Hel Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelenvaard.
FEUILLETON.
De nieuwe Kok.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
M 1910.
ZATERDAG 9 JUNI.
1900.
Een nieuwe regeling
der levende strijdkrachten.
TRANSVAAL en ENGELAND.
Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG,
ibonaementiprpi: per 3 maanden f l.OO.
Franco per poet zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elke regel
meer 7*/* ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
L
Wat men verstaat onder levende strijd
krachten is van genoegzaam algemeene be
kendheid.
De levende strijdkrachten staan tegenover
of, beter gezegd, naast de doode. Een vesting
of fort, een oorlogschip, een stuk geschut,
ziedaar zoovele doode weermiddelen. De
mannen, die ze bezetten of bedienen en die
het grondgebied tegen den vijand verdedigen,
zjj vormen de levende weermiddelen.
De doode weermiddelen zjjn ingericht zoo
als bjj de zoogenaamde vestingwet is bepaald.
Over den aanbouw van oorlogschepen wordt
jaarljjks beslist bjj de behandeling derStaats-
begrooting.
De samenstelling en inrichting van het
leger berust echter grootendeels niet op een
wetteljjken grondslag en is bovendien ver
ouderd. Aan een vaste regeling, meer in
overeenstemming met de eischen van den
tgd, bestond sinds lang behoefte en daaraan
heeft de regeering getracht te voldoen, door
de indiening van een tweetal wetsontwerpen,
die ten doel hebben eene nieuwe legeria-
richting daar te stellen en, in vsrband daar
mede, de militiewet te herzien.
Wanneer wjj hier al dadelijk melaDelen,
dat eene aanzienlijke uitbreiding van het
leger beoogd wordt, dan is het dnidtdjjk
genoeg, dat de regeering haar tjjd vrjj goad
gekozen heeft, daar, onder den indruk der
Transvaal-gebeurtenissen, de volksgeest zeer
ten gunste van verhooging der weerbaar
heid gestemd is.
Alvorens hierop verder in te gaan, volge
eene korte, geschiedkundige herinnering.
Toen, na de herstelling onzer onafhan
kelijkheid, in 1815, de grondwet voor het
Koninkrijk der Nederlanden tot stand kwam,
toen ging men van de gedachte uit om e»n
zoogenaamd staand leger te hebben en, be
halve dat, eene militie en schutterijen.
Onder een staand leger verstaat men een
vast aangenomen krijgsmacht, die altjjd in
dienst is, ter wjj 1 de militie slechts bjj nood
zaak onder de wapens kouit en in vredes-
tjjd naar de haardsteden terugkeert, terwijl
eene schntterjj dient om de binnenlandsche
rust te verzekeren en het grondgebied mede
te helpen verdedigen in geval van dringende
noodzakelijkheid.
Feiteljjk hebben wjj dus nooit een militie
gehad. Wjj hebben altgd gehad lotelingen
Eene Humoristische Vertelling
GEORG HöCKER. 11)
»Dat begrjjp je niet! Neem nu eens die
bespottelijk sentimenteels Heine, ,'t Knarst
in mjjn ooren, als ik zjjn lied aan de ze»
hoor lezen of zingen. De gedachte op zich
zelf is heel goed, maar die weeke onvoldoende
uitvoering.*
>En jjj hebt dat lied omgedicht?*
»Hoor en oordeel zelf!* zei Staffer, bran
dend van begeerte, om zjjn geestesproduct
aan den man te brengen. »Verwacht toch
niet van mg dat ik aldus begin
De zee weerhield haar golfgebruisch, toen
d'avondglaDsen stegen.
Wjj zaten voor het eenzaam visschershnis;
we zaten alleen en zwegen.
Welk eeD gekkepraat, alsof men met zjjn
tweeën alleen kan zitten
>lk ben nieuwsgierigTrek van leer!*
Staffer begon
»De zee weerhield haar golfgebruisch bg
't laatste schemerlichtje;
Yoor 't kleine stille visschershuis, zat ik
eenzaam met mjjn nichtje,
De zeemeeuw slaakte een wilden kreet, ds
storm sloeg als een knuppel.
Aan 't. oog van mjjne nicht ontgleed, een
enk'le tranendroppel.
Ik zag hem vallen al op haar arm'k
en vrijwillig dienenden, en niet afzonderlijk,
maar in één leger bjj elkaar.
In de grondwet, zooals ze laatsteljjk in
1887 gewijzigd is, wordt dan ook van een
staand leger, van militie en van schutterijen
niet meer gesproken en dus eenvoudig aan
den wetgever overgelaten om eene regeling
daar te stellen, die het meest in 's lands
belang is.
Verschillende' pogingen, daartoe reeds
aangewend, hadden echter geen gevolg.
Aan de thans voorgestelde plannen voor
spelt men een beter lot, te meer omdat
reeds eene wjjziging der militiewet tot stand
gekomen is. Zooals men weet, werd daarbjj
de plaatsvervanging afgeschaft en reeds nu
ondervindt men daarvan vrg goede gevol
gen, daar de afwezigheid van rem pDg anten
en vooral het intreden van meer beschaafde
jongelieden het gehalte van het leger blijk
baar verbetert.
De regeering is bg de samenstelling van
hare voorstellen voor de nieuwe regeling
van het standpunt, uitgegaan, dat wjj, of
schoon clan ook tegen onzen wil, toteenen
oorlog kunnen genoodzaakt zijn, althans
tot eene verdedigingsoorlog, en dat de
sterkte van het leger daarmede in over
eenstemming moet wezen, wat thans niet
het geval is.
Niettegenstaande dit beginsel bevat het
ontwerp der legerhervorming niet het be
ginsel van den algemeenen dienstplicht en
dit verhoogd zeer de kansen van aanneming
door de volksvertegenwoordiging, want ons
volk is niet bjjzonder militair gezind en
daarom is da algemeene dienstplicht bjj ons
ook niet zeer in aanzien.
Vrjj algemeen is men van meening ge
weest, dat de eigenlijke loting wel eens
zou worden afgeschaft en aan alle daartoe
geschikte manneljjke ingezetenen de ver
plichting tot het dragen der wapenen zou
worden opgelegd.
Uit een oogpunt van billjjkheid is daar
voor ook wel veel te zeggen en voora'
wanneer het leger aanmerkelijk wordt uit
gebreid, want hoe minder vrjjs'ellingen van
den dienst, hoe meer er te zeggen valt
voor een beginsel, dat allen even zwaar
drnkt.
Aan den andere kant is het even waar,
dat er niet meer mannen aan den maat-
schappeljjken arbeid moeten worden ont
trokken, dan er bepaald noodig zjjn, en van
deze redeneering is men bg de samenstel
ling van het wetsontwerp dan ook bljjkbaar
liet aan haar voet mjj glippen,
En heb den traan, hjj was nog warm, ge
slurpt met mijne lippen.
Ik heb g en rust meer sinds dien tgd
mijn danken, droomen, wanen
Is gansch door die onzaal'ge meid, ver
giftigd met baar tranen.*
»Ik ben alweer sprakelooszQi Hörner,
die moeite had niet in lachen uittebarsten.
»Niet waar, vriend, dat is poëzie. Heb je
dat begrepen »En heb den traan, hjj was
nog warm*, voelt men dan niet hoe hjj daar
neerligt En dan, >Ik heb geen rnst meer
sinds dien tjjd?*
>Ja, dat heeft me ook getroffen!*
»Ziet men niet ho8 hij dro >mt, denkt,
waant, maar zonder rnst Maar dat domme
publiek en die omkoopbare loonslaven, die
men critici nofcmt. Ik heb het ding naar de
grootste dagbladen gezonden. Ze zonden 't
me terug met de opmerking, dat ze voor
deze parodie geen plaats haddenParodie
Bespottelijk.*
Hjj zou nog lang voortgepraat hebben,
als niet juist de kwikzilverachtige gestalte
van den commissionair Fiedler aan den in
gang van den tuin ware verschenen, en
Hörner bemerkend, op deze we re toegeloopen.
»Zjjt ge daar, niet waar, ik heb niet lang
op me laten wachten?* riep de kleine man.
»Nu willen we de zaak gauw in orde ma
ken Geef me uw papieren en getuigschrif
tenWaar WBart ge vroeger ook weer?*
»Op verschillende plaatsen, maar 't laatste
jaar bij den eigenaar van een riddergoed
Paprikeff genaamd,* antwoordde Hörner,
hem 't verlangde gevend.
>Dien naam moet ik ergens gehoord
uitgegaan.
Buitenland.
Aan een dok in Gent brak gisteren werk
staking uit onder de bootwerkers die aan
genomen waren om een scbip te lossen.
De politie bemoeide er zich mee en werd
bjjna door de werkstakers, die oproerig ge
zind waren, overvleugeld. Iu den nood ge
bruikte zjj baar revolvers, en een van de
stakers, Jan Cocb, bjjgenaamd de Stelter,
een man met eene houten been, viel dood
neer, terwjjl drie andera zwaar gekwetst
werden. De gendarmes slaagds er met moeite
in de orde te herstellen.
Tweeden Pinksterdag bedroeg het aantal
bezoekers der Parjjsche tentoonstelliag
514.668, wat met den vorigen dag voor de
feestdagen een totaal maakt van 1.030.368
personen. De tentoonstelling van 1889 werd
tijdens de Pinksterdagen bezocht door
647.371 personen. Tot dasver zjjn 8 millioen
tickets voor de Tentoonstelling verkocht.
Men schat het aantal bezoekers dit jaar op
ongeveer 50 millioen.
De Vesuvius werkt opnieuw. Rookko
lommen stjjgen weer tot groote hoogte op
en men hoort herhaalde malen uitbarstingen
De onderkoning van Engelsch Indië seint,
dat le cholera te Bombay nog steeds voort-
woedt. De toestand is hoogst ernstig, daar
de meeste opanbars werken in deu steek
zjjn gelaten. In de provincie Bombay ont
vangen 1.157.000 menschan ondersteuning.
Het geheele aantal ondersteunden is
5.770.000.
Het schandaal van de manifestaties van
Mafeking gaat zich thans toch weer her
halen, schrjjft de Londensche correspondent
van de >Petit Bleu*, bjj het ontzet van
Pretoria. Georganiseer le benden van zakken
rollers oefenen brutaal huu beroep uit onder
de oogen der politie, die iu de dichte menigte
niets kan uitvoeren.
Een aantal van deze heeren heeft men
te pakken kunnen krjjgen, doordat de me
nigte zelf ze aan de politie overleverde. Dat
is echter niet zonder geweld gegaan. De
hoeden vlogen door de lucht en vrouwen
werden bewusteloos in het gedrang. De op
zjjn Amerikaansch toegebrachte vuistslagen
bezorgden menigeen een bloedenden neus.
Het door Chamberlain gegeven voorbeeld
vindt navolging.
John Burns, lid van het Engelsche La-
hebbenMaar dat doet er niet toeOch,
wacht me hier ik zal dadelijk met den
heer Schurich komen Daarmee liep hg snel
naar 't hotel.
»Maar een beetje vlug, ik wacht al
lang genoegriep Hörner hem na.
Staffer was opgestaan. Hjj wankelde een
beetje. »Ik wil je niet langer storen; de
wjjn heeft me een we-nig opgewonden. Tot
van avond in de keukenMaar, woord
houden
»Tot ziens! Je kant op me rekenen!*
verzekerde Horner en schudde zjjn vriend
de hand.
Jan scheen maar op dit oogenbljjk ge
wacht te hebben. Nu schoot hjj vooruit en
trad Staffer in den weg. »Hé, asjeblieft
eerst betalen zei bij lomp.
Maar deftig wees Stuffer naar den la
chenden vriend. »Een Duitsch dichter betaalt
niet!* riep hg en verdween in een laantje.
»Kom maar hier, kellner, wjj zullen de
rekening wel in 't reine brengenwat
ben ik u schuldig?* zei Hörner.
»Twea fl-wschen Rautenbacher van zeven,
de rekening vau mgnheer is te zamen vijf
tien mark!* rekende de oberkellner haastig.
>Daar, houd het dn ar maar af.«
»L>adeljjk, mgnheer!*
Apropos! komt hier soms een mgnheer
dr. Madtke?*
Zeker, hjj is stamgast in den tuin,
hg kan ieder oogenblik komen, wjj
wachten hem, parole d'honneur!*
Hörner zag op. »Dat klinkt zoo franzo-
8isch, zjjt ge een Franschman?*
>Parfaitement!« pocht*) de geld wisse
lende Jan.
gerbuis en leider der Engelsche socialisten,
heeft te Batterseau voor 500 van zijn kiezers
een rede gehonden over den oorlog met
Transvaal.
»De oorlog,* zeide hjj, »zal ons 50.000
man en 200 millioen pond sterling kosten.
Welke zjjn de voordeelen, die wjj er van
zullen trekken?*
In weerwil van het geschreeuw vau een
deel der aanwezigen, slaagde Burns er in
het lawaai te beheerschen met zjjn prach
tige stem van volkstribuun
»Wat met het zwaard slaat,* riep hjj
uit, »zal door het zwaard omkomen. Wie
anderen de vrjjheid weigert, berooft zichzelf
van ieder recht op vrjjheid. Men heeft mij
gezegd, dat mjjn woorden mjj mjjn zetel
van afgevaardigde in het Lagerhuis zoulen
doen verliezen. Ik verlies liever mjjn zetel
dan mjjn gewetensrust. Ik wil de Btemmen
van de partjjgangers van Rhodes, van de
jingo's en de imperialisten niet.*
De te Sjanghai verschjjnende China Ga-
zette zegt op het hoogste gezag te kunnen
verklaren dat de Keizerin-weduwe da re
geering te Peking last heeft gegeven, het
liever tegen heel Europa op te nemen dan
de beweging van de Boksers te keeren.
Engelsche jingobladen beweren, dat Japan
najjverig is op de overwegende rol, die
Rusland in China schijnt te willen spelen
en zich er op voorbereidt het czarenrjjk den
oorlog te verklaren. Een en ander wordt
afgeleid uit de omstandigheid, dat ia Japan
een kabinetscrisis is uitgebroken en dat
markies Ito, het hoofd van de anti-Rus
sische partg, bel ist is met de vorming van
een nieuw kabinet.
Eeu inzender iu de »Times« deelt een
aantal belangwekkende bizond>rheden mee
over bet Genootschap van de Boksers dat
zulk een groote rol spoelt in de beweging,
die op het oogenblik in China gaande is
tegen de vreemdelingen en de westersche
beschaving.
De eigenlijke naam van het genootschap
is I-ho-tsj'oean, wat vertaald kan worden
met Bond van vereenigde Patriotten.* Waar
de naara Boksers* vandaan komt is on
zeker. Het is mogelijk dat die naam hun
door het volk is gegeven wegens het ge
wicht dat de leden aan lichaamsoefeningen
hechten, of om lat tsj'oaau, het laagste ge
deelte vau hun na-m, ook vuieten beteekent.
Het inpalmen van Chinease'n grondgebied
door Dnitschland, Rnsland, Eugelaud en
Fraukrjjk vestigde onder de Chineezen de
overtuiging dat de voornaamste bron vau
de internationale verwikkelingen in de pro-
»Ziet ge er daarom zoo interessant uit 1
Vanwaar zjjt ge dan geboortig?*
»Uit Potsdam!* zei Jan, die altgd nog
met geldwisBelen bezig was.
Hörner lachte luidkeels. »0 jou, ouwe
zondaar! dat is zeker een Fransche kolonie.*
Mille fois pardon! Ik heb versproken
mjj ik ben Franschraan van bestemming,*
stotterde de in de engte gedreven Jan.
»Wat u zegt!*
»Oui monsieur, toen ik geboren moest
wordt n, heeft mjjn moeder zich verkeken
aan een Fransehea cavalier met grooten
langen snorbaard!*
»Een merkwaardige vrouw, en sinds
dien tgd spreekt ge Frausch?*
Jan hoestte en telde haastig geld terug.
>Vjjt.... tien.... en tisn maakt twintig
mark.*
»Ho ho, wonderkind! je hebt me maar
vier mark teruggegeven!*
>0, o, mille pardons!* stotterde Jan. Ik
heb me verkeken.
»Zoo; het verkijken schjjut wel eea fa-
mili fout bg u te zjjn.*
>Daar is dr. Madtke 1* stotterde de ober
kellner iu de hoogste verwarring, en wees
op een in 't licht gekleede, nog jeug iigen
man, die juist den tuin in kwam.
In 't volgend oogenblik lagen de baide
vrienden in elkanders armen.
Bruno, ben jij 't, of ben je 't niet?* riep
de aangekomene en zette den blinkenden
bril recht.
»In hoogst eigen persoon,* gaf Hörner
lachend ten antwoord.
>Maar verklaar me eens.
Hörner wenkte Jan. Breng nog een fl esch
patranda van de zendelingen was geleden,
en dat hnn moeilijkheden ten einde zouden
zijn als men de zendelingen en hun bekeer
lingen uit den weg had geruimd. Zoowel
hjj de woelingen in Szoe-tsjoean, die door
Ju-Man-tsj waren aangestookt, als in den
opstand van de leden van bet »Geno->tschap
van het groote Mes* aan de grenzen van
Sjan-toeeng, Anhwei en Kiang-soe werd pro
paganda gemaakt voor deze nieuw8 leer.
Dezelfde denkbeelden hebben geleid tot da
tegenwoordige woelingen van del-ho-tsj'oean
in Sjantoeng, de provincie waarin Kiaotsjou
en Wei-hai-wei zjjn gelegen en waar de
de uitbreiding van het spoorwegnet op zoo
veel verzet is gestuit.
In het vaandel van het genootschap is
het devies geschreven>Handhaaf de dy
nastie, jaag de vreemdelingen w«g.« Ju-
hsien de vroegere goaverneur van Sjantoeng,
deed niet alleen niets om het genootschap
te onderdrukken, maar steunde het zelfs
heimelijk, en de nieuwbenoemde gouverneur,
Juan Sjih-kai scbjjnt met zjjn op Europaesche
wjjze geoefende troepen ook maar weinig
ge laan te hebben om de beweging tegen
te gaan. Dezer dagen is gemeld dat de Bok
sers op Peking aanrukten en overal het
land verwoestten. In de kampen van Tsji-li
zjjn genoeg troepen om de beweging te
on lerdrukken, maar het is zeer d9 vraag
of de Chineesche soldaten de bevelen van
hun officieren zouden gehoorzamen. In de
laatste twee jaren hebben dan ook generaal
T'oeng Foe-hsiang, die te Peking zeer iu
de gunst staat, en zjjn woeste Kansoeh
troepen, dezelfden die schuldig waien aan
den aanval op de ingeneurs van den spoor
weg naar Peking, ongeveer twee jaar ge
leden, oponljjk erkend dat de leus die het
genootschap in zjjn vaandel droeg, hun volle
instemming had. Bierin ligt het gevaar. On
getwijfeld zal de opraarsch tegen Peking
gestuit worden. Maar, tenzjj de beweging en
haar nana.-.ngers worden uitgeroeid, zullen
deze gevaarlijke elementen over het land
verspreid big ven, en worden de kwale dagen
slechts uitgesteld. Het is een oogenblik waar
op, niet alleen in h8t belang vaa de wes
tersche volken, maar van China zelf, een
doortastende politiek en een eensgezind op
treden noodig zijn. (N. R. Cc.)
President Krager heeft aan de Naw-
Yurksche Worll zjja dankbetuiging geseind
voor de aan de burgers in Amerika aan
geboden gastvrjjheid, maar zegt hij, zjj zijn
besloten tot het uiterste te vechtfn voor de
de onafhankelijkheid vaa hua Dal.
Omtrent de overgave van Pretoria seint
Lord Roberts: Even voor het vallen van
den avond werd Dinsdag de vjjand terug
geslagen uit bjjna al zjjn posities. Hamil-
tons bereden infanterie achtervolgde hem tot
op 2000 yirds van Pretoria. Da Boeren
vluehtten snel door de stal. Eeu pirlemen-
wijn, gjj Franschmau van voorde geboorte.*
»En mij de twee gewone eieren met
brood!* riep hem Maltke na.
Jan knikte en trok onder 't heengaan een
diplomatisch gezicht. »Ik zal de heeren eerst
de flesch laten uitlrinken voor ik den pren-
eipaal roep,* besloot hg. 't Is om 't drink
geld
»YVat valt er veel te verklaren?* wendde
intusschen Hörner zich weer tot zjja vriend,
nadat ze plaats hadden genomen. >Ik tele
grafeerde gisteren uit Berljjn, dat ik heden
hier zou aankomen. Jjj telegrafeerde terug,
dat ik j) 's namidlags vast iu 't hotel Oost-
Swiudorf zou vinden. Ik kom eu
»Maar dat wilde ik niet weten, je tele
gram zelf heeft me verrast. Ik dacht dat je
goed en wel bg je rentenierhoe heet hg'
ook, kooktet.*
>Paprikoff!«
»Jaist, ik wist dalelgk dat het zoo iets
gepeperd was. Maar verklaar ms nu
Waarom ik voor dieu waardm keer niet
meer kook? Dat zal ik dadeljjkdoen. Hjj
heeft me namelijk,* zei Hörner en maakte
daarbjj esn beweging van uitsmijten.
Madcke sloeg de banden ineen. Dat is
argl En je heet ja dat laten welgevallen?*
Wat zou 'k doen? Liat ik'tja beken
nen, ik heb een domme streek aitgehaald.*
»Ik wil niet hopen
Dat is niet noodig. Toea ik je bezocht
voor ik de plaats bg den waarden heer Pa-
prikoff aannam, dacht ik warkelgk aaa niets
minder dan aan zoo iets
VAN
(Slot volgt.)
I I im—l muil lil» anw Willi IlilUUM! Wil
(Wordt vervolgd.)