Hel Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
De Heilige Schelp.
De ziel van de negotie.
Uitgever: L.. J. VEERMAN, Heusden.
M 2253.
WOENSDAG 23 SEPT.
1903.
IAN9 VAN ALIENS
VOOB
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementaprga: per 3 maanden f l.OO.
franco per poet zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elke r«
meer 7l/t ct. Groote lettera naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinadag- en Vrijdagavond
ingewacht.
I.
De ziel van de negotie is, iedereen
weet dit, in den volksmond het geld.
„Geen geld, geen Zwitsers", zeide
men voorheenen zoo is het vaak nog.
Het geld is als het ware de spil der
aarde, en toch heerschen omtrent de
rol die het geld in de wereld speelt,
zijn bestemming en beteekenis, zeer veel
onkunde en wanbegrip.
Inzonderheid is dit ook het geval met
de wijze waarop het muntwezen in I et
algemeen en die van het eigen land in
het bp zonder geregeld zijn en met alles
wat daarmede in nauw verband staat.
Het geld is zeer oud, ofschoon men
niet met juistheid kan zeggen, wanneer
en waar het is uitgevonden.
By de alleroudste volken bestond het
zeer zeker niet. By hen was alleen ruil
handel; met andere woorden, wanneer
de een eene zaak noodig had die zijn
buurman bezat en de buurman wilde
hem die afstaan, dan gaf hij, in ruil
daarvoor, eene aan hem toebehoorende
zaak terug. Op die manier hielpen de
menschen elkaar tot vervulling van hunne
behoeften. By de wilde volken is het
nog zoo en wanneer beschaafde men
schen met die volken in aanraking
komen en zaken met hen willen doen,
dan handelen zij op dezelfde wijze.
Met de toeneming van het aantal
menschen en de menschelijke behoeften,
werd het echter moeilijk, vooral in klei
nigheden, om altijd te bekomen wat
men noodig had en daarvoor iets te
geven wat men niet noodig had.
Langzamerhand is men toen begon
nen om zijne waren af te staan, niet
tegen andere waren, maar tegen iets
waarvoor men zaken en waren van al
lerlei aard steeds en overal kan bekomen.
Het ruilen ging over in koopen en van
lieverlede kwam de gewoonte in zwang
om zeker voorwerp steeds in ruil aan
te nemen, tegen afstand van alle be-
noodigde dingen. Dat voorwerp was het
muntstukje of, in het algemeen gespro
ken, het geld.
Het geld is dus een algemeen ruil
middel. Gesteld b.v. iemand koopt een
boek voor een gulden. De boekhandelaar
koopt nu als het ware een gulden met
zijn boek; maar het is hem niet om het
bezit van dien gulden te doën, maar
FEUILLETON.
i)
Van alle menschpn, die ik op mjjne vele
zeereizen leerde kennen, ia gedurende lange
jaren niemand grooter raadsel voor mg ge
weest dan Michael Queniin.
Hg had tegelgk met mg menige reis op
de >North Star* gedaan, en ik wist nooit
of het mg genoegen deed of dat het mg
speet, als ik zjjn naam op onze passagiers-
ljjst zag. Omtrent zgn persoonlijke aange
legenheden was hg buitengewoon terughou
dend. Hg bad altjjd zaken in Colombo, en
nu en dan ging hg met ons mede tot
Sydney, maar hg vertelde ons bjjna nooit
waarom hg die reizen deed of die afgelegen
streken bezocht. Bjj één gelegenheid even
wel, deelde hg mg mede, dat hg een ge
heim agent was van vele Earopeesche koop
lieden in Oostersche schatten onder het
spreken ging hg mij voor naar zgn hut,
waar wjj een interessant uur doorbrachten
met het beschouwen van zgn kunstschatten
en curiositeiten.
Daaronder waren een tal van ivoor-snjj-
werken, kostbare edelgesteenten, zeldzame
munten, vreemde muziek-instrumenten en
zelfs oorlogswapenen van wilde stammen.
«Besteedt gjj al uw tgd aan dit soort
van voorwerpen?* vroeg ik onwillekeurig.
«Hm... ik heb nog wel meer pjjlen
op mjjn boog,* was zgn dubbelzinnig ant
woord, en opziende ving ik een uitdrukking
op in zgn oogen, die mg met verbazing
vervulde. Er lag een scherpe, bgna bloed
dorstige gloed in. Ik kwam toen opeens tot
om er weer andere dingen voor te koopen
die hy noodig heeft.
By de tegenwoordige omvangrijkheid
van het verkeer is het gebruik van geld
volstrekt onmisbaar geworden. Men kan
zelden meer ruilen. Als de boekhandelaar
aan zyn deur van een koopman visch
wilde koopen, ter waarde van een gulden,
en hij trachtte den visch te betalen met
een boek van dezelfde waarde, dan zou
de vischkooper hem feestelijk bedanken.
Neen, hy wil een gulden hebben. Daar
mee kan hy weer andere door hem be-
noodigde zaken koopen en met het boek
immers niet?
Het maken en in omloop brengen
van gelden is in den aanvang niets
anders geweest dan een particuliere
onderneming. Men bezigde er stukjes
goud en zilver voor, omdat ieder die
gaarne bezat, want dat metaal had een
blijvende waarde en men kon er munt
stukken van maken zoo groot en klein
als men wilde. In goud en zilver werd
steeds een uitgebreide handel gedreven.
Vele versierselen werden van deze edele
metalen vervaardigd. Die deze metalen
bezat kon er dus muntstukjes van maken
of laten maken en dit geld alzoo tegen
afstand van allerlei zaken in omloop
brengen. Zóó hleef het geld in omloop
en werd langzamerhand algemeen aan
genomen.
In zeker opzicht trouwens was hier
ook sprake van handel, want men zorgde
er voor, dat men voor de stukjes edel
metaal eenige meerdere waarde ver
kreeg, dan de eigenlijke waarde van
het metaal, met de kosten van bewerking
bedroeg.
Eerst veel later is de munt een re-
geeringszaak geworden en wel met het
doel om, in het publiek belang, te zor
gen voor het in voldoende mate aan
wezig zyn van een ruilmiddel, dat aan
zulke eischen voldoet, dat het volledig
vertrouwen verdient en dus alle zaken
vertegenwoordigt, zoodat men er steeds
alles voor kan koopen.
Op vertrouwen kwam het vooral aan
van daar dat men de stukjes edel me
taal, die voor ruilmiddel werden gebruikt,
van een bepaald gewicht maakte en op
een bepaalde wijze samensteldeterwijl
men ze steeds voorzag van vaste ken-
teekenen, als kenmerk van echtheid,
om op die wijze gewaarborgd te zijn
tegen vervalsching en andere kwade
het besluit, dat ik niet hield van Quentin,
maar toen ik later nog eens weer gelegen
heid had om een langdurig gesprek met
hem te voeren, ging weer de oude bekoring
van hem uit, en wanneer hg niet op de
boot was, betrapte ik er mgzelf menigmaal
op, dat ik aan hem zat te denken.
In het laatst van den borfst van 1897
evenwel trot mg het lot, den sluier te lich
ten van deze zonderlinge persoonlijkheid en
den man te leeren kennen, zooals hg wer
kelijk was. Schijnbaar toevallig werd ik ver
wikkeld in eenige aangelegenheden die op
zoo treurige wjjza eindigden. Voordat ik
weer een van mgn reizen naar Sydney aan
vaardde, bracht ik een week in Londen
door. Op een namiddag besloot ik eens een
oud vriend te gaan opzoeken. Die vriend
was niemand minder dan professor Birchell,
de groote conchologist. Hg had een manie
om schelpen te verzamelen, en hg had mg
wel eens verteld, dat hg een van de fraai
ste verzamelingen had, die er in Europa
te vinden waren. Ik reed nu naar zjjne
woning, en op mgn vraag of de Professor
thuis was, ontving ik een bevestigend ant
woord. Men bracht mg naar een ruim,
vierkant vertrek, dat geheel bezet was met
kleine tafeltjes, waarop verscheidene kistjes
stonden met glazen deksels waarin zich
een groote verscheidenheid van schelpen
bevond.
Birchell stond achter in het vertrek. Hg
was juist met iemand in een ernstig gesprek
gewikkeld. In het schemerlicht kon ik niet
zien wie het was, maar naderbg komende
herkende ik tot mgn verwondering Michael
Quentin.
»Wel, Conway,* zeide Birchell, «wat
doet het mg een genoegen u eens te zien.
Quentin, mag ik u voorstellen aan mgn
vriend, den heer Conway.
praktijken.
Uit het vervolg onzer stukken zal
het duidelyk worden, dat het vervaar
digen of laten vervaardigen van gemunt
geld toch volstrekt niet de uitsluitende
taak der regeering is.
In vroeger tijd was er allerlei soort
van geld in omloop, hetwelk somtijds
tot groote moeilijkheden aanleiding gaf.
Ook was de samenstelling zeer gebrek
kig en kwamen er allerlei knoeierijen
voor.
Eindelijk is men er in beschaafde
Staten toe gekomen, voor de munt van
het eigen land te zorgendus, een eigen
ruilmiddel te hebben. Het zou wel ge
in akkelyk wezen, wanneer alle landen
dezelfde munt hadden, maar wanneer
men er op let hoe uiteenloopend de
maatschappelijke toestanden zyn, dan
is het duidelyk, dat aan iets dergelijks
niet te denken valtal ware het slechts
omdat hetzelfde muntstuk op verschil
lende plaatsen eene geheel verschillende
waarde zou kunnen hebben.
Zooals wij opmerkten zorgt de regee
ring, voor zooveel noodig, dat het on
misbare ruilmiddel er is, en, voorzoover
particulieren ook geld kunnen laten
maken (hierover nader) zyn zy aan de
muntwetten onderworpen. Op die wyze
is knoeien haast onmogelijk en zelfs
het namaken van geld door zoogenaamde
valsche munters komt by na niet meer
voor. Wordt vervólgd).
i
JEtuit«n.lo.nd.
Eugéaie Fougère, eene bekende vrouw
uit de lichte wereld, en haar kamermeisje
zgn vermoord te Aix-les-Baius, onder om
standigheden, die aan den moord herinneren
van Marie Regnault door Pranzini.
Eugénie Fougère woonde te Aix-les-Bains
met hare gezelschapsdame, mad. Giriat en
met haar kamermeisje Lucie Mère.
Zondagochtend hoorden voorbijgangers
gekerm op de villa. Zjj drongen binnen en
vonden de vrouw Giriat gebonden, met een
prop in den mond, maar levend. Eugénie
Foutere en Lueie Mère lagen in de nabg-
heid gebonden en geworgd, beiden dood.
Eugé iie Fougère, 40 jaar oud was een
schoone, opgeschoten vrouw, altgd schreeu
wend gekleed en bedekt met juweelen; zjj
ha 1 er voor circa 200.000 fr. meegenomen
naar Aix-les-Bains; alles is natuurljjk ge-
«Wjj hebben elkaar reeds meermalen
ontmoet,* zeide Qnentin, met dien bgna
onmerkbaren glimlach, die aan zgn gezicht
altjjd iets onaangenaams gaf.
«Het treft al heel toevallig, dat gjj nü
juist bg mg konjt,« zeide hg. «Gg zoudt
mg een groot genoegen kunnen doen.*
«Daartoe ben ik gaarne bereid,* hernam
ik.
«De «North Star* zeilt over een week
uit, niet waar?*
«Aanstaanden Donderdag,* hernam ik.
«Mgn kleindochter, Lucy Borrodale, be
hoort tot de passagiers. Zg reist alleen en
ik heb zoo jui9t den heer Quentin verzocht
een weinig op haar te letten, wat hg met
genoegen wil doen, maar wanneer de admi
nistrateur van de boot ook nog zorg draagt
voor haar, behoef ik mg zeker hoegenaamd
niet over haar te verontrusten.*
«Ik beloof u zooveel mogelgk zorg te
dragen voor mejuffrouw Borrodale,* hernam
ik. «Maar wat hoor ik, Quentin,* vervolgde
ik mg tot hem wendende, «gaat gjj al weer
op reis naar Sydney?*
«Ik ga dezen keer niet verder dan Co
lombo,* gaf hg ten antwoord; «ik heb daar
eenige zaken af te doen, die mg niet lang
zullen ophouden. Hoogstwaarschjjaljjk ga ik
weer met n mede, als de boot terug komt.*
«En ik hoop vurig, dat Lucy ook weer
mede terugkomt,* zeide de oude man.
«Heeft mejuffrouw Borrodale kennissen
in Colombo?* vroeg ik een poos later.
«Daarop kan ik ja en neen zeggen,
mgnheer Conway,* hernam Birchell. «Eenige
onde vrienden van haar moeder znllen haar
zeker vriendeljjk ontvangen. Zjj neemt in
troductiebrieven voor hen mede, maar zg is
belast met een belangrjjke zending, een
hoogst belangrgke zending.* Bg die woor
den keek hg naar Quentin. Om Quentin's
stolen door de moordenaars, die alle schui
ven en kasten doorsnuffeld hebben. Buiten
rjjke vrienden had vrouw Fougère ook wel
minder betrouwbare kennissen.
Vrouw Giriat verhaalt dat zg in den
nacht wakker werd door gerucht in de
kamer van madame en dat zg met licht
daarheen snelde in den gang liep zjj echter
tegen twee mannen, die haar licht uitbliezen
en haar de keel toenepen en een prop in
den mond staken; zjj viel toen bewusteloos
neer en weet verder van niets.
Eugénie Fougère an Lucie Mère werden
verworgd door middel van servetten, die de
moordenaars om den hals hebben toege
wrongen.
Op aanklacht van den Ne lerlandsehen
consul te Rjjsel, is wegens zwandel te Rjjsel
gearresteerd de Belgische luchtschipp9r Goos-
sens, wiens ballonreis van Berljjn naar Calais
een verzinsel moet wezen.
Uit Londen wordt gemeld:
De »St. James's Gazette* zegt, te kunnen
mededeelen dat de Koning heeft goedgekeurd
de benoeming van Austen Chamberlain tot
kanselier van de Schatkist. Men verneemt
dat de Koning verder bekrachtigd heeft de
benoeming van Lord Selborne tot minister
van koloniën en van Arnold-Forster tot
minister van oorlog. Brodrick is benoemd
tot minister voor Indië.
Te Munchen heeft men drie komieken
die met October in een café chantant zou
den optreden, gestikt gevonden in de kamer
van hun hotel. Men veranedt dat zjj zelf
moord gepleegd hebben.
BI jjkens eon Renter-telegram uit Caracas,
hebben de mogendheden thans bg de Venezo
laan sche regeering eischen tot schadeloos
stelling ingediend tot de volgende bedragen
(in dollars)
Vereenigde Staten: 10,900,000, Enge
land: 2,500,000, Frankrgk 16,040,000,
Italië 8,3000,000, Duitschland 1,417,309
België 3,093,800, Spanje 600,000, Mexiko
500,000 Nederland 1,048,451, Zweden
200,000.
De troepen van den Saltan van Marokko
mond kwam weer die onaangename glim
lach en in zgn oogen zag ik opnieuw dien
eigenaardigen gloed.
«Daar Quentin er alles van weet en gg
met hem bevriend zgt, mgnheer Conway,
zou ik u ook gaarne op de hoogte brengen
van de geheele zaak,* zeide de oude Bir
chell. «Wat dunkt u, Quentin?* Qaentin
antwoordde niet dadeljjk, dan zeide hg
langzaam
«Daar kan ik natuurljjk niets tegen
hebben. En ik geloof eigenljjk ook, dat het
wel goed „zou zgn als de heer Conway van
alles op de hoogte was.*
«Wees dan zoo goed plaats te nemen,*
zeide Birchell, «dan zal ik trachten alles
zoo kort mogelgk voor u uiteen te zetten.*
Hg boed mg een stoel aan en ging zelf
tegenover mg zitten. Qaentin bleef staan.
«Hebt gg ooit gehoord, mgnheer Con
way,* zeide mgn gastheer, van de groote
Kalkana Chank?*
«Van wat?* riep ik uit.
«Van de groote Turbinella Fnsus met de
spiraallgn ter rechterzgde, die vgftien jaar
geleden gestolen werd uit den tempel te
Kalkana in Indië?*
«Nooit,* hernam ik; «uwe woorden
klinken mg in de ooren, alsof ze Latjjn of
Grieksch zgn.«
«Dan zal ik het n uitleggen. De Turbi
nella is een soort van schelp, die door dnikers
werd gevonden in de nabjjheid van de
Andaman-eilanden. Al die schelpen hebben
een zekere spiraallgn, meestal van links
naar rechts, die de linksche spiraal wordt
genoemd. Doch groote schelpen met een
rechtsche spiraal dat is van rechts naar
links zgn zeer zeldzaam en daarom ook
zeer kostbaar. De weinige exemplaren, die
men heeft gevonden, worden in de Hindoe
tempels door de priesters gebruikt om er
ia de streek ten noordwesten van Oadjda,
hebben een groote overwinning behaald op
die van den troonpretendent, die op de vlncht
werden geslagen, een aantal gevangenen
achterlatend. De Sultan rukt op naar de
kust. De stammen van Tazza hebben zich
onderworpen.
Uit Mozambique wordt gemeld dat in de
bewaarplaats van baskrnit en granaten in
het fort San Sebastian een geweldige ont
ploffing heeft plaats gehad, waardoor een
aantal personen gedood of gewond werden.
Gelukkig bleef de ramp beperkt tot het fort,
maar het gevaar voor verdere ontploffingen
was nog niet geheel weggenomen.
Volgens den correspondent van de «New-
Vork Times* te Washington verzekert men,
dat de schjjabare oppositie van het Colum-
biaausche Congres tegen het Panama-traktaat
niets is dan eene soort van m inosuvre, erop
gericht om van de Fransche Maatschappij
geld los te krjjgen, in ruil voor te verleenen
privelegiën. De som, welke men op het oog
heeft, wordt op tien millioen dollars geschat.
Daarvoor zal aan de Ver. Staten uitstel
worden gevraagd voor den termjjn van
ratificatie van het verdrag. De gezant der
Ver. Staten te Bogota heeft alle verwachting
op ratificatie vaH het Kanaal-traktaat ver
loren.
De Porte heeft ODhings de aandacht van
de Servische regeering gevestigd op het stre
ven in Servië om benden opstandelingen
voor Macedonië te vormen. De Servische
regeering antwoordde, dat er maatregelen
genomen waren om te beletten dat benden
de grens overtrekken, en dat zjj reeds een
talrjjke bende, die op het pnnt stond de grens
over te trekken, verstrooid had. De Servische
regeering voegde er eehter bg, dat als da
vervolging van Christenen en de uitspat
tingen van de Turksche troepen niat ophiel
den en in Macedonië' geen ernstige hervor
mingen ingevoerd werden, zg in Servië' de
opwinding onder het volk niet zon kannen
bedwingen.
De Engelsche Balkan-commissie, waarvan
de ond-minister James Bryce voorzitter is,
heeft een manifest uitgevaardigd, waarin
er op aangedrongen wordt dat Engeland
in Macedonië tusschenbeide komt, in samen-
wierook op te branden voor hunne afgoden.
Zjj worden als heilig beschouwd en Chanks
genoemd. Na moet ge weten, dat er in 't
laatst van de vorige week een enorme Chank
werd gevonden, die bjjna twaalf duim lang
was. Die werd aan den Nizam te Kalkana
verkocht voor vjjftig duizend gouden ropjjen
dat is vjjfduizend pond. Maar laat ik
na teragkomen op hetgeen mjj persoonlijk
aangaat in deze geschiedenis. Ik heb één
dochter gehad en die is tweemaal ge
trouwd geweest. Toen zg nog heel jong was,
trouwde zg met den heer Harrison, een
ambtenaar bg' de belastingen, die eenige
jaren later stierf en haar een zoon naliet;
twee jaar later deed ze een haweljjk, dat
van een fiaantieel oogpunt als zeer goed
werd beschouwd. Haar echtgenoot heette
Borrodale, en was Engelsch resident te
Kalkana. Daar werd hun een dochter ge
boren, dezelfde Lucy Borrodale, die da
bootreis met h mede zal doen. Mjjne dochter
erfde mjjne manie om schelpen te verza
melen. De schelpen, die gg hier om u heen
ziet, zgn grootendeels door haar verzameld.
De groote Chank was toenmaals in den
tempel te Kalkana; mjjne dochter wilde
haar gaarne in bezit hebben, omdat het een
geheel eenig exemplaar was. Wkt er mede
gebeurd is, heeft nooit iemand vernomen,
maar 't is sen feit, dat de groote Chank is
verdwenen. Men voedde achterdocht omtrent
mgn dochter, en de Nizam maakte er ont-
zagljjk veel ophef van. Borrodale en zgn
vronw waren zslfs genoodzaakt Kalkaaa te
verlaten, en toen bleek dan ook werkeljjk,
dat zjj haar in bezit had. Maar nog voordat
zjj in Engeland kwam, was de schelp op-
nienw verdwenen, doch niemand wist wie
haar gestolen had.
NIEUWSBLAD
Aan Tolstoï is, volgens de «Echo de
Paris*, hot verbljjf te Moskou verboden.
Wordi vervolgd).