Hel Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
ONZE WIL.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
M 1183.
WOENSDAG 21 JAN.
1903.
UW3 VAN ALTEN^
VOOB
Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per S maanden f 1.00.
Franco per po«t zonder prjjsverhooging. Afzonderlgke
nummers 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elbe regel
meer 7l/j ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacbt.
Naar den schijn te oordeelen, moeten
er ontzaglijk veel welwillende menschen
in de wereld, wij bedoelen: in de
beschaafde wereld, zyn.
Ga maar eens nageen lijkrede kan
worden uitgesproken, of er komt iets
in van des overledenen groote welwil
lendheid". Zelfs, al zou er niets van
meer dan doodgewonen aard van hem
te zeggen zijn, dat moet er bij en
het gaat er bij.
Maar als wij nu mogen aannemen,
dat aan de geopende groeve nooit an
dere dan woorden van waarheid ge
sproken worden, hoe komt het dan, dat
er nog zoo verschrikkelijk veel onaan
gename verhoudingen bestaan Die
moeten, voor zeven achtstedeelen min
stens, ontstaan uit gemis van welwillend
heid; welnu, wie zijn het toch, die
daaraan schuldig zijn? Moet men hen
uitsluitend vinden onder de lieden wier
uitvaart geen uitingen van welsprekend
heid te voorschijn roept
Laten wij niet trachten elkander iets
■wijs te maken. Dooreen genomen zijn
de menschen nog zoo kwaad niet en
zij zijn het ook niet altijd.
Wanneer iemand geprezen wordt we
gens het bezit en het ten toon spreiden
van die zeer te roemen eigenschap,
welwillendheid, en met volle over
tuiging kunnen wij er onmiddellijk bij
voegen dat wij een niet gering getal
personen, van den meest uiteenloopen
den maatschappelijken stand ontmoet
hebben of nog dagelijks ontmoeten, wien
wij haar met vreugde toekennen
dan beteekent zulks niet, dat oogen-
blikken van zwakheid, waarin zijn goede
genius hem verlaat, hem vreemd zijn.
Het volmaakte ligt zoover boven het
bereik van den eeneD mensch, dat hij
het in den anderen niet mag vorderen.
Maar wèl beduidt het, dat bij hem of
haar steeds levendig is de vaste wil om
onder alle levensomstandigheden wel
willendheid te toonen.
De vaste wil. Wij wagen wel iets
met dat te schrijven.
Daar zijn immers menschen, die deze
uitdrukking onzinnig vinden. Als men
nu eenmaal geen aanleg heeft voor ont
wikkeling in de eene of andere richting,
behept is met aangeboren neigingen die
deze ontwikkeling in den weg staan,
FEUILLETON.
35)
Eerst bg het aanbreken van den dag
gingen de genoodigden huiswaarts.
Den volgenden dag was het weder zeer
mooi.
Nog wat bleek, zat Bertha in een
leunstoel in het morgensalon, toen graaf
Victor binnentrad en met open armen op
haar toesnelde.
Wat zie je bleek!* riep hg uit. >Heeft
het bal je vermoeid? Ik moet naar het
kasteel Northminster. Het zou wel prettig
zgn, als je meegiug. De lucht zou je goed
doen. Heb ik je al gezegd, dat men begon
nen is met den verbouw?*
»Ja,« antwoordde zg, de oogen opslaan
de, >maar ik ben nog te vermoeid. Op een
anderen keer ga ik mee. Laat me vandaag
hier big ven-*
Men kon de teleurstelling op zgn gelaat
lezen, maar hg zei niets. Zoodra hg weg
was, sproDg Beatrice van haar stoel op en
zeide verontwaardigd.
Bertha, ja bent het ongevoeligste schep
sel, dat ik ooit ontmoet heb. Je gedrag is
onnitstaanbaar l Maar och, eigenbelang zal
wel de voornaamste karaktertrek van de
aanstaande gravin zgn.
Jo koestert niet de minste liefde voor
den graaf. Je eerzucht, je dwaas hunkeren
naar macht doet je dit huwelgk sluiten 1
Als je nog in staat ben om lief te hebben,
dan heb je niemand lief dan Charles. Spreek
dat maar niet tegen 1 Of bemin je hem niet?*
Als ik je een plezier doe, dan wil ik
het wel zeggen: Ja, ik heb Charles lief!*
waar moet dan de wil vandaan komen,
aan welken ge u veroorlooft het keur
merk van „goed" te geven? Er zijn
menschen wien het niet mogelijk is tot
hun zoogenaamde „naasten" in een an
dere dan eene onaangename verhouding
te staan, zonder dat het hun juist ge
noegen doet; waarschijnlijk zouden zij
het ook wel anders willen. Maar zij
kunnen eenvoudig niet.
Dat praatje hebben wij meer gehoord.
Het suist ons in de ooren in den vorm
van quasi-wetenschappelijk gebrom, het
klinkt ons toe in de voortbrengselen van
kunst en letteren, en als zij, die zich
verbeelden het goed te weten of die
zeggen het diep te gevoelen, hun be
weringen en voorstellingen gebracht
hebben binnen het bereik van lieden,
die heel weinig weten en slechts opper
vlakkig voelen, dan galmen dezen het
ook al na. Zoo komen wij niet veel
verder. Laten we eens probeeren zoo
verstandig te zijn als de kleine jongen
en zijn moeder: wanneer gene bij het
opdragen van een werkje zegt„ik kan
niet", dan verneemt hij„kom, je
kunt wel, pak maar aan", en het
gelukt. Als wij in de wereld waren om
als willooze wezens alleen datgene te
doen, wat met onze neigingen overeen
komt, in welk opzicht stonden wij dan
boven menscheneters
Het is zoo, van den een is de wil
krachtiger dan van den ander. Met
spieren, ademhalings- of spijsverterings
organen is dat evenzoo. Toch is er in
deze vergelijking iets dat hinkt. Phy
sieke hoedanigheden zijn zichtbaar of
kunnen zichtbaar gemaakt worden en
dikwijls, als het materiaal niet deugt,
is er geen herstellen aan. Met moreele
eigenschappen moeten wij een anderen
maatstaf gebruiken, en inzonderheid met
den wil. Hij is, afgescheiden van het
voorwerp waarop hy zich richt, een
kracht, positief, ondeelbaar, immer van
gelijke hoedanigheid. Maar de hoeveel
heid verschilt. De wil, in het afgetrok-
kene beschouwd, is altijd goed, maar
hij is vaak zwak. Gelijk het bloed niet
het leven zelf is, en evenmin de hart
slag die het bloed voortdrijft dat is,
maar toch de laatste de maat aangeeft
van het stoffelijk bestaan, zoo is niet
de wil alleen het geheele zedelijk be
staan, maar de drijver en tevens de
krachtmeter.
Beatrice zette groote oogen op.
Heb je hem lief,* herhaalde zg. »En je
ziet toch van hem af. En dat om zoo'n
kleinigheid want wat wegen alle rijkdom
men der wereld op tegen were liefde.*
Beatrice, je bent een dwaas kind, als
je denkt, dat men altjjd moet tronwen, als
men elkaar liefheeft. Ik bemin Charles, maar
ik heb mezelven ook lief en daarom trouw
ik met graaf Norton.*
Daar komt bjj,« riep Beatrice plotseling.
»Ik vrees, dat bij ons gesprek gehoord heeft.*
Dat mag wel,* zei B^rtha kalm. »Wat
hg dan gehoord heeft, was voor hem geen
nieuws meer.*
>Charles,< wendde Bertha zich nu tot
haar neef, die naderbg kwam, »je hebt ge
luisterd naar ons gesprek! Beken bet maar
Charles ging op kleinen afstand van
haar zitten en antwoordde rondborstig:
•Ja, ik heb geluisterd, ik heb alles gehoord!
Ik erken altgd mgn verkeerde daden 1 Ik
heb onder het venstar gestaan. Maar, waarde
nicht, neem van mg een goeden raad
aanwees voortaan voorzichtiger met je
bekentenissen. In mgn plaats had evengoed
graaf Norton de onvrjjwillige toehoorder
kunnen zijn!*
•Je mag ham alles vertellen, wat ik ge
zegd heb!* antwoordde Bertaa scherp. Ik
zou er niets om geven als hg zich terug
trok. Misschien was dat voor beiden hst
bestel*
»Je bent me een raadsel, Bertha 1 Waar
om wil je dan eigenlgk met hem trouwen?*
Waarom? Wel, in de eerste plaatsom
de eer van een prgs te behalen, waarnaar
zoovelea gedongen hebben; ten tweede,
omdat hg me het zoo smeekend gevraagd
heeft en ten derde, hoofdzakelijk omdat
hg graaf Norton tot Northminster is met
een jaarlgksche rente van twee-honderd-veer-
In ieder redelijk wezen is van die
kracht iets aanwezig. En nu heeft hij
twee dingen te doen, die eigenlijk één
zijn, althans uitstekend samengaan. De
wil moet door oefening worden ver
sterkt, dat is één. We moeten beginnen
met onszelven wat te bestudeeren,
niet evenals sommige halfzieken of in
gebeelde zieken die, door steeds op de
verschijnselen van hun lichaam te letten
en daarvan allerlei onheil te verwachten,
zich nog verder van de wijs brengen,
neen, maar om te weten of wij wils
kracht hebben en hoeveel. En dan maar
aldoor geoefend, dag aan dag, uur aan
uur, als een verwoed sportsman. Nooit
onszelven maar laten gaan, altijd pre
sent, bij elke handeling, ook schijnbaar
nietige, trachten te begrijpen waarom
wij zoo en niet anders willen.
Dat kan alleen met vrucht geschie
den, en ziehier waarom de zedelijke
zelfopvoeding zulk een hoogst dankbaar
werk is, door den wil alleen te richten
op goede dingen.
Ieder mensch, ook de eenvoudigste
naar het verstand, kan weten, wat al
of niet in strijd is met de eischen der
humaniteit, wat dienstbaar is aan de
bevordering van het individueel en van
het algemeen menschelijk geluk.
Wie nu maar begint, zijn wil in die
richting te sturen, en voet bij stuk te
houden, die komt er mee klaar en vindt
zijn arbeid rijkelijk beloond door dien
arbeid zeiven. Denk aan den sports
man; als hij zich slechts kon oefenen
op een ruw, moeilijk terrein, zou de
moed hem spoedig ontzinkenop gladde
baan vindt hij het steeds aangenamer.
Den nog zwakken wil in nauwe aan
raking brengen met het eenige, het
grootsche, dat vierkant tegengesteld is
aan het egoïsme, geeft aan dezen de
juiste elementen, die hij noodig heeft
om zich tot volle, tot heerlijke kracht
op te werken.
Maar de eerste inspanning moet van
den man zeiven uitgaan, dat spreekt.
Het allerminste wat wij voor elkander
doen kunnen, is elkaar het leven niet
onaangenaam te maken; niet aan de
lasten, die het vaak oplegt en die niet
te vermijden zijn, nog andere toe te.
voegen, afhankelijk van ons goeddunken.
Dat is al bitter weinig, en sommige
lui hebben het nog niet eens zoo ver
gebracht. Door hun luimen verstoren
tigduizend gulden. Ziedaar de naakte waar
heid, zooals je die wenechte te hooren. Ik
sta er op, zgn gemalin te wezen. Laten wjj
daarom elkaar in vrede de hand drukken
t >t een laatst vaarwel!*
•Een vaarwel voor een wig?*
•Tenminste voor twee, drie jaren, totdat
alle jeugdige dwaasheid slechts als een
sprookje in onze herinnering voortleeft.
Charles ging heen.
Maar nauwelijks was de deur achter hem
gesloten, of de storm brak over haar los,
de storm, die haar dreigde te verpletteren.
Spelende met haar eigen hart en met dat
Tan anderen, had zg over haar levenslot
beilist. Nu was de sluier verscheurd en zg
zag die wreeds werkelijkheid. Met Charles
liefde was haar geluk van haar heengegaan.
XXV.
Twee weken na het bal namen de Ame-
rikaanscha gasten afscheid om met kapitein
Hammond naar Londen te gaan, Bertha
zou op het slot Powsgs big ven. Lady Car-
ley's aanhoudend aandringen gaf daarbij den
doorslag en Bertha schikte zich gaarne
naar haar wil. Zg vreesde de nabgheid van
Charles.
Graaf Norton was in verrukking. Hg zou
met Bertha alleen zgn, de wereld scheen
hem in een paradgs veranderd te zgn. Het
ontging hem echter niet, hoe da oude heer
Stuart ia de laatste dagen veranderde. An
ders altgd druk en spraakzaam, was hg nu
stil en terughou len-1 geworden. Soms scheen
hg het geheele g;zelschap rondom hem te
vergeten, en verzonk hjj in somber gepeins.
Heb je ook eenige Verandering bjj papa
Stuart opgemerkt?* vroeg Victor op zekeren
dag aan Bertha. >Het is of hg ernstige
zaken in het hoofd heeft, viadt je ook niet?*
•Ja, ik heb het ook bemerkte, antwoordde
zij den vtede, hun veeleiscbendheid
ontmoedigt, hun hoogmoed prikkelt tot
verzet.
Als iemand zulke onhebbelijke dingen
niet doet, dan begint men hem reeds
onder de welwillenden te rangschikken,
vooral wanneer hij behoort tot de mach
tigen, die in staat zijn op veler levens
geluk invloed uit te oefenen. Ja, onder
sommige omstandigheden is de wereld
met een klein beetje tevreden.
En gezegd moet ook worden, dat het
reeds veel gewonnen zou zijn, als alle
menschen maar deze negatieve begeerte
hadden, elkaar geen kwaad te doen.
Daaronder is ook begrepen het vermijden
van alles, wat op zijn zedelijk wezen
storend kan inwerken.
Ieder begrijpt, dat de echte welwil
lendheid, zij, die werkelijk dien mooien
naam verdient, die de wereld zal
vooruitbrengen met groote snelheid op
den weg van het geluk, van de vol
making, zoodra zij maar algemeen in
toepassing wordt gebracht, dat deze nog
heel iets anders is dan onthouding van
kwaaddoen.
Buitenland.
In het Grnnewald bg Berlgn is insschen
twee officieren een tweegevecht op 't pistool
geleverd met zeer zware bepalingen. Een
hunner kreeg bg het tweede schot een kogel
in de borst en zakte ineen. Hg is in be-
denkelgken toestand naar een kliniek over
gebracht, alwaar hg kort daarna aan zgu
wonden is bezweken. Het is zekere dr. Aye,
reserve-luitenant bij het. 9 le bataljon jagers,
advocaat te Flersburg en vader van vgf
kinderen.
Zgn tegenstander was Warner von Gra-
wert, eerste-lnit. bg de O >st-Afrikaansche
politie. Dalelgk na het tweegevecht is von
Grawert zich bg zgn superieuren gaan aan
geven.
In den nachtsneltrein van Ulm naar Stutt
gart heeft een Rus, in een aanval van ra-
zerng, zichzelf met een scheermes verschei
dene di^pe sneden in de keel toegebracht.
Zgn medereizigers trokken aan de noodrem.
De man, die ook al de handbagage van de
passagiers uit het raampje had gegooid, is
te Stnttgart naar een ziekenhuis overge
bracht.
zg. »lk vrees dat dit in verband staat mat
zgne zaken in Amerika. Mgn papa schreef
daarover een paar woorden in zgn laatsten
brief.
Te New-York kwamen in den laatsten
tgd veel faillissementen voor, waaronder
enkele, die op de benrs veel opzien ver
wekten. Wat Fred Darrell schreef, doelde
hierop en zgn vrees betreffende den ouden
heer Stuart scheen wel gegrond. Dageljjks
kwamen er telegrammen en brieven voor
den heet> Staart en telkens stond zgn gelaat
somberder. Op de vragen van vrouw of
kinderen gaf hg slechts ontwijkende ant
woorden. Zg vermoedden dan ook volstrekt
niet, dat zg met ondergang bedreigd wer
den. Den laatsten dag voor het vertrek
naar Londen zocht de bankier zgn nicht
Bertha op en reikte haar een wissel van
duizend dollars toe.
Voor je uitzet, lief kind*, zei hg. Eigen
lgk had ik je veel meer toegedacht, maar
de zaken staan niet zoo goed mesr als
vroeger. Neem dit aan vau mg, Bertha, je
zal daarvoor nog wel esn bruidskleed kan
nen koopen.c
Zg schrikte terug voor hetgeen haar nu
een feit bleek te zgn en bedankte hein in
warme bewoordingen doch beslist voor het
geschenk.
•Neen, mgn vaderlgken vriend*, sprak
zg, »ik heb aan u reeds meer te danken
dan ik verdiende. Ik mag dit geschenk niet
aannemen. Tante Elisabeth heeft mg een
bruidskleed beloofd en meer behoef ik
niet. Wanneer ik eenmaal gravin Norton
ben, zal het mg niet aan toiletten outbre-
ken, al mis ik zeker veA
Zwggeud legde hg zgn wissel weer in
zgn portefeuille.
Den morgen van het vertrek was Bertha
zeer bleek, toen ze in het salon kwam om
Men zegt, dat graaf Lamslorf een offi
ciële mededeeling aan de Mogendheden
heeft gezonden aangaande de hervormingen,
welke Rusland en Oostenrijk in Macedonië
zonden willen voorstellen. Deze zijn: le.
Financieels reorganisatie 2e. Hervorming
der gendarmerie onder Enropeesche officieren.
3e. Een deel ran de gouverneurs in de
Europaesche provincies moeten Christenen
zgn. Naar verluidt, hebben de Balgen de
meeste kans om baantjes te krijgen in Tar-
kjje in verhand met deze plannen.
De Mogendheden worden uitgenoodigd
hnn meening over deze voorstellen kenbaar
te maken. Daarna zal den Sultan «en defi
nitieve nota worden aangeboden.
De Daily Telegraph* verneemt nit Wee-
nen De laatste berichten uit Macedonië zgn
zeer verontrustend. De onlusten zullen waar
schijnlijk in het milden van Februari uit
breken.
Uit dezelfde plaats wordt aan de Daily
Chronicle* gemeld, dat een Oostenrgksch
eskader, bestaande uit 3 oorlogsschepen, 2
kruisers en 9 torpedo-booten te Pola wordt
uitgerust, met 't oog op een mogelijke de
monstratie in de Turksche wateren, ingeval
de Porte weigert de hervormingen aan te
nemen.
Thans meldt men uit Londen dat ook
daar in diplomatieke kringen de meening
ontstaan is dat na de onderhandwlingen te
Washington over de Venezolaansche kwestie,
de bijeenroeping van het Haagsche Hof w-1
onnoodig zal zjjn. In die meening wordt
men te Londen versterkt door de berichten
over de economische gevolgen van de blok
kade. Waut het schgnt dat in de vjjf Ve
nezolaansche havens en aan den mond van
de Orinoco die gevolgen zeer merkbaar
worden. Er ontstaat gebrek aan levens
middelen en in alle klassen der maatschappij
wordt de nool gevoeld.
De tegenstanders van generaal Castro
scheppen nieuwen moed uit deze omstandig
heid. De President heeft ingezien, dat hg
slechts door spoedige onderwerping zgn
positie zou kunnen redden. En ook hg ia
van tneening dat het niet in zgn belang is,
als de kwestie voor het Haagsche Hof komt,
omdat daardoor de beslissing nog lang op
zich kan laten wachten, waardoor zgn toe-
afscheid te nemen. Papa Stnart drukte haar
zenuwachtig de hand, mevrouw Staart om
helsde haar teedor en Beatrice drukte
voor den vorm een knsjo op haar wan
gen. Charles drukte haar hand zacht iu de
zgne, keek haar met een gedwongen glim
lach aan en zeide haar even hartelijk vaar
wel als hg Lady Carley deed.
Toen was alles voorbjj. De wielen ratel
den over de grintpaden en Bertha had een
gevoel alsof die wielen over haar hart gingen
en het verpletterden.
Dienzelfden avond kwam de familie Stu
art te Londen en nam haar intrek in het
bótel »Langhara«.
Daags na de aankomst ontving papa Sta
art weer een van die brieven, waarvan de
inhoad hem telkenmale verontrust had.
Hjj was toevallig alleen in de kamer. Men
hoorde plotseling een kre9t en toen een val.
In grooten angst kwam mevrouw Staart
toeschieten. Zg vond haar echtgenoot be
wusteloos op den grond liggen, met den
noodlottigen brief nog in de hand.
Weer straalden de vensters van het slot
Powsgs een zee van licht uit. Een kLin,
maar uitgelezen gezelschap was in een salon
bg Lady Carley vereenigd. Zg gaf 68n feest,
met het doel aan de toekomstige gravin eeu
plaats in de hoogste kringen te bezorgen.
Het was juist één dag nadat de familie Sta
art door den slag getroffen was.
Bertha was juist in eon druk gesprek ge
wikkeld, toen een bediende haar een naam
kaartje bracht en zeide, dat de heer in de
spreekkamer wachtte.
Ze keek schijnbaar onverschillig op het
kaartje en veroleekte niet. Terwjjl zg met
een lachend gelaat haar verontschuldigin
gen aanbood, sprang zg op. Haar hart kromp
echter van smart ineen. Wordt vervolgd).
NIEUWSBLAD
J—w^i—fc—nan—g-
•'"WKWBJWMWr'MMtMI