Het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
NAVOLGING.
Uitgever: E. J. VEERMAN, Heusden.
M 2174.
ZATERDAG 20 DEC.
1902.
11 land van altena
L)it blad verschjjnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementiprgi: per 3 maanden f 1.00.
Franco per poet zonder prgsverhooging. Afzonderlijke
n araaiers 5 cent.
Advertentien ran 16 regels 50 et. Elke regel
meer I1/, ot. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentien worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
(Slot.)}
Gemis aan oorspronkelijkheid wijst
op gemis aan karakter, schreven we in
ons vorig artikel. Dat geldt niet alleen
van afzonderlijke personen, maar ook
van dorpen en steden, ja van geheele
volken.
Op geen enkel gebied is dat zoo in
't oog loopend, als op dat der kleeding.
Die wordt beheerscht door de mode, dat
is: door 't geen enkele personen, die
als toongevers of toongeefsters bekend
staan, goed vinden te dragen en dan
haast zich alles wat niet wil achter
blijven om het na te volgen. Men moet
nu eenmaal met haar meedoen óf men
is de spot van de groote menigte. We
herinneren ons den tijd der reusachtige
crinoline (eigenlijk rokken van paarde-
haarweefsel) en de variaties daarvan,
toen elke beschaafde vrouw zulk een
kleedingstuk droeg. Toen was er eene
dame in een groote stad, die den moed
had, om geheel alleen zich te kleeden
in een japon, die nu reform zou heeten.
Wat werd daarover niet gesprokenZij
heette een boonenstaak, uit het water
gehaald enz. enz. Ern toch was haar
kleeding uit een aesthetisch oogpunt
veel schooner dan die van het gros
harer zusteren, die zich de kruisspin tot
model hadden gekozen. Zij was excen
triek, geëmancipeerd, zei men. Zóó diep
zit do navolgingszucht er in, dat iemand,
die de dwaasheden dier mode niet volgt,
door de overgroote meerderheid wordt
bespot. Of nu dezelfde kleeding past
voor zeer jonge en zeer oude dames,
voor gezette en magere, men vraagt
het niet.
Bij heeren moge het niet zoo erg
uiteenloopen wat er gedragen wordt, er
is toch ook in den snit van jas en vest,
in den vorm en de kleur van das en
hoed een mode, die niet straffeloos wordt
overtreden.
Maar door die eenvormigheid gaat
juist het eigenaardige, dat een streek
kenmerkt, verloren. Denkt u onze Mar
kers en Yolendammers in pantalon, col
bert en jacquet en de meisjes in een
aan eene modeplaat ontleend toilet of
reformcostuum. Het geheele cachet, dat
zij geven aan huu landschap, gaat ver
loren. Dat past bij die huizen en paal
woningen, niet daarbuiten. Onze voor
ouders waren toch niet idioot, dat zij
zonder verstand en reden juist die soort
van kleeding droegen, die pasten bij
hunne omgeving en bedrijf.
FEUILLETON.
26)
Nu is er in den laatsten tijd een
reactie gekomen. Men is weer terugge
gaan naar het oude. Men heeft niet iets
oorspronkelijks geschapen, maar het
oude nagebootst. Allereerst in de bouw
kunst. Het zoogenaamd oud Hollandsch
kwam weer in eere en men bouwde
trapgeveltjes en torentjes en pinakels,
maar men vergat er soms bij, dat die
dingen dan toch in symmetrie met het
geheel moesten zijn. Zoo zagen we nog
onlangs een openbaar gebouw, dat fon
kelnieuw was en heel oud moest voor
stellen, tot zelfs in de in harde kleuren
geschilderde buitenvensters. Maar 't was
zoo breed van grondslag in verhouding
tot de hoogte, dat het den indruk maakte
van de bovenverdieping, die zoo met
dak en al van een huis is afgenomen
en op den grond gezet. De architect
had de teekening van een bekend ge
bouw uit de 16de eeuw genomen en
het ondergedeelte met het trapbordes
voor de deur en de lage gelijkvloersche
verdieping laten vervallen, een der ra
men vervangen door een soort van poort
en klaar was Kees. Dat heet nu oor
spronkelijk.
In een salon, dat hoog modem was,
vonden wij een oude fraaie kast, zoo
als die nog wel hier en daar in boeren
gezinnen, vooral in den Achterhoek,
worden gevonden, een fraai besneden
eiken kist, in een hoek een spinnewiel
met een houten stoeltje, onder de sie
raden op de kast, behalve pullen van
oud Delftsch, een koperen lamp, zooals
vóór 50 jaar in elke boerenkeuken werd
gevonden. Dat heette nu een oorspron
kelijke inrichting. Dat daarbij de vul-
haard en de electrische kroon al een
zeer zonderlinge tegenstelling vormden,
was niet in den verzamelaar van oud
heden opgekomen. Maar toch, het deed
in zoover weldadig aan, dat de meubels
met een bijpassende tafel en stoelen in
den trant der gewone boerenkeuken-
stoelen, eene afwisseling te zien gaven
met al de „stijl" salons zijner buren.
Maar als nu anderen ook allerlei
oude meubels gaan opkoopen en bij
elkaar zetten, omdat men het van den
eerste „mooi" vindt dan wordt dat
eenvoudig navolging en 't duurt niet
lang of 't wordt mode en de meubel
makers zullen het best doen hun voor
raad stijlmeubelen op den zolder te
zetten en allen „antiekmakers" te wor
den. Het is toch bekend, dat 95 pCt.
van die antieke meubelen kersversch
gemaakt zijn en dat met fijne hagel
er soms op geschoten wordt om kunst
matige wormgaatjes te krijgen. En te
Schoonhoven zou men u kunnen ver
tellen hoeveel van dat antieke zilver
fonkelnieuw is en langs kunstmatigen
weg gebracht tot de kleur van oud-
zilver. Ook al weer nabootsing.
Toch is er een streven merkbaar om
verbetering aan te brengen, om in plaats
van de fabriekmatig naar één model
vervaardigde voorwerpen, kunstvoor
werpen te leveren van eigen vinding.
De kunstenaars hebben zich ontfermd
over het handwerk. In verschillende
winkels in onze groote steden vindt men
voorwerpen, door den maker ontworpen
en naar dat plan vervaardigd. Daar is
oorspronkelijkheid in vormen en lijnen,
daar kan de handwerksman zijne kunst
aan den dag leggen en aan ieder nieuw
voorwerp wijzigen wat beter met zijn
denkbeeld overeenkomt.
Niet dat wij al dat oorspronkelijke
mooi vinden, ver van daar, maar dat
kan ook wel aan onzen smaak liggen.
Onze smaak toch wordt telkens gewij
zigd door 't geen wij gewoon zijn te
zien en wat daarvan afwijkt, vinden
we leelijk. In de crinolinedagen vond
men een reformjapon leelijk, omdat men
zich een vrouw zonder zulk een om-
vangvergrootend instrument bijna niet
meer denken kon nu zou een crino
line even dwaas worden gevonden.
Zoo is er ook in den tegenwoordigen
bouwtrant zeer veel navolging van Zuid-
Duitsche, Italiaansche, Engelsche en
Noorsche gebouwen. Dat wijkt af van
't geen wij gewoon zijn te zien en wij
vinden het vreemd, misschien mooi of
leelijk op zich zelf, maar in onze om
geving niet passend. Wij hebben de
enorme sneeuwmassa's niet, die de hooge
spitse Noorsche daken vereischen en
evenmin den zonnigen hemel van Italië,
die het platte dak vraagt om er een
luchtje te scheppen. Onze bouwtrant
moet passen bij ons landschap, bij ons
klimaat.
Een fraai jachtslotje past evenmin
in een straat van een stad als een blok
van zes woningen, alle precies gelijk
en onder één dak, in een Geldersch
landschap. Dat vloekt, zooals men 't
noemt.
En nu moge dat oorspronkelijke juist
omdat het indruischt tegen wat ons oog
gewend is te zien, in 't begin onaan
genaam aandoen, van lieverlede gewent
men er aan en vindt het dan niet lee
lijk meer. Zoo willen wij gelooven dat
er nog eens een tijd komt, waarin men
de Amsterdamsche beurs niet leelijk
meer zal vinden. Op 't oogenblik maakt
zij echter den indruk van een gevangenis.
Maar zeker is het een oorspronkelijk
denkbeeld om zulk een Beurs te bouwen.
En wanneer nu alle architecten en bou
wers, alle handwerkers zich eens gingen
toeleggen op oorspronkelijk werk we
zouden van den vloek der eentonigheid
worden verlost. Laat ieder, die het doen
kan, ook in dit opzicht toonen zichzelf
te zijn en niet een nabootser van zijn
buurman.
XIX.
HWIBLU
VOOB
Er volgde een langere stilte. Beatrice's
hart jubelde van vreugd. Was zjj maar
weer aan land om aan papa en mama,
aan Charles, aan Bertha, aan allen het
wonderschoone nieuws te vertellenAls in
een droom «loot zjj de oogen.
De torenklok van Glengariff sloeg tien
uur, toen men aan land stapte. Graaf Nor
ton hielp haar nit de boot en zwijgend
richtten zjj hunne schreden naar het Victo
ria-! ótel. Voor den ingang bleef hg staan
en wierp een bittere droppel in den kelk
van haar gelnk.
»Nog een laatste verzoek, Beatricezeide
hg met een blik vol hartelijkheid. Laten
wjj voorloopig zwijgen over hetgeen wjj
zooeven besproken hebben. Ik had ook gaarne
dat owe ouders daar niets van te weten
kwamen. Mjjne tante, die altjjd als «en
moeder voor mg gezorgd heeft, weet nog
niets van mjjn plannen. Hei is niet meer
dan billgk, dat zjj daarmee allereerst bekend
wordt gemaakt door mg. Slechts weinige
dageD, en dan mag de geheele wereld het
weten
>Als u dat wenseht, aal ik er nntnurljjk
geen woord over spreken,* antwoordde zjj
een weinig gedrukt. »Goeden nacht, heer
graat
Zjj scheidden, Beatrice door een zoeten
droom bevangen. Het waa of de aardman
netjes voor baar voeten dansten, haar toe
knikten en steeds riepen
Lady Norton Lady Norton
Slapen kon ze nog niet. Zg wilde Ber
tha opzoeken, die zeker met Charles ook
reeds teruggekeerd zon zjjn.
Zij snelde daarom naar Bertha's kamer
en trad binnen. Er brandde geen lamp,
maar in de schemering zag zg toch haar
nicht zitten. Met een shawl om de schou
ders zat ze bjj het venster en beschouwde
den beid .-ren sterrenhemel.
»Nog in 't donker, Bertha? Bezig met
maneschjjnbeschouwingen Het is warkelgk
een schoone Eacht, bè?c
Bertha bewoog zich niet, terwjjl ze sprak
»Kom je alleen hier om me dat te zeg
gen?*
»Nu, wees niet zoo onvriendelijkIk
wilde je zeggen, hoe gelukkig ik ben en
hoe prettig wg gevaren hebben 1 Oh, Ber
tha, het waa al te schoon 1*
»Het was prachtig, bevestigd Bertha met
onvaste stem.*
Beatrice kwam voor hear staan en keek
haar eens goed in het gelaat.
Bertha, heb je geschreid?*
>Geschreid? Ik schrei nooit! Ik ben
vermoeid, ik heb hoofdpijn, ik moet naar
bed
Wacht nog één oogenblikje maar! Ik
kan het geheim niet bewaren. Ik zon ster
ven, als ik niemand had, aan wie ik het
kan mededeelen Bertha, ja, jjj mag het
weten, jg alleen! Graaf Norton heeft aan
zoek om me gedaan.*
Beatrice!* Meer kon ze niet uitbrengen.
»Ach ja, Bertba, het is geen droom maar
werk-ljjkheid. Het geluk berooft mg bjjna
van mgn verstand. Ik zou mjjn geluk wel
luide willen uitjubelen. Stel j i voor: Beatrice
Stuart wordt gravin Norton!*
Het bloed was geheel nit Bertha's wan
gen geweken. Als versteend keek zg haar
nicht aan.
»Hjj was wel een beetje langdradig
»Als ik eanmaal gravin Norton ben, moet
je bjj me komen en als een geliefde zuster
altgd bjj me big ven, Bertba! Dat wordt j-
eenmaal toch als js met Charles trouwt!*
En zg omhelsde haar nicht en kuste haar
hartstochtelijk. Bgna ruw stiet Bertha haar
terug en terwgl haar lichaam trilde, zei ze
»Laat mg naar bed gaan.*
»En zeg je verder niets Bertha? Neem je
dan geen deel aan mjjn vreugde?*
>Ik... wenseh.js... veel geluk,* bracht
het meisje er met moeite uit. Ach was ik
maar alleen, dacht ze. Het bjjzjjn van baar
nicht werd haar met elke seconde onver-
drageljjker.
»Je bent niet heel vriendeljjk*, zeide
deze en stond op. >Je schgnt werkelgk
onwel te zjju, en dan is het best, dat je te
bed gaat!*
Nog een omhelzing en Bertha loosde
een zucht van verlichting, toen de dear ach
ter Beatrice dicht ging.
Dus Beatrice had het toch gewonnen
Hoe onbegrjjpeljjk het ook scheen, het
was zoo. En Bertba had mrven zweren, dat
zjjzelve de uitverkorene zou zjjn.
Haar hadden zjjn woordeu, zjjn blikken
Buitenland.
De werkstaking te Marseille is afgeloo-
pen, eigenljjk verloopen. Tevergeefs hebben
de zeelui in een vergadering nog besloten
tot voortzetten van den strjjd, hunne kame
raden komen zich bjj honderden weer aan
melden en ook de werklieden in andere
vakken haasten zich den arbeid te hervat
ten. De readerjjen huren de bemanning van
de schepen weer in onder de voorwaarden
van 1900. Nagenoeg overal w irden de
contracten op den ouden voet gesloten.
Uit Berljjn wordt gemeld
Er is een merkwaardig en geheimzinnig
kaatsspel ontstaan tusschen de >National
Zeituug* en de »Vorwarts«. De »Vorwarts«
had geschreven, dat men het proces-K-upp
niet had laten varen uit eerbied voor dan
overleden Krupp, maar uit consideratie voor
levenden De >National Zeituug* merkt naar
aanleiding daarvan op als iemand, die er
alles van weet, dat het familieaangelegen
heden betrof, die het publiek niets aangin
gen. Daarop antwoordde de »Vorwarts«
weer, dat die familiekwesties niet meer zoo
afgezonderd staan, maar dat het publiek er
veeleer de grootste belangstelling voor zal
moeten koestereo.
De >Reichsbote« mengde zich toen in de
v
zsak met de opmerking, dat de »Vorwarts«
oogenschjjnljjk met haar guillotine klaar
stond andere hoofden te doen vallen, waarop
de »Vorwarts« lakoniek zegt: »maar slechts
hoofden, die voor het mes bestemd zjjn.*
De Berliner Zeitung* maakt uit dit se
dert Woensdag aan den gang zjjnde spel
met verborgen aanduidingen op, dat op dit
voorspel verdere onthullingen zullen volgen.
De Daily ChronicD* verneemt uit Wee-
nen: Men bericht, dat Woensdag 63 per
sonen ia Hongarjje doodgevroren, onder
de sneeuw bedolven of zjjn opgegeten door
hongerige wolven, die om de steden rond
zwerven.
Dinsdagmorgen is de stad Andisjan, in de
provincie Ferghana, in Russisch Turkestan,
gegolden, tegenover haar had zjjn stem altjjd
anders geklonken dan tegenover de overigen
van het gezelschap. Ia haar nabgheid ver
kreeg zjjn bleek gelaat meer warmte... en
toch we8 het nu Beatrice! Zjj legde haar
arm op de vensterbank, en ondersteunde
daarmee haar hoofd. Zjj was en bleef Bertha
Darrell, de arme bloedverwante, en Beatrice,
die vanaf baar geboorte nooit anders dan
geluk had gekend, die werd gravin Norton
Als een vtrterende koorts greep dit haar
hersenen aan. Zjj zakte ineen, als ware haar
hart doodeljjk getroffen Nu had zjj alles
verloren, zjj had liefde verloren en wat zjj
als haar geluk beschouwd had, was in rook
vervlogen. Zjj werd overmeesterd door wan
hopige smart.
En slechts eenige schraden van haar ver-
wjjderd was Beatrice, wier hart vau vreugde
jubelde. Onophoudelijk klonken haar de
woorden van den graaf in de ooren. Slechts
weinige dagen en dan mag de geheele we
reld het weten
Maar wat mocht de wereld dan weten?
»Nog één nacht en dan zjjn we er. Dan
big ft u eenige weken bjj mg op het kasteel
Powsgs uitrusten, nietwaar mevrouw Stu
art?* .vroeg Lady Carley, toen ze in een
coupé eerste klasse van den trein zaten.
In Dublin moesten ze nog op een stoom
boot om naar Engeland over te steken. Er
was een week verloopen s ;dert den tocht op
het meer van Maeroom en sedert had Bertha
elke aanraking met den graat vermeden,
geheel in tegenstelling met Beatrice, die
een plaats met 25.000 inwoners in een
vruchtbare streek, aan de Kara-Darja gele
gen, bgna geheel door een aardbeving ver
woest.
De bevolking heeft zich opgehoopt aan
het ook gedeelteljjk verwoeste station. Daar
de aarden baan van den spoorweg echter
ook op verschillende plaatsen vernield is,
zal de hulpverleening niet zoo snel kannen
geschieden als de nood eischt. Men vreest
dan ook voor hongersnood. Hoeveel men-
schen er omgekomen zjju is niet hekend.
Een bericht van 19 dezer luidt: Tot
dusver is het aantal slachtoffers van de
aardbeving vastgesteld op 510, waaronder
10 Russen; de overigen zjjn inboorlingen.
De aardbevingen duren voort. Men is be
gonnen de bevolking te hulp te komen.
De Times* verneemt uit Washington:
De beweging, die de Venezolaansche kwestie
onder het Amerikaansche volk wekt, is groo-
tendeels tegen Duitscbland gekeerd, geens
zins legen Engeland. De »New-York Herald*
en andere bladeD geven te verstaan, dat da
Duitsche keizer Engeland heeft meegesleept,
vooral om tweedracht te zaaien tusschen
Engeland en de Vereenigde Staten.
De »Daily Mail* verneemt uit Washing
ton De geruchten, dat Duitsche oorlogs
schepen op weg zjjn naar Margarita, dat
de Duitsche regeering reeds Lng als een
kolendepöt; heeft willen benaderen, veroor-
zak-n groote opwinding. De Vereen. Staten
zouden onmiddelljjk tusschenbeide komen
als de Duitschers inderdaad het eiland wil
den bezetten,
In elk geval zal het geval met Venezuela
ten gevolge hebben, dat da Am irikaansche
vloot aanzienljjk versterkt wordt.
Uit Caracas wordt gemeld: Er is besloten,
de geschillen aan een scheidsrechterlijke
beslissing to onderwerpen. Over de voor
waarden drzer schikking wordt nog onder
handeld. Bowan (de Amerikaansche gezant)
zal ongetwjjfeld tot de scheidsrechters be-
hooren.
De blokkade van la Guaira is begonnen.
Ze betreft alleen Venezolaansche schepen.
Driehonderd aauzienljjke Venezolaansche
kooplieden en financiers hebben Castro een
stuk overhandigd waarin zjj protesteeren
tegen het ruwe optreden van Duitschland
en Engeland, maar er bjj voegen dat, nu
het onmogelgk is gew-ld met geweld te
keeren, aangezien Venezuela geen zeemacht
meer bezit, de President zijn best moge doen
om een minneljjke schikking tot stand te
bjjna geen oogenblik zjjn zjjde verliet. Bertha
zag dat en lachte bitter; wat in haar hart
omging, zou ze mobieljjk zelf hebben kan
nen zeggen. Zjj was geheel verande d.
De overtocht van Dublin naar Liverpool
duurde slechts kort. Voor middernacht kwa
men ze aan. De sneltrein voerde beu langs
bo8schen, akkers en weiden en eindeljjk
stopte men aan het station te Chester, waar
twee groote landauwers voor 't gezelschap
gereed stonden. Dejnorgen brak reeds aan,
toen men voor het portaal vai het slot
Powsgs stilhield. Het gezelschap was ver
heugd na zulk een vermoeiende reis te
kannen uitstappen.
Welkom in mjjn huisl* sprak Lady
Carley tot haar Amerikaansche vrienden,
toen deze met haar binnentraden.
Ondanks het ongewone uur zat men nog
vrooljjk aan den maaltjjd bjj elkaar en het
was raeds helder dag geworden, toen uaea
ter ruste ging.
Met pantoffels met hooge Fransche hak
ken aan de voeten, trippelde Beatrice, toen
zjj was opgestaan, over den gladden vloer
van den gang om uit haar kamer naar het
salon te gaan, waar het overige gezelschap
zich be zond. Plotseling struikelde zjj ea met
een gil viel zjj op haar knie. Allen kwamen
dadelgk toeschieten. Graaf Victor was het
eerst bjj haar en daarom was hg h»t, die
haar ophielp en naar haar ka uer droeg.
Bertha legde koude omslagen op de ge
kwetste knie, richtte alles tot baar gemak
in en bleef totdat zjj in een sluimering was
vervallen.
Wordt vervolgd).