Hel Land van Ileusden en Allena. de Langstraat en de lionnnelertvaard.
Haar mè getrouw
M 1749.
FEUILLETON.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
ZATERDAG 26 NOV.
1898.
f^T LAND VAN ALTENA
VOOB
Dit blad verschjjat WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00.
Franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 et. Elke regel
meer T1/, et. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
WINTERTIJD.
Het is ons balt ontgaan, maar nog her
inneren we ons een brokstubje van een
ond lied, een lied nit onze jeugd, waarin
zoo iets voorkomt van een uitnoodiging,
om zich te scharen aan zekere warme plaats,
in Let schemsravondnur, en van den voor
raad van verhalen te genieten, die de nooder
had opgedaan.
't Was, meenen wjj, nog nit den recht
goeden, maar ook recht ouden tijd, toen
men plaats nam aan den ascbpot, bjj het
heldere licht eener vetkaars, och, wat de
tegenwoordige dan van den vroegeren
verschilt
Onze voorouders, mst minder eisehen en
minder behoeften, maar ook met zooveol
minder hulpmiddelen, moeten het toenemen
van duisternis en koude wel eens met be
kommering hebben gezien en het ljjden van
armen en zieken moet voorheen wel zwaar
hebben gewogen.
Welk een voorrecht is ook in dit opzicht
het onze!
Het dalen van de avondzon in de ne
velen van den herfst, behoeft voor ons
geen schrikbeeld te zijn. Integendeel, ons
leven is in de l&nge avondstonden van den
winter allerminst tot stilstand gedoemd.
Integendeel scbjjnen ze ons te nooden om
onzen tjjd en onze krachten niet ongebruikt
te laten, en een ander genot dan dat van
den zomer, maar dan toch een diep en
waar genot, te smaken. Wanneer we het
ernstig willen, dan zullen die uren niet
ongebruikt voorbjjgaan, en ze zullen ons
genoegens verschaffen, die een geheel eigen
aardige behoorlijkheid bezitten.
We zjjn geen kinderen meer en toch
zullen we wel handelen, door te trachten
ook in deze den kinderen geljjk te zijn.
Zij, voorwaar, hebben een levenswijsheid,
die ons vaak verbaast. Zij treuren niet lany
om een genot, dat voort jj is, maar strekken
alias de teere handjes naar iets anders nit.
Van den eenen vlinder gaan zjj op den
anderen. Als daar buiten da regen klettert
en de plasjes schitteren, dan zeuren ze niet,
maar trekken zich alras, met een wonder
bare vindingrijkheid, in een stil hoekje
terug en maken het er zich recht gelukkig,
met hun dierbare schatten, die den bigden
zomer op stal hebben doorgebracht. Wat
daar vertoond wordt schijnt voorsbands een
H. BERTRAND.
(10
Met één sprong stond zjj tusschen de
strijdenden en scheidde hen met boven-
menecheljjke krachtsinspanning. >Halt!<
»Niet eer ik hem gewurgd heb,* hjjgde
Gunnar, terwjjl hg opstond. »Je hebt je
een fijnen minnaar uitgekozen,* hoonde bjj,
>etn dapper man! Denzelfden ellendeling,
die je bjj mg verriedfoei!*
Ben je van je zinneB, Gunnar? Denk
je dan dat ik er iets van begrjjp, wat deze
man hier wil, dien ik aan zjjn lot heb
overgelaten, dien ik geslagen en beleedigd
heb?*
Margit, valsche slang,* siste de vreem
deling bevend, >0, dat volk is niet beter
dan de verscheurende dieren 1*
•Zie je dapperen vriend 1 Kjjk eens, hoe
bjj beeft, de brave man!*
•Waarom hebt ge dien brief geschreven?*
vrotg Signe barsch. »Iiebt gij bet lidteeken
van den zweepslag op de hand vergeten?*
>Le brief was niet voor a bestemd!*
antwoordde de vreemdeling, het zweet van
bet voorhoofd vegend.
•Leugenaardonderde Gunnar. Alles
werd htm zwart voor de oogtn.
De brief was voor Astrid Gulsdatter,
de duivel heelt u den brief in banden ge*
groot geheim te wezen. Natuurlijk komt
er oorlog bij, waarbij zus en haar pop als
pleegzusters dienst doen, maar of de Chi-
neescha of de Amerikaanschs kwestie be
handeld wordt, dat is zelfs niet duideljjk
voor moe, die aan de theetafel, in iets
meer ernstigs verdiept, als een goede op
voedster, zich buiten de zaken hoult, zonder
het aardige drietal nit het oog te verliezen.
Eerst straks, wanneer pa, de kamer in
tredende, met een zeker uitbundig gejuich
wordt begroet en de theetafel een vjjftal
vereenigt, zal aan hem volledige opening
van zaken worden gedaan en door hem in
het hoogste ressort worden beslist.
Dat zjjn van die tooueeltjes, den schilder,
maar ook den mensch waardig. In de
wereld der kleinen valt er ook wel eens
een bui, zooals men in April wel eens
thuis komt met een witten hoed, maar toch
mag ze altijd een levensbeeld zijn, die
wereld, waarin het zonnetje van binnen
altjjd scbjjnt en waarin men niet bezorgd
is van een dag, die genoeg heeft aan zijn
eigen kwaad.
In den winter heeft ons huis znlk een
aantrekkende en verzamelende kracht. We
moeten wel eens wat »bij honk* bljjven,
zooals de schooljongens zeggen. Maar ons
geheele leven trekt zich dan ook samen,
daar waar zjjn ware bestemming is. De huis
kamer biedt ons altjjd een gunst aan, dat
een waas van reinheid heeft en een gevoel
van voldaanheid nalaat. Daar vereenigen
onze beste krachten zich op een werk, met
ernst ondernomendaar verruimen we onzen
geest door de gaven der boekdrukkunst;
daar ontwikkelen zich de opvoedende krach
ten in al haren omvang; daar wordt de
arbeid der liefde verricht, die hulp en lafenis
brengen zal aan hen, voor wie het duistere
jaargetijde ljjden en ontbering met zich voert.
De oule vereeniging van de spinnende
poes en de zingende theeketel is naar het
rjjk der sprookjes verwezen. Trouwens, daar
is wel meer veranderd onder de sloopende
hand van den tjjd. Ook daar in de huiskamer,
was het altjjd een komen en een gaan. Ook
daar gaan onze gedachten altjjd terug naar
een verleden dat niet wederkeert en scheppen
zich een toekomst, die zich zelf met een
sluier bedekt.
Welk een wereld dikwjjls tusschen vier
murenwelk een stuk geschiedenis, die zich
afspiegelt in al die dierbare voorwerpen daar
aan den wand of daar op een andere plaats.
speeld
Geen woord meer! Luister Signe: Deze
schurk heeft mjj op dien morgen, toen ik
hem alleen in het bosch vond en naar
Humledalen geleidde, verraden, dat hg je
's nachts op de bergen met een vreemden
man heeft aangetroffen...*
Signe wankelde. Nu begreep zij alles.
Dat was bjjzelfl* kreet zg. »Wee
zjj trad op den vreemdeling toe, die zwjjgend
achteruitweek. Hjj was op het punt zjjn
bewnstzjjn te verliezen.
»Hjj zelf herhaalde Gunnar. »Nu heb
je het zelf bekend hg keerde zich om,
ging aan het venster staan en snikte zoo
hevig, dat zjjn krachtige gestalte er van
beefde.
Het bittere onrecht rchter, dat hg Signe
had aangedaan, was voor deze bjjna te
zwaar om te dragen.
De vreemdeling had zich achter een groote
tafel verschanst en waagde het nauweljjks
adem te halen.
Allen schrikten op, toen Margit eerst met
een duivelachtige uitdrukking op haar gelaat
om de deur keek en vervolgens Astrid
Gulsdatter naar binnen schoof. »Wat is
er?« vroeg zjj gejaagd. »Wie wordt er
vermoord? Margit heeft mjj geroepen. Wie*
het woord bestierf haar op de lippen.
Met den kreet »John!« SDelde zjj op den
vreemdeling toe en sloeg hare armen om
hem heen.
Signe kon nu eindeljjk schreien.
Het volgend oogenblik had Astrid den
brief in de hand, dien Gunnar haar toewierp
en las halfluid: »Kom terstond in de Nord-
stjerneD Een yriend.*
Daar staat de ledige stoel, wier ledigheid
in eere wordt gehouden, zooals de beeltenis
in het hart leeft, van hem of haar, die eens
de eereplaats innam.
Ginds buigt een jonge, gelukkige zieb
over een reeks van kleine voorwerpen, die
de vljjtige hand bewerkt voor den persten
lieveling. Daar, verder, wemelt een kleine
schaar om de wieg, waarin het nieuwe zusje
b°groet wordt, dat de ooievaar zoo juist
bracht, en poedel steekt er zijn harigen neus
tusschen en kwispelstaart, vriendelijk grom
mende.
In die heerljjke, onschatbare tafereelen
van bet huiseljjke leven, 't zjj ze vreugde
of droefheid schetsen, daarin ligt de kern
van onze liefde voor het leven zelf, daarin
vinden we de bloesems dio de levensvrucht
bunnen schenken.
Ook nu gaan we ons weer vereenigen
met de onzen en met onze herinnering en
onze hoop, binnen de stille wanden, die
zooveel ons te zeggen hebben. Laat ons
goedsmoeds zijn en het heilige vuur van vljjt
en menschenliefde maar flink onderhouden.
Het zal ons verlichten en verwarmen, waar
de vlagen van het kille noorden zich paren
aan het duister van den wintertjjd.
Dinsdagmorgen is een bejaarde ongehuwde
dame te Gent vermoord. Alle kisten en kasten
waren opeagebroken en uit de brandkast is
een bedrag van 26000 francs ontvreemd.
Reeds in het vorige jaar werd bjj dezelfde
dame inbraak gepleegd. Toen hebben de
dieven de brandkast tot in de nabjjheid van
het kerkhof gesleept, doch haar niet kunnen
openen omdat de politie hen nazette.
Sinds verleden Zaterdag wordt de dienst
der reizigerstreinen tusschen Antwerpen en
Brussel verricht door locomotieven van uien w
maakselwaarvan de schoorsteen maar half
zoo hoog is als die der gewone. Het onder
houd dezer stoomtuigen vraagt veel meer
zorg en voor het smeren is zelfs eene bjj-
zondere oliesoort noodig; doch dit lichte
nadeel wordt ruimschoots vergoed door eene
groote bezuiniging aan steenkolen.
Volgens den »Temps« zal Picquart in
staat van beschuldiging worden gesteld en
den 12den December voor den eersten krjjgs-
raad te Parijs terechtstaan. De conclusies
van generaal Zurlinden iu dezen zullen heden
Hoe komt Larssen aan dien brief?* riep
Astrid uit. »En wat zjjn dat voor mede-
deelingen? Wat heeft er je toe gebracht, de
plaats weer op te zoeken, die je bij nacht
en nevel hebt verlaten uit vrees voor mjjn
vader en met inspanning van al onze
krachten.*
De tjjd ik dacht, dat de tjjd die on
beduidende gebeurtenis reeds lang uit je
geheugen zou gewischt hebben,* stamelde
John. »Ik
De waarheid!* riep Astrid bevelend.
»Geduld!« smeekte hij. »Als ik had kun
nen vermoeden
Signe viel hem in de rede: »Ik heb ge
zwegen tot nu, Astrid! Ik heb je geheim
bewaard, ten koste van mjjn geluk, mjjn
rust. Ik heb moeten bloeden en ljjden. Nu
zult gjj spreken!*
Astrid keerde zich langzaam tot Gunnar.
Welnu,zeide zjj heesch, »ik heb geen
recht hem te ontzien en jullie op te offeren.
Signe heeft John uit vriendschap voor mjj
in een karriol naar Hamledalen gebracht.
Dat is alles!*
•Halt,* zeide Signe, »nu zal ik spreken.
Het is niet alles. In het bosch heb ik hem
laten staan, om lat hjj mjj zelf zeide, dat
hg Astrid moedwillig had verlaten ik
sloeg hem met de zweep en
•En mjj heeft hij geld gegeven schurk
riep Gunnar uit.
Astrid werd doodsbleek. Zjj zag John in
een nieuw licht zjj vermoedde meer clan
men zeide. Haar hart veroordeelde hem.
Wat zjjn dat voor mededelingen, waar
van je in je briefje schreef?* herhaalde zg
streng.
worden bekend gemaakt.
De minister van koloniën heeft mevrouw
Dreyfas gemachtigd een dépêche naar haar
echtgenoot te zenden door tusschen komst
van den gouverneur van Guyana, die haar
zal doen toekomen aan Dreyfus.
Op bevel van het Hof van Cassatie heeft
de rechter van instructie Josse bjj eene groote
bankiustelling te Parjjs oen 40-tal brieven
van Esterhazy in beslag genomen, alle ge
schreven op het bekende mailpapier en dag-
teekenend van 1804 en '95. Zij bewijzen
dat Esterhazy eerst van het gebruik van dat
papier is afgestapt, toen sommige experts
verklaarden dat het zoo weiai/ ia den handel
voorkwam, dat zjj het niet wisten te krjjgen.
Door de antwoorden in de copieboeken der
bankinstelling wordt de echtheid van Ester-
hazy's brieven ten volle bewezen, die be
langrijke leemten ia het dossier moeten
aanvullen.
Luccheni, de moordenaar van de Keizerin
van Oostenrjjk, is Maandagnacht onder sterk
politiegeleide naarhettuchthuisovergebracht.
Zjjn advocaat had het beroep op het hof
van cassatie dien dag ingetrokken. De
Keizer van Oostenrjjk heeft 20.000 fr. ge
schonken voor de armen te Genève, waar-
scbjjnljjk omdat het proces zoo kalm is
afgeloopen. De Keizer heeft voorts de vjjf
doctoren, die de Keizerin den laatsten bij
stand hebben verleend, benoemd tot com-
mandeur van de Frans Joseph orde. De
eigenaar van het hotel >Beau Rivage*, waar
de Keizerin logeerde, en drie zjjner bedienden,
kregen het gouden Krnis van Verdienste,
en de echtgenoote van den eigenaar kreeg
het Kruis van de Elisabeth-orde.
Volgens de Parjjsche editie van de »New-
York Herald* moet don Carlos reeds 12,000
geweren in Spanje hebben weten binnen te
smokkelen, om zjjne aanhangers te wapenen
en rekent hg op de hulp van duizenden
soldaten, die de houding der regeering in
den jongsten oorlog afkeuren. Zoodra de
vrede met de Vereenigde Staten zal ge-
teekend zjjn, zal bjj een manifest uitvaar
digen, waarin hg dat verdrag laakt en aan
de Spanjaarden belooft, wanneer zjj hem
op den troon plaatsen, zonder civiele ljjst
te zullen regeeren, hun provinciaal zelf
bestuur en betere verdeeling der belastingen
te znllen schenken, alsmede eene sterke
regeering, met ministers, door den Koning
Duivels zjjt gjj, gjj noorsche boeren
brak nu John los. »Die roode slang heeft
mij nog wel in het oor gefluisterd, dat ik
hier veilig was voor mjjne vervolgers. Ha,
ha, hier veilig! Ik ben midden in de hel
terecht gekomen!*
Astrid schudde hem onzacht heen en weer.
•Spreek
•Jjj valsche, kwaadaardige slang bjj
u hoopte ik een schuilplaats te vinden
ik dacht, dat je zoogenaamde liefde steeds
hetzelfde zou big ven en dat wilde ik er ten
minste van hebben dat ik bjj jou verborgen,
mjjne vervolgers zou kunneu bedriegen en
ontloopen nu is dat alles vergeefsch
levert mg uit, gjj tjjgers en vossen, gjj wordt
nog beroemd daardoor.*
Astrid was buiten zich zelve. »Wat be
doelt hg Wat zegt hg
•Ik kende geen plaats ter wereld, die mg
zoo stil en afgezonderd toescheen als juist
Hönefoss niemand behalve Astrid zou
weten, wat morgen de menschen op het
dak zullen verkondigen, d'it ik hier ben, ik,
John, de door de politie vervolgde Engelsch-
man, de valsche speler, die door de schuld-
eischers op de hielen wordt gezeten
Gunnar stoof op, werd opmerkzaam en
Heb ik u onder mjjn bereik gjj
knarste hg.
Een oogenblik van stilte volgde.
•Ja, tjjger,* siste John. »Je hebt mg.
Loop even naar den landvoogd en het is
geschied. Maar eerst
Met een onverwachte beweging beproefde
hjj hem op den grond te werpen.
•Kalmpjes, kalmpjes,* zeide Gunnar be
daard, de banden ran den Engelschman
benoemd, en een parlement als van het oude
Castilië.
Te Straatsburg is de Italiaansche anar
chist Simo aangehouden; bjj droeg een
dolk bjj zich. Men verdenkt hem van mede
plichtigheid aan de daad vau Luccheni.
Prins George vau Griekenland is
anders dan hjj had aangekondigd niet
op Creta aangekomen. Op het oogenblik
bevindt hjj zich nog te Athene, wachtend op
het afloopen van alle formaliteiten, die aan
zjjne installatie vooraf moeten gaan.
De Porte heeft een nieuwe nota aan de
groote mogendheden gezonden met een pro
test tegen de door hen gedane keuze van
gouverneur van het eiland. De Tnrksche
regeering wil zich dns absolunt nogmaals
een vernedering op den hals halen, want
geinstalleerd wordt hg tochdit is aan geen
redeljjken twjjfel onderworpen.
In de laatste dagen zjjn te Birmingham
door het Engelsche ministerie van oorlog
groote bestellingen voor de levoring van
patronen gedaan. De contracten luiden
alia dringend, zoodat alle fabrieken druk
werk hebben. De >King's Norton Metal
Company* heeft de levering van een half
millioen kisten op zich genomen.
De Engelschen hebben een proefje van
den naderenden winter gehad. Over Schot
land, Engeland en Wales hebben een paar
dagen hevige sneeuwstormen gewoed. Iu
Pertshire (Schotland) ligt de sneeuw op
sommige plaatsen voeten hoog. De wegen
izjjn niet meer te gebruiken, terwjjl ook hier
en daar de spoorljjnen onder ware sneeuw
bergen bedolven zjjn. Te Bognor zjjn acht
visschersschuiten gezonken en de gansche
baai ligt vol wrakhout.
In Leicestershire (Midden-Engeland)
heerscht sedert Dinsdag een bjjtende koude,
gepaard met een scherpen Oostenwind. Ook
daar viel Dinsdagmorgen een groote hoe
veelheid sneeuw.
Het slechte weer heeft de boeren zoo
overvallen, dat zjj geen tjjd hebben gehad
hun schapen in veiligheid te brengen.
Groote kudden worden vermist en zuilen
waarschjjnljjk door de sneeuw bedolven zjjn.
In Cumberland en Westmoreland is in
jaren niet zooveel sneeuw gevallen als ge
durende de laatste twee dagen. Te Penrith
ligt zjj hier en daar vier voet hoog, terwjjl
op het platteland alle wegen onbegaanbaar
tusschen de zjjne nemend. »Ik wil je doen
weten dat ik je in mjjn macht heb, hier
in mjjne handen, en het bewnstzjjn genieten,
dat ik je zou kunnen verpletteren of ver
nietigen.*
•Maak het dan kort!* smeekte John,
die doodsbleek werd en wiens toorn plaats
maakte voor den gewonen, laffen angst.
•Wat zal er nu met mjj gebeuren?*
Gunnar liet hem los en wees naar de deur.
•Gal*
•WatJohn bewoog zich niet. Hjj
begreep het niet
•Gal* herhaalde Gunnar kalm. »Boor
je me niet?*
Maar gjj wilt...* stamelde John.
•Lafaard! vlucht!* zeide Gunnar. >Ik
zal tnjj niet aan zoo iemand als gjj zgt
vergrgpen.*
•De politie
•Aan de politie uitleveren dat is mjjn
werk niet. Daartoe is Gunnar Larssen niet
aangesteld. Dus nog eenmaal: Weg!*
Hg wierp nog een blik op Astrid, maar zjj,
zoowel als Signe, zagen niet naar hem om.
Hjj werd nooit meer in Hönefoss gezien.
Astrid verliet nu ook het vertrek, zonder
dat Gnnnar of Signe het bemerkten. Zjj
ging Margit zoeken, maar zjj vond haar
niet. Deze had haar geld onder een stean
bjj den Hönefoss begraven an hurkte daarbjj
neder, babbelend, lachend en tellend, - zjj
was waanzinnig geworden.
Gunnar en Signe stonden tegenover alkaar
in hetzelfde vertrek, waar de ellende een
aanvang had genomen. Gunnar ging naar
Signe toe en sloeg zwjjgend zjjn arm om
haar schouder, voor bet eerst sedert langen
NIEUWSBLAD
BOOR
Buitenland-