Hei Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard. Rusland's toestand. Uitgever: L.. J. VEERMAN, Heueden. JM 2336. WOENSDAG 13 JULI. 1904. in (Slot). Oorlog tusschen Japan en Rusland. b i&J jvifl - .isf'-j-.;' r* ^AM0 VAN aliens VOOB Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 8 maanden f 1.00. franco per poet zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Bij het leenen van geld beslaat in Rusland een zeer verderfelijken vorm van vergoeding, nl. deze, dat de leener koeteloos een hoeveelheid arbeid moet leveren aan zijn leenheer, op elk tijd stip waarop deze hem oproept. Zoo krijgen de groote grondbezitters werk lieden voor den oogst, die zij niet be hoeven te betalen en de arme moesjik kan soms zijn eigen oogst op het land zien verrotten, terwijl hij dien van den leenheer bewerkt en binnenhaalt. Zoo is er een nieuwe lijfeigenschap ontstaan van veel zwaarderen druk dan de vroegere. De boer verarmt meer en meer en moet ten slotte het land zelf, zijn dierbaarste bezitting, verkoopen voor geringen prijs aan grondeigenaren, kooplieden en beambten. Sommige blij ven er hardnekkig aan vasthouden, tot zij, uitgehongerd, bezwijken. Nu heeft wel overal de overgang van communaal bezit in privaat bezit en van productie voor eigen gebruik in die voor de markt soortgelijke gevolgen, maar waar 't geleidelijk gebeurt en de boer zich kan aanpassen aan de nieuwe toe standen, kan hij de nadeelen daarvan afweren. In Rusland echter, waar een bureaucratie gevonden wordt die zoo despotisch mogelijk is, heeft dit ertoe meegewerkt om de boeren geheel ten onder te brengen. Het met den dag vermeerderend leger van ambtenaren heeft het zelfbestuur van de mir steeds meer beperkt en daarenboven door hun bevoegheid om alles te contróleeren een machtig middel om zich zelf te bevoor- deelen, door allen te knevelen en ge vangen te- nemen, of door voor geld hun hulp te leenen aan de schuldeischers. Daar zij tot de dragers van het gezag behooren, mag men hen niet critiseeren. En wagen zij het, hun schelmstreken te openbaren en hen aan te klagen, dan weten zij, dat zij door den hooger ge plaatsten ambtenaar, die door den be schuldigde wordt omgekocht, worden gestraft. Zoo is de geheele boerenstand achteruitgegaan tot een armzalig prole tariaat, dat langzaam wegsterft van gebrek, en de grond wordt meer en meer uitgeput. Reeds 30 jaar geleden wees men op de mindere opbrengst der eertijds rijke korenvelden en het om zijn vruchtbaarheid bekende „land van FEUILLETON. Een Poolsch verhaal. 2) Zoodra Mikolaï dit bemerkte, riep hg hun toe: »Wat sta jelui daar te gapen, als de mond van een kanon 1c Dan zetten de dorschvlegels hun arbeid weder op de maat voort, maar al spoedig begon de onde weder «Mjjn zoon schrjjft mg, dat hg generaal is geworden bjj koningin Palmyra. Het gaat hem daar zeer goed, zegt hg, en hg ontvangt een groot traktement; het moet daar ook zeer kond zjjn, zegt hjj.« Terloops zjj hier opgemerkt, dat het met de kinderen van den onde zeer slecht ge steld stondhg had werkeljjk een zoon, maar deze was een echte dengniet, die, nadat hg tot een jongen man was opgegroeid, allerlei bedijjvea aan de hand had gehad, maar ten slotte de wjjde wereld ingegaan en spoorloos verdwenen was. Zjjne dochter, die inderdaad eene schoonheid moet geweest zgn, was met een knecht uit den omtrek gehuwd geweest, doch kort daarop gestor ven, na het leven geschonken te hebben aan een dochtertje. Dit meUje heette Ganna, en was een lieftallig maar zwak kind, en van nagenoeg geljjken leeftgd als ik. Ik herinner mg nog zeer goed, dat zg deelnam aan ons gemeensehappeljjk soldatenspel; Hanna stelde de hulptroepen voor, met welke ik tegen onzen gemeenschappeljjken vjjand, de brandnetels, te velde trok. Zg was zachtaardig en goedig als een engel, en toch was haar zulk een zwaar lot be de zwarte aarde" zag in 1891 voor 't eerst een hongersnood, later door vele gevolgd en gepaard met de daarmede verbonden ziekten, hongertyphus enz. En wordt er dan door de l egeering of door weldadige particulieren hulp ver leend, dan wordt dit geld voor een groot deel gestolen door de ambtenaren, of zoo onverstandig beheerd, dat het voor gekomen is bij een hongersnood, dat een trein vol graan werd gezonden dwars door de hongerlijdende streek naar een andere, waar de behoefte op verre na zoo groot niet was. De gevolgen van dezen ommekeer hebben zich voor het geheele land doen gevoelen en verklaren voor een goed deel Ruslands buitenlandsche politiek. Toen de boeren van armoede hun dor pen verlieten, trokken zij naar de steden en daarvan werd door de nu opkomende groot-nijverheid gebruik gemaakt en nu deze arbeidskrachten in overvloed krijgen kon voor zeer lage prijzen, nu werd de industrie van groote beteekenis. Zoo werd Rusland een mededinger op de wereldmarkt. Want voor zijne produc ten heeft nog de arme boer, noch de geheel tot den bedelstaf gebrachte ar beider koopkracht. Er moet dus gewerkt worden voor den uitvoer naar buiten. En waar aan de westelijke zijde tal van krachtige mededingers worden ge vonden en aan dien kant het land vrij wel is afgesloten door toltarieven, moet het zijn blikken naar 't Oosten richten en daar zich uitbreiden om afzetgebieden te scheppen. Daarom werd Mandschoerije bezet, daarom ontbrandde de oorlog met Japan, dat voor zich zelf daar en in Korea een afzetgebied behoefde. Maar nu is er in de harten dier be stolenen en onterfden een bittere wrok ontstaan tegen de bewerkers van hun ellende. Allereerst tegen de woekeraars en uitzuigers, die hen tot den bedelstaf brachten; en omdat er onder de kooplieden veel Joden voorkomen, verklaart dit mede de van tijd tot tijd zich daar openba rende Jodenvervolgingen. Maar niet minder is de wrok gericht tegen de regeering. Kon die nu door woord en pers vrijuit zich openbaren, dan ware 't anders. Nu elke gedachte aan wijziging van bestaande toestanden als revolutionair met geweld door doodstraf en verbanning naar Siberië wordt onderdrukt, smeult het vuur in 't verborgen voort. En onder de in de centra der nijverheid wonende bevol- schoren. Maar dit zjjn herinneringen, die hier nog niet ter plaatse zgn. Ik zal hier echter nog eens terugkomen op de snoeverjjen van den oude. Ik heb hem zelf hooren vertellen, dat de paarden der ulanen op een goeden dag wild waren geworden en er plotseling achttien duizend van hen voor de slagboomen van Warschau kwamen aanrennen. Hoeveel menschen er vertrapt geworden waren, en welke vreese- Ijjke tooneelen er plaats gehad hadden, al vorens men ze weder had opgevangen, kan men zich denken! Een anderen keer vertelde kg nu niet in de dorschschuur, maar te huis, in tegenwoordigheid van ons allen «Niemand zal beweren, dat ik niet dapper gevochten heb. Waarom zou ik ook niet dapper kunnen vechten? Ik herinner mg nog, dat wjj eens in oorlog waren met de Oostenrijkers. Ik stond in het gelid, zeg ik, toen eensklaps de opperbevelhebber, dien der Oostenrijkers bedoel ik, van de vijandelijke linie kwam en tot mjj zeide: «Suchodolski, ik ken u,« zeide hg; «wanneer wjj u hadden kunnen grgpen,« zeide hg, «zou den oorlog reeds lang geëindigd zjjn.* »En zeide hg niets van den generaal?* vroeg mjjn vader. »Hoe niet? Heb ik dan zooeven niet duidelijk gezegd: Wanneer wjj,« zeide hg, >u en den generaal hadden kunnen grijpen?* Pater Lodewjjk verloor het geduld en zeide: »Maar Mikolaï, je liegt, alsof het gedrukt staat!* De oude werd boos en zou zeker heftig uitgevaren hebben, als hjj den priester niet gevreesd en ontzien had. Hg zweeg dus en trachtte kort daarna zgn misstap te herstel len door opnieuw te beginnen: Dat heeft king, die ofschoon zelve ze ontberend, kennis heeft gemaakt met de weelderige leefwijze der burgerij, die beter onder wezen is en zich beweegt in een zoo geheel andere omgeving dan vroeger, wordt ijverig propaganda gemaakt en het zaad der ontevredenheid gezaaid. Buitendien wordt onder de ontwikkel den, de zoogenoemde intelleetueelen, onder professoren en studenten, die öf in 't buitenland waren en droeve ver gelijkingen maken met hun land, öf door de lectuur van 't geen daar ver scheen, dubbel den druk gevoeld van het verouderde tyrannieke stelsel van ambtenaarsdespotismezij wachten slechts op een goede gelegenheid. Ge heel Rusland staat thans vrijwel op dezelfde hoogte als het Frankrijk van 't laatst der 18e eeuw. Yeel is er niet noodig om het zoo ver te brengen, dat geheel het volk in opstand komt tegen de tyrannie waaronder het zucht, en om zich te doen wreken over meer dan een eeuw van onrecht. En de hoop bestaat bij duizenden, dat de slagen, nu in 't verre Oosten ontvangen, de voorboden zijn van den val van een toestand, in een Midden- Aziatischen staat duldbaar, maar voor het beschaafd Europa een schande. (Z. N. en A.) Buitenland. De Daily Express* bevat een ongedag- teekend vertrouwelijk rapport van Koero- patkin, waarin hg den tsaar een plan voor een veldtocht tegen Engelsch-Indië ont vouwt; 115,000 man Russen zouden in twee legers door Afganistan rukken, het eene over Kaboel, het andere over Kandahar. Perzië's onzijdigheid was reeds verworven. De Daily Express* verzekert, dat de Russische regee ring Koeropatkin's plan goedgekeurd heeft en het nog altjjd van kracht is. Uit Tokio wordt dd. 9 dezer gemeldNa een hevig geveeht heeft Okoe Vrijdag Kai- ping ingenomen, waarbjj de Japanners 10 kanonnen buitgemaakt en veel Russen ge vangen genomen hebben. De »K81n. Zeitung* zegt: Dat Kai-ping na een driedaagsch gevecht waarbjj oogenscbjjnljjk het geheele leger van gene raal Okoe een groot eind noordwaarts op kapelaan Sicklucki ook gezegd. Ik had eens een kogel gekregen onder de twintigste ik bedoel onder de vjjfde rib, en het was zeer slecht met mij gesteld. Brrr, dacht ik, nu zal ik wel stervenIk beleed mjjne zonden en eindelgk zeide Sicklucki, die mgne biecht had géhoordJongen, jongen, Mikolaï,* zeide hg, «dat heb je allemaal bg elkander gelogen!* «Het kan zjjn,« antwoordde ik, >maar hoe is het ook mo- geljjk, alles zoo goed te onthouden?* «En heeft men u weder genezen?* Genezen? Natnqrljjk, genezenWaar om zou men mg niet genezen hebben? Ik heb mjj zelf genezen. Op een goeden avond mengde ik twee lading kruit in een maatje brandewjjn, dronk het uit, en den volgenden morgen ontwaakte ik gezond als een vischje Gaarne had ik nog langer willen luis teren naar de vertellingen van den ouden man, en zou er nu nog veel meer van kun nen aanhalen, maar pater Lodewgk ver bood Mikolaï mg het hoofd geheel en al in d) war te brengen. De goede man, die zgn priesterlgk ambt steeds op het platteland had uitgeoefend, wist niet, dat er voor jongelieden, die uit het vreedzame ouderljjke huis den strjjd des levens worden ingezonden, heel andere dingen bestaan, die hun het hoofd in de war brengen, dan de vertellingen van een ouden bediende. De oude Mikolaï oefende overigens vol strekt geen ongunstigen invloed op onsin tegendeel, hg waakte strenger over ons en ons doen en laten, dan ons lief was. Hg is in den volsten zin des woords een nauw gezet man gewe 3st. Eén soldatendeugd voor al heeft hjj steeds hoog gehoudeneen zeldzame nauwgezetheid en stiptheid in het Advertentiën van 16 regels 50 et. Elke regel meer l1/, ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrjjdagavond ingewacht. geschoven is den Japanners in handen is gevallen, bewjjst in de eerste plaats dat de aanhoudende regens van den laatsten tijd de Japanners geenzins tot werkeloosheid hebben genoopt. Het is een wel-overlegde, omzichtig uitgevoerde, en met goeden uit slag bekroonde manoeuvre geweest een zet, die in 't bjjzonder naar het oordeel van de Duitsche deskundigen, de gewichtigste gevolgen zal hebben. Hoewel de Japanners ook bg deze gelegenheid weer een aantal kanonnen buitgemaakt schjjnen te hebben, en de mogeljjkheid bestaat dat de Russen bg het «hardnekkig gevecht* om Kai-ping aanzienlijke verliezen geleden hebben, ligt daarin toch niet het voornaamste gewicht van dit nieuwe echec der Russische troepen dat ligt in het strategische belang van de plaats. Met het bezit van Kai-ping zgn alle passen welke oostwaarts door het gebergte loopen, in de macht der Japanners, in 't bjjzonder de Hsi-fa-ling en de Tsjin-pang-ling. Ook de Ta-ling wordt in den rug bedreigd, en het leger uit Ta-koe-sjan, dat daar zich aan sloot bg den linkervleugel van Koeroki's armee, kan nu met goede kans op succes westwaarts optreden, om de taak van het 2e legercorps te verlichten. Russische schat tingen stellen de vereenigde vjjandeljjke strijdmacht in deze streek op 50,000 man. Tegenover het oprukken van zulk een strijd macht zullen de Russen het niet kunnen houden: het kustgebied tot aan Ta-sji-tsiao zal ontruimd moeten worden. Daarmede is dan Nioe-tsjwang en de gemeenschap met de zee aan de Japanners overgelaten, en deze kunnen zich een nieuw steunpunt kiezen voor de verzorging van het leger te velde. De telegramman uit Petersburg duiden aan, dat men in de Russische hoofdstad den toestand ook niet rooskleurig inziet; men schjjnt zich daar vooral ongerust te maken ov»r de mogelijkheid dat reeds thans een sterke Japansche legermacht bezig is, langs den weg naar Moekden op te rukken, om Koeropatkin in den rug te vallen en zgn verbindingslijn met Charbin af te snjjden. Deze vrees is zeker geen hersen schim, en het is bekend dat de Japanners ook reeds meester zjjn van de toegangen die uit het gebergte naar het midden van de Russische stelling, bg Liao-jang voeren. Zetten de in het zuiden saamgetrokken Japansche troepen den tocht noordwaarts ten uitvoer brengen van de bevelen die hem gegeven werden. Zoo verschenen er gedurende zekeren winter zulk een groot aantal wolven in de streek, dat er aan vankelijk enkele, en daarna geheele troepen het dorp binnendrongen en daar groote schade aanrichtten. Mjjn vader, die een hartstochtelijk jager was, wilde een groote jacht op hen aanleggenhjj stelde er prjjs op, dat onze buurman, Pan Ustrycki, een beroemd wolvenjager, de drjjfjacht leidde, en zond derhalve Mikolaï met een brief en het volgende mondelinge bevel: «De brandewjjnpachter rjjdt naar de stad; rjjd tot aan Ustrya met hem mede en geef dezen brief aan mijnheer. Breng mjj in ieder ge val antwoord, en kom dus niet zonder ant woord terug.* Mikolaï nam den brief, stapte met den Arendator op den wagen en vertrok. Des avonds kwam de brandewjjnpachter alleen terugMikolaï was niet medegekomen. Mjjn vader dacht, dat hjj misschien te Ustrya zou bljjven overnachten, om den vol genden dag in gezelschap van onzen buur man terug te keeren, maar ook die dag verliep, zonder dat Mikolaï kwam opdagen. Nu begon men zich ernstig ongerust te maken; mjjn vader vreesde, dat hg op den terugweg door wolven aangevallen was, en zond lieden uit om hem te zoeken. Te Ustrya, waar men hem heengezonden had, vernam men, dat hg er wel was ge weest, maar den hear niet te huis getroffen, en gevraagd had, waar hg hem kon vin den. Nadat hjj van den bediende vier roe bels had geleend, was hg vertrokken, zonder dat iemand wist, waarheen. Nu waren allen radeloos, en toen den volgenden dag ook degenen, die naar de omliggende dor- langs den spoorweg voort, en bljjven zg aanvallenderwjjs optreden, dan dwingen zjj Koeropatkin, daar een goed deel van zgn legermacht beschikbaar te houden. Wordt er nu tegeljjk, op een gunstig oogenblik •en beweging uitgevoerd tegen het centrum te Liao-jang en tegen den Russischen linker vleugel te Moekden, dan schjjnt inderdaad de kans groot dat aan Koeropatkin de mogelijkheid ontnomen wordt van de beste tactiek die hjj zou kunnen volgenachter eenvolgens met een grootere macht de Ja pansche afdeelingen op 't lijf te vallen. Immers, hjj zal dan zjjn troepen moeten verdoelen over de 150 KM. lange ljjn tusschen Kaiping en Moekden, en zjjn aldus naar de vleugels sterk uitgerekt leger kan in dat geval moeiljjk een overmacht stellen tegenover den vjjandeljjken aanvaller. Het zou voor de hand liggen, dat de Russische opperbevelhebber zoo snel mogel jjk het gros van zgn troepen noordwaarts, by Moekden terugtrok. Maar het ligt voor de hand, dat dan de belangrjjke stellingen ten zuiden van die hoofdstad prijsgegeven moeten worden, en van een poging om aan de benarde veste Port Arthur eenige afleiding te verschaffen, is dan in 't ge heel geen sprake meer. In een Russische tjjdschrift is een brief opgenomen van iemand, die in Mandjoerjje het leven der Russische troepen heeft mee gemaakt. Een verschrikkelijke plaag, zoo schrgft hjj, zgn de ontelbare zwermen van muggen, vliegen en dergeljjke insecten. Alleen hjj die het ondervonden heeft, kan het verschrik kelijke van den onophoudeljjken aanval dezer diertjes begrjjpen. Noch bjj dag, noch bjj nacht heeft men rust van hunne aanvallen; zjj doen den eetlust vergaan en maken het slapen en elke uitspanning onmogeljjk. In verschillend» streken is voor menschen en dieren geen leven denkbaar. De lucht is daar zoo ver vuld van insecten, dat men den indruk krjjgt, alsof een reusachtige stofwolk zich boven de oppervlakte verheft. De muskieten maken elke physieke en geesteljjke bezigheid onmogelgk. De troepen moeten steeds omgeven zgn van groote vuren van kwaljjkriekende stof fen, waarmede zjj zich ten minst j tegen deze onvermoeide vjjanden kunnen beschut ten. Verwijdert men zich ook slechts op een pen gezonden waren, terugkeerden met het bericht, dat men hem nergens had gezien, beschouwde men hem reeds als dood. Eindelgk, op den avond van den zesden dag, hoorde mjjn vader, terwjjl hg in zgne kamer bezig was over verdere maatregelen na te denken, een eigenaardig geslof, ge kuch en gebrom voor de deur, waaraan hjj onmiddellijk Mikolaï herkende. Hg was het inderdaad, maar zóó ontdaan, dat hjj bjjna niet te herkennen wasvermagerd, uitgeput en half verstjjfd van koude, met jjsnaslden aan zgn snor, stond hjj voor mjjn vader, die hem vroeg: «Wat heb je toch uitge voerd, Mikolaï? Waar ben je al dien tjjd gebleven?* «Wat ik uitgevoerd heb?* bromde Mi kolaï. «Wat had ik dan moeten uitvoeren? Ik vond Pan Ustrycki niet te huis en ben hem naar Bsin nagereden, waar ik hoorde, dat hg naar Karowloka vertrokken was. Ook daarheen reed ik hem na, maar bjj mjjué aankomst was hjj er niet meer. Wie had hem ook kunnen dwingen, in een vreemd nest te nestelen? Is hg zgn eigen baas niet? Van Karowloka ging ik naar de stad, want men geloofde, dat mjjnheer naar de districts-rechtbank was. Ik zou wel eens willen weten, wat hjj aan de districts rechtbank uit te voeren had! Is hjj dan rechter? Aldaar hoorde ik, dat hg naar de arrondissements-rechtbank gereden was. Maar moest ik dan toch onverrichter zake terugkeeren? Ik ging dus naar de arron dissements-rechtbank, en overhandigde hem den brief.* «ZooEn heeft hjj u een antwoord mede gegeven Wordt vervolgd). - V i '-I -'■t hBR AW—PHD i i» ir -.«t-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1904 | | pagina 1