Bel Land van Hensden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard. Verbetering der wegen. In hei strijdperk. imkJkB M 2406, WOENSDAG 15 MAAKT Uitgever: L.. J. YESRMAN, Heusden. 1905. Oorlog tusschen Japan en Rusland. LAMB VAN ALTEN/* ¥005 Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. oumiaers 5 cent. Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elke regel meer 7Vi ot. Groote letters naar plaatsruimte. Adrertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond ingewacht. Onder den titel „Wegen en hun ver betering", geeft de heer N. C. Hoogvliet, in het jongste nummer van „Vragen van den Dag", eenige bizonderheden over eene door hem gedane en thans beproefde uitvinding, waarvan wij niet willen nalaten onze lezers op de hoogte te stellen. Verbetering der wegen is een kwes tie, die ongetwijfeld op aller belang stelling aanspraak mag maken, daar toch iedereen het ongemak van slechte, het voordeel van goede bestrating onder vindt. Nochtans zal bij de meesten die belangstelling zich wel niet veel verder uitstrekken dan de straten en pleinen van de plaats hunner inwoning. De toestand van de wegen, die naar buiten leiden, die de gemeenten onderling ver binden, interesseert een veel kleiner ge deelte der menschen. Hoeveel Amster dammers zullen kunnen zeggen hoe b.v. de weg naar Utrecht er uit ziet? De reden ligt voor de hand. Sinds de spoortreinen, langs speciaal aange legde lijnen, de gemeenschap der plaat sen onderling onderhouden, is het ge- brüik der oude wegen zeer beperkt. Toch schijnt dit weer in beteekenis _te zullen toenemen en wel door een voertuig, dat men langen tijd het ver voermiddel van de toekomst heeft ge noemd, maar dat wij nu wel veilig als het vervoermiddel bij uitnemendheid van den tegenwoordigen tijd mogen noemen, wij bedoelen de fiets. Kennis der wegen in een omtrek van eenige kilometers rondom de plaats hunner inwoning, is bij fietsers zeker geen zeldzaamheid en vele sportmannen zal men aantreffen, die u met j uistheid weten te zeggen of de groote wegen tusschen verschillende steden in ons land, en zelfs in het buitenland, al of niet goed berijdbaar zijn. Telkens met het voorjaar, neemt het aantal van die wegenkenners toe, met het getal van hen die zich, óf voor zaken, óf voor genoegen, van de fiets bedienen als een gemakkelijk en aan genaam tran sportmiddel Maar met hen stijgt tevens het getal klagers. Aan een weg den eisch stel lende dat hij hard, effen en zindelijk moet zijn, vinden zij de klinkerwegen wel hard en zindelijk, maar lang niet effen genoeg, de grindwegen wel effen, maar niet hardde kleiwegen eenvoudig een plaag. FEUILLETON. M. VON ESCHEN. 33) Zjj bemerkte het niet, maar hjj zwoer zichzelf, dat bp haar verwerven, haar ver dienen wilde; zacht zeide hg nn: »Gjj moet rusten. Zjjn kalmte had op haar gemoed een bedarende uitwerking. Gehoorzaam als een kind, volgde zij hem nit bet gebouw, en ponder een woord te spreken, legden zjj te zsbaen den weg r aar de villa SonnenFls af. >Bjtt&t het u niet spgten, dat Helmut bleef nV en dan even stekenhet was niet gemakkelijk te zeg en wat by wilde z nder een zoo trofsck en fijngevoelig meisjs als Doraline te kwet8tenj-*K>\t -dat ik u van daag ontmoet heb. Ea als als gjj km t rug èltjjd vertrouwen ah een vriend. Wik gg dat? Bjj na verrast, zag Doraline tot hem op albs scheen haar in dat korte tijdsverloop van een uur zoo geheel anders geworden te zjjn maar neen, die donkere oogen zagen haar nog even verstandig en oprecht aan, en die mond glimlachte nog even goed hartig. >Als ik op ééu mensck vertrouw, zy t Het ideaal is voor hen een geasph al teerde weg, en vele niet-fietsers zullen het met hen eens zijn. De ambitie van den heer Hoogvliet gaat nu daarheen, dat wij geasphal- teerde wegen zullen hebben, niet alleen in de hoofdstraten der steden, maar langs alle lijnen, die de plaatsen onderling verbinden. Aspbaltwegen van Amster dam naar Zwolle en Zutfen, naar Arn hem en Nijmegen, naar alle punten van ons land. Zou dit ideaal met alle andere idealen het onbereikbare gemeen hebben? De heer Hoogvliet meent stellig te mogen beweren van neenhij houdt het wel degelijk voor bereikbaar. Ziehier op welke manier. Het eerste wat men tegenwerpt, zijn natuurlijk de enorm-hooge kosten. Hier bij wordt echter over het hoofd gezien, dat een der grootste uitgaven bestaat in het aanbrengen van de onderlaag. Deze mag noodig zijn in de steden, voor de buitenwegen waar het verkeer zooveel minder druk is, is zij overbodig. Een andere besparing, die de kosten veel zal verminderen, is hetgeen de heer Hoogvliet heeft uitgevonden als vervan ging voor het dure asphalt. Hij wijst er allereerst op, dat asphalt bestaat uit een mengsel van pek en zand, en brengt dan in herinnering hoe men een zelfde resultaat als asphalt geeft, bereikt door het bezigen van teer, dat de gasfabrieken in groote hoeveelheden als bijproduct uit de steenkolen leveren. Bij verschillende gasfabrieken zijn mooie harde en effen terreinen verkre gen door een mengsel van koolasch en teer, en het mag zeker verwondering baren, dat men dit mengsel niet op grooter schaal heeft benut. Een der bezwaren tegen het gebruik van teer is de dikvloeibaarheid van die zelfstandigheid, die zich niet laat op lossen. Nu is de heer H. er in geslaagd teer te verdunnen, zoodanig, dat het mogelijk wordt wegen er mede te be sproeien. Eenige malen aangewend, heeft die „teer-emulsie" het resultaat, dat de stofdeeltjes op den weg gebonden wor den en aldus de weg stofvrij wordt. Men zal wellicht opmerken, dat dit niet nieuw is en dat de heer Schade van Westrum reeds een dergelijk middel heeft uitgevonden, dat men „Westru- mite" noemt. Wij bespraken reeds vroe ger op deze plaats die uitvinding van onzen landgenoot, en men weet, dat de Algemeene Ned. Wielrijdersbond proe- gjj het, dokter Werner,* antwoordde zjj. >Bigf aw hart betrouw, in weerwil van de theorieën, die gg met de lippen beljjdt,* voegde zg er zicht en vriendelijk bjj. XIII. Hartstochtelijk opgewonden, had Felix Romberg het atelier verlatenhg doolde in de straten om, en wist voor het oogen- blik werkelijk niet wat te doen. De ontmoeting met Doraline had hem diep in zjjn binnenste geschokt; hg had niet gelogen, toen hg zeide: »Ik heb n nog lief!* Nog eenmaal stond de vroegere tjjd ham levendig voor den geest. En wat hg zich gewend had te vergeten of zich gedwongen had licht te achten, kwam hem op dit oogen blik in een geheel ander licht vcor; in zjjn eigen oogen was bjj tegenover dat meisje een barbaar >Ja, zg heeft geljjk,* zeids hg nu bjj zichzelf, terwjjl hg doelloos weder een an dere straat insloeg, ^duizendmaal geljjk.* Dat klonk reeds als eea verlichting. De namiddaguren giagea voorbjj, en zjju maag waarschuwde hem, dat het etens tijd Wè.8; hjj liep zjju gewone hotel in en vond er vrienden. Men praatte, men dronk, en werd vroolgk; Felix werd stil, maar zga hart gloeide, zga oogen glinsterden. Men maakte aanstalten om heen te gaan hg ook, en hg nam zga weg over het terras. Als door een magneet aangetrokken, stond h0 roor de villa Sounenfels stil. Wat wilde hjj hier nu? De vrouw zien, ven heeft genomen, die verrassende resultaten hebben opgeleverd. Het groote nadeel aan „Westrumite" verbonden, is zijn böoge prijs. Slechts één fabriek, in het buitenland, bezit het geheim der bereiding en de hooge kosten leveren een nagenoeg onoverkomelijk bezwaar tegen de aanschaffing van dit middel. Yeel goedkooper, beweert de heer H., is zijn „teer-emulsie", en minstens even afdoend. Er is thans een proef mede genomen door den heer Joseph Koechlin, firma Nicola Koechlin en Go., te 'g-Graven- hage. De weg naar dè fabriek dier firma was met geen mogelijkheid steeds goed begaanbaar te houden. Na een proef met teer-emulsie, schrijft thans de heer Koechlin „Zoowel gedurende de lange droogte van den voïigen zomer als ge durende 't daarop gevolgde regenach tige weer, is de weg prachtig hard en schoon gebleven, zonder spoor van stof of slik, en dat niettegenstaande een zeer druk verkeer van zwaar beladen wagens. Het oppervlak van den weg was ge heel met asphalt te vergelijken, het was hard, eenigszins elastisch onder den voet en blijkbaar ondoordringbaar voor water. U had dezen weg vroeger moeten zien. Er was bij regenachtig weer gewoon geen doorkomen aan, en bij droogte was het één poedermassa. Wagenvrach ten grint waren ieder jaar noodig, en na korten tijd als in een grondeloozen put verdwenen." Dit is de eerste proef, die op groote schaal werd genomen. De heer Koechlin had zelf een toestel uitgedacht tot het vervaardigen der teeremulsie in groote hoeveelheid, die hij zelf bereid heeit. Thans heeft ook de Alg. Ned. Wiel- rijderbond zich bereid verklaard proeven te nemen, mits de heer Hoogvliet zelf het preparaat leverde. De directeur der Haagsche gasfabriek, de heer Bakhui zen, heeft zijn steun beloofd en met belangstelling zullen velen de resultaten tegemoet zien. Doch nu is nog slechts het stofvrij- maken en verharden bereikt, De klin kerwegen zijn daardoor nog niet van de lastige oneffenheden bevrijd. Ook deze wegen vertrouwt de heer H. afdoende te kunnen verbeteren. Yolgens zijn meening zal dit zóó kunnen geschieden, dat men die wegen eerst gelijk en glooiend maakt door een laag zand, welke dan met teer-emulsie tot een harde massa zal kunnen ge bonden worden. die hem verraden had die de echtgenoote van een ander was geworden, van zjjn oom, die hem liefde en goedheid had be wezen die in het huis woonde, waar Nooit was Felix Romberg zichzelf zoo el lendig voorgekomen als nu; als verpletterd onder zjjn gevoel, leunde hjj tegen het tra- lishok en drukte het voorhootd tegen de jjzeren staven. Doraline 1< fluisterde hjj. Dat klonk als een bede om vergiffaais of om hulp. Daar zag hg da jonge vrouw ia den tuin. Langzaam en toch met de haar eigen jeugdige vlugheid van tred, kwam zjj het pad op, bloeiend als altjjd een lichtkleurig zjjden kleed omsloot de weelderige vormen, en prjjkte met des te meer kleur en glans ia het licht der ondergaande zoo. Nog be- koorljjkei, nog verleiderljjker was de glim lach geworden, dis haar lippen vauesm scheidde als een opengaande rozeknop, nog schitterender straalden die zwarte oogen. En die achoone duivelin laat niemand, dien zjj gevangen hoett, los. Ia verrukte aanschouwing verdiept, ver gat Felix dat al die schoonheid dis hem zoo bekoorde, een anuer toebehoorde. Bel la riep hjj zacht. Zjj zag op; een bigde trilling ging haar door de leden, en met den uitroepFelixl« reikte zjj hem de hand door het bloeiend struikgewas voor het traliehek heen. Hg voelde den druk van die zachte vin gers, sneller stroomde het bloed door zga aderen, nog weinig seconden, en hg stond Gelukt dit, dan kunnen wij overal in ons land, tusschen alle plaatsen van beteekenis, modelwegen tegemoet zien die met asphaltbestrating kunnen wed ijveren. Buitenland, Uit ieder bericht, hetwelk over dan slag bjj Moekden bekend wordt, bljjkt, dat de Russen daar een reusachtig verlias geleden hebben, zoowel aan manschappen als aan munitie, enz. Uit Tokio wordt d.d. 12 dezer hierover gemeld: Oyama seint, dat de Russen 26,500 ljjken op het slagveld hebben achtergela ten en tevens ongeveer 90,000 andere dooden en gewonden hebben bekomen. Onder den buit der Japanners behooran twee vaandelszestig kanonnen60,000 geweren; 150 caissons; 1000 wagens, 200,000 granaten; 25,000,000 patronen; 15,000 koku (een koku is 756 K.G.) graan 55,000 kokn fourage; 45 mjjlen spoorweg; 2000 paarden; 23 waggons bevattende kaarten duizend waggons kleederen een millioen rantsoenen brood 70,000 ton brandstoffen; 60 ton haver en eindeljjk een hoeveelheid tenten, gereedschappen, ossen, telegraafdraad en -palen, bedden, enz. Het ambtelijke bericht der bezetting van Moekden door de Japansche troepen wordt thans gevolgd door een bericht, oogen- schjjnljjk van heel wat minder belang maar dat inderdaad e>n veel grootere stra tegische beteekenis heeft: de Japanners zouden ook Foesjoen, ten oosten van Moek den aan de Hoan-ho gelegen, reeds bezat hebben. Is dat waar, dan moet de toestand van Koeropatkin's leger als bjjzonder hacheljjk beschouwd worden. In dat geval klinkt 't bericht nit Engelsche bron, dat Koeropatkin reeds kortweg naar Petersburg geseind moet hebben»Ik ben omsingelde, geenszins oawaarschjjnljjk. De Japanners zetten deze maal de ver volging van het Russische leger met kracht door, vermoedelijk zjjn zg door de aankomst van opzetteljjk achtergehouden troepen daar toe in staat gesteld. Japansche troepen staan reeds te Tiëliag; volgens een bericht van de Daily Telegraph nit Tokio zjjn er Japansche afdeelinger op 16 K.M. ten Z.W. en op 32 K.M. ten N.W van Tiëling, welks spoedige val verwacht naast haar. Bewonderend rustte de blik der jonge vronw op den knappen jonkmanonstuimig klopte haar hart. >Kom binnen,* zeide zjj, en weder vatte die zachte hand de zjjne. Hg aarzelde. Vleiend legde zg de andere hand op zjjn schouder. »Ge zult ons toch komen bezoeken dringend zien die schitterende, zwarte oogen hem aau. »Op 't oogenblik ben ik trouwens alleen.* Hg voelde haar adem tegen zjjn wang, bjj kon haar niet wederstaan. Maar opeens stiet hg haar van zich af, »Waarom hebt ge mg dit gedaan barstte hg los. Wat wierp hjj het hoofd trotsch achter over, wat fonkelden die oogen, wat richtte hg zich fiir op, wat krulden die lippen in toornige smart! Bgna zou zg bevreesd voor hem kunnen worden, maar hg zag er zoo edel uit zoo edel als zjj hem nog nooit gezien bad! Het was toch aardig van hem, dat hjj teruggekomen was. Maar hg moest niet al te boos zjjn, hjj moest het niet te ernstig opnemen. Het speet haar werkelgk dat het hem zoo'n verdriet deed maar dat was eigenljjk ook aardig. >Wees niet boos op mg, Felix,* zeide zjj zacht; »ik wist niet dat ik. u leed had ge daan!* Zg liet haar hoofd tegen zjjn schou der leunen. Die zachte, bgna droevige toon van de stem, die hg niet anders dan luid en vroo lgk had gekend, die smeekend tot hem op- wordt*. De achterhoede van het Rnssisehe leger zon afgesneden zijn. zoodat de Japan ners er op rekenen, deze gevangen te nemen. De rechtervleugel vsn de Japanners heeft de Rnssen bjj Aoka omsingeld, en er wordt hevig gevochten hjj TsjosaitsjiMen zjj voorzichtig met deze berichten van Engel sche correspondenten. Erkend moet intus- schen worden dat de 'slotzin van Koeropat kin's telegram, meldende dat de Japanners aanzienljjke versterkingen krjjgen, onheil spellend is. Te Tokio meent men zeker ie weten dat de Rossen niet alleen nitgeput zjjn, maar ook gebrek hebben aan munitie en levens- middelen. Dit laatste klinkt waarscbjjnljjk, want waar zou Koeropatkin bjjv. levens middelen voor zjjn honderdduizenden van daan moeten halen, nu de voorraadschuren in brand gestoken zjjn, en aan de gemeen schap met het noorden heel wat moet ont breken. Deze zaak van de levensmiddelen en den schietvoorraad Ijjkt ons de karn van de kwestie. Gelukt het den Japanners, de Rassen nog eenige dagen telkens terug te slaan van den spoorweg, dan zou een nog grooter ramp dan de slag bjj Moekden zelf 't gevolg kunnen zjjn voor het Rassiscke leger. Het spreekt vanzelf, dat op den terug tocht van een zoo groot leger binnen eea zoo eng terrein, waar bovendien de wegen bgna geheel ontbreken, nu en dan verwar ring en zelfs paniek ontstaan moet, maar men zou waarschijnIjjk verkeerd doen, zich het geheele Russische leger voor te stellen als in wilde vlucht naar Tiëling voorthol lende. Veel geschat en vooral ander mate rieel moet ong.stwjjfeld ia den steek gelaten worden. Langzamerhand lekt te St. Petersburg meer door van den waren stand van zaken in het verre Oosten, en hoewel volgens het Bysteam van deu Russischen censor droppelsgewjjze losgelaten, verwekt het nienws natuurljjk geweldige ontsteltenis. Men acht, seint de correspondent der Mtgdeb. Ztg., Koeropatkin's leger niet meer voldoende weerbaar en meent dat er daarom thans snoet worden gekozen tus schen vrede of het vormen van een nieuwe krjjgsmacht. De oorlogspartjj, die nog de baas scbjjnt en enkel van het laatste wil hooren, dringt aan op onverwijlde uitzen ding van een nieuw leger onder groot vorst Nikolaas, met prins Louis Napoleon als hoofd van den grooten staf. De verschrikkeljjke slag bjj Moekden geslagen oogen, vochtig van opwellende tranen, oefenden hun toovermacht op hem uit. Zg waren alleenj in de hooge, mime kamer, door haar portières en drapsriëa zoo veilig voor begluring. In vervoering sloeg hg zjjn arm om haar middel, en drnkte haar zjjn borst, zoo vast, dat zjj nauwelijks koa ademhalen; hg kuste haar op het haar, op de wangen, op de lippen, op den hals. Bella, ge wist toch wel, dat ik u liefhadfluisterde hg haar toe. Als bedwelmd liet de jongen vrouw hem eerst met zjjn liefkoozingen stil begaan maar nu sloeg zg ook de armen om zjjn hals; haar weHSch scheen vervuld te zga, dö cavalier was opnieuw minnaar geworden, en op haar beurt bood zg hem haar lippen om te kussen, juichend uitroepen le: Felix, Felix!* Zg had het vaar, dat in hem gloeide, doen ontvlammen, en de vonk, die zjjn hart in gloed had gezet, was ook in het hare tot een vlam uitgebarsten. Al spelend, nam hg de met paarlen ver sierde kam uit de dikke vlecht, en zag met wellust de golvende lokken nedervallen, en hen beiden omstrengelen: »Zoo behoort ge mgfluisterde hg teeder. Bevend van zalige verrukking, zonk de jonge vrouw op eeu stoel neder, en hjj voor haar op da knieënmaar zjjn arm bleef baar omvat houden. Bella, wat zjjt ge schoon!* riep hg nit. iUW - franco per post zonder prgsverhooging. Afzonderlijke Naar het Duitsch VAN rnvriiM w »ri|'Vii»'|iwi>i>Miiii fc wwst 'iinr n 0m Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1905 | | pagina 1