Lam! van Heasita en de Langstraat en de Boiiinielerwaard. Brieven uit Amsterdam. Jozef en zijne broeders. FEUILLETON.- Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. M 1728. WOENSDAG 14 SEPT. 18S8. :ÊT LAND VAN ALTENA- voos O Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. Franco p#r post zonder prgsvex hooging. Afzonderlijke nutn inert 5 cent. Advertentiën van 1regels 50 ct. Elke regel meer 71/, et. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. INTn-lezing-. We zjjo nog éénmaal uit oaza rast op geroepen tot bewondering van een optocht bjj avond. Die stond op 't voorloopige pro gramma, maar de vraag: wie zal dat be talen, bleef lang onopgelost. Ea toen ze beantwoord was, kwam een tweede vraag wanneer? De dagen, die door het bezoek van H.fl. M.M. verheerlijkt zouden worden, waren zóó dicht bezet met vermaken van allerlei aard, dat onze voorzichtige burger vader niet beloven kon ook voor dezen op tocht zjjn politiedienaren te kunnen missen. Om echter aan allen tegemoet te komen, aan de samenstellers, die het publiek gaarne wenschten te onthalen op deze nieuwigheid en aan het publiek dat reikhalzend daarnaar uitzag, werd de Zaterdagavond vastgesteld. En zoo zpn we er gisteravond weer op uitgetrokken, ofschoon we geen van allen nog goed uitgeslapen zpn. Het allereerste wat in 't oog viel toen we slenterend langs de Keizersgracht den op tocht in 't gemoet liepen, was de uitstekende regeling dcor de politie. Er is één probaat middel om een optocht goed te zien, dat is dien tegen loopen tot men er vlak voor staat en dan zich zpwaarts plaatsen. Maar 't is tegenover de luidjes die zich ordelpk reeds op een rjj geschaard hebben, een harde maatregel, daar ze voor hun langdurig staan beloond worden met het gezicht op menschenruggen. De politie heeft wijselijk ingezien dat hierdoor onge regeldheden konden ontstaan cn heeft daar om op een vooraf bepaald tjjdstip den weg afgezet, zóó, dat 't alleen mogeljjk was den lichtstoet vooruit, maar op geen enkel punt tegen te loopen. Dat is een meesterlijke zet van den hoofdcommissaris, die de kroon brengt op al wat door hem in 't belang der orde deze week verordineerd is. Ik moet dat nog eens met nadruk herhalen. Al is 't waar dat de toeloop van vreemdelingen bp lange na niet zoo groot geweest is als door de spoorwegmaatschappijen verwacht werd er werd immers buiten ook alom feest ge vierd en er zat ook wel een beetje vrees voor (ii Uit een onrustig geschuifel onder de mannen en enkele uitroepen van verrassing hun als onwillekeurig ontsnapt, bleek het, dat vrees en hoop hun geopenbaard hadden, dat Jozef zelf voor hem stond. Alleen Bernd en de oude mau vermoedden daarvan niets. De advocaat wreef zich vergenoegd iu de handen en Mevrouw Brand kon hare eigene ooren nauwelpks gelooven bjj de stente bewering, dat zjj zelf den circusman nog eens zou rechtvaardigen en hem daaren boven nog tot schoonzoon zou kiezen. Zp waagde intusschen niet, deze met zooveel zekerheid uitgesproken verklaring regelrecht tegen te spreken, maar wendde zich in plaats daarvan tot Martha met de dreigende vraag, of zp wel wist, dat haar fraaie minnaar kunstenmaker was bp een neger gezelschap en tevens de weggeloopen broeder van deze met schulden overladen boeren. Martha had dit alles geweten en hem op den avond, toen ze achter den rug van hare moeder met Lotte eene voorstelling had bpgewoond, niettegenstaande de goede beschildering, onmiddellijk herkend. Zp ant woordde, dat het, wel beschouwd, toch eigenlpk weinig onderscheid maakte, of men zich zwart maakte, om als neger den kost te verdienen, dan wanneer men dit i. ls smid of als schoorsteenveger deed. Mevrouw Brand zou het ongetwijfeld voor te smeden en de schoorsteenvegers, als nuüigo staatsburgers, hebben opgenomen, ware Jozef niet op zpn blinden vader toe getreden, om met eene door aandoening half verstikte stem te zeggen>0, ween niet langer om uw Jozef verheug u opstootjes achter van onze 510 duizend inwoners is niemand, die beenen had om te loopen, thuis gebleven, tot de zuigelingen incluis, hoewel die nog beenen mistem En al die duizenden bewogen zich overal in twee groote stroomen langs straten en grachten, drongen schouder aan schou Ier bij in- en optocht en bij de uitstapjes der Koningin, zwierden en sprongen, hosten en zongen straat in straat uit en scheerden op de grachten langs den waterkant. De sta 1 was avond aan avond één groote dans- en spring plaats en in die grdOte ruimte is i straat die geen Amsterdammer of buitenmau zal verzuimen, t. w. onze nauwe Kalverstraat. Als ge van een der einden, Koningsplein of Dam deze insloeg, moest ge al uw moed bjjeenrapen vanwege den menschenklomp in de laagte en de zware stofwolken in de hoogte. Maar men ging er toch in op gevaar af van doodgedrukt te worden. Doch daar is niemand een ongeluk overkomen. Moedig stapte men in den stroom, kocht van de kooplieden zpn zakken vol serpentines, voor zag zich van een »Amerikaansche kietelaar* oftewel een pauweveer, zong van de boeren, die 't overwonnen hebben, van Oranje boven, leve Willenden*, van >wees begroet met jubeltonen* ja, dat is druk ge zongen kietelde iederen nek, die in de nabijheid kwam, vooral als die blank en gevuld was en stortte zich aan 't eind weer in de groote oneindige menschenmassa. Stel u voor dat in zoo'n herrie van uit de verte de jubeltoon komt aanzwellen »hip, hip, hoera,ten teeken dat H. M. op haar rondreis is. Een electrieke schok gaat door de hossers en danseurs. »De Koningin* klinkt het en een voorzichtig man, die met vrouw en kiuderen zich huppelende voort beweegt slaat de schrik om 'c hart; hp ziet ze reeds onder de paardenhoeven liggen de dolle vreugdbedrijvers. Maar geen nood, als uit den grond rijzen op alle punten waar zjjstraten menschenzwermen uitspuwen de ordebewaarders als uit den grond op, die den stroom naar één zjjde afleiden. En dat ging bp elke gelegenheid zóó geregeld en zoo juist op tjjd dat ik inderdaad groote bewondering heb voor de capaciteiten van liever, want uwe hand rust iu de zijne 't Is Jozefs hand, die gij gedrukt hebt!* Met een zwakken kreet rukte de oude man zich los en riop: >Neen, neen, gjj bedriegt mij, het kan niet waar zijn, de eerstgeborene mjjner Sanna is dood, dood »Vader!« zei Jozef teeder. De grijsaard luisterde een oogenblik, als om een klank op te vangen, die heel uit de verte tot hem kwam. Zijn geheele gelaat teekende spanning. »Zeg dal nog eens,* vroeg hp zacht. Lieve vader!* zeide Jozef nog eens, maar nu in het platduitsch. Thans kwam er plotseling een heldere glans over het oude, gerimpelde gelaat en strekten de dorre handen zich zoekend uit. »Als het dag is als gij geen geest zjjt en ik wel bij mjjne zinnen ben dan moet gjj Sanna's jongen zpn, want hare stem is 't, die uit u tot mjj spreekt!* Jozef sloot den ouden man in zjjne armen, terwjjl Bern zich jubelend aan zpn broeder vastklemde en de overige broeders deels schuw terugweken, deels, en dit waren zp, die zich het minst schuldig voelden, in deemoedige houling nader traden. »Nu zou ik willen stervenfluisterde de oude man mat. >Neen nu, met al uwe kinderen om u heen, moet gp juist blpven leven!* zeide Jozef. »A1 uwe zoons moet gp zegenen en ook deze dochter, die ons een engel des vredes was!* »Och watviel Mevrouw Brand hierop in, »daar heb ik een woordje in mee te spreken en ik ben niet vanzins, om mjj langer bjj uwe komedie op te houden!* Zij gaf den koetsier een wenk en wilde Martha wegleiden, maar reeds hadden ver scheidene der gebroeders Hollera zich in zulk eene ontzag inboezemende houding voor haar geplaatst, dat zp er in berustte, Martha voor den grjjsaard te zien neder- knielen. onzm hoofdcomin. Franken eu het zeer toe juich dat men dien organisator morgen een serenade gaat brengen en voor zijn man schappen, die zwaren dienst gehad hebben, een som bijeen tracht te brengen, waarvan ieder een goudtientje tot dank krpgt. Hierbij zij aangeteekend dat 't publiek zich gaarne schikte, maar een dol publiek en de heele stad was vol kan in goedige dol heid groote ongelukken veroorzaken. Van 't publiek gesprokenaangeplakt was dat de Koningin na 11 unr stilte om 't paleis verzocht om in die drukke dagen althans ongestoorde nachtrust te hebben. Welnu, alle zingenie en joelende menscbenscharen, die uit Itokin, Kalverstraat, Paleisstraat, Mozes- en Aaronsteeg, Eggertstraat, Nieu- wendjjk, Damrak, Zoutsteeg en Vijgendam werden uitgestort, verstomden op den Dam oogenblikkelpk en ik heb troepen gezien die te middernacht om Naatje een patertje dansten en zoenden, zonder den mond tot zingen te openen. Zwijgend of fluisterend schreed men in 't rond, elkaar kietelend en met papierstrooken omwindend. Ja, 'c is een reeks van overschoone dagen voor de hoofdstad geweest, waarop ze teren kan en met genoegen op terugzien. Maar nu de lichtstoet. Ik had me dan te 8 uur opgesteld in de rij op de Keizersgracht en heb daar tot 10 uur uiterst geduldig gewacht, me verma kende met de gesprekken rondom me, waar- bjj ik o.a. vernam, dat de f 10.000, door H. M. voor de armen geschonken, wel in de zakken van die kerels van Liefd. naar V. zouden terechtkomen en de armen d'r een bi... klein beetje van krijgen zouden 't was een dame uit de heffe, die dit ver moeden opperde en met het drietal agen ten, dat twee uren lang alle van links en rechts aaustroomende paartjes en dienst meisjes in de armen opving en naar ééne richting stuwde. Tegen 10 uur zagen we in de richting Raadhuisstraat de lucht op glanzen en jawel, daar vertoonden zich de eerste flambouwen op de brug bp den Wester toren. En eu trokken achtereenvolgens langs ons heen, politie te paard en te voet, een 30 mannen met petroleum-flambou wen, mu ziekkorps, tal van lieden met fakkels ge wapend, die schitterend bengaalsch licht verspreidden, daartusschen aapje3 met jour nalisten, wier vetpotjes reeds leeggebrand waren, alweer een korps muzikanten en nu volgden, afgewisseld door fakkeldragers, drie zeer groote wagens; een van welke handel, nijverheid en landbouw voorstelde; elk van deze drie was gestoffeerd door personen, o.a. veelkleurig uitgedoste meisjes, rijk ver licht door electrische vlammen. Als in eeu droom ging ons deze lichtende slang voorbij, een rjjk kleurenspel, dat 't oog ongemeen bekoorde.'Jammer was 't dat de schoonste triomfwagen onderweg een wiel verloren had en achter had moeten blpven en dat Renz zich op 't allerlaatst had terug getrokken. Zoo één dan had hjj een prachtig stuk in den stoet kunnen voegen. Een wagen met versche fakkels en een van 't roode Kruis voor mogeljjke onge vallen, sloot den trein. Hiermee is 'fc nu heusch gedaan en keeren we tot de orde terug, dankbaar voor 't vele schoons dat we gezien hebben, voor de duizende guldens door de rjjke lui aan 't rollen gebracht en in de zakken van den minderen man neergekomen, voldaan over de wjjze, waarop het volk, zondor drank- opwinding feestgevierd heeft en vol hoop dat de regeering van Koningin Wilhelmina Nederland ten zegen zal zijn. A. 11 Sept. '98. J. L. Zp trachtte zich intusschen schadeloos te stellen, door den advocaat en den koetsier eenige minder aangename woorden naar 't hoof 1 te slingeren, waarover de eerste alleen de schouders optrok, terwjff de laatste daarentegen brutaal werd en huar toeduwde, dat zjj hem gehuurd noch betaald had, en al ware dit zoo, ook dan nog zou het hem niet invalleD, zich weerloos door haar te laten chicaneeren, vooral, daar hp volstrekt niet inzag, waarom zpn paardenstal minder was dan hare steenbakkerij In haar teergevoeligste punt gekwetst, wendde Mevrouw Brand zich zwijgend naar de deur, terwijl Martha, niet zonder eenigen angst, maar toch inwendig overgelukkig, van Jozef en de zijnen afscheid nam, om hare moe Ier te volgen. »Heb maar goeden moed!* zeide Jozef, om haar gerust te stellen. »Denk er aan, dat ik een onbuig- zamen wil heb en dat ik liever afstand zou doen mjjn leven dan van u Mevrouw Brand was wel genoodzaakt, om bp den koetsier zoete broodjes te bakken. Wel zat die beleedigende vergelijking van den paardenstal haar nog in de maag, maar waar was hier, in die landelijke afzondering, een ander rijtuig te vinden, en haar klei nood, de steenbakkerij, eisehte dringend hare tegenwoordigheid. Gelukkig bleek het hart van den koetsier niet van steen, ja, het duurde zelfs niet lang, of men was in een vriendschappelijk onderhoud gewikkeld over den bouw der nieuwe Synagoge en de paardenmenner gaf toe, dat het een schandaal zou wezen, als de joden voor hun tempel zwemsteem gebruikten. Zoodra de dennen van de naastbpzpnde houtakkïrs het dak van het Hollera-erf voor haar onzichtbaar maakten, voelde Mevrsuw Brand zich reeds zoozeer gerust gesteld, dat zp verzekerde: »Voor den koet sier, die een ordelpk burger onzer stad is, zou ik nog kuanen toegeven, maar voor dien verloopen negerkomediant nooit Buitenland. De moord op de Keizerin van Oostenrijk-Hongarije. Zaterdag heeft een Italiaansch anarchist de om gezondheidsredenen te Genè/e ver toevende Keizerin lafhartig vermoord. 's Middags omstreeks 3 uur begaf de Keizerin zich met eene hofdame naar de aanlegplaats der stoombooten, om een tochtje op het meer van Genève te maken. Ter hoogte van het Brunswpk-monument ge komen, trad een jonge man, op den voet gevolgd door een grpsaard, de vrouw plot seling in den weg en gaf haar een stoot, die haar op den grond deed tuimelen. Aan- en nimmer En thans, nadat het rjjtuig met de beide vrouwen, de eene met een hart vol liefde, de andere ontstemd en wrokkend, achter de elzen, die den zandweg omzoomden, verdwenen was, stond Jozef aan de hand van zpn vader, zonder vreemde getuigen, tegenover zjjne broeders. O, wonderbare invloed van den eenen rnensch op den anderen als ze elkaar in de oogen zien, wonderbare werking van het familiebloed in harten, sinds lang van elkaar vervreemd! Deze mannen, die de verradene zich steeds als zpne vpanden had gedacht, die hp zich jong, overmoedig en arglistig had voorgesteld, gebogen en deemoedig, de oudste reeds vergrjjsd, stonden ze thans voor hem. Zij waren in zpne hand gegeven, thans zou hp hen kunnen uitdrijven, zooals ze hem eens verdreven hadden, neen, toch anders, want wat bp hen niet het geval is geweest, hjj zou zich voor zpn geweten hebben kunnen rechtvaardigen! Zestien jaren had Jozef Hollera ontbeerd, gezwoegd en geledenzestien jaren in zpn hart het vuur der wrake brandende ge houden zestien jaren alleen voor dit oogen blik geleefd, om thans met tranen van aandoening, zjjn vader, zpn tehuis zpne broeders, als zoon, als vergevend broeder te begroeten 1 Al de liefde, die zoo lang in zpn hart had gesluimerd, was door de kennismaking met Martha, het wederzien van zjjn vader en het vinden van zijn broeder Bernd tot nieuw leven ontwaakt. Met den ouden Hollera-grond onder de voeten, had hp ook plotseling zpn hart weer voor de eer en de waardigheid der familie voelen kloppen en de wreker werd ten helper en redder. Vóór Rolf'es dien avond naar zpne on gelukkige vrouw terugkeerde, richtte hjj tot zijn broeder de vraag: >Zeg eens, Jozef, heb je al een of ander plau, om Martha's moeder hare toestemming af te dwingen?* vankelpk dacht men dat de kerel, die terstond de vlucht had genomen, maar door een paar koetsiers achterhaald en aan de politie overgeleverd werd, haar slechts eeu vuist slag had gegeven. Althans de Keizerin stond op en zette, door eene hofdame onder steund, haar weg naar de stoomboot voort, maar nauwelijks daar aangekomen verloor zjj het bewustzjjn, waarom men haar op eene bank neerlegde. De kapitein wilde eerst niet vertrekken, maar de hofdame, die nog altjjd meende dat de bezwjjming slechts een gevolg was van den schrik, drong daarop aan en men stak van wal. Toen echter de toestand niet verbeterde en de dames, die de kleeren der ongelukkige vrouw hadden losgemaakt om haar lucht t'e geven, op haar ondergoed bloed be speurden, vermoedde men opeens wat er gebeurd was. Terstond keerde de stoomboot naar den wal terug, waar de nog altpd bewustelooze Keizerin op eene geïmprovi seerds baar naar het hotel Beau Rivage werd gedragen, terwpl inmiddels genees kundige hulp werd ingeroepen. Eerst toen bleek dat de ellendeling haar een driekanten dolk in de linkerborst, even boven het hart, had gestoken. Alle pogingen om de levens geesten nog door kunstmatige ademhaling op te wekken waren vergeefschnauwelpks waren der Keizerin de laatste sacramenten toegediend, of zjj blies d9n adem uit. Blpkens de later, met toestemming des Keizers ge houden ljjkschouwing is de dood veroor zaakt door inwendige verbloeding, tenge volge van een 81/, centimeter diepe wonde, welke de linkerlong en het hart heeft doorboord. De moordenaar is eeD 25-jarig Italiaan, Nicaise Luechesi geheeten, en te Parjjs ge boren. In anarchistische kringen in Frank rijk ea in het Noorden van Italië was hg algemeen bekend om zjjn heftigheid; zpne kameraden hadden hem den bjjnaam Rava- chol gegeven. Na eenige studiën in de reeh- ten te hebben gemaakt te Parjjs en te Bologna, heeft hg zich den laatsten tjjd geheel aan de anarchistische beweging gewjjd, als tus- schenpersoon van de leiders dier partjj van stal tot stad trekkende. Achtereenvolgens »Neen, Rolfes, nog niet, maar als gij allen mij naar uwe beste krachten wilt helpen, dan zal er wel iets op te vinden zjjn 1 »Op ons kan je rekenen, zelfs al kreeg j« 't in je hoofd, om den Eems leeg te scheppen, wees daaromtrent gerust Daarop ging hjj heen. In jaren was Jozef niet zoo zacht iu slaap gevallen als heden, terwijl de adem haling vau zpn grjjzea rader eu zpn jeug- digen, van gezondheid blozenden broeder, hem uit de naaste kamer als muziek in de ooren klonk. Lang zou deze rust echter niet duren. De dag kon nog nauwelpks zpn aangebroken, toen zjju scherp oor, zoo weinig aan de onbezorgde rust van 't huiseljjk leven gewoon, eenig gedruisch bjj 't raam meende te vernemen, en hjj zich door Rolfes met gesmoorde stem hoorde roepen. Wat moest dat beteekenen? Jozefs polsen ston- deD eenige oogenblikken stil en een ont zettend vermoeden kwam bjj hem op. De broeder, die hem eenmaal schandeljjk had verraden, zou misschien maar berouw heb ben gehuicheld, om hem thans, nu de advocaat Müllberg met de betaling der familieschulden was belast, ten tweeden male uit den weg te ruimen 1 En 't was zoo, jaist nu, terwpl Jozefs terugkomst in den omtrek nog niet ruchtbaar kon zjja, en er nog niets van was uitgelekt, hoe en onder welke omstandigheden de vermiste weer was komen opduiken, zoo zooiets nog onopgemerkt kunnen geschieden. De ge roepene stond op en kleedde zich ij lings aan. Bernd, die nu ook wakker was ge worden, zag nog, dat zpn broeder, voor hg de kamer uitging, een revolver bjj zich stak. Niet lang daarna klonk er, niet ver van het raam, een luide kreet, waarop Berud natuurljjk, zoo suel hjj maar kon, nar.r buiten liep. Maar van Jozef was mets meer te zien. Ook in de eerstvolgende dagen keerde deze niet terug. (Slot volgt.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1898 | | pagina 1