn vermogen bjj te dragen tot verhooging van Uw geestelijk en stcffeljjk welzjjn. Ik hoop en verwacht, dat U aller steun, in welken ambtelgken of maatschappelgken werkkring binnen of buiten het Koninkrgk Gjj zjjt geplaatst, Mg daarbg nooit ont breken zal. Op God vertrouwende en met de bede, dat Hg Mg sterke, aanvaard Ik de regeering. Gedaan te 's Gravenhage, op heden den 31st(n Augustus 1898. WILHELMINA. Volgt onderteekening van de Ministers. »Tegen zulk eene manier is ook geen mensch ter wereld bestand Zoo trachtte ze zich bjj zich zelf te verontschuldigen. »'t Zal vreeselgk zgn, als mevrouw er achter komt, maar ik, Lotte, ben wnarljjk niet iemand, om een paar jonge verloofden, die elkaar zoo innig gelukkig in de oogen zien, te verraden of, als 't er op aan komt, in den steek te lateD, neeD, ik niet!* Dien dag veroorzaakte Jozef Hollera der oude gedienstige geene nieuwe gewetens bezwaren, want een oogenblik later nam hg zgn hoed, om het huis der steenfabri- kante te verlaten. Aan den hoek der straat bleef hg eenige oogenblikken nadenkend stilstaan, terwyl zgn voorhoofd zieh rimpelde, tot hg plot seling als iemand, die eene oplossing ge vonden heeft, de rimpels gladstreek en bjj zich zelf mompelde: »De liefde zal mjj helpen aan de wraak, waarnaar ik dorst. Mgne broeders zullen vrouwen en kinderen hebben en, al zouden ze zelf liever gaan bedelen dan mjjn mede- ljjden in te roepen, ter wille van hun gezin, zullen ze zich vernederenIk, ik zelf West nu immers ook, wat het zegt, een wezen, dat u oprecht liefheeft, een tweede, beter, beminnelijk ik, zgn eigen temogen noemen.* De man, door de wreede ontnuchtering van bet bloedvcrraad reeds vroeg gerjjpt en Ofschoon »het Koningskind tot haar Vaders troon gekomen* nog niet officieel als zoodanig gehuldigd is, niet zonder goede reden toch hebben wij den 31 sten Augustus dit feest reeds gevierd. Ons Koningskind is haar 19de jaar ingetreden en heeft daarmee den ouderdom bereikt, waarop haar de last der regeering op de schouders ge legd wordt. »Wanneer de Koning(in) zijn achttiende jaar vervuld heelt* zegt de grondwet, »is bij meerderjarig* en elders; »de Koning(in), de regeering aanvaard hebbende, d. w. z. 18 jaren geworden zijnde, wordt zoodra mogeljjk plechtig bfëidigd en ingehuldigd binnen de stad Amsterdam* (art. 31 en 51). Pat dit eerst op 6 September geschiedt, doet ann 't feit der meerderjarigverklaring niets af. Wilhelmina is thans reeds onze KoningiD, tusschen wie en ons geen voogden of Regentes meer instaat. Eu deze gebeurtenis hebben we feesteljjk gevierd zooals 't brave burgers betaamt. 't Is een heerljjke gedachte, niet waar, dat een geheel volk, uit vrjje beweging, besluit een dag als de 31ste Augustus tot een dag der dagen te stempelendat het moeite noch kosten ontziet, den dag, waarop de laatste spruit van het Koningshuis den troon beklimt, feesteljjk te vieren! Er moet toch wel een innige band bestaan tusschen Vorstin en Volk, waar aio u zóó gejubeld, gedankt en gebeden wordt Als nu straks overal de feestvreugde zich geuit heeft en alles weer tot 't gewone doen is teruggekeerd, laten we dan nooit ver geten dat die band niettemin bljjft. We staan nu, wel beschouwd, in zoo heel andere conditie tegenover het Oranjehuis. Toen een Maurits, een Willem werd aangesteld tot Stadhouder of gekroond tot Koning, kregen we een man aan de spits, onder wien we ons schaarden. Thans, nu we een Koningin op den troon zien, scharen wjj ons om haar. Niet zjj aan onze spite, maar wjj beschermend om haar heen, bezield met goeden wil om haar 't leven aangenaam, de kroon minder drukkend te maken. We moeten dat jonge leven pleizier in 't leven doen krjjgen, zoodat ze in later jaren zeggen kan: >ijj mjjn troonsbestijging heeft men mjj koninklijken moed toege schreven, doch thans mag ik zeggen dat ten gevolge van een vreeselgk noodlot als 't ware een paria onder de mensehen, die bij verachtte, vertrouwde nu maar zonder bedenken een onervaren meisje, dat hem als met een tooverslag 't geloof in den mensch terug had geschonken. En bjj dit meisje zegepraalde reeds den eersten dag van hare verloving de nieuwsgierigheid over de be geerte, om aan zjjn zoo duidelijk uitge sproken verlangen te voldoen. Nog dien zelfden avond ging ze met Lotte de neger voorstelling bjjwonen, wel is waar met een angstig, pijnigend bewustzijn van schuld, maar ze deed het toch. De oud9 Eva ver loochent zich toch nooitLotte vermaakte zich uitstekend en rilde naar behooren van angst of van afschuw; maar evenmin als moeder Eva, proefde Martha ongestraft de verboden vrucht van den boom der kennis. Bleek, zwjjgend, met bjjgende borst, keerde ze naar huis terug. Lotte zette haar wat kamillenthee en wilde volstrekt bjj haar big ven waken, maar voor de eerste maal in haar leven sloot Martha de deur van hare kamer af, om den geheelen nacht door te big ven schreien en snikken, tot ze tegen den morgen in slaap viel. Elk sprietje en kruidje op den »swatten berg*, met zjjn armzaligen plantengroei, prijkte met een overvloed van dauwparels, die in de eerste stralen der morgenzon schitterden. De >swatte berg* was eigenljjk niets meer dau een zandheuvel, doch uit zgn bgzonderen, spitstoeloopenden vorm leidden de archeologen af, dat hg door mensc henhanden moest zjjn opgeworpen en zonder twjjfel een doodenheuvel was tot het bestuur van een volk ah 't onze niet do minste moed van noode was.« Een vaderlandsch feest als 't geen nu achter den rug ligt is van tjjd tot tijd een beho fto voor ons volk. We gevoelen dan dat we bij al onze verdoel Iheid toch zonen zjjn van 't zelfde vaderland lih -ralen en anti-revolutionairen, conservatieven en voor- uitstrcvenden, hebl en maar ééa doel; van hun vrengde getuigenis af te leggen kin deren der verschillende scholen zingen ge zamenlijk hun liederen en lcopen gezamenljjk in optocht met van blijdschap schitterende oogen! We gevoelen op zoo'n dag dat voor allen 't Vaderland een dierbaar kleinood en 't Stamhuis van Oranje daarmee saam- gegroeid is. En als nu straks de feestklanken ver stomd zjjn, laten we dit dan niet vergeten: wat ons in de politiek, in den godsdienst, in school en kerk scheidtal ons werken, al ons ijverig doen geschiedt naar onze innigste overtuiging alleen ten bate van Vaderland en Volk! Er loopen verschil lende wegen naar 't doel, maar dat doel zg 'ojj allen 't zelfde. Zoo gaan we nu aan den dageljjkschen arbeid. Spaart de Hemel onze Koningin lang voor ons, dan zullen, hopen we, nog dikwjjls vreugdedagen aanbreken, voor haar en dus ook voor ons, want deze twee zgn voortaan één. En boven 't geen ons ver deelt, boven partijstrijd en verschil in richting, bljjve de vlag van Nederland het symbool van onze gemeenschappelijke liefde voor 't Vaderland, de Oranjewimpel het symbool van ons aller liefde voor Koningin Wilhelmina en de bede der feestcantate onze bede: O Hemelkoning, hoog geloofd, Aanschouw, aanschouw dit jeugdig hoofd, Bestemd een aardsche Kroon te dragen 1 Bestraal dit vriendljjk aangezicht Met heldre stralen van het licht, Van Uw genadig welbehagen 1 Beschaam niet die Uw hulp verwacht; Beziel Haar, sterk Haar, leid Haar zacht, Bestier Haar eerste en al Haar schreden Het beeld haars Vaders zweef Haar voor En groote liefde Gods! Verhoor Een vorstelijk Moederhart, Haar volgend [met gebeden. En wilt ge nog een lied van denzelfden dichter (Nicolaas Beets) waarmee we na de feestelijkheden gerust in zee durven steken uit den voorhistorischen tjjd. Ook de naam >de zwarte berg* pleitte voor deze meening, want de hoogten, die in Noord-Duitschland du3 genoemd worden, zgn bijna zonder uitzondering oude, heidensche offerplaatsen, waarvan tevens voor de lijkverbranding ge bruik werd gemaakt. De mannen, die op dezen morgen op den eenzamen en beruchten »swatten berg* bjj- een waren, hadden hunne goede redenen, om bjj hunne gemeenschappelijke beraad slaging zoo min mogelijk gehoord, ja zelfs gezien te worden. Het waren de zeven zoons van den ouden, blinden eigenerfde, Hindrick Hollera, en hun doel was, zoo mogeljjk tot een besluit te komen omtrent den verkoop van het erf hunner vaderen, dat reeds sedert eeuwen steeds het eigendom van het ge slacht der Hollera's was geweest. De mannen begroetten elkander met een zwjjgenden hoofdknik. Toen ze allen bjjeen waren, wend den aller oogen zich naar Rolfeshem, den oudste kwam het toe hier het eerst te spreken. Maar Rolfes schudde het hoofd met de verwilderde haren en zeide met doffe stem »Doet wat u goeddunkt, mg kan de aarde leed nog vreugde meer geven. Gisteren is mjjn tiende en laatste kind gestorven!* Hg richtte 't gebogen hoofd niet op. Met ver schrikte, schuwe blikken zagen de overigen elkaar aan en sloegen toen eveneens de oogen ter aarde. •Spreek jjj dan, Willem!* zeide een van de jongsten dringend. «Sedert Rolfes van het erf af trouwde, geld jjj immers voor de naaste erfgenaam!* •Zou niet ieder van u dat alles even goed kunnen zeggen als ik?« riep Willem toornig. Bljjf blijf ééa, mjjn Va Ierland Blijf'ééa en ongeschonden! Geen staatspartjj, geen godsdiensttwist, Verschenre door geweld of liit, Wat God heeft saamgeboudsn 1 Blijf ééablijf één, mijn Vaderland! Laat niets die kracht u rooven Schraag, als een eeuwig man den troon Eu meng geen wanklank in den toon, Van 'koud »Oranje boven!* Bljjf ééa, bljjf éé.i, mjja Valerland! Laat niets die deugd verflauwen Wroet in geen eigen ingewand! En, Leeuw van Neerland, toon geen tand Dan tegen vreemde klauwen 1 Door den Czaar van Rusland is aan de mogendheden een voorstel gedaan tot ont wapening, dat natuurlijk de algemeene aan dacht trekt. De »Frankf. Zeitung* zegt hierover het volgende Het is zeker geen toeval, dat de boven staande, van groote beteekenis zjjnde kennis geving der Russische regeering juist ver schenen is in den ochtend van den dag, waarop keizer Nicolaas II te Moscou het gedenkteeken onthulde ter eere van zjjn grootvader, Alexander II, die langen tijd als vredevorst gevierd is, ofschoon Rusland onder zgn regeering in Europa een der bloedigste oorlogen en in Azië verscheiden veldtochten gevoerd heeft. In elk geval moet worden erkend, dat de eerste tjjd der regee ring van Alexander II gekenmerkt werd door vreedzame neigingen en wanneer de kleinzoon heeft willen te kennen geven, dat hg aan die periode der regeering van zgn grootvader wil vasthouden, dan zullen alle vrienden van den vrede deze uiting met voldoening vernemen. Het merkwaardigste der mededeeling, welke graaf Murawjew reeds vier dagen ge leden aan de vertegenwoordigers van alle mogendheden te St. Petersburg heeft ge- daaD, is wel de erkentenis, dat ook het bond genootschap van Rusland met Frankrjjk niet voldoende is om »het zegenrjjke resultaat der verlangde vredesstichting* te voorschjjn te roepen. Tot nog toe hebben Fransche staatslieden en de Fransche en Russische pers steeds verzekerd, dat het Tweevoudig Verbond de beste waarborg voor den vrede was en nu verklaart graaf Murawjew namens Dat er geen zegen op de Hollera's rustte, sedert sedert niet alles was zoo 't behoorde; dat onze stiefmoeder stierf en onze vader blind werd, weet gijSchulden echter, zjjn ze er eenmaal, groeien nog vlugger dan kool. Wjj leenden hier, wij leenden daar en lieten de renten steeds op- loopen. Maar hoe slecht de zaken ook ston den, iedereen bad nog altjjd vertrouwen op het oude goed. De Hollera's hadden nu eenmaal den naam van rijk te zijn en nog al wat achter de hand te hebben. Ook wjj zelt verkeerden zoo ongeveer in dien waan. Ieder zag maar aan geld te komen, zoo goed hij kon, en niemand berekende, hoe zwaur de schuldenlast reeds was. Nu zwerft er echter sedert eenige weken een vervloekte advocaat, gjj kent hem, Millberg uit Ra- tensen, in den omtrek rond, en maakt de boeren het hoofd warm, door hun voor te rekenen, dat ons eigendom reeds te veel bezwaard is. Hg zoekt met onze schuld- eischers te accordeeren, ten einde hunne vorderingen aan ons voor zoo weinig mo geljjk geld in handen te krjjgen en eindeljjk deelt hg mg gisteren mede, dat hg zjjne pretenties op ons zou laten gelden, tenzjj wjj mochten kunnen besluiten, land en zand met lusten en lasten, zooals het reilt en zeilt, te verkoopen aan eene zekere mevrouw Brand, ten einde op die manier onze schulden te betalen. Hg verzekert, dat wjj daarbg nog beter zullen varen, dan wanneer het tot een bankroet en een gerechtelgkeu verkoop mocht komen. Bovendien zou onze vader, tot aan zgn dood, rustig aan den haard kunnen big ven zitten en zou hg niets van die verandering behoeven te weten. Mevrouw Brand zou hem en onzen jeugdigen den Czaar, dat deze waarborg niet voldoende is. Men mag daarom zeer nieuwsgierig zgn te vernemen, hoe het voorstel tot ontwa pening wordt opgenomen in Frankrjjk, want het heeft geheel en al den schjjn, alsof de Russische regeering met haar voorstel het doel beoogt, om zich van Frankrjjk te ver wijderen, en in plaats van het Tweevoudig Verbond tot een overeenkomst op breeder grondslag te komen. Of Rusland ter uitvoering van zjjn plan reeds onderhandelingen heeft gevoerd met de groote mogendheden, is niet uit de mededeeling van de >Regeeringsbode< op te makenmaar intusschen moet thans reeds worden opgemerkt, dat het Russische voorstel groote moeilijkheden zou ontmoeten en dat voor alles het bijeenroepen eener conferentie nutteloos zou zgn, wanneer men vooraf onder elkaar niet tot overeenstem ming ware gekomen van een in algemeene trekken ontworpen program, hetwelk zou kunnen dienen als basis voor de verhan delingen der conferentie. In elk geval zal uit de behandeling van het voorstel kunnen bljjken, waar de ware vredevrienden zich bevinden en waar de verzekering van liefde voor den vrede slechts buichelarjj is. De >Kölnische Zeitung*; Al hebben wjj heden een gedachte oorlogsmacht en deze versterkt door bondgenootschappen met andere mogendheden, toch zgn onze oorlogs toerustingen nooit »Selbstzweek« geweest, doch zjj dienden alleen tot onze eigen veiligheid en tot handhaving van den vrede. Meer dan twintigjarige ervaring heelt ge toond, dat Duitschland de verkregen »Welt- machtstellnng* niet heeft trachten te ge bruiken tot oorlogszuchtige ondernemingen en zelfs onze tegenstanders hebben dat op den duur moeten erkennen. Wjj hebben tot nog toe het standpunt ingenomen, dat alleen een sterke toerusting voor ons land een waarborg voor de vei ligheid en voor de volkeren van Enropa, een waarborg voor den vrede kan zgn, en daarom hebben wjj er niet tegen op gezien een uitrusting te beginnen, welke, hoe zwaar zg ook op onze schouders moge drukken, toch gedragen kan worden. Nu stelt men ons een ander middel voor, waar. door men hetzelfde doel wil bereiken met geringer opofferingen. Zeer gaarne zgn wjj bereid, een eerljjke proef te nemen en zonder nevengedachten in te gaan op de Russische plannen, in de broeder Bernd geenszins de deur wjjzenlc Herm-Anton wierp zich weenend in 't natte gras, Rolfes lennde onverschillig tegen een ouden paal en de overige vjjf zagen elkaar ongernst en besluiteloos aan. Die schurk van een advocaat bedriegt ons!* riep Harmen, de vierde broeder. >Wjj moeten ons onverschillig houden en ons tot niets verbinden. Neem intusschen een an deren rechtsverdraaier aan en geef en beloof hem, zooveel hg maar wil, opdat hg de listen en streken van dien ellendigen Müll- berg aan 't licht brenge en onschadeljjk make!* Dat geeft niets!* gaf Willem moedeloos ten antwoord, »zoodra ik merkte, waar dat alles op moest uitloopen, heb ik dat reeds gedaan, maar mjjn advocaat trok de schouders op en vroeg, of wjj dan soms de schuldbekentenissen niet onderteekend had den, en of wjj dan de schuldvorderingen bjj eöde konden ontkennen Er was voor ons geen andere uitweg, behalve deze, dat wjj zelf met onze schuldeischers tot een ver- geljjk zagen te komen, maar deze komen door Müllberg nog altjjd tienmaal beter aan hun geld, dan door ons. Wjj mogen bljj zgn, als er nog genoeg voor ons overbljjft, om met vrouw en kind een ander wereld deel op te zoeken!* »Wg kunnen ons op ons vaderlgk erf dan nog eerst een bedelstaf afsngdenlc riep Gerhard. •Of onze reia met wat kruit en lood betalen!* voegde Lambert er knarsetandend en met gebalde vuisten aan toe. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1898 | | pagina 1