Hel Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Onze Drankwet.
FEUILLETON.
De nieuwe Kok.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
M 1914.
ZATERDAG 23 JUNI.
1900.
Twa
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATEEDAG.
Abonnementsprijs: per S maanden f 1.00.
F anco p«r post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummsrs 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elke regel
meer 7ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Yrjjdagavoisd
ingewaeht.
Het staat te voorzien dat deze wet vóór
de eerstvolgende Mei in 't land komt, heel
wat beroering in 't land zal brengen. En
dat wel door de schuld van den wetgever,
die in 1881 aan 't woord was. Heel sterk
in 't redigeeren van wetten zjjn we niet.
Adres aan onze revisiewet, die met het
speciale doel in 't leven geroepen is om de
zaak der Hoogerhnizen opnieuw aan een
grondig onderzoek te onderwerpen, terwjjl
nu toch de Hooge Raad nog een dear open
gelaten is om er aan te ontsnappen. Adres
ook aan de drankwet van 1881, die tien
jaren geleden een heel andere uitlegging te
beurt viel dan thans. Dit eischt eenige uit
legging.
De drankwet bevat in art. 26 de volgende
bepaling: >Voor de localiteiten, waarin op
1 Mei 1881, zonder strjj 1 met wet of ver
ordening sterke drank wordt verkocht, kan
de vergunning niet geweigerd worden: a.
aan hen, die op voormeld tjjdstip daarin
het bedrijf uitoefende, zoolang hjj leeftb.
aan anderen, gedurende de eerste 20 jaren
na voormeld tjjdstip.
De bedoeling was dat na verloop van 20
jaren het aantal vergunningen zou terug
gebracht worden tot het wetteljjk maximum.
Vandaar dat in een artikel bepaald werd
dat de vergnnning verleend wordt voor 1
jaar, loopende van 1 Mei tot 30 April,
maar en hier komt het gevaarlijke punt
datzelfde artikel bepaalt ook dat de ver
gunning stilzwjjgend voor een jaar verlengd
wordt, wanneer vóór 1 Mei het verschul
digde recht betaald is. Zoolang das de kas
telein zorgt vóór 1 Mei te betalen, behoeft
bïj niets te vragen en kan hem dus niets
geweigerd worden. Gaat de zaak in andere
handen over, dan echter kan de autoriteit
weigeren.
Zóó werd de wet uitgelegd in 1891, door
den Minister van Justitie mr. Snaidt.
Het gevolg va® deze geruststellende ver
klaring was, dat de vergunninghouders in
alle gerustheid den fatalen termijn 1 Mei
1901 zagen naderen, in de veronderstelling
dat ook dan stilzwjjrend hun recht zon
erkend worden. En of men 't nu betreurt
of niet, dat er nog zooveel vergunningen
boven het wettelijk getal bestaan, men zal
moeten toestemmen dat de belangen van een
zeer groot aantal personen zullen geschaad
Eene Humoristisch® Vertelling
GEORG HöCKER. 14)
>In 't geheel nietIk heb Stulpicz tot
afkoelii g order gegeven öubbden cienst te
dotn. Tbans commandeert hg in da ka
zerne ik boor hem in gedachte vlo ken 1
Maar laat ons van verkwikkelgker zaken
spreken! Hoe liet zie je er uit! Waarljjir,
een onverdiend geluk is 't voor me, zoo'n
mooi, lief vrouwtje te hebbe
Daarbij kuste hg Sabine weer hartelijk.
P, prikoffs geduld was ten einde. Met
snelle schreden ging hjj naar 't prieel en
luidde zeide hg: »Ik bid u om verschooning,
als ik u stoor, maur ik wilde mevrouw
vragen, of er reeds een brief van haar man
was gekomen.*
I' aar mijnbeer Paprikoff!* stotterde
Sabine verrast.
Boos bad Stackelsberg dit eerst aange
zien maar toen hg den rustverstoorder her
kende keek hg weer vriendelijk. Paprikoff,
oude vriend, ik dacht dat je al lang in een
ganzedever gestikt waart!* riep hg, vrooljjk
lachend opspringend.
Paprikoff trok een boos gezicht, >Stackels-
berg, zei hjj, je bent een oade zondaaren
zachtjes voegde hjj erbjjwist je dan niet,
dat ze een getrouwde vrouw is?<
Stuckelsberg zag hem eerst verbluft aan.
Toen trok een ingehouden lachje over zjjn
gebruind gelaat. 't Komt me voor, dat
worden, wanneer de tegenwoordige minister
de bedoeling der wet voorop stellende, tegen
1 Mei 1901 het aaatal vergunningen ver
minderen wil. Op dezen datum van 1881
waren er 32000 gelegenheden tot drank
gebruik. Dit getal bedraagt thans 24000,
en de minister stelt voor daarvan nog circa
7000 op te ruimen.
Gaan we nu na hoe de minister zich die
opruiming voorstelt.
Alle vóór 1 Mei 1881 verleende rechten
bljjven van kracht, doch van de andere al
leen die, welke met machtiging van Ged.
Staten verleend zjjn; het getal daarvan be
draagt 930, zoodat er nog 6291 moeten
verdwjjnen.
Zjj nu, die een vergunning hebben, welke
op 1 Mei vervalt kunnen zich voor 1 Maart
wenden tot B. en W., indien ze prjjs stel
len op behoud eu noemen dan het bedrag,
't welk ze er voor ov»r hebben. Dat bedrag
moet op z'n minst l °/0 der huurwaarde en
niet minder dan f 10 bedragen. Die 't
grootste bedrag aanbiedt, krjjgt de vergun
ning. Een beetje vreemd is het dat dit
»grootste I edrag* gerekend wordt in verhou
ding tot de huurwaarde. Die f 800 verwoont
en f 200 aanbiedt, ligt achter bjj een ander
die f 300 verwoont en f 90 vergun ninsrs-
recht wil betalen, daar de laatste 30
en de eerste 25 °/o biedt.
Zjj, die niet tot de gelukkigen behooren,
aan wien het vergunningsrecht geschonken
wordt, kunnen schadeloosstelling vragen.
Als 't ljjden kan zal die bepaald worden
op 5 maal de huurwaarde. Deze schade
loosstelling aan 7291 misdeelden moet wor
den opgebracht door de 16000 gelukkigen
en zal zeker wel 4 millioen bedragen. Vrage
wat er dan voor de schatkist in 't jiar 1901
zal overbljj'en.
Dat is de oplossing door den minister
voorgesteld. De manier komt ons voor niet
heel gelukkig te zjju. Zelfs met schadeloos
stelling is het niet weg te redeneeren dat
tal van vergunninghouders die na 1891
voor grof geld een zaak overgenomen heb
ben, vertrouwende op de letter der wet,
onrechtvaardig benadeeld worden. Hal de
zaak deze bedenkelijke zjjie niet, dan zou
de bedoeling des ministers te prjjzen zjjn.
En dan zon heel wat opgeruimd worden. In
den Bosch moet het getal vergunningen
verminderd worden met 58 °/0, in Gronin
gen met 70, in Maastricht met 56, en in
die jonge dame heel erg getrouwd is,« z*i
hjj met een beteekenisvollen blik op de als
een pioen blozende Sabine.
>En dat zeg je zoo vrjj uit?*
»Ik wil, als ge dut wenscht, dadeljjk mjjn
overtreding boeten!* lachte Stackelsberg en
deed een poging om Sabine weer te om
armen.
»Om geheel de wereld niet!* zei Papri
koff boos, terwjjl hjj zich tus*chen beiden
plaatste en zich tot Safcine wendde. Me
vrouw, als u bescherming nnodig hebt
u kent mjjn belangeloosheid en zacht
voegde bjj er bjjals dat uw man wist
Onder ons gezegd, die Stackelsberg is een
Don Juan van de ergste soort.*
Ongelooflijk, mijnheer P<%prikoff,« ging
Sabine, door een schertsend knipoogje van
haar man daartoe aangezet, op die scherts in.
»Op mjjn woord van eer, mevronw! ver
zekerde Paprikoff zacht. Deze Don Juan
heeft z-lfs eenige weken geleden een oude
scbatrjjke jonge juffrouw om haar geld ge
trouwd, en hier is hg nauwelgks een uur
of hjj betooverd jonge getrouwde dames, is
dat niet vreesljjk?*
De jonge vrouw kon zich bjjna niet goed
houdenzjj wisselde met Stackelsberg een
blik van verstandhouding en z-i toeD »Voor
zoo groote verdorvenheid zjjn geen woorden
te vinden; ik ga heen, mjjuheer Von Stac
kelsberg en hoop u voortaan alleen in ge
zelschap van uw vrouw te zieD. 'k Ben
werkeljjk nieuwsgierig, hoe die oade jonge
juffrouw er uit ziet!*
Met een zilver helder Rchje ontvluchtte
zjj de twee heeren.
Paprikeff mat den eersten luitenant met
een spott.nden blik eu wreef zich mompe
lend de handen. >Die is genezen, wacht
Amsterdam met 29 Waarom echter
niet voorgesteld dit geleideljjk te doen?
Opmerking verdient nog dat dezelfde min.
Smidt, die in 1891 zoo'n milde uitlegging
aan de wet gaf, in 1893 een herziening
voorstelde, waarin hg deze uitlegging her
riep door een bepaling in te lasschen dat
alle na 1881 verleende vergunningen op
1 Mei 1901 zon le* ver rallen. Jammer dat
de Kamer-ontbinding dit voorstel van de
baan geschoven heeft, de drankwet zou
thans, nu de kroon op Modlermans werk
moet gezet worden, geen oneenigheid ver
oorzaken.
Er heerscht zekere ontsteltenis in de
Spaansche regeeringskringen over den loop,
dien de audiëntie, Dinsdag door de Regentes
aan de Madridsche kooplieden en industri-
eelen verleend en waartegen het kabinet
Silvela zich langen tjjd verzette, beeft ge
nomen. Nooit schrjjven de monarchaal
gezinde bladen sinds de regeering van
Karei III, is het hoofd van den staat op
zoo brntale wjjzs toegesproken en in ge
breke gesteld om het ministerie weg te
zenden.
Aan de industrieelen was nog als voor
waarde voor een audiëntie gesteld, dat zjj
niet den toon zouden aanslaan, in hun eerste
petitie gevoerd. Maar hoe groot was de
verbazing van de Regentes en het hof toen
het hoofd der delegatie dadeljjk losbarstte
in verwjjten tegen het kabinet, de Bank van
Spanje en de wjjze, waarop de onderhan
delingen over de jongste staatsleening ge
voerd zjjn.
De Regentes trachtte een eind aan het
onderhond te maken, zeggende dat zjj niet
aan allerlei verhalen en lasterpraatjes het
oor kon lemen; maar in plaats van heen
te gaan, namen vier gedelegeerden achter
eenvolgens nog het woord en spraken met
toenemende heftigheid. Een hunner zeide
zelfs dat de Regentes het conflict in 48 uren
uit de wereld kon helpen en dat het anders
slecht zou afloopen.
Zoo heeft dus de audiëntie, verleend en
naar men mag veronderstellen ook aange
vraagd om een verzoening tusschen de re
geering en de Nationale Unie met haar pro
paganda voor belastingweigering tot stand
te brengen, integendeel de gemoederen nog
meer verbitterd.
maar, Stackelsberg, oude zondaar, je wilt
me dwarsboomen 1 Ik zal je vinden t bromde
hjj voor zich heen.
Stackelsberg wendde zich nu tot hem,
ofschoon bjj moeiljjk zjjn lachen kon be
dwingen. »Zeg nu eens, waarom stoordet
ge ons? We haiden juist zoo'n heerljjk
'ète-a e.<
»Dat heb ik gemerkt; maar mjjn waarde
bedenk eens, een getrouwde vrouwik ben
ook geen heilig boontje, maar
»Oade zondaar, als ik nit de school wilde
klappen
»Nu als ge 't dan wilt wetenwe zjjn
mededingers
»Sinds wanneer?*
>Sinds gisteren en wel in dit zelfde
prieel zat ik met deze dame.«
>Met een getrouwde vrouw dat hoop ik
toch niet!* riep Stackelsberg, die dadeljjk
vlam vatte.
»Ze heeft me haar verdriet geklaagd. Ze
is ongelakkig getrouwd ze heeft een echte
afschuw van haar man.*
»Weet je dat zoo heel zeker?*
»Hjj moet een echte blauwbaard zjjn
»Dat is te denken, daar hg zjjn jonge
vrouw zoo alleen laat rondreizen.*
Paprikoff vatte hem vertrouwelijk bjj den
arm. >Onder ons gezegd: ik heb haar in
haar zwak getast; ze is reeds half en half
besloten zich van haar m»n te laten scheiden!*
>Maar na hoadt de gekheid op!< riep
Stackelsberg.
>Erger je nietzei Paprikoff gemoedeljjk
je kunt toch die jonge dame niet kwaljjk
duiden, dat ze een goeden smaak heeft?*
Voor tien d mgnhter, ik zal u leeren
met uijjn vrouw
»Met uw vrouwviel Paprikoff hem in
De ontevredenheid over de tiend-belasting
in Bulgarjje heeft alweer tot een bloedige
botsing geleid. In het dorp Duran-Knlak,
dicht bg de Rnmeenschen grens, maakten
de boeren het den controleur zoo lastig, dat
de cavalerie uit Dobritsch hem moest ter
zjjde staan. De met geweren gewapende
boeren schoten den ritmeester en een lui
tenant dood, terwjjl verscheidene soldaten
zwaar gewond werden. Een bataillon infan
terie nit Varna is daarop tot herstel der
orde daarheen gezonden. In het gevecht dat
toen volgde zgn 50 boeren gedood, terwjjl
vele andere de wjjk hebben genomen naar
Rumenië.
De regeering heeft als baar voornemen
te kennen gegeven, een censuur op de dag
bladen in te voeren, aangezien deze de meeste
schuld aan het verzet dragen.
De toestand in China is al even ondni-
dnidelijk als die in Znid-Afrika.
Van admiraal Seymour, die met eene
ontzettingskolonne naar Pekin r opgetrokken
is, werd in ruim een week niets vernomen
hjj heet in de eene telegram verslagen, in
een andere daar aangekomenook is het
bericht van zgn dood overgeseind en tot
heden nog niet tegengesproken.
De indruk die de verschillende telegram
men geven, is echter, dat de toestand aldaar
echt Chineesch is.
China is geen rjjk, dat met vaste hand
geregeerd wordt. De macht der bestuurders
is daar even groot als de knoeierjj die onder
eiken tak van bestuur heerscht, en het uit
denken aan de eene zjjde van, het waken aan
de andere tegen allerlei intrigues neemt den
tjjd der staatslieden in beslag.
Wjj herinneren hoe de onderkoning Li-
Hung-Chang, die van alle Chineezen nog het
meest met Europa bekend is, van alle zjjne
hooge waardigheden ontslagen werdzgn
versierselen, veeren en mantel, werden hem
ontnomen, en dat alleen door najjver; wjj
lezen dat de keizerin, die thans alle macht
in handen heeft, in het Paleis opgevoed,
nog nooit d» n koninklijken tuin verlaten
heeftniets dus van de wereld gezien heeft
dan den kleinen kring welke haar omgeeft;
bedorven door de laffe vleiergen der hove
lingen, en niet in staat om thans zelts den
toestand onder de oogen te zien.
Alle mogendheden zenden versterkingen
ter bescherming hunner onderdanen, doch
of 't daartoe reeds te laat is kunnen wjj
de rede, dat is een aardige scherts!*
>Mjjnheer, lach niet! ik duld niet, dat
ge over mgn vrouw spreekt!* raasde Stac
kelsberg.
Paprikoff barstte bjjna van lachen. »Maar,
mjjn best», zoo vang je me niet, hahadat
is zoo'n huzarenstukjeJe wilt me zand in
de oo^en strooien en dan weer naar de
de jonge dame gaanhahaik ben zoo
dom niet als ik er uitzie 1*
»Die man is gek!* »Mjjnheer ik
schreeuwde Stackelsberg, die vuurrood was
geworden.
Maur de steeds lachende Paprikoff vatte
den wederstrevenden man bg den arm en
trok hem met zich voort.
»Dat is te grappig, haha riep hjj. »Kom
vriendje, daarover geen vjjandschap. Wat
ik gezien heb, wil ik vergeten, maar bljjf
in het vervolg dat mooie vrouwtje nit de
weghet helpt je toch nietsde kleine is
tot over de ooren op me verliefdgeen woord
bid ik jeJe zult mjjn «?ast zjjn bg een
klein heerljjk soupeetje, dat ik juist bezig
ben te arrangeeren, tn dan aan tafel, haha!
klinken we op het welzjju van uw vrouw,
die mgn vrouw wordt!*
Intus8chen bevond zich de ongelukkige
Manke alleen op weg naar de in h=>t sou
terrein gelegen keuken.
Rillend keek bg in het vertrek rond, dat
hem grimmiger aankeek, dan een folter
kamer dit een offer in de middeleeuwen
deed. De blinkende potten en pannen sche
nen hem aan te grgnzen, ja zelfs de ver
baasd opkjjkende keukenjongen scheen da-
dclgk zgn incognito te doorzien.
Maar alle tegenkanting hielp den onge-
lufckigen baddokter niet uieer.
niet beoordeelen.
Het gerucht bljjft loopeD, dat alle vreem
delingen in Peking vermoord zgnalvorens
dit echter voor waarheid aan te nemen
eischen desbetreffende berichten nog beves
tiging.
Nadat de mogendheden bericht hadden
ontvangen dat in de forten groote troepen
machten zich samentrokken en de verbin
dingen afgesneden waren, werd door de
vlootaanvoerders een ultimatum gezonden,
en op het eerste vnnr der forten antwoordde
de geheele vloot met een hevig bombarde
mentde schoten der Chineezm waren goed
gericht, zoodat Duitschlands en Engelands
schepen groote schade leden, en naar men
zegt een Russisch schip de lucht in vloog.
Russische troepen steunden van de land-
zjjde dezen aanval en de Chineezm werden
ten 9lotte met de bajonet nit hunne ver
sterkingen gej iagd, waarbjj honderden ver
dedigers sneuvelden.
Dit is het begin van een oorlog, waar-
va^ het einde in de verste verte niet te
zien zal zgn, te minder, wanneer de mogend
heden zonder onderling overleg werken.
Voortdurend big ven alle mogendheden
versterkingen aanvoeren. Zdfs Engeland
ontbloot Engelsch-Indië nog meir, dan nu
reeds het geval is. Het doet thans als de
kwade betaler, die om zich boven water te
houden het eene gat met het andere stopt.
Er is hongersnood in Engelsch-Indië en
wanneer daar nu de vaan des opstands om
hoog gaat, dan zal Albion weten, hoe een
met geweld veroverde wereldheerschappij de
kiem des verderfs in zich omdraagt en hoe
ook zjjn dag zal komen, zooals die kwam
voor Alexander's Rjjk sn Napoleon's heer
schappij.
Een bericht uit Chineesche bron, dat door
plaatselijke vreemde overheden geloofd wordt
zegt, dat de legaties te Peking op 17 Juni
nog ongedeerd waren en dat Seymour met
de vreemde krjjgsmacht Peking bereikte.
Op bevel van den Duitschen Keizsr wor
den twee bataillons marinier» «door vrijwil
ligers uit het leger op oorlogssterkte gebracht
en voor het transport naar China gereed
gemaakt.
Bovendien moet het personeel voor 6 be
spannen kanonnen uit Kiantschou worden
beschikbaar worden gesteld en een geheele
batterjj met personeel uit het leger worden
afgegeven.
»Maar kom dan toch, rajjn beste chef,*
drong Schurich. »Gauw, gauw, ge moet
heden tooverkunst-n volbrengen.*
>0, mgn hemel, ik ben half dood,* steunde
Afndtke.
Schurich wenkte den met open mond toe-
kjjkenden keukenjongen: >Max, gauw rekel,
boezel en muts voor nw nieuwen chef.*
Max haastts zich nit de kast het ver
langde te halen. >Is dat de nieuwe chef!
met een bril op de neus, hjj ziet er uit als
een schoolmeester, zoo dun en mager, ik
denk dat die op z'n latjjusch konkt.*
»De nieuwe chef,* piepte nu Jetje, het
keukenfactoïum, »ik beveel ma wel bjj u
aan
»Waar is mgn dochter?* vroeg Schurich
haar.
»Even in de proviandkamer,* zei Jetje,
>ze zal dadeljjk komen.*
>Nn, dan kunt ge wel later kennis met
haar maken,* wendde Schurich zich tot
Madtke. VIaar wees zoo goed, trek uw
rok uit en deze kiel aan.*
>Die kiel! o ja, als 't u belieft!*
>Zoo, en nu de muts opZou zo u
passen
>0 jawel, ze staat me heel goed!* steunde
de ongelukkige dokter.
»IJ moet het nu maar voor liet nemen
met wat ge van uw voorganger vindt. Mor
gen zult ge wel tgd vinden om uw eigen
goed te laten komen.*
Hier is ook de boezelaar, chef 1 schreeuwde
de k-ukenjongen.
Een oogen blik later had Schurich de keu
ken verlaten en toen begonnen ook de jam
meren van het lot zich uit te storten op 't
hojfd van den kok tegen wil en dank.
Wordt vervolgd)
VAN
Buitenland.