Het Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
M 2342.
WOENSDAG 3 AUG.
1904.
Oorlog tusschen Japan en Rusland.
lANB
Y008
Dit blad verschat WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.06.
franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderlijke
nnmmers 5 cent.
Advertentiln van 16 regels 60 et. Elke regel
meer 77i ot. Groote letters naar plaatsruimte.
AdrertentiSn worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Lsekenrochtspraak.
Een jaar ongeveer hebben we ge
legenheid gehad, hier te lande kennis
te maken met leekenrechters in de ge
daante der leden-werkgevers en -werk
lieden van de beroepsraden voor de
ongevallen-verzekering. Naast verschil
lende certificaten van tevredenheid, aan
deze colleges uitgereikt, zijn we zoo vrij
geweest het volgende ongevraagde oor
deel op te stellen.
Voorop zij gezet, dat elke echte leeken-
rechtspraak, rechtspraak door menschen
die zoo van de kantoorkruk, uit de
werkplaats of achter de ploeg vandaan
worden gehaald, ons een onding schijnt.
Ook rechtspreken, zich een zuiver oor
deel vormen over juridische kwestie's,
moet door practijk en oefening geleerd
worden zoo goed als Italiaanseh boek
houden, meubelmaken en ploegen. Waar
mee wij niet willen zeggen, dat alleen
de academie hier de opleiding kan ver
schaffen. Integendeel. Aan de academie
leert de student, als hij studeert, de wet,
het recht, en eenigermate de theorie
van de rechtspraak, maar met echte
rechtspraak, toepassing in twijfelachtige
gevallen van de gegeven voorschriften
op de werkelijk bestaande feiten, maakt
hij eerst daarna kennis. Zoo zijn er dan
ook meesters in de rechten genoeg, die
van rechtspraak evenveel verstand heb
ben als „de man op straat", en nota
rissen of zelfs zaakwaarnemers, die nooit
de academie zagen, doch oneindig beter
in staat zouden zijn een vonnis te vellen.
Maar geleerd moet men 't hebben, hoe
dan ook; het rechtspreken waait nie
mand zoo maar aan.
En wat geven ons nu de raden van
beroep te aanschouwen Na een onmo-
gelijken omhaal van kaarten en formü-
lieren werden door gedeputeerden voor
elke provincie zes en negentig man ge-
recruteerd, desnoods zonder op de vooraf
gaande candidaatstelling te letten, voor
de helft uit de werklieden, voor de helft
uit de werkgevers.
Dat dit lidmaatschap een eerambt
was, beseften slechts betrekkelijk wei
nigen niet onbelangrijk was het aantal
dergenen, die er een slaatje uit meenden
te zullen slaan. Patroons die het heele-
maal niet noodig hadden, beklaagden
zich dat ze voor een uur of twee slechts
f 2 vacatiegeld toegeschat kregen. „Ze
hadden in dien tijd heel wat meer
kunnen verdienenEn werklieden, die
zeker niet meer dan een rijksdaalder
verlet hadden, waren evenmin tevreden
FEUILLETON.
Een Poolsch verhaal.
8)
Wederom zaten wjj, door de duisternis
omringd, zwjjgend bjj elkander; alleen de
maan wierp haar zilverlieldere stralen door
de vensters. Hanna scheen nog altjjd be
vreesd te zjjn, althans zjj schoof no^ dich
ter bg mg en hield mjjn hand stjjf in de
hare. Selim zat op een stoel tegenover ons
en verviel, volgens zjjne gewoonte, in over
peinzingen en droomen. Diepe stilte beerschte
rondom ons; wjj gevoelden zekeren angst
en waren toeh wel te moede.
Wil Selim ons een sprookje vertellen?
Dat kan hg aoo goed! Wilt ge 't?c
>0, gaarne antwoordde het jonge meisje.
Selim hief zjjn oogen op en dacht een
oo enblik na; daarna begon hg met zjjn
aangename, min of meer bevende stem
zachtjes te vertellen.
Spoedig eek ten brak Selim zgn sprookje
af en fluisterde: sSlaapt Hanna?«
>Neen, ik slaap niet,* antwoordde het
meisje met slaapdronken stem.
Daarop vertelde Selim verder, totdat hg
nogmaals ophield en naar Hanna keek.
Uitgeput van verdriet en tranen, was het
kind nu werkelgk ingeslapen. Wg durfden
nauwelgks ademhalen, uit vrees haar wak
ker te maken. Haar ademhaling was regel
matig en werd slechts na en dan door een
met drie gulden tijdverzuim plus een
royale vergoeding voor reiskosten en
vertering. „Zij hadden ook tijd moeten
besteden aan het bestudeeren van de
stukken
Deze zes en negentig leden nu werden
eerlijk verdeeld over de maanden van
'tjaar, vier met hun plaatsvervangers
voor Januari, vier dito voor Februari
enz. En aangezien zij zitting hebben
voor drie jaren, komen ze driemaal
een maand lang in aanmerking om te
zitten achter de groene tafel in hoog-
gerugde leuningstoelen, in die maand
gewoonlijk tweemaal, soms vaker, soms
ook maar eenmaal.
Ongeveer een week vóór de zitting
krijgen ze afschriften thuis van de
stukkendaarin moeten ze zich een
weg zoeken, en zootoegerüst verschijnen
ze ter openbare terechtzitting. Hier heb
ben zij het recht vragen te stellen aan
partijen, getuigen en deskundigen, waar
van, voorzoover
ons bekend is, een be
scheiden gebruik wordt gemaakt.
Gewoonlijk volgt onmiddellijk na de
terechtzitting de beraadslaging in raad
kamer. Geldt het kwestie's van zuiver
juridischen aard, dan heeft de voorzitter
van de leden geen voorlichting te ver
wachten. Integendeel, hij moet beginnen
met een half uurtje les te geven in de
ongevallenverzekering als hij te doen
heeft met leden, die voor 't eerst zitting
hebben, en zijn er eenigszins eigenzin
nige persoonlijkheden onder, menschen
„die hun woord durven te doen", dan
kunnen ze den voorzitter een berg last
veroorzaken. Betreft het daarentegen
feitelijke kwesties, dan (zou men den
ken) komt de deskundigheid der leeken, ïpaand de bezetting van den raad
te stade. Zou men denken op het eerste
gezicht. Want het behoeft geen betoog,
dat deze deskundigheid alleen dan prac-
tisch nut heeft, indien ze met het onder
havige geval iets heeft te maken. Wanneer
een scheepstimmerman vindt, dat hij voor
het gemis van twee vingers een te ge
ringe schadeloosstelling heeft gekregen
of een olieslager van oordeel is, dat het
bestuur der Rijksbank aan zijn onder
neming een te hoog percentage heeft
toegewezen, helpt alleen dan de aan
wezigheid van werkgevers en werklieden
in den raad, wanneer zich daaronder
bevinden, die in den scheepsbouw of de
olieslagerij werkzaam zijn of in aanver
wante vakken. En evenmin behoeft het
betoog, dat de voorzitter, nadat hij
eenigen tijd werkzaam is geweest, zoo
doende deskundigen heeft gehoord over
verschillende bedrijven en allerlei zaken
te behandelen heeft gehad, oneindig
diepen zucht onderbroken.
Selim lennde met het voorhoofd op de
handen en was in mjjmeringen verzonken
ik hief daarentegen de oogen ten hemel en
geroeide mg, alsof ik op engelenwieken om-
hooggedragon werd. Het is nag niet moge-
ljjk, in woorden de zoete gewaarwording
uit te drukken, die mij beving, terwjjl dat
dierbare klaine schepseltje zoo rustig en
vertronwelgk aan mjjn hart sluimerde. Een
lichte siddering beving mjj en in mjjn hart
deden zich nog nooit gekende, borenaardsche
stemmen van geluk hooren.
O, hw sear beminde ik Hanna! Toen
beminde ik haar nog roet de liefde van
een broeder en bescLerc. ?r, en toch g<*en-
zenloos
Ik boog over haar neder en raakte haar
lokken met mjjn lippen aan. Er lag geen
zinneljjke opwelling in dien kus, die zoo
onsc al dig was als ik zalf.
Plotseling schrikte Selim overeind: hg ont
waakte uit zgn mjjmeringen.
»Wat zjjt gjj gelukkig', Henryk!* fluis
terde hg.
>Ja, Selim, bgzonderlc
>Maar wg kunnen toch niet eeuwig zoo
bljj ren zitten
>Laat ons haar niet wakker maken,
maar haar naar haar kamer dragen,sloeg
Selim voor.
>I< zal haar wel alleen dragen; doe de
deur mai.r open,< hernam ik.
Ik trok voorzichtig mjjn arm onder het
hoofdje van de slapende weg en liet haar
op de sofa gigden. Daarna tilde ik Hanna
op. Ik was nog wel half een kind, maar
meer deskundig wordt dan de heeren
bijzitters.
Slechts diegenen hebben gelijk, dat
ze de werkliedén en de werkgevers in
de beroepsraden wenschen te handhaven,
die deze leden beschouwen als verdedi
gers van de belangen hunner „klasse".
Van hun standpunt natuurlijk, dat ons
overigens geheel onjuist lijkt. Wat zal
er bij een rechter, die zich geroepen
acht speciaal de belangen te behartigen
van zijn „klassegenooten", van de on
partijdigheid terecht komen?
En zoo gelooven wij dus, dat de
rechtspraak in twistgedingen over de
toepassing der Ongevallenwet er zeker
niet op zou achteruitgaan als het leeken-
element weer werd naar huis gezonden.
Of, als men het wil behouden want
het heeft een onmiskenbaar voordeel,
dat het vertrouwen wekt bg de proce-
deerende werkgevers en werklieden
dan dient de tegenwoordige inrichting
geheel veranderd te worden.
In de eerste plaats de zonderlinge
wijze van aanwijzing der leden. Terug
gang tot het principe, dat de rijksregee-
ring de rechters benoemt, schijnt ons
gewenschtj waar het de toepassing geldt
van deze rijkswet.
In de tweede plaats vermindere men
sterk het aantal leden van den raad;
gemakkelijker is het twaalf dan zes en
negentig geschikte personen in een pro
vincie te vinden. Zijn er zoo'n kleine
honderd noodig, dan is het vrijwel on
mogelijk op het gehalte te letten.
In de derde plaats late men dezelfde
personen veel langer achtereen zitting
nemen dan thans het geval is, nu om
^wiöjajt. Daardoor zal men na eenigen
tij 3 Vijftien krijgen die eenigszins met
hutf werk vertrouwd raken, althans ge
legenheid hebben dat te worden, en
mindert het groote bezwaar tegen leeken-
rechtspraakhet wordt zoodoende min
der liefhebberijwerk.
Men heeft al eenigen tijd verteld,
dat een wijziging der Beroeps wet op
handen is. We hopen van harte dat
de minister, als hij deze herziening ter
hand neemt, niet zal nalateif zijn aan
dacht in 't bijzonder te wijden aan de
bepalingen betreffende de samenstelling
van de raden van beroep. S. W.
Buitenland.
Nemirowitsj Dansjenko, de Russische
oorlogscorrespondent, laat zich zeer vleiend
ik was afkomstig van een ongewoon sterk
geslacht, en het jonge meisje was tenger
en teeder gebouwd; ik hief haar dus als
een veertje op. Selim opende de deur, die
naar het aangrenzende en helder verlichte
vertrek voerde, en zoo bereikten wg de
kleine groene kamer, welke ik voor Hanna
bestemd had. Het bed was reeds gereed;
in den haard knetterde een gezellig vuur,
waarbjj de oude Wenzrowska zat te naaien.
Toen zg mg met mjjn lieven last zag bin
nenkomen, sprong zjj overeind en r jp vol
ontsteltenis: »0-u Godswil, jongheertje, gg
'ertilt n aan het meisje! Waarom ivjeft u
haar niet wakker gemaakt? Zg' had toch
waarachtig zelf wel kannen loopenlc
»Zwjjg, Wenzrowskalc riep ik toorrog
uit. >Hanua is geen meisje, zeg ik je,
maar een juffrouw, hoort ge? De juffrouw
is uiterst vermoeid, en ik verlang, dat zg
niet wakker wordt gempaK; ontkleed haar
en leg haar behoedzaam te bed. Vergeet
niet, dat zg een weeze is en gg haar over
den dood baars grootvaders moet trachten
te troosten, door haar hartelijkheid te be-
toonen.c
>Arm ding! Ja, jat Zg is een weeze 1<
'begon de oude mg na te zeggen.
Selim kustte hnar er voor en wg gingen
thee drinken. Selim was nitgelaten vrooljjk,
maar ik stemde niet in met zgn opgeruimd
heid, deels omdat ik mg droevig gestemd
gevoelde, deels omdat het mg, als iemand
die met gezag bekleed is en het ambt van
voogd moet uitoefenen, niet betaamde mg
als een kind te gedragen.
Toen wg ons dien avond ter ruste be-
uit over de Japansche taktiek. >0nder welke
ontmoedigende omstandigheden, zegt hg,
hebben onze troepeH te vechten, terwgl zg
weten dat de Japanners betere artillerie
hebben en beter voorbereid zgn, in elk op
zicht. Onze geweren mogen goed zgn, maar
die van den vijand zgn beter; de onze
schieten goed, 2700 M. ver, de Japansche
nog beter: 4000 M. Wjj hebben weinig
bergartillerie, de Japanners hebben er massa's
van en verplaatsen haar met het grootste
gemak. De geheimzinnige wjjze waarop de
vgand opereert, is bewonderenswaardig. Wg
weten nooit, aan welken kant zg ons gaan
aanvcllen. De ruiterjj, met welke wjj in het
begie van den oorlog des draak hebben
gestoken, rent het heele land af.«
De corespondent van de >Roes« ver
klaart, dat de Russische officiereu zich
verbaasd toonen over de behendigheid en
schranderheid van generaal Koeroki die,
zeggen zg, in staat schjjnt te zgn om zgne
troepen samen te trekken op welk pant en
welk oogenblik hjj maar wil.
De Daily Telegraph* verneemt dd. 81
Jnli uit Tokio, dat de correspondent van
het blad »Asahi« te Moji seint, hoe twee
groote Russische stoomschepen, elk 6000
ton metende, gebruik makend van de ge
legenheid, dat er een dikke nevel hing, den
24n Juli Port-Arthur hebben verlaten, ver
gezeld door een torpedo-jager; beide hadden
vluchtelingen aan boord. Japansche torpedo
jagers, die aan de blokkade bg Port-Arthur
hadden deel te nemen, ontdekten de sehepen
op het oogenblik toen de nevel optrok en
haastten zich, ze te omsingelen. De Rassen
heschen de witte vlag en gaven zich over,
Een torpedo-jager en twee koopvaardij
schepen zgn nog genomen.
Een rapport van Togo over een gevecht
der torpedobooten bg Port Arthur op 24
Jnli wordt thans pas openbaar gemaakt.
Een flotielje van torpedobooten ea kanon-
neerbooten met tien of elf verkenningsjaebten
vielen de Russische torpedobooten aan ter
hoogte van Sjenseu Point, ten O. van Port-
Arthur, om drie aur 's ochtends. De Ja-
panners zagen dat. drie vischtorpedo's die
zg hadden afgevuurd, ontploften, maar kon
den, wegens den Bevel, niet nagaan wat de
uitwerking was.
Dit rapport schjjnt grond te geven aan
het gerucht uit Chineesche bron, dat drie
Russische torpedo-jagers in den grond ge
boord zgn.
Uit SewaBtopol wordt aan de »Timesc
gaven men had Selim en rnjj een ge
meenschappelijke kamer aangewezen
zeide bij, toen hg reeds op bed lag, opeens
»Zeg, Henryk, ik heb een beerljjke sigaar
Wjj zjjn geen kindereu meer en kunnen
best rookenlc
»Geef hier.c
Hg sprong uit het bed en haalde een
pakje sigaren te voorschjjn. Wjj staken er
ieder een aan; legden ons neder, rookten,
zwegen en spuwden ieder van ons beiden
zoo, dat de andere er niets van merkte,
achter het bed.
Na een oogenblikje begon Selim weer
»Zeg. Henryk, ik ben jaloersch op je, je
bent nu al heetam.al volwassen.*
Ja, dal begrijp ik.c
»Je bent voogd; ach, als men mjj ook
eens als voogd over iemand wilde aanstellen 1*
»Dat is zoo gemakkeljjk niet, en waar
ter wereü zou meu een tweede Hanna
vindenMaar wil ik je eens wat zeggen,*
vervolgde ik op heldhaftigen toon>ik ge
loof, dat ik maar niet meer naar het gym
nasium zal gaan. Een jonge man, die zulke
plichten thuis heeft, kan niet meer naar
school gaan.*
Ach, je bent niet goed bjj 't hoofd 1 Wat,
wil je dan niet meer studeeren? En de
nniversiteit?*
»Je kent mjj immers en weet, dat ik
veel van studeeren houd, maar plicht gaat
boven alles 1 Het zou nog wel kunnen
gaau, wanneer mgn ouders Hauna met mjj
naar Warschau zouden.*
>Dat zullen zjj wezenljjk wel laten 1*
Zoolang ik op het gymnasium ben,
gemeld, dat de Russische regeering de be
schikbare stoomschepen van de vrjjwillige
vloot bljjft uitrusten, alsof het in haar plan
lag, ze de Zwarte Zee nit te zenden.
De >Times« verneemt uit Tokio, dat de
commandant van Port-Arthur een eisch van
de Japanners, om de vesting over te geven,
heeft afgewezen.
De Japansehe kranten maken de vertaling
openbaar van het antwoord vau het gar
nizoen van Port-Arthur op de aanmaning
om zich over te geven. Uit dat antwoord
bljjkt dat het garnizoen gelooft, dat de
Japansche belegeringstrein met maarschalk
Ojama en zgn geheelen staf met de Hitatsji
Maroe en de Sado Maroe naar den kelder
is gegaan en dat het weigert aan te nemen
dat generaal Koaropatkin eenige nederlaag
heeft geleden.
De generale staf te Tokio deelde Zaterdag
avond mee, dat er vjjf officieren gesneuveld
en een en veertig gewond zjjn bjj de ge
vechten rondom Port-Arthur sedert Dinsdag.
De verliezen aan minderen werden niet op
gegeven. Dit is de eerste ambteljjke mede-
deeling sinds het beleg begon en dit wjjst
er op, dat er zwaar gevochten wordt.
Een jonk, die Donderdag te middernacht
nit Port-Arthnr is vertrokken, bevestigt, dat
er drie dagen te land en ter zee vreeteljjk
is gevochten.
Te Nioetsjwang is bericht ontvangen dat
de Rnssische kanonneerboot >Sivnteh,< 30
mjjl de rivier op, is vernietigd.
Voortdurend verneemt men daar hevig
schieten nit de richting van Haitsjeng.
Aan de »Frankfnrter Zeitung* wordt
nit Tokio gemeld, dat het Wladivostock-
eskader teruggekeerd is naar Wladivostock.
Sir Charles Hardinge, de Engelsche gezant
te St. Petersburg, heeft een formeel protest
bjj de Rnssische regeering ingediend tegen
het in den grond boren van de vKnight
>Kommander« door het eskader van Wla-
diwostok als zjjnde strjjdig met alle begin
selen van internationaal recht.
Aan het Russische telegraaf-agentschap
wordt van het oorlogsterrein bericht, dat
generaal Keiler Zondagavond door een gra
naat gedood is.
Generaal graaf Keller was nog in het
begin van den oorlog gouverneur van Je-
katerinoslaf. Drie weken na den slag bjj
Kioe-liën-tsjeng werd hjj tot opvolger van
generaal Zasoelitsj benoemd. In den laat-
sten tjjd was hem het gewichtige bevel
gaat dat natnnrljjk niet, maar wanneer ik
eenmaal student ben, zal men haar mjj
zonder twjjfel wel medegeven. Je weet,
schjjnt 't, heelemaal niet, wat een stndentis
>Nn, dat kan zgn! Eerst znlt ga voogd
over haar zgn, en later met haar trouwen.*
»Selim, ben je krankzinnig geworden?*
»Ja, waarom zou je 't niet? Als gymna
siast kun je natnnrljjk nog niet trouwen,
maar een stndent kan zich zoo iets wel
veroorlooven I Die kan niet alleen een vronw,
maar ook kinderen hebben, haha!«
Op dat oogenblik bekommerde ik mjj al
zeer weinig om de voorrechten der studenten.
S Jim's woorden hadden als een bliksem
straal de diepste diepen van mgn hart ver
licht. Duizenden verwarde gedachten dwar
relden mjj door de hersenen. Met mjjae
geliefde, dierbare weeze tronwen, ja! Als
een bliksemstraal schoot mjj deze gedachte
door hoofd en hart. Het was mjj, alsof er
zich plotseling een helder licht te midden
van de duisternis mjjns harten verspreid
had. Badende in een rossigen glana, straalde
mgn liefde voor Hanna, die ik tot na toe
als een zuster bemind had, in een nienw
licht en vervulde mgn hart met een nooit
gekende, behaageljjke warmte.
Haar tronwen t Met Hanna trouwen, met
mgn goudlokkige, beminde, aangebeden
HannaI
Met klanklooze stem zeide ik nogmaals
»Ben je krankzinnig geworden, Selim?*
>Kom, kom! Ik wed, dat je nu reeds
tot over je ooren op haar verliefd bent!*
antwoordde hg.
Wordt vervolgd).
IIEU WSBI AD
MMU—m—>a—fnieswam* r».
i—a—MHHBiaHM
affu—wawi—J—l—t—i