Het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
In het strijdperk.
Uitgever: Ll. J. YEERMAH, Heusden.
2408
WOENSDAG 22 MAART
1905.
Tuberculose.
Oorlog tusschen Japan en Rusland.
VOOB
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.06.
franco per post zonder prjjeverhooging. Afzonderlijke
nuramora 5 cent.
Advertentiën ran 16 regels 50 et. Elke regel
meer T1/* Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdagavond
ingewaobt.
Het Bestuur van het Nederlandsch
comité tot bestrijding der tuberculose
heeft besloten, voorloopig op ongere
gelde tijden, een klein geschriftje uit
te geven, dat de naam draagt, dien we
boven dit artikel als opschrift zetten
en dat onder redactie staat van de heeren
Jhr. P. J. H. Roel en J. A. Wijnhoff,
artsen te Utrecht.
In het eerste nummer treffen we een
belangwekkend artikeltje aan van dokter
Wijnhoff „Long-Tuberculose en besmet
ting", waarop we wel even de aandacht
willen vestigen.
De heer Wijnhoff begint voorop te
stellen, dat in de meeste gevallen de
longtering-lijder het slachtoffer is van
slechte hygiënische en sociale toestanden.
Maar, zal menigeen geneigd zijn te
vrageD, is dan niet de tuberkelbacil de
oorzaak der long-tuberculose En als
dat zoo is, moet men dan niet alles
in het werk stellen, om die bacteriën
overal, waar zij worden aangetroffen,
te vernietigen en is het dan niet conse
quent, om de lijders, bij wie de bacillen
worden gevonden, ongevaarlijk te maken
door hen van hun medemenschen af te
zonderen? Waarom gaf ik mij dan zoo
veel moeite, om niet met hen in aan
raking te komen, om de longtering niet
van hen over te erven? Zijn al die bac
teriologische onderzoekingen vergeefsch
geweest, en al die populaire artikelen,
die ons voor den teringlijder zülk een
heilzame vrees hebben geleerd?
Op deze vragen geeft dokter Wijnhoff
antwoord.
„Ongetwijfeld, zegt hij, bestaat er
geen enkele tuberculeuse ziekte, zonder
tuberkel-bacillen, die gereed staan, om
den mensch ziek te maken, wanneer
hun daartoe de gelegenheid wordt ge
boden. Zij zijn zeer algemeen verbreid
en een ieder ontmoet ze dagelijks op
zijn weg. Voor zoover men heeft kun
nen nagaan, komen zij slechts voort
uit de ziekelijke producten van aan tuber
culose lijdende menschen en dieren. Men
weet, dat de uitwerpselen van den hoes
tenden teringlijder, de melk van parel-
zieke koeien die bacillen bij millioenen
in levenden toestand bevatten. Die melk
kan men door koken onschadelijk maken,
de uitwerpselen, door ze nauwkeurig en
zindelijk op te vangen. Een zindelijke
long-tuberculose-lijder verspreidt geen
bacillen in zijn omgeving. Dit staat vast
en is door tallooze onderzoekingen be
wezen. Die zindelijkheid moet hem wor-
FEUILLETON.
M. VON ESCHEN.
35)
Het was niet meer don natuurlijk, dot
hg zjjn zuster bezocht, en mogeljjk had
hg zich in de deur vergist. Dien omgang
kon Doraline niet vermijden. Zg bezat ge
noeg tact, om de vormen in acht te nemen,
ook zelfs, als het een bezoek betrof, dat
haar lastig was.
>Gjj houdt veel van kinderen?* stotterde
hg, om toch iets te zeggen.
sDeze alleen houden mg hier,* antwoordde
Doraline, haar aandoening smorende, »op-
dat gg hem gelgken mogen.*
Dit zeggeride, wees zg op het portret
van den voorzaat, dat sedert het portret
der jonge vrouw in haar vaders kamer
hing, hierheen verhuisd was.
>Gjj zjjt dus wel zeer aan nw familie
gehecht?* vroeg Philip weder, eigenlijk
alleen maar om nog wat te kannen ver
toeven 1*
Juist had de jonge Braun de vergalde
letters op het schild gelezen, en weder ge
voelde hjj smartelijk, hoe hoog het meisje
boven alles stond, wat hg kende, en boven
hamzei ven ook; maar tevens, dat ij; ham
den onderwezen en op hot hart gedrukt
dit is de verantwoordelijke taak van
zijn geneesheer. Slechts zeer intieme
omgang met den zindelijken lijder kan
tot de overplanting van de bacillen op
een andere persoon aanleiding geven.
Het dagelijksch verkeer met hem is
geheel onschadelijk, de vrees daarvoor
een ziekelijke kleinzieligheid. Nu zijn
er vele niet of weinig zindelijke lijders,
die alles bezoedelen, wat zij aanraken.
Wanneer men nagaat dat op elke 50
menschen er één aan long-tuberculose
lijdt, dan begrijpt men ook, hoe de
tuberkel-bacillen overal kunnen worden
medegesleept, zij het dan ook in geringe
getale. Wie meent, dat hij, door den
bedlegerigen of kennelijke longlijder te
mijden, ook de bacillen ontwijkt, ver
keert in dwaling.
De dwaze angst voor tuberkel-bacil
len is tot zulk een hoogte gestegen, dat
zelfs longlijders elkanders bacillen vree
zen Sinds men de tuberculose een in-
fectie ziekte is gaan noemen, wordt de
lijder aan die ziekte met een poklijder
gelijk gesteld.
Heeft men daartoe het recht? vraagt gij
Hij komt echter tot de conclusie dat
de tuberculose infectie (het besmet wor
den door tubercel-bacillen) een zaak van
niet zoo hooge beteekenis is, d.w.z. dat
diegenen in wier lichaam een klein pro
duct voor tuberculose infectie geher
bergd wordt, nog niet dadelijk ziek
worden aan levens wichtige organen.
Waar dit zoo is, zegt hij, mag bij de
bestrijding der tuberculose het zwaarte
punt niet gelegd worden op de vraag, hoe
men de besmetting met tuberkelbacillen
tegengaat, maar hoe men het best de
oorzaken bestrijdt, waardoor zich na de
besmetting de ziekte ontwikkelt en het
organisme aantast.
En dan zegt hij
De voorwaarden, die dit mogelijk
maken, hebben dit alle gemeen, dat zij
de weerstandskracht van het lichaam
verlammen, waardoor de anders in
toom gehouden bacillen in de gelegen
heid komen, om zich weder te verbrei
den en nu in nieuw bereikte gebieden
hun heillooze werking kunnen uitoefe
nen, totdat bij tijd en wijle óf het
lichaam weder slagvaardig is geworden
en hen met alle inspanning overwel
digt, óf het proces, tengevolge van den
uitgeputten toestand van den lijder,
zich tot den dood toe gaat afwikkeien.
Er zijn nu tal van oorzaken bekend,
die de strijdkrachten van het organisme
uitputten, oorzaken, die voortspruiten
moest en zou toebehooren, als hg bjj al
zjjn geld geen jammerljjk figuur wilde mi-
ken. Eer hg iets anders gevonden had om
te zoggen, te", einde zgn bezoek nog wit
te rekken, kwam de knecht der freule mel
den, dat het rjjtuig over een kwartier voor
zou wezen.
Prins George had het hnweljjk van zgn
vriend meer dan goedgekeurdom de jonge
vrouw te introducseren gaf hg heden een
bal met souper. In de smartelgka gemoeds
bewegingen van dien dag was Doraline
dit totaal vergeten.
Zg wilde liever thnisblgv9n, maar dat
kon da baron volstrekt niet toelaten; zg
moest er zich dus wel in schikken mee te
gaan.
Spoedig was haar toilet gemaakt. Doods
bleek, mot een eenvoudig kleed van een
lichte stof, zonder eenig sieraad, niet eens
sen frissehe bloem in het haar, stak het
voorkomen van Freule von Sonnenfels, op
het eerste gezicht, niöt weinig af bg dat
der jonge vrouw.
Glimlachend had Bella haar echtgenoot
begroet, dat was haar niet zwaar gevallen
hg was immers nog een knap man, galant
en verliefdhg voerde haar in een kven
van glans en vermakenHg had zich ook
weder over zgn keus verheugdhet toilet
zijner vrouw was schitterend, misschien een
weinig te prachtig voor haar jeugd maar
niet voor haar standzg zo* boven allen
uitblinken, dit was genoeg.
Maar toen hg Doraline zag, fronste kg
het voorhoofd. Waarom zoo eenvoudig?*
vroeg hjj wrevelig.
zoowel uit inwendige als uit sociale
omstandigheden. Daartoe behooren
kommer, verdriet, ergernissen, armoede,
uitputtende ziekten, zwakte, reconva
lescentie, langdurig zoogen. alcohol
misbruik, nachtwaken en alle vormen
van onmatig leven, geestelijke en
lichamelijke overspanning, gebrek aan
beweging en aan versche lucht, 'lang
durige aandoeningen der ademhalings
organen, waaronder vooral prikkeling
door voortdurende inademing van scherp
en fijn stof. Zelden, behalve in de
laatstgenoemde gevallen, is een enkele
dier oorzaken in het spel, meestal
combineeren zich vele daarvan, b.v.
ellende, armoede, alcoholisme.
Onze aandacht, zegt hij, moet steeds
in de eerste plaats gevestigd zijn op
de voorwaarden der maatschappelijke
samenleving, die medehelpen, om de
long-tuberculose tot zulk een plaag
voor de menschheid te maken. Dat
wij verplicht zijn te overwegen, op
welke wijze het mensohdom kan wor
den gevrijwaard voor de zoo algemeen
plaats grijpende tuberculeuse infectie,
spreekt wel van zelve. Wij verhelpen
daarmede geen dringende nooden en
zullen langs dezen weg zeer langzaam,
maar ongetwijfeld op den duur ook de
noodlottige tuberculeuse ziekten zeer
verminderen.
Tot zoover dokter Wijnhoff in zijn
interessant artikel.
Het is een stem te meer bij het
steeds machtiger koor om betere sociale,
en diensvolgens more le en hygiënische
toestanden.
Wil men ziekte niet het minst
de tuberculose bestrijden, dan mee
gewerkt om betere toestanden te ver
krijgen waarbij het lichaam weerstands
krachtiger is, en de oorzaken die ma
ken dat wanneer in het lichaam ba
cillen zich bevinden, deze 't lichaam
kunnen sloopen, zoo klein mogelijk
worden.
Ia welken toestand het tcrugf rekkende
Russische leger zich bevindt, is nog altjjd
niet met eenige zekerheid na te gaan. In
Engelsche en Duitsche bladen vinden wjj
zeer sombere berichten. Nu en dan waren
de troepen geheel gedesorganiseerd, zoo
seint een Duitsche correspondent uit Char-
bin; men durft niet meer te hopen op
Waarom heb je dat mooie kleed niet
aan, dat ik voor je heb meegebracht, lieve
Lina zeide Bella vleiend, en loerend tegeljjk.
De blik van het meisje gaf l aar de ver
klaring van dat waarom, hoewel zg niets
anders antwoordde dan: Omdat ik niet
van op;chik hond.«
»Ik verlang, dat men in mjjn hais mjjn
zin doet,* verklaarde de baron koel. »Je
weet, ik kan zoo'n eenvoudigheid niet dul
den!* Daarop wendde hjj zich tot zgn vrouw
en bood haar zgn arm aan.
»Kom, 't is tjjd.«
De prins geleidde mevrouw von Sonnen
fels aan tafel.
Hg was verrukt dien avond jeugd en
uitgelaten vroolgkheid naast zich te hebben;
hg verklaarde, dat de vrouw van den
kommaudaut betooverend en zgn vriend
een benijdenswaardig man was. Het gezel
schap bejjverde zich het voorbeeld, van
hoogerhand gegeven, te volgen. Bella was
de schitterende ster, die alle andere ver
duisterd?. De jonge moeder stelde de doch
ter gedurig in de sehaduw; men beklaagde
die dochter, maar men haastte zich de
sterkere macht hulde te bewjjzen.
Diep gekrenkt, gevoelde Doraline ook
dezvn veranderden staat van zaken; als
dorens in het vleescb waren haar al de
groote en kleine vernederingen, waaraan
zg was bloodgesteld, zoowel buiten als bin
nenshuis, die dageljjks hernieuwde, onuit
sprekelijk bittere strgd.
En nu ontwaakte ia haar binnenste de
demon, die in ieder onzer sluimert, al is
hg ook nog zoo verborgen.
eenig succes in de toekomst. In denzelfden
geest seint de correspondent der Peters-
burger Zeituug. Het overschot van het
Russische leger vlucht naar Charbin, mis
schien ten deele ook naar Girin, zoo seint
hg. Het Petit Journal ea het Nowoje
Wremja maken melding van het verlies
van een groot aantal kanonnen, die tjjdeua
uhjj terugtocht hier en daar zgn big ven
steken, en den Japanners in handen vielen;
volgens den berichtgever van het Fransche
blad waren 't er wel tachtig. De corres
pondent van de Standard ta Petersburg
seint: »Hat leger is verspreid langs de
wegen naar Charbin en Girin. Vóór de
vluchtelingen bevindt zich een dorre woes-
tenjj de goed bebouwde, vruchtbare velden
van zuideljjk Mantsjoerjje laten zg achter
zich. De Japanners zitten hen dicht op
'e hielen, en waarscbjjnljjk trekt een an
dere- vgandelgke afdeeling langs den baa-
dslsweg ten westen van den msndarjjnen-
wag naar het noorden, voortdurend den
Russischen flank bedreigende, en bovendien
de gemeenschapsljjn. Ook al neemt men
san, dat Linewitsj 120,000 man versche
troepen te Charbin vindt, zoodat de sterkte
van zgn leger op 320,000 man gebracht
kan worden, dan zal Ojama toch altgd
nog over meer troepen beschikken.
Daarentegen zegt de Petersburgscbe
correspondent van de Kölnische Zeitang,
dat. alle Russische corpsen weer georgani
seerd worden, dat de verliezen niet zoo
zwaar z$n als de Japanners zeggen, dat
geen enkei stuk zwaar geschut achter
gebleven is, omdat Koeropatkin ze al
vroeger heeft weggezonden, enz.
Van den Japanschen krnt komen tot
dusver geen nadere inlichtiugen. Naprat
men nu nog in aanmerking dat alle niot-
ambteljjke berichten onder den invloed van
de leenings-kwestie knnnen staan, dan
moeten wg erkennen, geen weg te weten
in dezen doolhof.
Linewitsj, de nieuwe Russische opperbe
velhebber, wordt in de Dnitsche bladen hoo-
geljjk geprezen. Hg moet een rnwe, maar
zeer flinke man zgn, zeer bemind bg zjjn
ondergeschikten, die hem spapssja* noe
men. In weerwil van zgn hoogen leeftjjd
(hg is 66) is hg ook lichameljjk een krasse
man. Men vergelgkt hem bg Ciücher. Zgn
geheele optreden gedurende den oorlog heeft
zgn roem verhoogd. (Van andere zjjde eehter
wordt het mislukken van de aanvallende
beweging der Rassen bg de Sjaho gedeel-
Helmnd Werner komt juist vaa zgn prak-
tgk terug. In donker loopt hg de twee trap
pen op, en strompelt zgn kamer binnen
in het huis, waar hg woont, kent men,
natuurlijk, de weelde van een ganglamp
niet. Al zoekende, heeft hg eindelgk licht
gemaakt, en nu bespenrt hjj, dat het kond
geworden is de dienstmaagd heeft, na-
tuurljjk, vergeten de kachel op te stoken.
Hg werpt er een schep steenkolen ia, en,
eindelgk is hg zoo ver, dat hg kan begin
nen te werken.
Nu gevoelt hg och ter, dat hg vermoeid
is; hg heeft dan ook den geheelen dag
kris en kras door de stad geloopen. Met
al zgn kennis, met alle inspanning en allen
gver, had hij het nog niet verder kunnen
brengen dan tot de armenpraktjjk, een be
roep, dat hem verdroot.
Ach, hoe gaarne had hg dit nietig bestaan
vaarwel willen zeggen, om zich met volle
tengen aan den bron van kennis te laven,
dagelgks opnieuw de menschen onder zjjn
ontleedmes te nemen en werkzaam in hst
leven in te grgpen!
Als hg rjjk was ja, als hg het noodigste
maar bezat, dan zon hg zgn neigingen
kunnen volgen, wachten, totdat mea hem
wist te waardeeren 1 Maar nu moest hg
werken.
Menig ander collega had. ham in een
vertrouwelijk uurtje, onder een glas wjjn
verteld, dat hjj ook in zgn jeugd zulke
opgewonden droomen had gehad, die, als
hoogvliegende plannen gekoesterd, in de
werkeljjkheid als een zeepbel uiteenspatten
en dat hjj zich maar gelukkig meest achten,
teljjk op zgn rekening gesteld). In den jong-
sten slag bg Moekden heeft hg met zgn
vier Siberische legerkorpsen, die hjj in zeer
goeden toestand terugbracht, de Japanners
lang tegengehouden, en toen hjj over Foes-
joen moest terugtrekken, dekte hjj den te
rugtocht van de beide andere legere, ter-
wjjl hg ten slotte voor Tiëling den vjjand
tegenhield en hem zware verliezen toebracht.
De eorresp. van de Matin* te Londen
heeft een onderhoud gehad met baron Suys-
m»t8oe, den Japanschen gezant aldaar. De
gezant heeft daarin eenige van de eischen
medegedeeld, die Japan voor het sluiten
van vrede zon stellen. Deze eischen zonden
de volgende zgn
le. Rasland doet afstand van zgn rechten
op Port-Arthur en op het schiereiland Liao-
toeng, waarop Port Athnr gelegen is, grond,
die de Russische regeering verkregen heeft
van China na het Rns*isch-Chineesche ver
drag van 23 Maart 1898.
2e. De spoorweg tussehen Charbin en
Port-Arthnr bljjft in de handen der Japan
ners.
3d. Rasland ontrnirat Mantsjoerge, dat
aan China zal worden afgestaan.
4e. Rusland erkent da suzereiteit van
Japan over Korea.
5e. Rusland betaalt een schadevergoeding
aan Japan.
Naar de Daily Telegraph* nit Peters
burg verneemt, staat het vast, dat Japan
zich onlangs bereid heeft verklaard, om
onderhaudelingan over den vrede te openen,
zonder echter zgn voorwaarden bekend ts
maken. Sommige Russische staatslieden had
den er wel ooren naar, maar de keizer wilde
er niet van weten, en bleek vast besloten
den oorlog voort te zetten.
De Petersburgsche dagbladen bevatten
het gerucht als zou generaal Koeropatkin
op zgn verzoek benoemd zgn tot bevelhebber
van het eerste leger in Mandsjoerjje. Dit
bericht is echter met groot voorbehoud te
aanvaarden; in elk geval is Koeropatkin
opweg naar Petersburg.
De Daily Telegraph* verneemt uit Tokio
19 Maart: Vreemdelingen in Japan hebben
voor vjjftig millioen yen ingeschreven op
de vierde binnenlanlsche leening, die men
vermoedt, dat vjjf maal overteekend zal
worden.
De Russen, die nit de richting van Sing-
king zjjn ternggetrokden door de bergach»
wanneer hjj genoeg verdiende om zgn kin
deren hun bekomst te laten eten aan den
eenvoudigsten, goedkoopsten kost.
Een huivering overviel Heimat Werner
bjj zulk een vooruitzicht. Neen, zoover zou
het met hem niet komenhg moest hen
overtreffen ia volharding en ja, ook in
geluk! Want hjj had reeds lang begrepen,
dat geluk zwaarder woog dau verdienste.
Als tot troost bjj die droevige gedachten,
rees hat beald van Doraline hem voor den
geest, maar al spoedig stemde dit hem nog
treuriger. Want ook in dit opzicht was zgn
wensch, zgn hoop, niet vervuld geworden.
De Baron had in zgn nieuw hnwelgk
den ouden president der gezondheidscom
missie behouden.
Doraline betrad de villa Braun slechts
als het onvermjjdeljjk was, op galadagen
of familiefeesten. Zoo ontmoetten zjj elkan
der zelden, en dan meestal aan het ziekbed
der armen.
Helmut wist hoe Doraline loed; hg zou
haar gaarne helpen, maar een vriendeljjk
woord was het eenige, waarmee hg haar
mocht naderen. Wel fead hg een gelofte
gedaan voor haar welzjjn te waken, haar
te beschermen. Wat denkt, wat hoopt, wat
gelooft men niet al onder de begoocheling
van liefdel
Nog heeft hg zich geen positie verworven,
dat hg haar zgn hand, zgn bescherming,
zgn hulp kan aanbieden. Maar zou wat
hjj ooit vermocht aan te bieden Freule von
Sonnenfels genoeg zgn?
Naar het Duitsch
VAK
>Ik zal er tot mjjn dood aan gehecht
bljj7en.
♦raaewMiimiim i11 ihmmmmbbbbbwbmmbwmmbsb—BIWWJS >IM»
m.w. IMIW.HIMI urn» «a—a—i ia. 111 wtj'-nm
(Wordt vervolgd).