Het van Heusden en iltena, de Langstraat en de Bommelerwaard. Land Kindervoeding en -sterfte. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. M 2291. ZATERDAG 6 FEBR. 1904. Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 8 maanden f 1.00. ranco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke Dammers 5 cent. Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elke regel meer 71/# Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. VOOB Wij Jeven in een tijd, waarin, meer dan in vroeger dagen, de aandacht van leeken en deskundigen is gevestigd op den algemeenen gezondheidstoestand. Betere kennis omtrent den aard en de oorzaken van allerlei ziekten heeft ten gevolge gehad, dat op uitgebreide schaal voorzorgsmaatregelen worden genomen om daaraan te ontkomen, zoowel door particulieren als door de publieke auto riteit. Wie eenmaal heeft leeren inzien hoe b.v. sommige besmettelijke ziekten door de lucht, andere door water worden voortgeplant; op welke wijze afschei dingsproducten uit het zieke lichaam schadelijk kunnen worden voor de ge zonden, hij heeft het in zekere mate in zijn macht door eigen maatregelen aan het gevaar van besmetting te ont komen. En hoezeer de regeering mede werkt om den sanitairen toestand te verbeteren, blijkt uit de royale manier, waarop het medisch onderwijs aan onze universiteiten wordt gedoceerd, de groote zorg voor ziekenhuizen, de invoering van gezondheids- en woningwet, als mede uit tal van andere maatregelen meer. Tengevolge van een en ander is de lichamelijke welstand der bevolking er dan ook werkelijk op vooruitgaan, de gemiddelde levensduur der memschen beduidend verlengd, of wat hetzelfde is de sterfte op een bepaald aantal ingezetenen in eenzelfde tijdperk vrij wat geringer dan in den „goeden ouden tijd." Voorwaar een heuglijk verschijn sel, bemoedigend voor allen, die weten, hoeveel er nog op dit oogenblik tegen de wetten der gezondheidsleer gezondigd wordt. Wanneer die wetten meer en beter doordringen tot alle klassen en lagen der maatschappij, dan mogen we, uit de resultaten, thans reeds verkregen, besluiten, dat in 't vervolg nog heel wat meer menschen dan op dit oogen blik aan een ontijdigen dood zullen ontkomen, heel wat meer den „ouden dag" zullen bereiken, die de kroon des levens mag worden genoemd. Opmerkelijk is hierbij de omstandig heid, die in de laatste jaren meer en meer de aandacht begint te trekken: het „teleurstellende, om niet te zeggen ontmoedigende, feit" namelijk, dat de afneming der „kindersterfte" geen ge lijken tred houdt met die der volwas senen, terwijl men juist hierbij een groote verbetering had mogen verwach FEUILLETON. 31) c. PARKER. Hjj liep naar de schrijftafel, opende deze en na eenig zoeken vond hjj den bewasten brief, die aan hem geadresseerd was. Een rilling roer hem door de leden, toen hg den brief opnam. Hjj stak hem in zjjn zak en sloot de schrijftafel. »Wil ik je eren alleen laten om hem kalm te lezen?* vroeg Marie. »Neen,« antwoordde hjj, sik zal hem thuis lezen, na kan ik niet.* Lord Alton zat in zjjn kamer in het hotel. Hjj had de deur gesloten om niet gestoord te worden, want Mr. Carlyon, die nn wjjzer was geworden en den speellast had laten varen, kwam dikwjjls bjj hem wanneer hjj niet werkte of met Mr. Brown een wandeling maakte. Lang tuurde hjj op de zee om zjjn ge dachten afleiding te geven, maar plotseling zich vermannende, nam hg den brief uit zjjn zak, brak hem haastig open en terwjjl het zweet op zjjn voorhoofd parelde, begon hg te lezen Lord Bernard Alton, Wat ge thans lezen gaat is de geschie denis van een menschenleven, van een man die veel geleden heeft, die goed en slecht is geweest. Ja, goed zoolang hjj dit kon zjjn ten. „Wanneer toch", aldus schrijft dr. E. J. Jonkers in een brochure, die in druk verscheen onder den titel van „Iets over kindervoeding en kinder sterfte, meer speciaal in het le levens jaar, met statistisch overzicht van de geboorte en sterfte over de laatste 25 jaren" „wanneer tengevolge van verschillende omstandigheden de sterfte afneemt, dan spreekt het, dunkt mij, van zelf, dat die afname het grootst déAr zal zijn, waar het aantal onnoo- dige sterfgevallen mijns inziens het grootst is, te weten in het eerste levens jaar. Zooals ik breedvoerig heb aan getoond, is zulks echter geenszins het geval en zijn de „kinderen thans dus nog in betrekkelijk weinig beter positie dan vroeger." In een op tal van statistische gegevens berustend betoog heeft de heer Jonkers aangetoond, dat de oorzaken van dit treurige verschijnsel gezocht moeten worden, deels in „gemakzucht" bij de meer gegoede ouders, deels in onwetend heid bij hoogere zoowel als lagere stan den, maar hoofdzakelijk in de onvol doende economische toestanden bij de minstbedeelden in onze samenleving. Gemakzucht! Yan de 100 moeders te Berlijn, die een huis met 6 kamers bewonen, zoogen er 17 a 18 zelf haar kinderen, 27 28 schaffen een min aan en de rest, dat is 55 h 56, neemt haar toevlucht tot de zuigflesch. En dat ter wijl „een eeuwenoude ervaring heeft geleerd, dat de „natuurlijke" voeding aan de borst der moeder den meesten waarborg biedt tegen het optreden van voedingsstoornissen, en verder, dat de stoornissen, die hierbij eventueel moch ten optreden, van minder ernstigen aard en voor genezing gemakkelijker vatbaar zijn dan die bij andere voedingswijzen kunnen ontstaan." Als men nu hierbij in aanmerking neemt, dat de sterfte in het eerste levensjaar voor ongeveer twee derde gedeelte" veroorzaakt wordt door ziekten van het „maagdarmkanaal", dan weet men, wat die kunstmatige voeding zeggen wil. Bedenk nu daarbij, dat elke moeder, die een min neemt voor haar kind, ge vaar loopt den dood van een ander kind op haar geweten te krijgen, al is het dan ook „maar" van een „natuurlijk" kind. De sterfte toch bij onechte kin deren, die uit den aard der zaak reeds beduidend aanzienlijker is dan die van wettige gemiddeld 1.7 maal zoo groot stijgt tot een bedroevende hoogte, en slecht, ellendig, boosaardig, gemeen en laag, toen hg door smart half krankzinnig was geworden en bjjna niet eens toereken baar was voor zjjne daden. Lord Alton, ik ga u mg a eigen leven verhalen. Het voortbestaan is mg thans een last en meer dau eens heb ik gepoogd een einde daaraan te maken. Maar telkens scheen een onzichtbare hand mg terug te houden. Ik moet boeten voor hetgeen ik heb mis dreven, ik heb wraak genomen, terwjjl de wraak aan God is, en alhoewel ik mg soms minder schuldig gevoel, toch drukt een mis daad mij ter neer, die misdaad was een moord e"h ik ben de moordenaar. Mjjn slacht offer tvas eveneens een moordenaar, maar toeh, wat ik ljjd gaat alle beschrijving te boven. Ik zal u alles punt voor punt vertellen. Misschien weet ge reeds veel daarvan, maar thans zult ge een beter begrip krjjgen en zal u verklaard worden waarom ik soms sidderde en rilde wanneer ik u zag. Op de zelfde villa waar ik thans woon, woonden lang geleden de graaf d'Augervilla. Hg had twee dochters Cecile en Marie, die beiden even schoon waven en sprekend op elkander geleken. Marie had mg haar liefde geschonken, ik beminde haar met geheel aijjn ziel, zg zou mgn vrouw worden en ik zou stesds de gelukkigste aller stervelingen zjjn geweest, indien het noodlot niet plotseling een jongen Engelschman naar ons badplaatsje had ge voerd. Die man was uw vader. Van dat oogenblik was er een einde aan mgn geluk gekomen. De jonge man maakte kennis met den graaf d'Augerville, hjj bracht daar, waar bet regel is, dat de onge huwde moeder dienst doet als min. In sommige streken, zegt dr. Jonkers, „be reikt zij de schrikbarende hoogte van 750 per duizend. Nog vreeselijker maaide de sikkels des doods de kinderen weg der minnen in het Fransche departement „Loire inférieure", van wie 900 op de duizend reeds in het eerste levensjaar den tol aan de natuur betalen." Het aantal streken evenwel, waar de gewoonte, om de zuigelingen door min nen te laten voeden, inheemsch is, be staat gelukkig nergens in die mate als in de centra der Fransche bevolking. Vandaar dat het cijfer der daardoor uit het leven gerukte kinderen in het niet verzinkt bij dat, 't welk aanduidt de menigte, door andere sociale misstanden tot een ontijdigen dood gedoemd. Slot volgt. Buitenland. Uit de Pruisische provincie Posen worden op het oogenblik vele vreemdelingen gezet, o. w. er velen zjjn die 30 jaren lang in de provincie gewoond hebben. Te Berlijn werd Woensdag uit Duitseh Z.-W.-Afrika het volgend telegram ont vangen: Windhoek en Okahandja zjjn ont zet; de Bondelzwarten hebben zich 27 Jan. onderworpen, zij stonden hun geweren af, leverden de schuldigen uit en namen ge noegen met afstand van land aan het gouvernement. Den 28en Januari is het voornaamste kamp van den vjiand bjj den Keizer-Wilhelmberg, Okahandja, bestormd. De vjjand trok zich terug in de Otjisangeti- bergen. Vier-en-veertig vrouwen en kinderen van kolonisten zjjn vermoord, de meesten na erge mishandeling; zes-en-twintig man nen zjjn gesneuveld; verder vermoedt men dat er nog een vjjftigtal dood zullen blgken. Het Servische ministerie heeft haar defi nitief ontslag aangeboden. De koning heeft daarop alle uitstekende staatslieden bijeen geroepen. Een reusachtige vergiftiging, waarbjj de bedorven boontjes-slachting te Darmstadt geheel in 't niet zinkt, he^ffc plaats g«had in de dorpen Obrczsa, Marga en Glamboka in het Hongaarsche comitaat Krasio-Szö- reny. Meer dan 100 personon liggen daar terneer aan loo-lvergiftiging en verscheiden zjjn reeds overleden. De oorzaak is gemak een bezoek aan de villa en een korten tjjd daarna geraakten de beide dochters op hem verliefd. Met verdriet en woede in het hart zag ik dat Marie, die mg trouw gezworen had, haar belofte geheel vergat en een krank zinnige liefde opvatte voor den jongen lord Alton. Hg was voor beide zusters even vriende lijk, maar ik wist dat hg op Cecile ver liefd werd, zoo zelfs dat hjj in het geheim met haar huwde om den graaf te noodzaken haar toe te staan met hem naar Engeland terug te keeren, want deze had zjjn dochter beloofd aan een rjjken Amerikaan, in wieu zg volstrekt geen zin had. De graaf d'Augerville was een valsche speler, die ook mg groote sommen had ont stolen. Ik zweeg echter en liet hem steeds winnen, zooveel dit in mgn vermogen was. Dat alles deed ik alleen ter wille van mgn liefde voor Marie. Maar uw vader was niet zooals ik. Hg kreeg twist met graaf d'Angeville toen hjj bemerkt had, dat deze met valsche kaarten speelde. Een dusl was het gevolg daarvan, en nw vader doodde hem. Cecile d'Augerville werd woedend op uw vader en schreeuwde ham toe he8n te gaan en nooit terng te keeren. Later echter, toen nw vader reeds lang vertrokken was, kwam haar liefde haar weer beheerschen en zg kreeg zeer veel bsronw over hetgeen zg gedaan had. Marie wist haar over te halen afstand van hem te doen en naar een klooster te gaan. Haar liefde voor uw vader was in doode- ljjken haat veranderd en zg vertelde aan Cecile dat het onmogelgk was, dat zg leven zon met den moordenaar van haar vader; keljjker op te sporen geweest dan te Darm stadt: een brandewjjnstoker had om de sterkta van zjjn product te verhoogen en den duur der bereiding te verkorten den ketel van binnen met lood bekleed 1 De justitie heeft de zaak aanstonds in handen genomen. Een Zweedsche visscher heeft Dinsdag aan de Zweedsche knst bg Hernövand een man aangetroffen, die in een kleine boot in zee hulpeloos en uitgeput ronddreef en zelfs geen hoed op of overjas aan had. Zoodra de ongelukkige aau boord van het visschers- vanrtuig was gehaald en opgekwikt, ver telde hjj, hoe hjj reeds zes dagen zonder eenig voedsel van de Finsche kust op de vlucht was voor de Russische politie. Aan- vankeljjk had hjj geroeid, maar sedert zgn krachten hem begeven hadden, had hjj zich maar laten drjjven. De man verklaarde, dat hjj sergeant van politie te Wasa, in Finland, was geweest, totdat hjj door de regeeringsspionnen op zekeren dag verdacht werd mee te doen aan de betoogingen tegen de militaire maatre gelen der Russische regeering. Zonder ver deren omhaal werd daarop besloten hem gevangen te nemen, naar St. Petersburg te zenden en vervolgens naar Siberië te trans porteeren. Hg werd echter telefonisch ge waarschuwd voor het hem dreigend gevaar en nam de vlucht. Ongehinderd bereikte bij de haven, sprong daar in een boot en roeide naar zee. Hg had vreeseljjk te ljjden gehad van het booze weer en de strenge konde, maar hg was vast besloten liever te sterven dan naar Siberië te gaan. De ontmoeting van Dinsdag heeft den armen Fin gelukkig voor beide bewaard. In het paleis van dm gouverneur van den Kaukasns, prins Galitzin, op wien reeds vroeger, geljjk men zich herinnert, in de nabijheid van Tiflis een moordaanslag werd gepleegd door Armeniërs, heeft men thans een mjjn gevonden, die ook het werk van wraakzuchtige Armeniërs moet zgn. De Morning Post* verneemt uit Tsjifoe: »De toebereidselen voor de ontruiming van Wei-hai-wei door de Engelschen worden voortgezet. De schepen die de haven aan doen, om steenkool in te nemen, nemen de daar opgestapelde voorraden schietvoor raad mee*. Het was bekend dat de Engel- schen zich weinig meer aan Wei-hai-wei Cecile gehoorzaamde haar met een bloedend hart, nam afscheid van de wereld en ging zich in een klooster opsluiten. Marie schreef daarna een brief aan nw vader dat Cecile gestorven was. Dwaas die ik was. Ik wist dat Marie mg niet langer lief had, maar ik was krank zinnig en ik smeekte haar mgn vronw te worden. Eindeljjk stemde zg daarin toe en een jaar daarna schonk zg mg een doch tertje. Zg scheen zich echter bg mg te vervelen. Mgn liefde vermocht niet haar koelheid te veranderen en toch bleef ik haar harts tochtelijk beminnen. Op een goeden dag verliet zg mg. Een briefje, dat zg achter gelaten had, ver meldde dat zg naar Pargs ging en dat zg daarna de wereld zon rondreizen. Het gevoel van wraak op lord Alton gaf haar g en rast of danr, maar zg achtte den tgd daartoe nog niet gekomen. Later, wanneer zg in staat zon zgn om zich machtig te wreken, zon zg dit doen. Ik liet mgn dochtertje aan de zorg van een min over en reisde naar Pargs om haar op te sporen. Ik gnnde mg zelf geen tgd overal liep ik in en vroeg inlichtingen, maar zonder resnltaat. Ik vermocht niet haar te vinden. Eindeljjk ontmoette ik op een der boulevards een harer oude vrien dinnen, die ik ook kende. Van deze vernam ik, dat mgn vronw een week geleden naar Amerika vertrokken was met een rgke Amerikaansche familie, wier naam mg ge noemd werd. Zjj zon het eerst naar New- York gaan als gouvernante en indien het haar daar beviel, zon zg daar voorloopig lieten gelegen liggen. Maar het bericht van de definitieve ontruiming komt toch onver wacht. Prins Oechtomski schreef Woensdag in de St. Peterboergskia Wjedomosti>Indien er iets noodig is om aan te toonen dat er geen verdere concessies aan Japan zullen gedaan worden, zal wel het feit dat de re serves op worden geroepen, terwjjl het di plomatieke antwoord nog wordt voorbereid, voldoende zjjn. Het leger wordt gemobiliseerd, dat is dnideljjk. Concessies maken geen meerdere militaire toebereidselen noodig. Onze schepen zgn klaar en wjj zgn bereid, onzen oorlogznchtigen buur met de noodige eer te ontvangen.* Da Roes zegt: Rusland is voor alles gereed. Men zal ondervinden dat het leger volkomen bereid is, den handschoen op te nemen.* Uit het Nowoje Wremja: »Er zgn tee kenen dat de oorlog nadert. Door invloeden van bniten af is Japan in een positie ge drongen waaruit het onraogeljjk kan terug krabbelen. De Amerikanen gebruiken de Japanners om voor zichzelf den weg te bereiden, en besehonwen hen als louter kanonvleesch.* Een bekend admiraal* liet zich als volgt uit: »Er is geen sprake van, of de oorlog zal uitbreken. Maar ik zon er de voorkeur aangegeven hebben, als hg niet voor Maart was gekomen.* Generaal Konrapatkine, de Rnssische mi nister van Oorlog, en de luitenant-generaal Sakkaroff, chef van den generaleu staf, hebben te Petersburg eene samenkomst ge had met den tsaar. Zjj hebben den keizer den militairen toestand, in verband met de Oost-Aziatische quaestie, uiteengezet. Het antwoord van Rusland werd gezegd bevat alle concessiën, waartoe het bereid zon worden bevonden. Men erkent, dat Japan deze Rnssische voorwaarden zon kun nen weigeren en dat deze weigering den oorlog na zich zou kunnen slepen. In dat geval zal generaal Konrapatkine het opper bevel over de landmacht op zich nemen. Het totaal-effectief van het Russische le ger, dat in het Verre Oosten zou ageeren, met inbegrip van de troepen die er reeds zgn en die zich op weg er heen bevinden, bedraagt 390,000 man. En bovendien kun- ner per Trans-Siberischen spoorweg binnen big ven. Zjj had aan haar vriendin verteld, dat zg mg ontvlucht was, omdat zjj mg niet lief had en niet langer met mjj onder één dak kon vertoeven. Deze was met mgn lot be gaan, maar keek vreemd op, toen ik haar vertelde, dat ik stellig besloten had, haar overal te volgen. Ten slotte zon zjj wel medeljjden gevoelen met den man die zooveel deed om haar te bezitten. Ik vroeg geen liefde van haar. Ik zon reeds gelnkkig zgn wanneer ik haar slechts zien mocht en een paar vriendeljjke woorden van haar lippen hooren. Ik achtervolgde haar dadeljjk en in New- York dnnrde het een gernimen tgd voor ik haar vinden kon. Gelnkkig wist ik den naam der familie. Toen ik haar echter zag, wei gerde zjj beslist met mjj naar Frankrjjk terug te keeren. Zjj was daarenboven woe dend, dat ik het gewaagd had, haar te volgen. Eenige maanden bleef ik in New- York, bigde wanneer ik de gelegenheid had haar te zien, wanneer zjj met de kinderen nit wandelen ging. Toen vertrok zjj weer met de familie op reis, en a'le pogingen, welke ik than i: het werk stelde om te vreten waarheen zjj was gegaan, bleven volkomen vruchteloos. Ik moest naar Frankrgs terogkeeren en ging weer naar mgn woonplaats. Daar bleef ik eenige jaren, altjjd lgdende en treurende over het verlies van de vrouw die ik kco zeer beminde. Toen mjjn dochtertje vjjf jaar oud geworden was, zond ik »ar naar -en klooster en maakte een groote reis om mjjn zenuwen tot bedaren te Wcagan. {Slot WilgU) DOOK

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1904 | | pagina 1