Hel Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Unb van
Uitgever: L. J. VETERMAN, Heusden.
M 2337
ZATERDAG 16 JULI.
1904.
a
feuilleton.
yoob
Dit blad verschynt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonaementiprgi: per 8 maanden f l.OO.
franco per poet zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
L
Het comité uit de gecombineerde
vakvereenigingen, dat acteert tegen het
wetsontwerp op het arbeidscontract heeft
in den ouden trant een manifest tot
het Nederlandsche volk gericht, waarin
zelfs de uitgeknepen citroen, de toestand
van slavernij, het ijzeren dwangbuis en
dergelijke helkleurige stijlbloempjes nog
eens moeten dienst doen om de massa
tegen het ontwerp te hoop te jagen.
Gaat men dit vervaarlijk stuk nauw
keurig na, dan blijkt de roode lap,
waarop het comité zich werpt, vooral
dat gedeelte te zijn van het ontwerp,
dat ook naar onze overtuiging lang
niet smetteloos iswij bedoelen de
artikelen betreffende het z.g. staangeld
en den opzeggingstermijn.
Nu is er hoop, dat de minister bij
zijn memorie van antwoord zijn stelsel
zal herzien. Het pas verschenen voor-
loopig verslag wijst er op. Yerre van
onverdeeld is de instemming, door de
afdeelingen met de regeling van het
ontwerp betuigd, zelfs vrij algemeen de
min of meer sterke afkeuring.
Wij brengen in herinnering, dat het
ontwerp in artikel 1639*7 en volgende
de termijnen van opzegging regelt „in
dien de duur eener dienstbetrekking
noch bij overeenkomst of reglement,
noch bij wet of verordening, noch ook
door het gebruik is aangegeven", het
geen tegenwoordig verreweg het meest
voorkomt. De termijn van opzegging
is dan bij inwonende arbeiders zes
weken en bij andere arbeiders één week,
doch „wordt verlengd met veertien dagen
voor elk vol jaar, dat op het oogenblik
der opzegging de dienstbetrekking tus-
schen werkgever en arbeiders onafge
broken heeft geduurd, met dien ver
stande, dat door deze verlenging de
termijn in geen geval langer zal worden
dan zes maanden." Wie deze termijnen
niet in acht neemt, is als schadeloos
stelling verschuldigd het bedrag van
het loon voor den duur van den op
zeggingstermijn. En om nu den werk
gever in de gelegenheid te stellen, ook
werkelijk deze schadeloosstelling te in
nen, bepaalt art. 1638a dat bij schrif
telijke overeenkomst of reglement mag
worden bedongen, dat de werkgever
3)
»Natuurlgk heeft hg mg een antwoord
medegegeven, maar hg lachte zoo hartelgk,
dat hg zgne beide rgen tanden liet zien.
>üw meester,zeide hg, »noodigt mg nit
tot een drijfjacht op Donderdag, en gjj
breBgt mg den brief eerst vandaag, op
Zondag.Daarna begon hg opnieuw te
lachen! Ben ik...«
»En wat heb je gedurende je afwezigheid
gegeten?*
»Och, wat komt het er op aan, dat ik
sedert gisteren niets gegeten hebIk ljjd
immers geen honger. Gunt men mg dan
mgn eten niet! Als ik gisteren niets ge
geten heb, dan eet ik vandaag maar wat
meer.*
Sedert dien tjjd wachtte men zich wel,
hem al te bepaalde bevelen te geven l werd
hg ergens heengezonden, dan zeide men
hem vooraf nauwkeurig, wat hem te doen
stond, indien de betrokken persoon afwezig
was.
Eenige maanden na het hierboven mede
gedeelde avontuur reed Mikolaï naar de
nabjjgelegen stad om nieuwe ploegpaarden
te koopen hg was nameljj k een meester
in het paardenkoopen.
Des avonds verklaarde de huisknecht,
dat Mikolaï was teruggekeerd en ook de
paarden had gekocht; hg was echter bont
en blauw geslagen, zoodat hg niemand
onder de oogen durfde komen. Mgn vader
tegen schriftelijk bewijs een zeker be
drag van het loon zal kunnen inhouden.
Dit bedrag mag bij elke loonuitbetaling
niet meer zijn dan een vijfde gedeelte
van het alsdan betaalbare loon, en mag
in het geheel niet de som te boven gaan,
die het loon bedraagt gedurende den
opzeggingstermijn.
Deze regeling ontmoette bij zeer vele
leden bedenking. „Het hoofdbezwaar
tegen de voorgedragen regeling achtte
men daarin gelegen, dat zij eene werk
staking dit woord opgevat in den
zin van: gemeenschappelijke beëindiging
van de dienstbetrekking, met inacht
neming van den opzeggingstermijn
zooal niet onmogelijk zal maken, dan
toch in hooge mate zal belemmeren.
Deze regeling toch, met hare verlenging
van den opzeggingstermijn naarmate van
den duur der dienstbetrekking, zal ten
gevolge hebben, dat bij éénzelfden werk
gever arbeiders in dienst kunnen zijn,
te wier aanzien de meest verschillende
opzeggingstermijnen van af ééne
week tot zes maanden zullen gelden.
Willen nu deze arbeiders op wettelijk
geoorloofde wijze allen gezamenlijk tot
werkstaking overgaan, dan verplicht de
voorgedragen regeling hen zoo tijdig
hunne dienstbetrekking op te zeggen,
dat ook de opzeggingstermijn van die
genen onder hen, die het grootst aantal
jaren onafgebroken in dienstbetrekking
zijn geweest, wordt in acht genomen.
Maar daardoor is de beraamde staking
dan ook feitelijk onmogelijk geworden,
omdat de werkgever alleszins bevoegd
zal zijn en zeker niet zal nalaten zijne
arbeiders geleidelijk, te beginnen met
hen, tegenover wie hij aan den kortsten
opzeggingstermijn gebonden is, door
anderen te vervangen. Tenzij in de
voorgedragen regeling alsnog eene uit
zondering worde gemaakt voor collec
tieve opzegging van de dienstbetrekking
en er voor zoodanig geval een voor
alle arbeiders gelijke opzeggingstermijn
wordt gesteld een denkbeeld, dat
sommigen leden aanbevelenswaardig
scheen zal het te vreezen staan, dat
de arbeiders, aan wie eene staking met
inachtneming van den opzeggingstermijn
onmogelijk zal zijn gemaakt, ten einde
pressie op den werkgever te kunnen
uitoefenen, eigenmachtig en onrecht
matig hunne dienstbetrekking zullen
verbreken op gevaar af van tot schade
vergoeding te worden veroordeeld of
althans het gedeelte van hun loon te
ging hem onmiddellijk opzoeken.
»Wat is er gebeurd, Mikolaï?* vroeg hg.
»Ik heb gevochten,* was het laconieke
antwoord.
>Schaam je je niet, onde, op znlk een
hoogen leeftgd nog domme streken op de
markt nit te halen? Heb je dan geheel en
al het verstand Terloren? Zóó oud en nog
zóó dom! Een ander zou ik, na dergelgke
wanordelijkheden, wegjagen. Je moest je
cchamen! In plaats van den anderen be
dienden een goed voorbeeld te geven, be
derf je ze nog meer.*
Mgn vader was werkelgk boos op Mikolaï,
en wanneer bg in toorn geraakte, was er
met hem niet te gekscheren. Het opmer
kelijke b^ deze gebeurtenis was echter, dat
Mikolaï, die niet gewoon was een afstraffing
zwjjgend te ondergaan, in dit geval geen
enkel woord tegensprak. De onde bleef
hardnekkig zwggentevergeefs vroegen allen
naar de toedracht der zaak Mikolaï ant
woordde niets.
Het voorval was hem intusschen slecht
bekomen; den volgenden dag was bg zoo
ziek, dat men den geneesheer moest ontbie
den, en deze bracht eindeljjk licht in de
zaak. Mgn rader had de vorige week een
der knechts eene berisping gegeven, waarna
deze den volgenden dag uit zgne betrekking
wegliep en bg zekeren heer Yon Zeil, die
een Duitscher en een verklaard vjjand van
mgn vader was, in dienst trad.
Nu wilde het toeval, dat ook de heer
Yon Zeil met onzen vroegeren knecht en
eenige andere knechts, die ossen naar de
markt dreven, deze bezochten. Zoodra de
heer Von Zeil Mikolaï gewaar werd, naderde
hg diens wagen en begon mgn vader te
beschimpen, waarop Mikolaï hem een schoft
verliezen, dat de werkgever op grond
van de bepaling van art. 1638s heeft
kunnen inhouden.
Wordt vervolgd).
Buitenland.
President Kroger.
Donderdagochtend omtrent half drie is te
Clarens, aan het meer te Geneve, president
Kruger zacht ontslapen.
De overledene heeft herhaaldelijk den
wensch uitgedrukt in Transvaal naast zgn
vrouw begraven te worden. Indien de toe
stemming om in Transvaal te begraven door
de Engelsche regeering wordt geweigerd,
zal het Igk, hetwelk is gebalsemd, voorloopig
te Clarens worden bjjgezet om vervolgens
voor goed in Holland te worden begraven.
Stephanas Johannes Paulas Kruger werd
den lOen October 1825 geboren op de
plaats Vaalbank in Colesberg, in de Kaap
kolonie. Hg ia dus rnim 78 jaar geworden.
Zgn vader, Casper Jan Hendrik Kruger,
was daar boer. Zgn moeder heette Eliza
Stejjn. Het geslacht der Krngers is in het
begin der achttiende eeuw aan de Kaap
gekomen. Paal Kruger was een van vele
kinderen. In 1834 gingen de Krngers met
aen trek de Oranjerivier over; de groote
trek zou eerst een jaar later volgen. De
jonge Paul zorgde op dien tocht, gelgk hg
reeds thuis op de plaats had gedaan, mede
voor het vee. De trek ging dwars door
den Vrjjstaat en de Krngers belandden ten
slotte in het westen van Transvaal, waar
sgn vader zich aan den voet der Magalies-
bergen neerzette.
Bjj het klimmen der jaren ontwikkelde
Paal zich tot een man van buitengewone
lichaamssterkte. Hjj werd een stont rniter,
aen hardlooper die zgn weergade zocht,
aen vermetel jager en in onophoudelijke
gevechten met de inboorlingen een geoefend
strgder en allengs een bekwaam aanvoerder.
In 1842 trad Kruger in het huwelijk
met Maria du Plessis, maar in 1846 ontviel
zjj hem met het kind, dat zjjj hem geschon
ken had. Hg vond later een trouwe levens
gezellin in zgn tweede echtgeuoote Gezina
Snzanna Frederika Wilbelmina du Plessis.
Uit dit huwelijk werden hem 9 zonen en 7
dochters geboren, van wie er, toen hjj zgn
Herinneringen nitgaf, nog 3 zonen en 5
dochters in leven waren.
noemde; en toen de heer Von Zeil zgne
smaadredenen over mgn vader voortzette,
bracht Mikolaï hem een slag met de zweep
toe. Nu vielen natnnrljjk onze vroegere
knecht en de andere gezellen van den heer
Yon Zeil op den oude aan en mishandelden
hem, totdat hg bloedend bleef liggen.
Toen mgn vader dit vernam, sprongen
de tranen hem in de OJgen; hjj kon het
zich zelf niet vergeven, dat hg zich zoo
barsch tegenover Mikolaï had getoond, terwgl
deze toch alleen uit bescheidenheid over
het voorgevallene had gezwegen.
Toen Mikolaï hersteld was, deed mgn
vader hem een zacht verwijt over dit zwjjgen;
aanvankelijk wilde hg ook na nog niet
spreken en bromde bg op zgne gewone
wjjze eenige onverstaanbare woordenmaar
ten slotte toonde bg zich toch ontroerd, en
nu begonnen beide, mgn vader en Miko lȕ,
te weenen als kinderen. Mgn vader zond
den heer Yon Zeil een uitdaging tot een
duel, wat den laatste nog lang in het ge
heugen zou bljjven.
Zonder de tusschenkomst van den dokter
zou de offervaardige edelmoedigheid van
Mikolaï niet aan het licht gekomen zgn.
Maar om een andere reden haatte Mikolaï
dezen geneesheer sedert gsrnimen tgd.
Een schoone, jeugdige tante, een zuster
van mgn vader, woonde bg ons in huis.
Ik hield zeer veel van haar, want zjj was
even goedaardig als schoon. Het verwon
derde mjj ook volstrekt niet, dat alle men-
schen veel van haar hielden, onder anderen
ook de dokter, een jonge, begaafde maa,
die in de geheele streek zeer gezien was.
Mikolaï had dan dokter vroeger zeer goed
kunnen ljjden, hem zelfs een uitstekenden
kerel* genoemd, en hem geprezen, dat hjj
Advertentien van 16 regels 50 «t. Elke regel
meer T1/) ot. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentien worden tot Dinsdag- en Vrjjdagavond
ingewacht.
Al vroeg heeft Kruger in zgn land een
leidende rol gespeeld. In den bnrgeroorlog
van 1861 tot 1864, die zoowel een poli
tieke als een kerkeljjke strgd was, was hjj
tegelgk een strijdvaardig partijganger en de
man, die zoodra mogeljjk een verzoening
trachtte tot stand te brengen en onnoodig
bloedvergieten voorkwam. Toen Th. F. Bur
gers tot president van de Z.-A. Republiek
werd verkozen, was hg de ziel van het verzet
tegen den nieuwen koers. En toen deze koers
in 1877 tot de inlijving van da Republiek
by Engeland geleid had, of die althans in
de hand had gewerkt, stond Kruger weer
vooraan onder de mannen, die van stonde
af aan protesteerden en naar herstel van
de onafhankelgkheid streefden.
In 1883 werd hg voor de eerste maal
tot staatspresident gekozen en is dit tot het
einde der republiek gebleven. In 1888,1893
en 1898 werd hg telkens herkozen; een
enkele maal scheelde het weinig of hg had
voor Jonbert moeten wjjken, maar de laatste
maal, toen bet gevaar van Engelands kant
nader was gekomen, bezorgde het volk, dat
in hem vertrouwen had leeren stellen als
den krachtigsten en waakzaamsten beveiliger
van de vrjjheid, hem een groote meerderheid.
In 1885 werden de goudvelden ontdekt
en daarmede begon het einde. De nitlanders
vermeerderden, door de mgnen aangelokt,
zeer snel, en Krnger merkte op, dat da vgand
nu binnen de veste kwam. De geschiedenis
van het laatste tgdvak kent ieder. Jameson's
inval in den nieuwjaarsnacht van 1895/96
verrastte Kruger gelgk zgn geheele volk.
Hg herkende er aanstonds de hand in van
Rhodes, in wien hg den aartsvgand der
Boeren zag. En achter Rhodes, dat werd
hem spoedig duideljjk, stond de Engelsche
regeering. Uit staatsmanswgsheid zoowel als
menschlievendheid wist hg door te zetten,
dat Jameson en de zgnen niet met den dood
gestraft, maar aan Engeland ter bestraffing
uitgeleverd werden. Maar hg begreep, dat
het land zich nu op den oorlog met Enge
land moest voorbereiden. Op groote sehaal
werden in den loop der jaren de verdedi
gingsmiddelen der Republiek versterkt.
Wat hg later ook aanwendde, niets heeft
hem gebaat. Het was Engeland en de nit
landers niet te doen om het kiesrecht; het
land, dat eens tot het Britsche Rgk had
gehoord, moest er weer bg ingelgfd worden.
Hoe Krnger dan ook pleitte op de bjjeen-
zoo flink op het paard zat. Maar toen de
dokter herhaaldelgk en met niet te misken
nen plannen op tante Marynia in huis kwam,
begon Mikolaï hem met andere oogen aan
te zien. Yan nn af aan gedroeg hg zich
hoffeljjk maar afgetrokken jegens hem, alsof
hg hem volkomen vreemd was. Yroeger had
Mikolaï hem ook wel eens de les gelezen.
Menigmaal had de dokter zjjn bezoek bg
ons wat te lang gerekt, waarna Mikolaï, die
hem bg het aantrekken van zgne jas be
hulpzaam was, hem toebromde:
Waartoe is het noodig, zoo laat in den
nacht te big ven plakken? Zoo iets heeft
men nog nooit gezien!*
Nn bromde hg wel niet meer, maar be
waarde daarentegen het stilzwggen als een
visch. De goede dokter bemerkte al spoedig,
wat hiervan de oorzaak was, en ik geloof,
dat hem dit niet bg zonder welgevallig was,
al lachte hg den oude even vriendelijk toe
als voorheen.
Gelukkig voor den jongen dokter koes
terde tante Marynia heel andere gevoelens
voor hem dan de onde Mikolaï. Zoo ge
beurde het op zekeren avond, dat de geur
der jasmgnstruiken nit den tuin door het
openstaande venster binnenstroomde, dat
tante Marynia aan de piano zong, en onze
dokter haar naderde, om haar met trillende
stem te vragen, of zg geloefde, dat hg
zonder haar kon leven. Tante Marynia
moet ten opzichte van dit pnnt zeker haar
twgfel te kennen hebben gegeven, in ieder
geval volgden er wederzgdsche verklaringen,
en de maan werd als getnige genomen,
waarbg mogeljjkerwgze nog allerlei dingen
plaats grepen, die bg dergelgke gelegen
heden gewoonljjk voorkomen, Ongelukkig
trad Mikolaï joist op dit oogenblik binnen,
komst, die hjj in den zomer van 1899 te
Bloemfontein met Milner hadhoe veel
hg ook schikte en toegaf, het hielp niet.
D« suzereiniteit werd weer, op oneerlgke
argumenten, de Republiek opgelegd; in
haar zelfstandig bestuur ward ingegrepen
verdere inmenging werd in het voornitzicht
gesteld, en aan de grens hoopte zich het
Engelsche leger op. Toen volgde, eer te
laat dan te vroeg, het nltimatnm op 9
October 1899. Den volgenden dag vierde de
president nog in vrede zgn verjaardag, en
den daaropvolgende stroomden de komman
do's over de grens.
Den uitslag weet ieder. Ten slotte be
sloten de voormannen den ouden Krnger
in veiligheid te brengenhg kon zoo ving
niet meer mee, en het ware voor de goede
zaak een slag geweest, zoo hg de Eugel-
schen in handen viel. Dat mocht niet.
Bovendien kon hg in Earopa door den in
vloed van zgn geëarbiedigden persoon mis
schien de mogendheden nog tot inmenging
of bemiddeling in den ongeljjken strgd be
wegen. Zoo droeg de regeering der Repu
bliek hem op, een zending naar Earopa
te ondernemen.
Weer was het de verjaardag van Paul
Krnger, en nu zat hg, een halve gevangene
van Portugal, te Lonrenco Marques. Weldra
kwam hem echter Hr. Ms. kruiser Gelder
land afhalen, en onder de Nederlandsche
vlag kwam president Kruger in November
1900 te Marseille aan. Toen ving zgn pel
grimstocht voor het recht aaD. De bevol
king van Frankrgk, van België, van Duitsch-
land en niet het minst van ons land be
groette hem met geestdrift, zoo echt en
grootsch, dat men, een oogenblik, kon wanen,
dat de regeeringen er door getroffen zouden
worden. Maar zg bleven onbewogen, konden
niet of dorsten niet; in elk geval zg wilden
niet. Zoo zag hg dan nit de verte den
oorlog zich rekken, met opflikkeringen van
hoop, tot het einde kwam.
Hij woonde eenigen tgd in den Haag:
toen in Utrecht en Hilversum; en 's winters
zocht hg aan de Middellandsche Zee zach
ter klimaat. Omringd door enkele verwan
ten, zgn dokter, een secretaris, leefde hg
in afzondering voort. Hg ontving enkele
vrienden, bleef van de groote, tgdelgk ver
loren zaak van zgn volk vervuldlas uit den
Bgbel, en putte daaruit het sterke geloof,
dat het recht ten slotte zegevieren zou.
om hen tot de thee te noodigen. Hetgeen
hg daar zag gaf hem aanleiding, onmiddel-
lgk naar mijn vader te snellendaar deze
echter op het land aan het werk was, liep
de onde regelrecht naar mgne moeder, die
hem evenwel met haar gewoon gemoedelgk
lachje verzocht, zich niet in dergelgke zaken
te mengen. De beschaamde Mikolaï zweeg,
maar was er niet minder boos om, en toen
mgn vader, alvorens zich ter ruste te be
geven, naar zgne kamer ging om een paar
brieven te schrgven, volgde Mikolaï hem
op den voet, vatte post aan de deur en
begon bedenkelgk te kuchen en met zgne
voeten te schuifelen.
»Wat is er, Mikolaï?* vroeg mgn vader,
>Nn, die daarhoe heet hjj ook
weer.... hm! ja, ik wilde mgnheer
alleen maar vragen, of het waar is, dat onze
juffrouw gaat trouwen; ik bedoel...*
»Nu ja, dat is waar. En wat verder?*
»'t Is toch bepaald onmogelgk, dat onze
juffrouw met dien dien Badenaar
trouwt?*
Welken Badenaar? Ben je krankzinnig
geworden, Mikolaï? Het schgnt, dat je
overal je nens in moet steken!*
>Is onze juffrouw dan nietis zjj
niet de dochter van mgnheer den kapitein?
Die zou het bg zgn leven nooit toegelaten
hebben. Is onze juffroaw dan geen land
heer waard, en nog wel een van echt kaliber?
En wat is dan, met uw verlof, zoo'n dokter
Moet onze juffrouw zich door iedereen laten
uitlachen?*
»L)e dokter is een geleerd en begaafd
man.*
Een Poolsch verhaal.
Wordt vervolgd).