Het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard. ,M 2306. Rusland en Japan, Broeder en Zuster. Uitgever: L.. J. YEEEMAH, Heusden. WOENSDAG 30 MAART. 1904. Oorlog tusschen Japan en Rusland. IAN0 VAN TOOK Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementiprji: per S maanden f l.OO. franco per poet zonder prjjsverhooging. Afzonaerljjke nummers 5 cent. AdvertentiSn van 16 regels 50 et. Elke regel meer 71/» ot. Groote letters naar plaatsruimte. AdvertentiSn worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. Pierre Leroy-Beaulieu schrijft in de Revue de Deux Mondes over Japan en zijn hulpbronnen een artikel, zeer door werkt, en waarin (wat wel vermelding ■verdient bij werk van een Fransehman in dezen tijd) de schrijver blijkbaar streeft naar onpartijdigheid. Wij laten lier volgen wat hij over de kansen van den oorlog zegt: Hoe hoog men het Japansche leger ook moge schatten, en hoeveel bewon dering men gevoele voor het werk dat sedert 35 jaar door dit buitengewone volk verricht is, het schijnt ons toe dat de beletselen die zich voor Japan op doen, als het de Russen uit Mantsjoerije wil verjagen, onoverkomenlijk geacht moeten worden. Het Japansche leger heeft bijna geen ruiterij, en op het oogenblik dat het het bergachtige terein verlaat, dat niet alleen Korea bedekt, maar bovendien een vrij groot gebied op den rechter- (Chineeschen) oever van de Jaloe op den dag waarop het de Mantsjoersche vlakte in den omtrek van Moekden bereikte, waar het eerst na zeer groote bezwaren en vermoeie nissen zou aankomen zou het dikke en beweeglijke „gordijn" van de ko zakken-ruiterij 't Japansche leger aan alle zijden omhullen, de bewegingen des vijands onmerkbaar maken, en de Ja panners aan alle mogelijke verrassingen blootstellen. Overigens, als Rusland zich bij den aanvang der vij andelij khed en in eene ongunstige positie bevond, zoo het misschien slechts een 100.000 man be schikbaar had in Februari, zoo de Trans- siberi8che spoorweg waarschij nlijk slechts 1400 of 1500 man per dag kan ver voeren, zoo de Russen op 8000 K.M. afstand niet alleen hun munitie, maar ook hun leeftocht moeten betrekken Rusland zal toch 200.000 man beschik baar hebben in den loop van den maand April, en meer dan 300.000 in het be gin van Juli. En zelfs indien Japan er in geslaagd mocht zijn wat een ge waagde onderstelling mag heeten dan omstreeks 400.000 man naar Korea over te brengen, en volstrekt meester te blijven ter zee (wat de Japanners in staat zou stellen, hun verbindingslijn te verkorten, en aldus troepen uit te sparen, door het aanknoopingspunt van de maritieme en de militaire bewegingen over te brengen naar den mond van de Jaloe) dan zou het toch nog in de noodzakelijkheid blijven, Korea te be- FEUILLETON. 8) Geukkig bleef er geen tjjd over voor al e gedachten, want de steeds opmerkzame bman kwam de dames berichten, dat de (uipage van Iwan Iwanowitsch ze wachtte, m het gezelschap naar het nog tameljjk er verwijderde Earpilowka te voeren. Catc lennde achterover in het rjjtaig en Aeek if en toe op 't horloge, om te zien, of men spoedig op de plaats van bestem ming was. Ook Roman sprak geen woord zijn gezicht had, terwjjl hg de omgeving opnam, een drooraende uitdrukking en toen eindelijk de strooien daken van een uitge strekt dorp zichtbaar werden, strekte hg onwillekeurig de hand naar die richting uit, alsof hg wilde zeggen: »D4ar!« Bjj deze beweging keek Atilla op. Denkt ge, dat dit Earpilowka is, mijn heer Leontieff? We zjjn al drie of vier pre cies znlke dorpen voorbijgegaan.* Roman wees op een lang, smal woud, dat zich aan den horizon uitat-ekte. «Dat groene hont moet de Dannba zjjn,* zei hg als tot iichzelven. Cato keek naar hst noodlottige woud, dacht aan het trenrige einde van haar neef Lnbim en zuchtte. Plotseling richtte zjj zich op en zei half lachend, half verdrietig: Waarom zjjn wjj allen zoo plechtig? Zoolang ik me kan herinneren, was het zetten en aldus een aanzienlijk deel van zijn leger vast te leggen. Rusland zal, hoe duur dat moge uitkomen, zijn strijd krachten onbepaald versterken, aange zien er in deze worsteling te veel op net spel staat: zijn prestige tegenover de buitenwereld, en ook het gezag zijner regeering binnenslands. Naar 't zich laat aanzien zullen de Japanners in Mantsjoerije door de over macht verpletterd worden. In Korea is de toestand niet dezelfde. Daar zullen de Russen tegenover vij anden staan die het land reeds in bezit genomen, en waarschijnlijk al den tijd gehad hebben, zich te versterken. In die moeilijk toegankelijke bergstreek die aan hunne, aan wijde vlakten gewende soldaten een soort van schrik inboezemt, te midden van de talrijke bergstroompjes die bezwaarlijk door ruiterij overge - getrokken kunnen worden, zullen de Russen slechts weinig voordeel trekken van hun ruiterij. Indien de Japansche infanterie den lof verdient dien men er aan toezwaait, indien zij hardnekkig haar stellingen verdedigt, indien de verbinding met Japan ongestoord be waard wordt, kan het uiterst moeilijk, zoo niet bijna onmogelijk blijken, hét Japansche leger uit het groote schier eiland te werpen. Een der ernstigste gebeurtenisseri die zich konden voordoen, zou de vsd van Port Arthur zijn, nog niet zoozeér we gens de militaire gevolgen, maar jwegens de politieke uitwerking. Er Zf6u daar meer voor noodig zijn dan bombarde menten, die „krijgsverrichtingen van den vijfden of zesden rang"? gelijk Borgnis-Desbordes ze noemcde: de Ja panners zouden een troepenmacht moe ten ontschepen en het gelfak zou hen moeten dienen, maar indien deze ver sterkte plaats eenmaal verloren was voor de Russen, zou ze uiterst moeilijk te heroveren zijn, waat is met het vasteland slechts verbor/den door een landengte van een ptjtar kilometers breedte, welke geheel betreken wordt door het geschut van de Japansche vloot. En aangezien de Russen geen afstand van Port Arttyur zouden kun nen doen, zonder zich/ in de oogen der Chineezen te vernederen, zou de oorlog reeds daardoor alleei^ zeer verlengd worden. f Een van de eigenaardigheden in dezen oorlog is, dat het v<por beide tegen standers uiterst moeijl ijk zijn zal, den ander tot vrede te cjwingen door een stoot die in 't hart treft. Japan kan altjjd een verre, vrooljjse droom, ééns tante Lonise in Earpilowka te gaan bezoeken, bjj voortdurenden zonneflchjjn en genoegen zonder einde. Nn zgn wjj eindeljjk daar, de droom is waarhejd geworden, de zon schjjnt, mjjn lieve mHuaa is bjj mg, mjjn- heer Roman begeleid^ ons, en toch is het niet zoo mooi, als ik najj had voorgesteld. Wordt toch wakker, ^mjjnheer Roman 1 Se dert wjj 't station verlileten hebt ge geen tien woorden gesproken. I:k geloof, dat ge ge heel terneer gedrukt zjjt door het gelnk, weer in uw vaderland te zgn; waart ge vroeger al eens in de»ie streek?* «Nooit,* antwoordde hg, «en toch komt alles mg zoo bekend vjoor, alsof ik het al eens had gezien; het s$al wel zoo zgn, als ge zegt, juffrouw Cato., na een lange schei ding ljjkt iedere plek v,an 't vaderland be kend.* De equipage reed ibu langs de graan schuren, daarna langs d^n schitterend witten mnnr, die den tuin on^rmgcle en eindelgk door de groote poort.,/ De honden sloegen aan, de oude Enrp stfond vol verwachting onder het portaal. Op het oogenblik, toen de dampende paarde^ stilstonden, traden Iwan Iwanowitsch eft Lonise Martinowna naar bniten. Bjj den jlang ontbeerden aan blik harer zuster vejrgat Atilla alle ver moeienis teeder, bjjn/a moederlijk sloot zjj haar in de armen, di tarna hield zjj haar op een kleinen afstand, om haar beter te kun nen aanzien. Maar ac h t zjj voelde een steek in de borst, toen i ;jj de vroeg verwelkte trekken, de glanslo jze oogen en de wee moedige uitdrukking t waarnam van het ge zicht dat zjj lieh nieïfc anders dan zorgeloos Rusland zulk een stoot nooit toebrengen. Wat de Russen betreft: indien zij de Japanners weer van het vasteland af jagen en hun dan, zonder te willen onderhandelen, harde vredesvoorwaar den willen opleggen, hoe zouden zij hen dan kunnen dwingen? F.en ont scheping van groote troepenmassa's in Japan daaraan is niet te denken welk een reusachtig aantal soldaten men ook op die eilanden aan wal zette, er zou daar een krijg ontbranden wellicht zonder voorbeeld in de geschiedenis; vrouwen en kinderen zouden meevech ten en uit die teere poppetjes van vrouwen zoü, zöo al niet een Jeanne d'Arc, althans /menige Judith of Jeanne Hachette te voorschijn komen. Wat een overrompeling van het noordelijke eiland Jezo door' de Russen betreft, behalve dat de Russische vloot dan de zee zou moeter/ beheerschen, zouden in dat geval Engeland en de Yereenigde Staten zeker tussnhenbeide komen. Overigens, indien er één voorspelling rflét al te gewaagd lijkt, is het deze: $at onzijdige mogendheden tegen het einde van den strijd tusschenbeide zul len komen, om den overwinnaar te be letten te ver te gaan. Ook de onzijdigen zullen dan in twee kampen staan, en hun wenschen zullen niet denzelfden kant uitgaan, maar zeker is, dat er maatregelen genomen zullen worden door den een of ander, om te voor komen dat de overwinnaar een over wicht verkrijgt over China, misschien reeds om te beletten dat Korea geheel wordt ingepalmd. Het is dus twijfel achtig of uit dit betreurenswaardig con flict een van de partijen een groot en blijvend voordeel zal kunnen trekken, tenzij een ontzettende, algemeene oorlog dientengevolge ontbrandt. Ook al zet men deze sombere onder stelling ter zijde, ook dan nog blijft de toekomst na dezen oorlog tusschen Rusland en Japan zeer dreigend. Aan nemende dat Rusland door zijn macht te land sneller overwint dan men over 't algemeen denkt, dan zal deze eerste groote oorlog tusschen het blanke en het gele ras getoond hebben, dat een gele natie, na dertig jaar bij de blanken ter school gegaan te hebben, zich al thans met haar leermeesters kan meten, zoo al niet deze overwinnen. De Chi neezen staan zeker niet gelijk met de Japanners, en het schijnt moeilijk aan te nemen dat zijzelf hervormingen zul len invoeren, maar er wordt door ande ren zoo druk gewerkt aan hervorming en vrooljjk kon voorstellen. «Arme Lonise!* zei zjj zacht. Onwille keurig trok zjj Cato naar voren, om de opmerkzaamheid en den scherpen blik van haar zwager van zich af te wenden. Lonise Martinowna keek lang in het jonge, frissche gezicht, alsof zjj elke ljjn wilde bestndaeren; toen keerde zjj zich tot haar echtgenoot en zei: >Iwan, het kind ljjkt op onzen zaligen Lnbim.* Iwan's trekken hadden een ongewoon zachte nitdrnkking aangenomen. «We zullen ons niet vermoeien met ver- geljjkingen te maken, maar ons verhengen, dat wjj haar hier hebben. Bereid u er maar op voor, Atilla, dat we n niet zoo spoedig laten gaan.* Cato wilde jnist iets zeggen, toen Atilla haar reisgezel, den heer Leontieff aan haar znster en zwager voorstelde. Maar nanweljjks had Iwan een blik geslagen op de hooge gestalte en de regelmatige trekken van zgn gast, of hg week eenige stappen achternit. «Hoe vreemd,* stamelde hg, >ik wist niet Hoor ik goed, jonge man? Hoe is uw naam? Gjj heet Leontieff?* «Roman Iwanowitsch Leontieff,* ant woordde de aangesprokene, eenigszins ver wonderd over de vreemde ontvangst. «Roman Iwanowitsch?* Iwan haalde diep adem. «En ge hebt een moeder? Hoe heet uw moeder, Roman Iwanowitsch?* De scène begon voor alle aanwezigen pjjnljjk te worden; men zag, dat Romans aderen opzwollen op zgn voorhoofd bjj dat zonderlinge verhoor. van de Chineezen dat men zich met spanning afvraagt, of dat ten slotte niet gelukken zal. Bovendien zal Japan, onaantastbaar gebleven op zijn eilanden, door een nederlaag, die waarschij nip k is, niet verpletterd worden. Het zal na eenigen tijd zijn vlucht hernieuwen, achtsruit- gaan zal het niet. Mislukt deze poging, dan kunnen de Japanners haar nog eens wagen, gebruik makende van tijde lijke verwikkelingen die zich in Europa kunnen voordoen, van binnenlandsche woelingen in Rusland, bijvoorbeeldzij kunnen zich langzamerhand opdringen aan de Chineezen, want in elk geval zal deze oorlog het aanzien van de Japanners die hem aangedurfd heb ben in de oogen van de Chineezen vergrooten. De toestand der Europeesche volkeren in Oost-Azië zal daarna niet meer dezelfde zijn als thans. Laat ons niet verwonderen, dat wij voortaan rekening te houden zullen hebben met dit gele ras, dat wij zelf uit zijn slaap wakker geschud en aan zijn vereen zaming ontrukt hebben. Buitenland. Ambteljjke Russische telegrammen melden dat in den nacht van Zaterdag op Zondag, de Japanners opnieuw doende zgn geweest om den nitgang van de haven van Port- Arthur met branders te verstoppen. Vice-admiraal Makarof zond hierover uit Port-Arthur het volgende ambteljjk telegram aan den Tsaar: Zondag om twee nar in den morgen heeft de vjjand een tweede poging gewaagd om den ingang van de binnenhaven te ver sperren. Hg zond vier groote koopvaardjj- booten, begeleid door zes torpedobooten, die op den ingang van de haven afkwamen. Toen de vjjandeljjke schepen waren opge merkt, dank zjj de zoeklichten, dienden zjj aanstonds tot mikpunt van de kanonnen der oorlogsschepen. Luitenant Eriniski, de kommandant van de wachthebbende torpedo boot Silni, wierp zich op den vjjand en een torpedo vernielde den voorsteven van de Japansche stoomboot die vooraan ging. Deze richtte zich toen naar rechts en twee an deren volgden, met dat gevolg, dat alle drie zich in rechtsche richting van den toegang der haven verwjjderden en strandden. De derde zette koers naar links en leed even- «Mjjn moeder heet Natalie Laurentiew- na,< antwoordde hg, zich bedwingende. Zoodra Iwan dien naam hoorde, verloor zgn gezicht de strakke nitdrnkking. «Vergeef me mjjn onbeleefdheid,* zei hg, den jongen man de hand toestekende. «Ge hebt zoo'n merkwaardige geljjkenis met een dame, die ik vroeger gekend heb, dat ik dacht, dat ge familie van haar zondt zgn. Maar nn zie ik, dat ik me vergist heb. Earp,« zei hjj op scherpen toon tot den dienaar, «waarom neemt gjj 't gezelschap de bagage niet af?« Het was hem niet ontgaan, dat de onde man den blik strak op Roman gevestigd had. «Dezelfde oogen, dezelfde nens,* fluisterde Earp in zichzelven, toen hg zich met de reistasschen verwgderde, «maar hg mist de heersehzuchtige uitdrukking.* V. Schitterend lag de dauw nog op de bla deren en de bloesems, toen Roman den vol genden morgen vroeg naar bniten trad. Hjj hield van den ochtendstond in 't frissche groenmisschien had hjj zich ook wel een weinig gehaast, toen hg even te voren een lichten, welbekenden stap in den gang hoorde; ten minste zgn oogen keken zoekend in de rondte, tot hjj in de verte een wit kleedje ontdekte. Snel sloeg hjj die riehting in, waar Cato, voorzichtig den zoom van haar lichte japon van 't vochtige gras optillend, haar morgenwan deling deed. Elk oogenblik verminderde de afstand tnsschen henweldra moest zjj hooren, dat er iemand achter haar liep. eeDS Bchipbrenk bniten de vaargeul. De Silni begon tegen de zes vgandeljjke torpedobooten te vechten. Van de opvarenden werden een ingenieur en zes matrozen ge dood, luitenant Eriniski en twaalf matrozen gewond. De tweede poging van de Japanners om don toegang tot Port-Arthur te ver sperren, is dus mislukt, de toegang tot de haven blgfc volkomen vrjj. Een ambtelgk telegram van den stad houder Alexajef aan den Tsaar uit Moekden, onder dagteekening 27 dezer, deelt mee, lat bij den aanval van vjjandeljjke stoom- booten op de torpedoboot Silni de schoor steen en de machine van deze beschadigd zgn. De boot dreef dientengevolge in de nabjjheid van den Gouden berg op strand, vanwaar zjj weer vlot is geworden. Het aantal gesneuvelden en gewonden op de Silni is nog niet nauwkeurig bekend. Op de branders bevonden zich helsche machines. Luitenants Eedrof en Asarief en de adel borst Pilsoedsdy gingen op bevel aan boord van de stoombooten, sneden de draden der electrieche geleidingen door en doofden het vnur, dat den vjjand den ingang tot de haven had moeten verlichten. Op de reede vond men 's morgens een drjjvende torpedo met een helsche machina, die gelukkig on schadelijk gemaakt werden. Uit Nioetsjwang wordt dd. 28 dezer ge mold De consuls hebben gisterenavond de vreemdelingen kennis gegeven van Alexejefs bevel, dat Nioetsjwang in staat van oorlog verklaart en aan bizondere voorschriften onderwerpt. De uitvoer van contrabande, waartoe ook boonen, boonekoeken en andere voedingswaren worden gerekend, is verboden tenzjj een som, geljjk aan de waarde dar lading, wordt gestort als waarborg dat die lading niet nit een onzjjdige haven naar Japan of Eorea wordt gezonden. Deze be paling brengt den handel van Nioetsjwang feiteljjk tot stilstand. Aanzienljjke vreemde lingen zeggen dat dit een wederrechteljjk optreden van Rusland is. Het maakt de positie der consuls onhoudbaar. Deze hebben hun regeering om lastgeving geseind. Een later bericht luidt De burgerljjke overheid heeft op verzoek van de consnls beloofd, de krjjgswet nog niet scherp te zullen toepassen totdat de consuls instructiën ontvangen hebben van hun re geeringen: aldus wordt het gevaar voor verwikkelingen verminderd. Amerikanen, «Juffrouw Cato, waarheen zoo snel?* riep Roman op eenigen afstand, maar de geroepene keek niet om. «Jnffronw Hennink,* riep hg luid, «ik wensch u een goeden morgen.* Nu wende Cato zich snel om. «Eindelgk mgnheer!* zei ze met komi sche waardigheid. «Vergeef me,« zei Roman lachend. «Als een vogel vloogt ge voor mg hesn, alsof ge uw best deedt, mg bniten adem te bren gen. Men zon zeggen, dat ge hier al overal den weg wist.* «In 't geheel niet, Roman, maar ik ben nieuwsgierig, Earpilowka te leeren kennen. Mama sliep nog, ik ben stil weggeloopen, zonder dat zjj 't bemerkte. Eom, dan znllen wjj onze ontdekkingstocht samen voort zetten.* Babbelend wandelden zjj langs de paden van den grooten tnin, zaten op de bank bjj den vjjvar, waar Louise Martinowna vroeger zoo dikwjjls zat en lieten van eene kleine hoogte han blikken gaan ver over Earpi lowka en de eindelooze vlakte der graan velden. Een kromming van den weg bracht hen plotseling tegenover een groote, door een hek afgezette plaats, waar in het midden twee groote palen stonden. «Dat was een schommel,* zei Cato, «men ziet, dat hier vroeger banken gestaan heb ben, maar alles is verwaarloosd. Ik denk, dat hier vroeger de speelplaats voor de kinderen is geweest. Weet ge, mgnheer Roman, dat mjjn oom Iwan vóór Lubim nog twee zoons had? Maar ze zjjn allen gestorven.* (Wordt vervolgd). II1U

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1904 | | pagina 1