Het Land van Heusden en Altena
Brieven ui^ Amsterdam.
FEUILLETON.
Uitgever: L. J. 1
M 1772.
WOENSDAG 15 FEBR.
1899.
VALSCHE BESCHULDIGING.
VO'
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 8 maanden 1.00.
Franco p«r post zonder prgsveihooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
like regel
meer 7% et. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Toen de Staat Amsterdam de helpende
hand toestak in haar strjjd tegen de be
lemmeringen van haar handel, heeft hij
een groote font begaan. Men nam toen
tertijde als onomstooteljjk aan, dat 't aan
de Nederlandsche kast een onmogelijkheid
was een open haven te hebben, de vloed
zon znlke massa's zand binnenspoelen, dat
ze met alle baggermachines niet bevaar
baar zon kannen gehouden worden. Dit nn
is gebleken een onnoodige bezorgdheid te
zjjn. Rotterdam heeft zijn open haven, n»
hevigen strjjd met de zandgolven bevaar
baar gehouden, doch Amsterdam zit opge
scheept met een kanaal, door sluizen van
de zee gescheiden. Nu heeft de hoofdstad
dit voordeel, dat ze geen voorzorgen heeft
te nemen tegen hooge vloeden, doch daar
staat tegenover dat de handel al 't ongerief
ondervindt aan een afgesloten kanaal on
afscheidelijk.
Wanneer Amsterdam nog geen wapen
bezat en er een biezen moest, zou het niet
beter kunnen doen dan eenvoudig het
Zeeuwsche over te nemen met het opschrift
»ik worstel en hou het hoofd boven.*
Amsterdam heeft, hoewel niet onmiddellijk
doer de zee bedreigd, toch eeuw in, eeuw
uit geworsteld tegen de beletselen door df
zee haar in den weg gelegd.
Graaf Floris V, heeft o.m. ook de vis
sersbevolking aan den mond van der
Amstel begiftigd met het groote voorrecht
tolvrp te mogen handel drijven in de Hol-
landsche waterën. De kooplieden »van deD
Damme* stelden dit voorrecht op hoogen
prijs. Ze dreven toen reeds uitgebreider)
handel. Van denzelfden Floris wordt te
Lobeck nog een brief bewaard, waarin
geprotesteerd wordt tegen bet nemen van
een kogge, daar terstede genomen, verdacht
van zeeroof. Er werd toen reeds gevaren
naar de Oostzee en met de streken om de
Zuiderzee een levendigen handel gedreven.
Maar de Zuiderzee bleek een onbetrouw
bare vriendin te zjjn. Over 't geheel slechts
c. 5 M. diep werd ze vóór het IJ steeds
ondieper en eindeljjk verrezen er zulke zand
banken dat het voor geladen schepen nief
meer mogelijk was de stad te bereiken.
Toen vond men de bekende »scheeps-
kameelen* uit, schuiten met water gevuld,
ter weerszijden langs het schip aangebracht,
In het voorjaar van '48 had ik de op
dracht gekregen, een jongmensch te ver
dedigen, dat beschuldigd was, een postbode
te hebben overvallen en beroofd. Ik had
een langdurig onderhoud met mjjn cliënt
en daarin bekende bjj mg, dat bjj met
eenige losbandige makkers een uitstapje had
gemaakt naar Topham en dat zjj op den
terugtocht naar Jackson den postbode ont
moetten, die te paard van die plaats kwam.
Eenige van zjjn makkers waren zeer
dronken en dezen stelden voor den man
tegen te houden en zich van zjjn zak
brieven meester te maken. De wegen waren
zeer modderig, waardoor de postkoets niet
kon rjjden. Mjjn cliënt verzekerde mg, dat
kÖ niet alleen niet bad medegedaan aan
den diefstal, maar dat bg zelfs getracht bad,
zgn makkers daarvan terug te houden. Maar
zjj wilden niet naar hem luisteren. Een
hunner sloop achter den postbode en wierp
hem van zgn paard. Toen bonden en blind
doekten ze hem en na hem aan een boom
te hebben gebonden, namen zjj zgn brieven
zak en liepen weg naar een naburig veld,
waar zjj dezen opensnedenin de verschil
lende brieven ronden zjj ongeveer vgfhon
derd dollars in bankpapier. Hjj ging verder
met hen, doch op geen enkele wjjze had
hg de band gehad in de misdaad. Zij, die
schuld hadden, waren gevlucht en daar de
postbode hem had herkend als een der
personen uit het gezelschap, was hg in
hechtenis genomen. De brievenzak was ge-
die vervolgens leeg gepompt werden en het
schip ophieven.
Dat was een tijdroovend werk en mag
verwondering wekken dat Amsterdam zóó
lang op zulk een onbeholpen manier de
zee te woord gestaan heeft. In het eerste
kwart dezer eenw werd een kanaal ge
graven van het IJ tegenover Amsterdam
naar den Helder, een voor dien tjjd reus
achtig werk, waardoor zeeschepen gelegen
heid kregen tot voor de hoofdstad te komen.
Maar ook deze weg was uiterst tjjd-
roovend. Van den Helder tot Amsterdam
werden de schepen gesleept, waartoe achter
eenvolgens een 25-tal paarden en 3 dagen
tijd benoodigd waren. En de schepen werden
grooter, 't kanaal had slechts bescheiden
afmetingen, de sluizen idem ook deze
weg kon op den duur den handel niet vol
doen en men besloot een anderen weg in te
slaan.
Na veel vjjven en zessen, te veel om hier
te noteeren, werd eindeljjk aan een maat
schappij op aandeelen vergunning verleend
het westelijk IJ te dempen en een door
vaart door de duinen te graven. Let wel
dat tegeljjkertjjd Rotterdam haar waterweg
kreeg op kosten van den Staat. Van '65
tot '76 is er aan gewerkt en 't Noordzee
kanaal voldeed aan alle eischen. Binnen 5
jaren was de tonnenmaat der ingeklaarde
schapen verdobbeld en 15 jaar later nog
maals verdubbeld.
Doch de zeekasteelen bleven doorgroeien
en een kanaal doet dit nu eenmaal niet.
Al had het sluizen, waarin schepen van over
de 100 M. lengte schutten konden, een wijdte
over den bodem van 27 M., een diepte van
7.5 M. en een lengte van slechts 27 K.M.
al spoedig kwamen klachten. Met prij-
zenswaardigen spoed werd daaraan tegemoet
gekomende diepte werd op 9 M. gebracht,
de bodemwjjdte op 31 M. en in '96 werd
een nieuwe sluis in gebrnik gesteld, die
225 M. lang, 25 M. breed en 10 M. diep
is. En toch zjjn we nog niff waar we wezen
moeten. Wat loch is het geval? Schepen
die meer dan 20 M. breed zgn kunnen ja
door de sluis, maar over het kanaal liggen
op 3 plaatsen brnggen, waar de kanaal
wijdte slechts 19 M. is, zoodat de groote
schepen o.a. van maatschappjjen te Ham
burg en Bremen en Amerikaansche van de
ljjn Holland-Amerika Amsterdam niet kun-
uen aandoen.
vonden en ook de brieven. Die brieven,
waaruit het geld was gestolen, werden
achtergehouden op last van den officier van
justitie, en een duplicaat er van werd ge
zonden naar de verschillende personen, aan
wie ze gericht warende bijzonderheden
werden er tevens bjj vermeld. Deze brieven
werden mjj gegeven voor mjjn onderzoek
en ik had ze weer teruggegeven aan het
openbaar ministerie.
Tegen twaalf uur was ik met mjjn voor
bereidende werkzaamheden klaar, en daar
de zaak niet voor den volgenden dag voor
kwam, ging ik in den namiddag naar het
gerechtshof, om eens te zien wat er werd
behandeld. De eerste zaak die aan de beurt
was, was een diefstal en de beschuldigde
was een jong meisje, niet ouder dan zeven
tien jaarzjj heette Elisabet Mad worth. Zij
zag er heel aardig uit en de uitdrukking
die op haar gelaat lag, was zoo zacht, zoo
onschuldig, als ik nog slechts zeer zelden
van een beschuldigde gezien had. Zjj was
beschuldigd honderd dollars te hebben ge
stolen van een zekere mevrouw Naseby; en
uit het verloop der zaak bleek het mjj, dat
deze, een rjjke weduwe, die in de stad
leefde, de meesteres was van de beklaagde.
Het arme meisje verklaarde haar onschuld
in de meest hartstochtelijke bewoordingen
en riep God tot getuige, dat zjj liever wilde
sterven, dan stelen. Maar de omstandig
heden pleitten sterk tegen haar. Er waren
honderd dollars in banknoten gestolen uit
de kamer van haar meesteres en zjj was de
eenige, die daar toegang had. Op het oogen-
blik, toen de meesteres haar getuigenis at-
legde, greep een jongmensch mg bg den arm.
»Ze hebben me verteld, dat u een knap
advocaat zjjtl* fluisterde hjj.
De regiering heeft voorgesteld hieraan te
gemoet te komen. De diepte zal gebracht
worden op 10 M., de bodemwjjdte op 50 M.
en van de drie bruggen zal er een ver
vallen die bij Velsen, welke door een
stooropont wordt vervangen terwijl de
andere vergroot zullen worden. Kosten 7.5
millioen.
Het »zal« schreef ik daar, doeh zeker is
het nog niet. De Vertegenwoordiging moet
nl. daarop haar sanctie geven en men is
hier op dit punt niet geheel gerust. Zoo
klein kan een land niet zgn ot er doemen
tegenstrijdige belangen op. »Men« vreest
dat het platteland uit jaloerschheid de stad
dit offer uit de schatkist niet guDnen zal.
Ik kan dat echter niet aannemen. Niemand
zal toch zoo onnoozel zijn te raeenen, dat
't geen in Amsterdam en Rotterdam met
den handel verdiend wordt, tot deze plaatsen
beperkt blijft en niet zijn nawerking doet
gevoelen ver baiten het gebied dezer ge
meenten. Een stad als Amsterdam, die on
geveer 30 percent betaalt in de rijks directe
belastingen mag wel op een beetje tegemoet
koming rekenen van het landsbestuur.
Over dit alles en nog veel meer is in den
breede gesproken op een vergadering in
Stroncken belegd, door verschillende ver-
eenigingen, in de hoop dat deze stem van
den Handel niet die eens roependen in de
woestjjn zjj.
A. 12 Febr. '99. J. L.
Zaterdagmiddag is een sneltrein nabjj
Saint Qientin gereden tegen den sneltrein
uit Brnssel en Keulen, die voor den eersten
trein uitreed. Twintig reizigers werden ge
kwetst, van wie één ernstig.
Omtrent dit spoorweg-ongeluk wordt
nader gemeld
De sneltrein no. 122 van Keulen naar
Parijs, die een paar minuten te laat vertrok,
werd door den sneltrein 124, van Erque-
lines en eveneens naar Parijs bestemd, in
gehaald, doordat de machinist van den laat-
sten trein de baan voor vrij hield.
Met een vreeselijken schok liep de loco
motief van sneltrein 124 op de achterste
wagens van trein 122; die gedeeheljjk wer
den verbrijzeld. Acht en dertig reizigers
werden gewond, meest aan 't hoofd, de
armen of de beenen. Nederlandsche namen
»Ja, ik ben advocaat,* antwoordde ik.
>0 mijnheer! Red haar dan! U kunt het
zeker doen, want zjj is onschuldig!*
>Heeft zjj geen advocaat?* vroeg ik.
»Neen, niemand wil iets voor haar doen.
O, red haar toch en ik zal u alles geven
wat ik maar heb. Ik kan u niet veel betalen,
maar ik zal nog wel wat kannen krijgen.
Ik dacht een oogenhlik na. Ik wendde
mijn hoofd naar de gevangenezjj keek
mjj aan op dat oogenblik. Het zwijgend
smeeken, dat ik in haar groote met tranen
gevulde oogen las, deed mjj oogenblikkeljjk
een besluit nemen. Ik stond op, ging naar
het meisje toe en vroeg haar of zjj wilde,
dat ik haar verdedigde. Zjj zeide »ja«. Toen
deelde ik den rechters mede, dat ik mjj
met de verdediging der beschuldigde wilde
belasten en ik werd aanstonds aangenomen.
Ik verzocht om een oogenblik schorsing,
opdat ik met mjjn cliente zou kunnen
spreken. Ik ging naast haar zitten en vroeg
haar, mg de geheele zaak eens klaar en
duideljjk uit te leggen. Zjj vertelde mg, dat
ze bijna twee jaar bg mevr. Naseby had
gediend, en dat zjj gedurende al dien tjjd
nooit eenige onaangenaamheid had gehad.
Ongeveer twee weken geledeD, zeide zjj,
verloor haar meesteres honderd dollars.
»Zjj miste die uit haar latafel*, vertelde
het meisje mg, »en zij vroeg mij er naar,
maar ik wist er niets van. Het eerste wat
ik hoorde was, dat Nancy Luther aan me?r.
Naseby vertelde, dat zjj mjj het geld uit de
latafel had zien nemen, dat zjj mjj door
het sleutelgat bespiedde. Toen doorzochten
ze mjjn koffer en ze vonden er vjjf-en-
twintig dollars van het vermistte geld in.
Maar, waarijjk mjjnheer, ik heb bet nooit
weggenomen iemand anders moet het
treffan wij onder de lijst van gewonden
niet aan. Na vier nur vertraging kon de
trein de reis voortzetten.
Een vreemde moordaanslag is Vrjjdag-
nacht in den trein Bordeaux-Parjjs beproefd.
Een reiziger die alleen in een comparti
ment zat te dommelen werd wakker door
een sterke lucht van wijngeest. Opstaande
bemerkte hij, dat een man op de loopplank
stond die het portier trachtte te openen.
De reiziger trok aan de noodrem en de
man verdween. Toen de trein stilstond
ontdekte men, dat er een gat in den want
gehoord was boven de plaats waar de
reiziger had zitten slapen en dat men met
een ijzerdraad daarin een caontehonc-huis
had aangebracht, waardoor chloroform onder
den neus van den reiziger werd geblazen.
De dader, bljjkbaar meenende dat deze
bedwelmd was, had toen den conpé willen
binnendringen. Er is geen spoor van hem
ontdekt.
In Frankrjjk vreest men nog altjjd, dat,
wanneer de zaak Dreyfus eenmaal opnienw
behandeld wordt, de generale staf in een
oorlog afleiding zal zoeken. Toch moet deze
vrees zeer overdreven genoemd worden. De
meeste generaals zgn oud. De pretendenten
zijn groote nullen. Zoo er een uitstekende
persoon was, had die allang van de ge
legenheid gebruik gemaakt.
De vertegenwoordiger der Daily Tele
graph* te Cayenne heeft een onderhoud
gehad met den president van het gerechtshof
aldaar, die juist was teruggekeerd van een
bezoek aan het Duivelseiland. De president
weigerde een volledige mededeeling te doen
van hetgeen de gevangene verklaard had
op de vragen van het Hof van Cassatie,
maar wel gaf bjj de verzekering, dat die
verklaringen duidelijk waren en een nieuw
licht op de zaak zullen werpen.
Dreyfus geniet een goede gezondheid.
Goed ingelichte personen te Cayenne ver
zekeren, dat hjj naar Frankrjjk zal terug-
keeren, doch dat zulks wordt geheim ge
houden.
De onder verdenking van spionnage ge
arresteerde gewezen Fransche korporaal der
genie Decrion heeft in de gevangenis reeds
sedert drie weken geweigerd iets te eten,
vermoedeljjk met het doel, zich te laten
doodhongeren. Hij werd spoedig zóó zwak,
geld daar hebben neergelegd
Ik vroeg haar, of zij iemand verdacht.
Ik zou niet weten, zeide zij, wie het
anders zou hebben kannen doen dan Nancy.
Zij heeft nooit van mjj gehouden, omdat
zij dacht, dat ik beter behandeld werd dan
zij. Zjj is de keukenmeid, ik was de kamer
meid.
Zij beschreef mjj Nancy Luther. Het was
een ruwe, zwaargebouwde meid met een
onbeschaamd gelaat, ongeveer vjjfentwintig
jaar oudzjj had een laag voorhoofd,
kleine grjjze oogen, een stompen neus en
dikke lippen.
O mijnheer, kunt u mjj heipon vroeg
mjjn cliente op angstig fluisteren len toon.
U zei, dat het meisje Nancy Luther heette?
vroeg ik, want er was eensklaps eenig licht
voor mg opgegaan.
Ja, mjjnheer.
Is er nog een ander meisje van dien naam
hier in den omtrek bekend?
Neen, mjjnheer.
Big ft u dan maar bedaard. Ik zal mjjn
uiterste best doen, u te redden.
Ik verliet het gerechtshof en ging naar
den officier aan het openbaar ministerie
en vroeg om de brieven, die ik hem had
overhandigd die, welke gestolen waren
uit den zak van den postbode. Hg gaf ze
mg en, nadat ik er een uit gezocht had,
gaf ik hem de rest terug en zei hem, er
voor te zullen zorgen, dat hjj den eene,
dien ik behield, voor den avond terugkreeg.
Ik ging naar de rechtzaal tersg en de zaak
werd voortgezet. Mevr. Naseby legde haar
getuigenis af. Zjj zeide haar kamer steeds
toe te vertrouwen aan de zorg van de be
klaagde en dat er nooit iemand toegang
had behalve zjj zelf. Toen vertelde zjj van
dat de rechter van instructie genoodzaakt
was, zich naar de gevangenis te begeven,
om Decrion in verhoor te nemen, daar deze
niet vervoerd kon worden. Thans ligt De
crion gevaarljjk ziek in het hospitaal der
gevangenis.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag
zjjn uit het graf van Caprivj de gouden
kwasten gestolen van de kransen, die de
Keizer en andere vorsteljjke personen ge
zonden hadden.
Van af 12 Febr. zal te Londen iederen
Zondag één postbestelling plaats hebben,
wat tot nog toe wegens de Zondagsrust niet
geschiedde. De afzenders van pQr post ver
zonden stukken moeten door het opschrift:
»Op Zondag bestellen* op de enveloppen
enz. hun wenseh daartoe kenbaar maken.
Te Londen weet men geen raad meer met
de ljjken vnn de 130.000 personen, die
aldaar jaarlflks sterven. Men begint ernstig
over de invoering van lijkverbranding te
denken.
De Spaansehe minister van oorlog heeft
besloten de helft der generaals en der offi
cieren bij het leger af te schaffen naarmate
er vacaturen ontstaan.
De president der begrootings-commissie
uit de Amerikaansche Kamer zegt in zjjn
rapport, dat er dit jaar, tengevolge van den
oorlog met Spanje, een tekort zal zjjn van
159 millioen dollars, ongerekend de aan
Spanje te betalen schadevergoeding van 20
millioen dollars voor den afstand der Phi-
lippijnen, zoodat hij de plannen tot een
spoedige verwezenlijking van het Nicara-
goakanaal en tot toekenning van premiën
voor den bouw van koopvaardijschepen,
welke eene uitgaven van 200 millioen dol
lars vereischen, niet kan steunen, maar het
zelfs noodig zal zgn de oorlogsbelasting nog
gedurende minstens twee maanden te hand
haven. En nu heeft president Mc. Kinley
weer een boodschap aan het Congres ge
zonden, waarin hij het leggen van een eigen
telegraafkabel door den Grooten Oceaan
over de Sandwich-eilanden naar de Philip-
pjjnen aanbeveelt.
De commissie door Mac Kinley benoemd
om een onderzoek in te stellen naar het
beleid van den oorlog, heeft met algemeens
steramen een rapport uitgebraeht, waarbjj
het vermissen van het geld en besloot met
mee te deelen, hoe zjj vijfentwintig dollars
vond in den koffer van den gevangene.
Zjj kon er op zweren, dat het wel degelijk
hetzelfde geld was, dat haar ontstalen was,
omdat het twee biljetten van tien en een
van vijf dollars waren.
Mevr. Naseby, zei ik, toen u uw geld
miste, had n toen aanstonds reden om te
vermoeden, dat de beklaagde het had?
Neen, mijnbeer, antwoordde zij.
Had u ha&r ooit van te voren betrapt op
een oneerlijkheid
Neen, mijnheer.
Mevr. Naseby verwijderde zich hierop en
Nancy Luther nam hare plaats in. Onbe
schaamd keek zjj om zich heen en op mij
wierp zjj een wantrouwenden blik, alsof zg
wilde zeggen: »Doe mjj eens wat, als ge
kunt.* Zij gaf haar getuigenis als volgt:
Op den avond toen het geld was gestolen,
zag zjj de beschuldigde de trap opgaan, en
door de sluiperige manier, waarop zg naar
boren ging, vermoedde zij, dat er iets niet
ia orde was. Elisabeth ging in de kamer
van mevr. Naseby en sloot de deur achter
zich. Ik sloop naderbij en keek door het
sleutelgat en zag haar zoeken in de latafel
van mevrouw. Ik zag haar het geld er uit
nemen en ia den zak steken. Toen bakte zg
en nam de lamp op en toen ik zag, dat zjj
op dear toeliep, haastte ik mjj om weg te
komen. Vervolgens vertelde zg dat zg haar
meesteres had gewaarschuwd en had voor
gesteld den koffer van het meisje te door
zoeken. j
LAND VAN ALTENA*
iimwiiui
IIII Mlll'fci Uil»""
Buitenland.
eva».. djismihmii
(Slot volgt.)
■a