Het Land van Heusden en Altena. de Langstraat en de Bommelerwaard.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
M 2347
ZATERDAG 20 AUG.
1904.
Oorlog tusschen Japan en Rusland.
LAND VAN ALTEN*
VOOB
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementiprji: per 8 maanden f 1.00.
franco per post zonder prjjsverhooging. Afzonderljjke
nummers 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels BO et. Elke regel
meer 71/, ct. Groote lettere naar plaatemimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewacht.
Het ontwerp tot herziening der Wet
op het Lager Onderwijs.
n (Slot).
Die 74 zijn alle plattelandsscholen,
want in groote centra met verscheidene
openbare scholen heeft de oprichting
eener bijzondere school alleen tenge
volge, dat er minder openbare gebouwd
behoeven te wordenvan 68 werden
volgens de gemiddelde bevolking in
1894 geëischt:
6 leerkrachten aan 7 scholen.
5 9
4 21
3 d 23
2 n
T 0
Volgens de gemiddelde bevolking in
1900 werden aan die scholen vereischt
6 leerkrachten aan 0 scholen.
8
n
n
11
n
n
11
16
21
19
li
ii
ii
5
4
3
2
1 4
x ii ii ii
Er was dus een vermindering in het
aantal scholen met 3 tot 6 leerkrachten
en een sterke vermeerdering in het
aantal scholen met 1 en 2 leerkrachten.
Diezelfde 74 openbare scholen werden
in 1900 bezocht door ruim 7800 kin
deren, voor wie het onderwijs minder
goed werd. Daarnaast staan een 26-tal
andere, waar het aantal leerlingen wel
verminderde, maar niet zoo sterk, dat
ook het aantal onderwijzers een ver
mindering kan ondergaan. Zij werden
in 1894 bezocht door bijna 4000, in
1900 door ruim 3400 leerlingen en
voor die 3400 was dus het onderwijs
beter, maar ook duurder geworden. Voor
hen moet toch, behalve een eenigszins
kleiner som voor schoolbehoeften, een
even groote som voor onderwijzerssala
rissen, verwarming, verlichting en onder
houd van schoolgebouwen uitgegeven
worden als voor de 4000 en per leer
ling is dus 16 17 pCt. meer betaald
dan vroeger.
Ook uit eene andere berekening blijkt,
dat het onderwijs over 't algemeen duur
der wordt, als het aan kleine scholen
wordt gegeven. De wet eischt toch, dat
aan scholen met:
41 90, d. i. gem. 65 leerlingen,
1 hoofd en 1 onderwijzer,
91 k 145, d. i. gem. 118 leerlingen,
1 hoofd en 2 onderwijzers,
146 k 200, d. i. gem. 173 leerlingen,
1 hoofd en 3 onderwijzers zijn, enz.
Eveneens eischt de wet, dat het
FEUILLETON.
Een Poolsch verhaal.
13)
Nu gingen wjj de eetzaal binnen. Ik
keek in Chorzeli rond, als iemand die er
op bedacht is, ingrijpende veranderingen
te ontdekken. Er was echter niets veranderd.
De portretten der voorzaten, zoowel van
de ritmeesters als van de vaandrigs, hingen
nog evenals vroeger aan ce murende
kapitein der Patizarokisehe huzaren, uit
den t$d van Jan Sobieski, keak mg even
als voorheen met zjjn schuine, vgandige
oogen aan, en zgn door sabelhouwen door
kerfd gelaat scheen mjj nu nog leeljjker
en schrikwekkender. Het meest nog was
Selim's vader, de oude Mirsa, veranderd.
Zgn haar begon reeds aanmerkelijk te
grijzen; zgn groote snor was bjjna geheel
wit, en het Tataren-type viel hoe langer
hoe daideljjker in htm te onderscheiden.
Ach, welk eer verschil tusschen den ouden
Mirsa en Selim, tusschen de beenderige,
strenge, ja hardvochtige gelaatstrekken en
dit engelengezicht, dat met zgn zoeten
blik op een iiefeljjke bloem geleek. Maar
moeilijk was ook die blik vol teedeiheid
af te schilderen, waarmede de oude Mirsa
op den jongen nederzag en elk zjjner be
wegingen volgde.
Om vader en zoon niet te storen, wilde
minumum-salaris van een hoofd f 750
f 950, d. i. gemiddeld f 850, is, en
van een onderwijzer f 500 h f 700,
d. i. gemiddeld f 600, bedraagt. Zijn
er meer dan 4 leerkrachten, dan moet,
behalve het hoofd nog één de hoofd-
acte bezitten en een gemiddeld salaris
van f 800 hebben. Aan salaris wordt dus
per leerling betaald aan een school van
41 h 90 leerl., gem. (f 825 pl. 600)
65 f 21.69.
91 k 145 leerl., gem. (1 825 pl. 2 X
600) 118 f 17.34.
146 h 200 leerl., gem. (t 825 pl. 3
X 600) 170 f 15.17.
210 a 255 leerl., gem. (f 825 pl. 3
X 500 pl. 800) 228 f 15.—
256 k 310 leerl., gem. (f 825 pl. 4
X 600 pl. 800) 283 f 14.22.
Een school met minder dan 40 leer
lingen vordert minstens f 850 40
f 21.05 gemiddeld salaris per leerling.
Wel is vaak aan scholen met meer dan
200 leerlingen het salaris van het hoofd
iets boven het minimum, maar dat is
niet altijd het geval en het bedraagt
nooit zooveel, dat het salaris per leer
lingen aan scholen met 4 of 6 leer
krachten, niet belangrijk minder is, dan
aan die met 1, 2 of 3 onderwijzers.
De oprichting van bijzondere scholen
heeft düs het onderwijs aan sommige
openbare minder goed en duurder ge
maakt en wat ons nu hindert in de
memorie van toelichting is, dat de uit
gaven voor de openbare scholen, aldus
opgedreven door de stichting van bij
zondere* en nog wat aangedikt door de
veronderstelling, dat de kweekelingen
aan Rijksinrichtingen opgeleid in het
geheel niet aan de bijzondere scholen
werkzaam zijn, zonder eenigen commen
taar als maatstaf gebruikt wordt om te
berekenen, welke sommen door de bij
zondere scholen aan de openbare kassen
zijn uitgespaard. Een oogenblik naden-
kens had den samensteller der memorie
kunnen overtuigen, dat het een zeer
overdreven voorstelling was, de kosten
van het lager onderwijs in Nederland,
als er geen bijzondere scholen waren, te
stellen op f 18,710,450 pl. f 6,173,078,
d. i. op bijna 25 millioen gulden. Wer
kelijk die f 18,710,450 zouden heel wat
minder zijn, als de openbare school met
haar tegenwoordig aantal leerlingen op
gelijken voet stond met de bijzondere,
die het voorrecht heeft niet aan ge
meentegrenzen gebonden te zijn en voor
welke de bepaling, dat in geen school
meer dan 600 leerlingen gelijktijdig
mogen toegelaten wordeD, niet geldt.
Naast de moreele schade voor de
eenheid van het volk en de paedago-
ik rug verwgderen, maar de oude, die gast
vrij waa ah' ®eu eeht Poolsch edelman, be
gon mg eveneens te omhelzen en noodigde
mg uit, bjj hem te overnachten. Ik bedankte
er voor, omdat ik naar huis verlangde,
maar ik moest althans aan het avondeten
deelnemen. Laat in den nacht vertrok ik
van Chorzeli, en toen ik op mjjn woon
plaats aankwam, begonnen de hanen reeds
te kraaien.
Voor de veranda van het huis hield da
britsehka stil. Ik stapte uit eu klopte aan
de deur, maar moest geruimen tjjd wach
ten, alvorens men mg binnenliet. Een onbe
haaglijke gewaarwording maakte zich van
mg meester, want ik bad verondersteld, dat
men mg verwachtte. Na eenigen tjjd oegon
hier en daar licht te glinsteren achter de
vensters, en een slaperige stem, welke ik
als die van Franz herkende, vroeg: «Wie
is uaar?< Ik antwoordde hem; Franz deed
open en greep naar mjjn handen, waarop ik
hem vrofg, of allen gezond waren.
>0 ja, alles gaat f?oed,« antwoordde hg,
>maar de oude m^te. is naar de stad
vertrokken en wordt morgen pas terugver
wacht.*
Qjj geleidde mg nu naar de eetzaal, stak
de hanglamp boven de tafel aan en ver-
wgdtrde ziek om thee te ze ten. Zoo bleef
ik dus eenige oogenblikkeD aileen met mg>i
gedachten en mjjn angst g kloppend hart,
het waren echter korte oogenolikkan, want
weldra verscheen pater Lodewjjk in e«n
ietwat nachteljjke kostumeering, alsmede de
goede madame d'Yves in haar ochtendjapon
gische voor de indeeling der school heeft
de oprichting van bijzondere scholen
zeer groote finantieele nadeelen ge
bracht voor hen, die de kosten van het
onderwijs moeten dragen.
Buitenland.
De »Matin< deelt mee dat Nelidof, de
Russische gezant te Parjjs, aan Delcassé
Rusland's protest tegen de daden van ge-
wdd, door de Japanners in de onzjjdige
haven van Tsjifoe op den torpedojager
«Retsjitelni* gepleegd, heeft overhandigd.
Het stuk is in dc krachtigste bewoor
dingen gesteld.
Uit Peking wordt aan de «Times* gemeld
Frankrjjk en Dnitschland steunen Rusland
niet in zake het gebeurde met de »Retsjitelui.<
De postzakken, die door de Russen in de
Roode Zee van de Print Heinrieh* weg
genomen werden, zgn te Nagasaki aange
komen en geopend in tegenwoordigheid van
de Duitsche, Fransche en Engelsche eoasuls.
Veel aangeteekende en andere brieven wor
den vermist. De consuls stellen een krachtig
protest op.
Uit Kobe wordt aan d«Express* ge
seind, dat onder de brieven, die ontbreken
aan de mails van de Priuz Heinrich, er
sommige zgn van Japansche agenten in
Rusland.
Uit Tokio wordt djl. 17 dezer gemeld
Het aanbod van den Mikado om de niet-
weerbaren uit Port Arthur te kien ver
trekken, gaat vergezeld van den eisoh om
de vesting over te geven.
Een bericht van 18 dezer luidt t De
Japansche legatie meldt, dat de comman
dant van Port Arthur weigerde de stad
over te geven en zich ongeneigd toonde de
niet-weer baren weg te zenden.
Het telegraafagentschap verneemt uit
Moekden, dat 92 bnrgers uit Port Arthar
met hunne gezinnen daar zjjn aangekomen.
De Japanners verklaarden, dat dit de laat-
sten zgn, san wie vergund werd de bele
gerde stad te verlaten. Verdere schepen met
vluchtelingen worden in derrgrond geboord
een dergeljjk schip werd genomen, van
masten en zeilen beroofd en aldus op zee
aan zjjn lot overgelaten. De bonding van
het garnizoen is bewonderenswaardig. De
burgers der stad voegen zich bjj de gelederen
der troepen.
Van den grooten weg, die over den
en onvermjjdeljjk mutsje. Allen verwelkom
den mjj vol ontroering; men stond er ver
baasd over, dat ik zoo groot was geworden.
Pater Lodewjjk, de arme duivel, vroeg met
zachte en verlegen stem naar het rapport
mjjner examens! toen hjj hoorde, dat ik
goed geslaagd was, begon hg te schreien
an noemde mjj zgn «besten jongen*.
Eensklaps vernam men in de aangren
zende kamer het geschuifel van bloote voet
jes en mgn kleine zusjes kwamen in haar
hemdjes en mutsjes binnengeloopen, her
haaldelijk en vol vreugde uitroepend «Hen-
ryk is gekomen! Henryk is gekomen!*
Tevergeefs trachtte madame d'Yves ze in
bedwang te houden, door te zeggen, dat hat
iets ongehoords was, dat groote jaffrouwen
zich in zulk een kleeding lieten zien. De
kleinen sloegen er geen acht op, maar om
strengelden mjjn hals en drnkten haar lieve,
kleine gezichtjes tegen mgn wangen. Na
eenigen tjjd vroeg ik min of meer verlegen
naar Hanna.
>0, die is groot geworden!* antwoordde
madame d'Yves; »zjj zal aanstonds wel
komenw<vsursab jjnljjk is zjj nog aan hanr
toilet bezig.*
Ik behoefde echter niet lang te wachten
reeds na verloop van vpf minuten trad
Hanna de kamer binnen. Ik keek haar aan,
Groote God, wat was er van die zwakke,
tengere zestienjarige weez>. ia den korten
tgd van een haif jaar geworden! Er stond
een bjjna volwassen jonkvrouwe voor mjj.
Haar geheele wezen straalde van gezond
heid, frissehe jeugd en bekoorlijkheid, zoo-
Taipin-ling door Sin-tsin-ting westwaarts
voert, komen, naar aan de «Roes* nit
Liao-jang wordt gemeld, voortdurend be
richten, volgens welke de Japanners groote
troepenmassa's langs den spoorweg tot Hsin-
min-ting vervoeren. Zjj slaan vele schip
bruggen over de Liao*ho, waardoor zjj uit
het westen Moekden en den spoorweg ten
N. van Liao-jang bedreigen.
De correspondent vaa de «Times* te
Tokio seint een belangwekkend verhaal van
den zeeslag bjj Tsos-sjima. Niet alleen dat
de «Rossia* en de «Gromowoj* herhaal»
deljjk in brand geschoten werden bjj han
pogingen om de «Rjoerik* te hulp te komen,
ook op de «Rjoerik* zelf brak brand uit.
De bemanning slaagde er echter in, den
brand te blusschen. Het Russische geschut
vuur richtte weinig schade aandat van
de Japanners des te meer, het was ver
nietigend. De «Rjoerik* zette den engeljjken
strjjd heldhaftig voort, ten slotte met de
paar bruikbare kanonnen die nog overge
bleven waren, en zelfs toen de stuurtoestel
reede vernield was.
De van de «Rjoerik* geredde Russen
vertellen, dat de commandant, de kapitein
en de meeste officieren gesneuveld zjjn. Toen
de «Rjoerik* begon te zinken, stoomden de
«Rossia* en de «Gromowoj* weg, slechts
even achtervolgd door d* Japanners. Kami-
moera keerde terug om de schipbreukelingen
van de «Rjoerik* op te visschen. De Ja
panners zagen dat de Russen de lniken
open maakten om het zink^^an de «Rjoe
rik* te bespoedigen. De Nodding der be
manning van het Russische schip was
gedurende Jeu geheehm strjjd bewonderen^
waardig.
De Japansche bladen bevatten eon dank
betuiging van den keizer a»n Kamimosra;
de keizer zegt dat de admiraal de eenige
hem toevertrouwde taak, het bewaken dier
zeeëugte van Korea, glansrjjk volbracht
heeft. Dit maakt den indruk van een'-ZMtt-
woord op het verwjjt, tot Kamimoera ge
richt, dat het hem vroeger niet gelukt is,
het Wladiwostoksche smaldeel in te halen.
De Japansche kapitein Ogoera, van de
Mikasa, die gewond te Sase'ao aangekomen
is, geeft de volgende beschrjjving van het
zeegevecht van den lOen
's Morgens atoïideo de wachtschepen dat
de vjjandeljjke vloot de haven Port
Arthur verlaten had. liet bericht wekte
groote vreugde. Admiraal Togo maakte
suel zgn toebereidselen. Zgn plan was, de
Russen zoo ver mogeljjk zuidwaarts te
als een pas ontloken roos. Ik bemerkte,
dat zjj mg met haar groote blauwe oogen
vol nieuwsgierigheid gadesloeg en dat mgn
verbazing en de indrnk, welken zjj op mjj
gemaakt had, haar niet ontgingen, want
een onbesehrjjfeljjk lachje speelde om haar
lippen. In de nieuwsgierigheid, waarmede
wjj elkander wederzjjds opnamen, lag roeds
iets van de bedeesde verlegenheid van den
jongeling tegenover het jonge meisje. De
harteljjke, broederlijke verhouding van vroe
ger was eensklaps verdwenen, om nooit weer
terng te keeren.
Toen zjj mjj verwelkomde, had ik haar
de hand gedrukt, die op het gevoel warm
en zacht als fluweel was en waarvan de
aanraking mg een nieuw loven instortte.
Toen ik vertrok, was zjj nog een eenvoudig
kind, eigenljjk niet veel meer dan een dienst
bode na was er een dame uit haar gegroeid,
wier gelaatsuitdrukking en nette manieren
een goede opvoeding en het verkeeren in
goede kringen verrieden.
Uit haar oogen spraken een levendige,
opgewekte geest en een ziel, die tot het
bewustzjjn van zich zelf was geraakt. Zjj
had in alle opzichten opgehouden een kind
te zgn; dit bewees het zachte, onbestemde
lachje en een zekere onbewuste eoquetterie,
waarmede zjj de volkomen veranderde hou
ding, waarin wjj na tot elkander stonden,
zeer goed begreep. Ik kwam al spoedig
tot de overtuiging, dat Hanna in zekeren
zin veel op mg voor had, want ofschoon
ik mjj meer kundigheden verworven had,
was ik toch op verre na niet zoo ongedwon-
lokken, om een herhaling te voorkomen
van het fiasco op den 23»n Juni. Hjj wist
niet of de vjjand naar Wladiwostok wilde
8toomeu, en liet dos zuidwaarts koers zetten,
door de wachtschepen voortdurend op de
hoogte gehouden van de bewegingen d*r
Russen.
De Russische vloot kwam nader, terwjjl
de Japansche ten oosten ervan stoomde.
Om half een, toen men op 30 zeemjjlen
ten zniden van Port Arthar gekomen was,
gaf admiraal Togo het sein tot den aan
val. De Rassen stelden nu hau schepen in
enkele slagorde. Het waren zes pantser
schepen, met de Tsesarewitsj voorop, vier
kruisers, acht torpedobooten en een hospi
taalschip.
Het gerecht begon om een uur. Tweemaal
naderden de vloten elkaar om telkeas weer
uiteen te gaan. Beiderzjjds werd een zwaar
vuur onderhouden, maar terwjjl de Japansche
kanonniers kalm bleven en zelden misschoten,
vlogen de meeste Rassische projectielen
over de schepen heen. Na een gevecht van
twee en een half uur was er een pauze
die een uur duurde; daarna heropenden de
Rassen het vuur, dat nu vooral op de
Mikasa saamgetrokken ward. Admiraal Togo
en zgn staf gingen echter onvervaard door
met het. leiden der krijgsverrichtingen.
De Rassische schepen wjjzigden thans
hun koers en stoomden zuidoostwaarts, de
Japanners achter hen aan. Om half acht
werd de Tsesarewitsj geraakt onder de wa
terigs aan bakboordzijde, door een projec
tiel van 30 cm., het schip wendde plotse
ling naar stuurboord, waarop de andere
Bchepen, teneinde een botsing te vermjjden,
het roer naar bakboord en stuurboord wier-
ptsn; er ontstond verwarring. Deze gelegen
heid lieten de Japanners niet voorbjjgaan;
zig richtteD een hevig vuur cp den vjjaad,
op een afstand van 3500 tot 4500 meter.
Het vuur van de Russen werd nagenoeg tot
zwjjgen gebracht, behalve dat van de Re-
twisan^tffB è$jonder dapper bleef doorvech
ten totdat zg, nu de^pansche kanonnen
op haar samenwerkten, ten slu-^ uog^slechts
met een van haar stukken kon werkell;
Dit verslappen van het vuur der Russen
scheen niet aan gebrek aan ammunitie toe
geschreven te moeten worden, maar aan
de schade die aangericht was en de verliezen.
Oin half negen eindigde het gevecht met
"hei iflvaitea vaö den rnsï&t. De^ Rusaiscjj^r'^l
kruisers en torpedobooten stoomden toen,
in de duisternis, zoo snel mogeljjk weg,
achtervolgd door de Japansche torpedoboo-
gen als zjj. Het jonge meisje legde in den
omgang met mjj veel meer vastheid aan
deD dag dan ik; ook het overwicht, dat
ik als jonge meester en voogd had gehad,
was mjj ontvallen hoe, weet ik niet.
Ik kon er mjj echter niet aanstonds
rekenschap van geven; aanvankeljjk gevoelde
ik het meer, dan dat ik het begreep. Het
was mjjn plan geweest, haar te vragen,
wat zjj leerde en geleerd had, hoe zjj haar
tjjd doorbracht, of zjj zich de tevredenheid
verworven had van madame d'Yves en van
pater Lodewjjk, en zoo voortsnu was zjj
het echter, die mjj met haar gewoon lachje
om den mond vroeg, wat ik gedaan en
geleerd had en wat ik van plan was in de
toekomst te doen. lloe wonderljjk, dat alles
zoo geheel anders liep, dan ik mg voorge
steld had! Nadat wjj ongeveer een uur met
elkander gekeuveld hadden, begaven wjj ons
allen ter ruste. Nadenkend gestemd, half
verrast, half teleurgesteld, en ook min of
meer bedroefd, trok ik mjj in mgn kamer
terng, maar de opnieuw opvlammende liefde
doordrong mjjn hart en wischte die indruk
ken volkomen nit. Hanna's jonkvrouweljjke,
Ofckoerljjke gestalte, die, nog door slaap be
vangen, met haar blanke handjes het wan-
ordeljjk over haar boezem geslagen kleed
samenhield, terwjjl de gouden vlechten los
over haar rug hingen, stoud levendig voor
mgn geest, en met haar beeld voor oogen
sliep ik in.
(Wordt vervolgd).
(«aMnBc