tegen muiterij onder de troepen, men
vreest dat het daartoe komen zal. De
mariniers hier ter stede zijn nu geheel
op de hand van de revolutionairen;
alle wapens zijn hun afgenomen. Deze
troepen zijn bijna niet meer in bedwang
te houden. In een samenkomst van
garde-officieren te Tsarskoje Selo is
besloten, niet te schieten op het volk,
bij ongeregeldheden. Men zegt dat snel
vuurkanonnen op de kazerne van de
garde-ruiterij gericht zijn. Al wie het
land verlaten kan, haast zich, dat te
doen, want ieder oogenblik verwacht
men het uitbreken van de spoorweg
staking. In handelskringen acht men
de crisis gekomen.
Te Petersburg heerscht op straat de
grootste bandeloosheid. Vrijdagmiddag
om vier uur werd in Wassili-Ostrof op
den openbaren weg een jong meisje
naakt uitgekleedhet arme kind werd
ziek naar 't hospitaal gebracht. Iedereen
was bang voor de messen der choeli-
gani, die met de kleeren wegliepen.
Zaterdag overkwam een jongen koop
man hetzelfde op de Sadowaje, midden
in de stad. Aanrandingen geschieden
dag en nacht.
Alle schouwburgen spelen ondanks
de vreeselijke toestanden door en het
bezoek is bevredigend. In de variétés
knallen de champagneflesschen als ge
woonlijk. Hoe is 't mogelijk in zulke
tijden
Eerst heden tenminste tot op dit
oogenblik Woensdagmorgen voelt
men goed de gevolgen der staking van
het telegraafpersoneel. Er is geen en
kel telegram aangekomen.
In afwachting van een dreigende nieu
we spoorwegstaking liep het gisteren te
Petersburg storm op de treinen naar
het buitenland. Op alle perrons ston
den schildwachten met de bajonet op
't geweer om de machinisten te bescher
men.
Sedert Donderdag zijn geen brieven
ontvangen. De materieele verliezen door
de stakingen veroorzaakt, moeten in de
millioenen loopen. Men dringt bij de
regeering op een vergelijk met de sta
kers aan, maar verwacht, dat Witte's
positie daardoor nog erger zou worden
gescnokt. Er heerscht wel een merk
waardige eenstemmigheid onder de dag
bladcorrespondenten te Petersburg over
Witte's netelige stelling.
Volgens een bericht uit Constant!-
nopel, heeft de raad van ministers
voorgesteld, de controle goed te keuren,
met wijziging van de benoemingen en
enkele zaken, die men zich voorbehoudt.
Een gunstige oplossing wordt weldra
verwacht.
Uit Londen werd Dinsdagavond ge
meld: Een verschrikkelijke ramp is
hedenmiddag voorgevallen op het Cha
ring Cross-station van de Zuidooster-
spoor, waar het reusachtige glazen dak
eenige herstellingen moest ondergaan.
Plotseling stortte het hooge muurge
deelte waarop dat dak rust in en viel
naar de zijde van de Theemskade, me
desleepend de ijzeren dakgebinten over
een lengte van 20 meters. Brokstukken
van den muur, en een groote hoeveel
heid glas stortten met donderend ge
weid naar beneden, eu kwamen terecht
zoowel binnen als buiten het stations
gebouw, alwaar zeven treinen gereed
stonden aan de perrons; er waren vele
reizigers, die in afwachting van het
uur van vertrek reeds ingestapt waren,
terwijl een driehonderd personen de
perrons vulden.
Vele wagens der treinen werden ver
brijzeld, gelukkig was het meerendeel
leeg, anders zou het getal dooden veel
grooter geweest zijn.
Onder de dooden bevindt zich een
groot aantal omlaag gestorte werklieden,
die bezig waren met het herstellen van
het dak, alsmede anderen, die werk
zaam waren aan den verbouwd worden
den Avenue-schouwburg.
Hoevelen onmiddelijk gedood werden
was hedenavond nog niet bekend, om
dat een groot aantal vermoedelijk onder
het puin bedolven ligt.
Een veertigtal gekwetsten werd ach
tereenvolgens naar het Charing-Cross-
hospitaal overgebracht. Sommigen wa
ren zoo ernstig gewond, dat zij niet
vervoerd konden worden. Twee gewon
den zijn reeds bezweken.
Het getal dooden werd hedennamid-
dag laat op tien geschat.
Binnen het stationsgebouw heerschte
er uiteraard een onbeschrijfelijke paniek
die nog verergerd werd door de duister
nis, waarin het station werd gehuld,
daar de hoofdkraan der gasleiding uit
vrees voor brandgevaar spoedig moest
worden toegedraaid.
De brandweer kwam spoedig aange
sneld, evenals een groote politiemacht,
die de toegangen tot het station afsloot
en niemand toeliet.
De Zuidoostspoorwegmaatschappij heeft
den dienst van het station Charing Cross
geschorst, wordende de treinendienst
tijdelijk overgebracht naar de Cannon-
straat.
Ook de Villierstraat werd afgezet,
zoodat het station Charing Cross van
de ondergrondspoor van de zijde van
het Strand niet te bereiken was; dit
geschiedde uit vrees voor nog meer on
gelukken.
Het puin viel voor een deel ook op
eeu stalhouderij in de Villierstraat, ver
brijzelde eenige rijtuigen en doodde twee
aangespannen rijtuigpaarden.
De juist aankomende vastelandtrein",
is ternauwernood ontkomen, en wel door
dat hij vóór den ingang van het sta
tion werd gestopt totdat een perron be
schikbaar zou komen.
IMiintNeliik Mlouwi.
*HEUSDEN, 3 December.
Tot ons genoegen vernemen wij, dat de
opbrengst voor de Russische Joden en
slachtoffers, door den heer Isid. de Jongh
ingezameld, na onvermijdelijke onkosten
een totaal van f 90.10 bedraagt.
4 Nov. Bij de op heden te 's-Herto-
genbosch gehouden aanbesteding van druk
werken, enz. was voor het 2e perceel: a.
Secretarie; 6. Verkiezingen; c. Militie enz.;
d. Belastingen; minste inschrijver de heer
L. J. Veerman te Heusden, tot een bedrag
van f 412,
De opvolgende sommen, voor hetzelfde
perceel, waren f 462,65, f 500,40, f 532,45,
f 570,90, f 619,75 en f 720,81.
WERKENDAM. Tot bestuurslid van
het „Oudeliedenfonds" alhier, dat behalve
kleederen, geld, 50 H.L. aardappelen en
200 H.L. steenkolen uitdeelde en dat aller
steun, voorzoover men tot de Ned. Herv.
Kerk behoort, ten volle waardig is, is her
kozen de heer F. Kramer C. Dz.
DE WERKEN. Bij den landbouwer H. P.
was de uitkomst der aardappelen zeer slecht.
Hij liet een partij land onaangeroerd; 't
was toch de moeite niet, de opbrengst van
den arbeid niet eens waard. Nu echter
ploegen ze 't land om, en daarbij worden
de aardappelen uit de voor opgeraapt.
WELL. Beroepen tot predikant bij de
Ned. Herv. gem. te Well en Ammerzoden
ds. J. A. ten Bokkel Huinink te Sifhons-
haven c.a.
ZALTBOMMEL. Donderdagavond kwam
een reiswoonwagen in het donker aan den
overkant aan het veer. De voerman, hier
niet bekend, zag de schuine helling voor
een stoep van den dijk aan. Toen hij be
merkte, dat zijn paard te water liep, wist
hij den wagen, waarin een vrouw met 4
kinderen, te houden, door een plank van
de aanlegplaats der pont tusschen de wie
len te steken. Met behulp van de veerlie
den werd later de wagen op de pont ge
holpen.
AALST, 2 Dec. Heden morgen had al
hier een voorval plaats, dat ernstige onge
lukken had kunnen veroorzaken. Reeds
vroeg in den morgen wilde de arbeider van
J. O. alhier, met paard en wagen het erf
oprijden. Doordat de strengen het lichaam
van het paard raakten, sloeg het op hol met
den wagen, waarin de arbeider en een zoontje
van O. zaten, achter zich. De arbeider wist
spoedig van den wagen te springen. Onder
het rijden viel ook het kind er af, eenige
lichte kneuzingen bekomende. Plotseling
bleef de wagen stil staan, zoodat men het
paard, nu alleen voorthollende, eindelijk
op een weide kon vangen.
Onze dorpsgenoot, v. d. L. de be
ruchte brandstichter, vóór eenigen tij d door
de rechtbank te Tiel tot 5 jaar gevange
nisstraf veroordeeld, was in hooger beroep
te Arnhem gegaan en nu gisteren aldaar
veroordeeld tot 7 jaar gevangenisstraf.
GIESSEN. In de afgeloopen week had
de arbeider C. K. alhier aan zijne twee
geiten eenige beschimmelde appelen ge
voerd. Nog denzelfden avond werden ze
ziek en stierven. Men vermoedt dat het
eten der bedorven appels oorzaak is ge
weest van den dood der geiten. Voorzeker
is dit voor K. groote schade.
WIJK. Dat er in deze gemeente ook
wel eerste qualiteit kippen gefokt worden,
bewijst, dat er bij den landbouwer B. van
eene vlucht, welke pas ruim vijf maanden
oud zijn, reeds enkelen aan het leggen zijn,
dus wel iets bizonders.
Deze week werd door een of meer
personen op een nacht bij de alleenwo
nende vrouw van C. B., wier man thans in
de gevangenis doorbrengt, door eenig ru
moer aan deuren en vensters de rust ver
stoord. Of hier aan baldadigheid of opzet
moet gedacht worden is nog onbekend.
Bedoelde vrouw heeft hiervan aangifte ge
daan. Het is te hopen, dat men de rust
verstoorders spoedig op het spoor zal zijn.
SPRANG, 4 Dec. Gisteravond omstreeks
10 uur had alhier een zware mishandeling
plaats. Zekere A. v. d. P. had nauwelijks
het café van den heer Mahieu verlaten, of
hem werden verscheidene sneden toege
bracht, waaronder een paar ernstige over
aangezicht en hals.
Dokter R., van Kaatsheuvel, die dadelijk
ontboden werd, heeft de wonden dichtge
naaid.
De verdachte, met wien de verslagene
in 't café getwist had, werd denzelfden
avond door de politie nog aangehouden,
maar is, na bekend te hebben, weder op
vrije voeten gesteld. Het is zekere J. v. U.
MEEUWEN, 4 Dec. Hedenmiddag is bij
Gebrs. De Graaf alhier door het bestuur
van het Waterschap Meeuwen aanbesteed
het leveren en opstellen ter plaatse van
een stoommachine, stoomketel en scheprad
voor de stoombemaling van het waterschap.
Ingeschreven werd door:
Fabriek voor Spoorwegmateriaal
en Stoomwerktuigen te Amster
dam, voor f 10110.
Firma Louis Smulders te Utrecht
voor - 7900.
levering maand vroeger - 8400.
Koninklijke Nederl. Machinefa
briek v. h. Begeman te Helmond - 7780.
Aan laatstgenoemde is het werk gegund.
Uit ons Parlement.
IV.
Indië's leger en vloot hebben de Kamer
ook nog een motie bezorgd. Er was veel
gepraat over den toestand van Indische
officieren en onderofficieren en ook van
soldaten en over de tractements-verbetering
van de beide eerste categoriën en de heer
Duymaer van Twist met den heer Van de
Velde stelde- nu een motie voor, waarin de
Kamer als haar oordeel uitspreekt, dat een
nadere wettelijke regeling van den rechts
toestand der officieren in Indië wenschelijk
is. Ook de officieren van gezondheid en
hunne opleiding kregen nog een beurt en
men scheen evenals bij de genie-officieren
ook bij de militaire artsen bang te zijn
voor 't verloopen van 't corps. Maar de
Minister scheen die vrees in geen van beide
gevallen te deelen. Trouwens Z.Exc. was
het ook in andere opzichten met de beide
marine-specialiteiten Jansen en Veihey niet
erg eens. Alle drie waren van meening,
dat onze marine in Indië de handhaving
onzer neutraliteit tot taak heeft. Maar ter
wijl de beide afgevaardigden meenden, dat
dit met de bestaande strijdkrachten heel
best ging, scheen de Minister daarop nog
niet zoo heel gerust te zijn en vond, dat
wij daarvoor al onze krachten moesten in
spannen. Toch was ook Z.Exc. voor be
zuiniging. Die bezuiniging schijnt trouwens
een zaak te zijn waaromtrent in onze volks
vertegenwoordiging de meest broederlijke
samenstemming heerscht. Alleen de zaken
waarop bezuinigd moet worden, schijnen
allen heeren niet dezelfde en dat maakt,
dat men elkaar in zuinigheid wel eens min
der goed vertrouwt. Zoo was ook de heer
Hugenholtz nog niet erg gerust over de
bezuinigingsplannen van onzen Minister
van Marine. Ook over de noodzakelijkheid
om de Indische geldmiddelen te verstij ven
heerscht een wonderlijke eenstemmigheid,
maar ook hier is het de vraag hoe dat ge
beuren moet. Met het uitvoerrecht op tabak,
dat de Minister wenscht, hadden de meesten
niet veel op en toch keurden ongeveer allen
die goed, d.w.z. Ze berustten er in omdat
er niets beters te krijgen was. Maar zoowel
de heer Pierson als de heer Bos stelden de
onbillijkheid daarvan evenals ook van de
progressie der suikerbelasting, in het licht.
Alleen de heer De= Waal Malefijt vond
onder de sprekers deze belastingen zelden
goed. Tegen de heffing van een hoofdgeld
in Atjeh had de Kamer echter zooveel be
zwaar, dat de Minister van Koloniën dien
post voorloopig terug nam.
Alvorens naar West-Indië te verhuizen,
werd de Kamer nog uitgenoodigd hare mee
ning te zeggen over een tractaat met Por
tugal betreffende de grensregeling op Timor
bij welke gelegenheid de heer Van Kol nog
eens uitpakte over het verwijt hem gedaan,
dat hij volksstammen wilde verkwanselen,
toen hij voorstelde de buitenbezittingen te
verkoopen, een verwijt, dat hij thans bij
dit tractaat aan de heeren terugwees.
In West-Indië was allereerst Suriname
aan de beurt. De toestand daar vond men
allesbehalve rooskleurig en de heeren Van
Kol en Van Doorn hadden daarover harde
noten te kraken. Immigratie noemde de
laatste spreker het beste middel om te hel
pen, want hulp van het moederland moest
er komen, daarover waren allen het eens.
Maar het moest dan immigratie zijn van
Nederlandsch-Indischen, niet langer van
Britsch-Indischen, waarmee we maar last
konden krijgen. De heer Van Kol zocht
het nog hooger en scheen de eenige redding
te zien in het vinden van goud of diamant.
Nu, de regeering wil al een model-goud-
wasscherij inrichten voor exploratie in het
Lawa-gebied. Maar dat kostte haar een
amendement van den heer Van Karnebeek,
omdat het geld gegeven was voor proef-
exploitatie in het Lawa-gebied en men hier
ook buiten dat gebied ging. De regeering
werd echter door de Kamer in het gelijk
gesteld.
Op Curagao en de daaronder resorteerende
eilandjes schijnt het er zoo mogelijk nog
ellendiger uit te zien, dan in Suriname.
Mag men de verschillende sprekers geloo-
ven, dan is daar zoowat niets in orde, de
belastingheffing niet, het binnenlandsche
bestuur niet, het bank-wezen niet en het
onderwijs niet. Daarmee kan die kolonie
het doen. Maar de Minister zag den toe
stand minder somber in, alleen met die
Cura§aosche Bank vond hij het ook niet
in den haak. De heer Van Vuuren nam het
voor het onderwijs op en in 't bijzonder
voor de subsidiën aan het bijzonder onder
wijs, die niet zal worden verhoogd zoolang
het personeel niet op de verwachte sterkte
zal zijn gebracht, waarbij dan ook de eisch
van gediplomeerd personeel wordt vastge
houden, iets wat deze spreker een onbil
lijkheid noemde, waarin hij gesteund werd
door den heer Ter Laan.
Alles bij mekaar genomen, weten we nu
toch, dat we van Curacao vooreerst ook al
niet veel pleizier beleven zullen. We heb-
hen daar een verloopen handel en ver
slapten landbouw en meer dergelijk moois
en dubbeltjes uit Nederland zullen de zaak
weer op de been moeten helpen. Hoe het
er in dat Nederland zelf uitziet, daarvan
hebben wij bij de hierop gevolgde Alge-
meene Beschouwingen over de Staatsbe-
grooting voor 1906 het een en ander mogen
vernemen.
De heer Van Vlijmen zette in, met wat
de heer Troelstra later noemde een lijkrede
op het vorige Kabinet. Het vallen van dit
Kabinet werd geweten aan 'n min-nobelen
strijd er tegen door de machten van Marxis
me en Rationalisme, wat met verschillende
voorbeelden werd aangetoond. Maar door
den heer Heemskerk werd dit onderwerp
in een zeer uitvoerige rede in den breede
behandeld. Deze anti-revolutionnaire afge
vaardigde betoogde allereerst, dat er in
de optreding zelve van het tegenwoordig
Kabinet vele fouten scholen, omdat het
eigenlijk niet steunde op een meerderheid en
de formeerder van het Kabinet er zelf geen
zitting in had. Voorts besprak hij, met een
verwijzing naar den ge voerden strijd tegen
Kuyper en de coalitie, de houding der
rechterzijde tegenover dit Kabinet, waar
tegen menigeen stelselmatige oppositie zal
voeren, hoewel de tegenstelling blijft. En
eindelijk wees hij bij een bespreking van
den finantiëelen toestand, dien hij nog niet
zoo erg slecht vond, op de bezwaren zijner
partij tegen de voorgestelde directe belas
tingen en constateerde, dat de anti-revolu
tionnaire partij evenals de socialistische
buiten de Commissie tot grondwetsherzie
ning was gehouden.
De heer Patijn had ook den financiëelen
toestand besproken en daarbij op een betere
indeeling onzer begrooting aangedrongen
in verband met het brengen van uitgaven
onder buitengewone, die onder gewone thuis
behooren, meer andere zaken.
De heer Troelstra daarentegen verkeerde
weer in de sferen der zuivere politiek, toen
hij de oorzaken van Kuyper's val besprak
en de houding zijner partij tegenover de
tegenwoordige regeering uiteenzette. De so
cialisten blijven in oppositie, maar zij willen
daden steunen, die hen goed voorkomen,
daarop kwam deze houding neer. Al te
vast kan de regeering dus op deze heeren
niet rekenen.
^innenlaiid.
Naar men aan de Werkmansbode me
dedeelt zijn alle ambtenaren van den
Waterstaat aangeschreven, onderzoek te
doen naar de buisvesting van de ar
beiders in de keten.
Door het Hoofdbestuur van den Al-
gemeenen Nederlandschen Politiebond
is aan H. M. de Koningin verzocht,
maatregelen te willen treffen, die ten
gevolge kunnen hebben, dat de diena
ren van politie en de veldwachters op
genomen worden onder de burgerlijke
ambtenaren, bedoeld in de artt. 1 en 2
van de wet van 9 Mei 1890. Ook is
H. M. verzocht die maatregelen te wil
len nemen, welke kunnen leiden tot
vaststelling in de Gemeentewet van eene
regeling der salarissen van de dienaren
van politie en de veldwachters, zooveel
mogelijk in overeenstemming met die
van Rijksveldwachters.
Vrijdagmorgen, bij helder weder, is
er even beneden Ruhrort een treurig
ongeluk op de Rijn gebeurd. De schroef-
boot Egan van Rotterdam naar Ruhrort
en verder, is in aanvaring gekomen
met de sleepboot Hugo Stinnes II en
de Achillis, met het ongelukkig gevolg,
dat twee kinderen van den kapitein
der Egan over boord vielen en verdron
ken. De boot Egan is zwaar beschadigd
op een drooge plaats gezet en zoo voor
zinken bewaard gebleven.
Uit Enschede schrijft men
Zondagnacht heeft 't H., te Lonne-
ker, gepoogd diens kostganger M. te
dooden, door vijf revolverschoten op
hem te lossen, waarvan er twee troffen
in de borst en een in den linkerarm.
De aanslag was een gevolg van een
buiselijken twist. De politie heeft de
zaak in handen.
Maandag is het herstellingswerk aan
de Hembrug, ten gevolge van het spoor
wegongeluk op den avond van 11 No
vember, gereed gekomen,zoodatde dienst
weder als gewoonlijk kan worden ver
vuld.
Het werk heeft langer geduurd dan
aanvankelijk vermoed werd, omdat een
der hoofdleggers geheel moest worden
verwijderd en belangrijk versterkt.
Uit Den Haag wordt geschreven:
Zondagnacht is ten huize van den
Roemeenschen gezant bij ons hof, ter
wijl de bewoners sliepen, een brutalen
inbraak gepleegd.
De dieven zijn uit den tuin van het
aangrenzende huis in de Laan Copes
van Cattenburch gekomen, hebben met
een laddertje de schutting beklommen
en kwamen zoo in den tuin van den heer
Mavrocordato. Met behulp der ladder
beklauterden ze het afdakje boven de
voordeur en beproefden door een gat
in het hout te boren, de spanjolet van
een raam der eetkamer te forceeren.
Toen dit mislukte, daar het luik aan
den binnenkant van het raam de span
jolet terughield, waagden ze een kans
aan het raam van het salon. Hier
slaagden ze en traden zoo het huis bin
nen. De beide salons werden zorgvuldig
afgezocht bij het schijnsel van lucifers
en alle sieraden van eenige waarde
buitgemaakt.
In de werkkamer van den gezant werd
een lade van diens bureau verbogen en
en daaruit ontvreemd ongeveer f 30
aan geld, zoomede een zegelring.
Ook de eetkamer werd nog bezocht
en daar werd al het tafelzilver meege
nomen.
Ook de zilverkast kreeg een beurt,
doch daar de dieven gerucht hoorden,
staakten ze hun arbeid, zoodat uit de
zilverkast slechts een klein voorwerp
is ontvreemd.
Tevens namen de dieven twee ser
vetten mede, waarschijnlijk om het ont
vreemde in te pakken.
Langs denzelfden weg dien ze ge
komen waren hun tocht door het
huis was te volgen door de afgebrande
lucifers, die overal lagen zijn de
tlieven vertrokken.
Door den ingenieur Beltman worden
aan de rivier De Dinkel, in het oosten
van Overijsel, de noodige opmetingen
gedaan om te komen tot een volledig
plan voor verbetering van den afvoer
van dit riviertje, dat in den regentijd
zoo geducht kan spoken. Met deze voor-
loopige werkzaamheden zullen een paar
jaar heengaan.
- Men meldt aan de N. R. Ct.:
De provinciale weg van Osch naar
Ooyen is voor een gedeelte overstroomd
door het af komend water, voornamelijk
uit de Peel, niettegenstaande den voor
enkele jaren gelegden Peeldam, waaraan
niet minder dan 24 mille is ten koste
gelegd.
Men meldt uit Delft:
Een 19-jarig meisje te Tiel schreef
op eene advertentie in een der dagbla
den, waarin te Rotterdam eene betrek
king als dienstbode werd aangeboden.
Het meisje aanvaardde de betrekking
in een huis aan den Bergweg aldaar.
Spoedig echter bleek de jonge vrouw
dat zij in een verdacht huis was terecht
gekomen. Zij wist te ontvluchten en,
te Delft gekomen, verzocht zij de po
litie aldaar haar naar hare woonplaats
voort te helpen, aan welk verzoek werd
voldaan.
Nu de Loterij wet ook het loten om
lekkers bij bakkers door de jeugd ver
biedt, hebben de bakkers er in Fries
land al iets op gevonden. Zij laten niet
om zakjes met lekkers loten, maar knip
pen. Voor een bepaald bedrag mag men
met een schaar uit een lange rij opge
hangen zakjes met diversen inhoud er
ééntje afknippen.
Te Overslag (Zeeuwsch-Vlaanderen)
heeft eene gehuwde vrouw, moeder van
vier kinderen, de vlucht genomen met
een varkenskoopman, die reeds volwas
sen zoons heeft. De vrouw heeft het geld,
dat haar echtgenoot den vorigen dag
van zijn geleverde beetwortelen ontvan
gen had, medegenomen, en de koop
man heeft al zijn liggend geld, alsme
de kar en paard medegenomen. Men
denkt dat ze naar Amerika zijn.
Uit Wageningen meldt men:
Maandagmiddag half een kwam de
23-jarige H. F. Kraay per fiets aan de
woning van den heer G. W. Spitzen,
leeraar in het Duitsch aan de H. B.
School alhier. Hij belde aan en vroeg
mijnheer te spreken. De heer S. was
juist in zijn studeerkamer, terwijl de
jongeheer R., bij hem in huis wonend,
zich bij hem bevond. Deze ging het
vertrek uit, toen K. binnenkwam. Nau
welijks binnen, haalde K. een revolver
te voorschijn en vuurde die af op den
heer S., die misschien op 2 M- afstand
stond. Deze liep naar voren en greep
K. beet, waardoor een worsteling ont
stond, waarbij de heer S. op de knieën
viel. K. vuurde oudertusschen zijn re
volver opnieuw af, waarbij de heer S.
aan de rechterzijde van zijn hoofd ge
troffen werd. De overige schoten misten.
Op het geluid der schoten kwamen
de Jongeheer R. en mevr. S. toesnellen,
waarop K. zich omkeerde en een schot
loste op mevr. S., dat haar gelukkig
niet trof. Voortdurend vechtend, gelukte
het aan de drie personen K. buiten de
de deur te werpen en vervolgens door
den tuin op straat. Ook andere per
sonen waren ondertusschen door het
schieten gewaarschuwd.
In de algemeene worsteling die nu
volgde, werd K. door drie arbeiders over
meesterd, die hem zijn wapen ontwron
gen en hem in de kazerne der mare
chaussee in verzekerde bewaring brach
ten.
De heer S. bloedde ondertusschen
vreeselijk. Dadelijk werd een dokter
ontboden, die het voorloopig verband
legde. Bij het later volgend onderzoek
bleek, dat de heer S. behalve eenige
kleine kwetsuren, een tamelijk ernstige
wonde had aan de rechterzijde van het
hoofd en tevens, dat de revolver met
hagel geladen was geweest. Het oordeel
der geneesheeren over de verwonding
is, dat, indien er zich geen ernstige
complicaties voordoen, deze niet doode-
lijk zal zijn.
Als aanleiding tot deze treurige daad
wordt het volgende aangenomen: K.'s
moeder was indertijd baker ten huize
van den heer S. Daar sprak zij veel
over haren zoon, die zoo goed leeren
kon en dus te goed was voor een am
bacht enz. De heer S. ried haar toen
den jongen op de Tuinbouwschool, die
pas geopend was, te doen, mogelijk gaf