Het Land van Hensden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
lor eip schuld.
Aigeciras.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
IVo. 2525. Hater dag 5 Mei.
ESerste Blad..
FEUILLETON.
19Q6.
UNB VAM ALlWh
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Adrertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7'/, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Nu de conferentie te Algeciras is
geëindigd, zal deze stad weldra in ver
getelheid g3raken, maar in de geschie
denis van de 20e eeuw zal zjj een be
langrijke bladzijde vullen.
Aller oogen waren den laatsten tijd
gevestigd op Algeciras, waarvan naar
veler meening 't wel en wee van Europa
afhing. Algeciras zelf is een bekoor
lijke stad van 18000 inwoners, met
ruime, frissche straten en een goede
waterleiding, aan den oever van de
golf van Gibraltar gelegen, en zij staat
in rechtstreeksche stoombootgemeen
schap met Gibraltar. Uit een historisch
oogpunt was zg merkwaardig, omdat
in 711 de Arabieren of Mooren er
landden op hun zegevierenden tocht
door Spanje. Maar algemeene bekend
heid kreeg de tot dusver buiten Spanje
vrgwel onbekende stad door het Con
gres, dat ten koste der verschillende
volken daar nu gehouden wordt, zoo
't heet ter bevordering van den vrede.
Men weet dat al jaren lang het doel
was van Engeland om een weg door
Afrika te hebben van het Noorden naar
't Zuiden, van Egypte tot de Kaap.
Frankrijk wilde eveneens een weg heb
ben van het Westen naar 't Oosten,
uit het Congogebied naar den Nijl en
de Roode Zee. Op een gegeven punt
moesten die wegen elkander krnisen
en dat gebeurde, toen te Fashoda de
Franschen hun vlag hadden geheschen
en Engeland eischte dat zij zouden
terugtrekken. Dit geschiedde en ofschoon
er eerst donkere wolken aan de lucht
waren, zij trokken af en er werd tus-
schen beide landen een overeenkomst
gesloten, dat voortaan Engeland geheel
de vrije hand zou hebben in Egypte,
waar tot nu toe Frankrijk zich steeds
verzet had tegen de opperheerschappij
der Engelschen, maar intusschen Frank
rijk eveneens de vrije hand in Marokko.
Nu was het zeker van belang voor
Frankrijk, dat in genoemd land een
zeer lastigen buurman had van zgne
kol nie Algiers, dat het daar wat m< e
te zeggen kreeg, om de rust in zijn
eigen gebied te verzekeren. Maar dat
was Spanje zeker maar half naar den
zin, dat ook begeerige oogen had ge
slagen op den overkant en dat in den
loop der eeuwen al even vaak, zoo
niet vaker dan Frankrijk, moeite had
gehad met de bekende zeeroovers van
het Rif, een der vele onafhankelijke
13)
Het was hem, alsof er een smet op ge
vallen was, die hij er niet van kon uit-
wisschen en die hem diep in zijn ziel
griefde. Zijn Ilse, tot wie hij het nauwe
lijks gewaagd had op to zien zou dat
mogelijk zijn Maar zij was bij het ballet,
in een omgeving, die juist geschikt was
om haar ingetogen leven moeielijk voor
haar te maken en haar den grond onder
de voeten weg te trekken. Waarom had
hij met haar herhaaldelijk te kennen ge
geven wensch, om van het tooneel te gaan,
geen rekening gehouden, haar niet geholpen
om een andere betrekking te vinden Had
hij er eigenlijk niet zelf schuld aan, als
zij gevallen was Wat had hem weerhouden
Zijn beschroomdheid, en de wensch om in
Ilses oogen niet de „rijke Schmidt" te zijn,
maar een eenvoudig mensch, wien zij uit
echte genegenheid eerst haar vriendschap
en daarna haar hart schonk.
Bij het laatste afnemende daglicht las
hij nog eens den brief. Ja, hij wilde zelf
zien, zelf onderzoeken, en als een dief
sloop hij om half acht het huis uit. Het
regende nog altijd fijn en doordringend,
maar daar sloeg hij geen acht op. Het verre
eind tot aan de Bergstrasze legde hij
in doodelijke ongerustheid, tusschen hoop
en vrees af, totdat hij tegenover de deur
van Ilses woning stond.
Zij behoefde dien avond niet te dansen,
stammen, die zich daar steeds hebben
weten te handhaven.
Maar zie, onverwacht meDgde zich
een derde in den strijd, iemand, die
naar men zeggen zou niets met het i
geheele geval te maken had, de Dnitsche
keizer. Deze verbeeldde zich, dat men
hem had moeten kennen in die ver
deeling van andermans land en onver
wacht verscheen hij voor Marokko's
haven met een paar oorlogsschepen om
den Sultan een bezoek te brengen en
hem te overreden, zoo 't heette natuur
lijk in zijn eigen belang, om aan Frank
rijk geen voorrechten te verleenen en,
als het op 't uitdeelen van gunsten
aankwam, hem dan niet te vergeten.
Dat gaf een gespannen toestand tusschen
de beide rijken, 't heette zelfs een poosje,
dat het een dubbeltje op zijn kant was
of er oorlog komen zou. Maar het ge
val werd doordat Frankrijk zijn
Minister van Buitenlandsche Zaken als
zondebok vallen liet, bijgelegd, ten
minste in schijn.
En nu eischte Wilhelm, die aan de
geheele wereld zijn wil wil voorschrij
ven, en, als men niet dadelijk hoort,
met zijn sabel rammelt en met de ge
pantserde vuist op de tatel slaat, een
conferentie over de zaken in Marokko
In 1880 was er ook eene geweest te
Madrid, om de zaken te regelen en hij
vond het noodig dat er weer eene kwam;
het waren, naar hij beweerde, niet alleen
Fransche of Engelsche belangen, die
op het spel stonden, maar internationale.
De Duitsche grootnijverheii heeft steeds
meer afzetgebied noodig en hij begreep,
als Frankrijk de baas werd in Marokko,
het dan voor zijn fabrikanten daar een
prachtigen uitweg zou hebben en dat
mocht niet. Er moest vrije concurrentie
zijn, de theorie der open dsur moest
worden gehandhaafd; in mijaconcessies,
in bankwezen, enz. mocht niet de een
worden begunstigd boven den ander.
Dat in dit geval Frankrijk er veel
meer belaDg bij had, dat er bij zijn
buurman in plaats van anarchie een
geregeld bestuur bestond en de onaf
hankelijke rooversstammen in het ge
bergte werden onderworpen, werd wel
niet ontkend, maar niet zoo zwaar ge
rekend, of hij wilde er zijn woord in
meespreken en juist door zijn steun
zette hij den Sultan op tegen zijn buren.
WaDt waarlijk, Marokko's toestanden
zijn niet zoo rooskleurig dat men maar
alles over zijn kant kon laten gaan in
dat groote rijk, dat zich van Algiers
tot aan den Atlantischen Oceaan uit-
dat had hij op de schouwburgbiljetten ge
zien, dus was zij thuis. Hij liep een donker
poortje aan de overzijde in, vanwaar hij
het oog kon houden op de zoldervensters.
Zij waren verlicht, maar geen schaduw
was te zien, waaruit hij kon afleiden achter
welk venster Ilse zathoe opmerkzaam hij
ook keek, hij bleef in twijfel.
Bij den doordringenden regen was nu ook
een koude wind opgestoken, die hem, ge
paard met zijn opgewondenheid, deed hui
veren, maar hoe hij ook met gespannen
blik in de eenzame straat tuurde, nergens
was iemand te bespeuren, en het was toch
reeds acht uur geslagen. Nog een kwartier
verliep, hij wachtte te vergeefsDiep
schaamde hij zich over zijn wantrouwen
Ilse moest eens weten, dat hij hier zoo
stond te loerenNog vijf minuten wilde
hij wachten, en dan zou hij heengaan. Hij
hield het horloge in de hand twee minuten
waren reeds verloopen daar hoorde hij
snelle en vaste voetstappen aan de overzijde
der straat aankomenzij gaven hem een
dolksteek door het hart, hoewel hij nog
niet eens wist waar zij heen gingen. Voor
zichtig trad hij een weinig buiten het
poortje, om naar den aankomende te zien.
Een slanke, mannelijke gestalte, was
alles wat hij kon ontdekkenmaar nu
nu hield hij voor Ilses woning stil, stapte
vlug de drie treden op en verdween in de
duisternis van het portaal. Ziedend steeg
het bloed Arnold naar het hoofd, en het
gonsde hem in de ooren. Het was waar
wat in den brief stond, anders kon die
ook niet met zulk een zekerheid geschreven
zijndiepe smart, gloeiende jaloezie, sloegen
haar klauwen in zijn tot dusverre zoo ver
trouwelijk gemoed. Hij zag naar de zolder
venster* op: een daarvan was nu donker.
strekt en waarvan de eigenlijke grootte
niet eens bekend is, omdat de zuide
lijke grenzen aan de woestijn niet zijn
bepaald. Het Atlasgebergte doorsnijdt
het geheele land en daar wonen nog
eon aantal kabylen (bergbewoners),
welke stammen van roof leven en hun
onafhankelijkheid tot nu toe hebben
bewaard. De geheele bevolking is Ma-
homedaansch en leeft hoofdzakelijk van
landbouw en veeteelt. De nijverheid
bestaat in zijdeweverijen en fijn leder
bereiding (z.g. marokijn) en de handel
is deels karavanenhaodel met het bin
nenland van Afrika, deels zeehandel
met de Europeesche havens, deels
Levanthandel, gedreven door de pel
grims naar Mekka. Maar bijna de ge
heele handel is Kroonhandel, waarvan
de inkomsten ten goede komen aan
den Keizer of Sultan. Ook de inkom
sten der douanen vloeien voor 't grootste
gedeelte in zijn kas.
Nu is hij wel niet onbeperkt gebie
der, hij heeft zelfs een concu rent, den
zoogenoemden pretendent, die de laatste
jaren geregeld oorlog tegen hem voert
en met wien zelfs enkele weken ge
leden nog een gevecht werd geleverd,
dat echter geen beslissing bracht, zoo
dat ieder zijn eigen kamp weer betrok.
Maar met dat al heeft de Sultan toch
geen zin om zich „stadskind" te laten
maken. En daar gaat het heen, al
wordt hem ook zijne souvereiniteit en
de zelfstandigheid van zijn rijk gewaar
borgd. Want er is een souvereiniteit
en zelfstandigheid, die niet veel meer
beteekent dan een vorm. Zoo is de
keizer van Korea souverein, maar al
leen onder beding dat hij altijd zal
luisteren naar zijn Japanschen raads
man. En zoo zou 't hier ook gaan.
Dat de keizer al heel weinig heeft te
zeggen blijkt wel hieruit, dat een hadji
openlijk in de Moskee te Tandjer tegen
de bemoeizucht der Christenen predikte
en beval te eischen de gezanten van
de conferentie terug te roepen. De kei
zer verbood hem dit te doen, maar
moest om de ontevrodenheid de» volks
dat verbod op aandrang der vreemde
gezanten gegeven weer intrekken.
Nu zijn er inzonderheid vierpunten
waaromtrent Europa besloot in dit land
op de zaken orde te stellen, te weten
finantiën, belastingen, staat bank en
politie. En over het aandeel dat elk
daarin hebben zal, is weken gekibbeld.
Eerst zou Frankrijk in 4 havens de
politie uitoefenen. Spanje ook in 4 en
in de 9e een door de internationale
Een onuitsprekelijke toorn greep hem aan
hij wilde haar zien haar tot eiken prijs
in de armen van een ander zien Nauwelijks
wetende, wat hij deed, liep hij de vier
trappen naar Ilses kamertje op. Hier stond
hij in een donker portaaltje, maar door
het sleutelgat viel een flauw lichtschijnsel.
Bevend van opgewondenheid, luisterde
Arnold, met gespannen oplettendheid. Geen
geluid was te hooren. Hij gevoelde, dat de
toestand, waarin hij zich bevond, zijner
onwaardig was, maar om alles ter wereld
had hij niet willen terugkeeren. Daar, slechts
door die dunne deur gescheiden, was zij,
die hij, zooals hij nu eerst wist, meer dan
zijn leven liefhad, zij, die hem bedrogen,
hem zijn blijmoedig vertrouwen ontnomen
zou hebben, tot dank dat hij haar zijn ge
heele hart had geschonken Zij, zijn Ilse
Hij voelde zijn oogen vochtig worden.
Overstelpt van smart, legde hij de hand
op de klink van de deur.
Zonder eenig gerucht ging die open.
Daar zat Ilse, met het hoofd op den
arm rustende, en sliep. Het blonde haar
golfde los tot over den stoel, en het schijnsel
van het lamplicht viel zoo helder op haar
kinderlijk gezichtje, dat hij eiken trek
duidelijk zien kon. Zij glimlachte als in
een droom. Een fijn naaiwerk lag, half van
de tafel afgegleden, bij haar, en aan de
rechterhand had zij nog den vingerhoed.
Roerloos stond Arnold aan de kamerdeur.
Al de bittere, smartelijke gedachten van
de laatste uren waren vervlogen, als weg
geblazen door de ademhaling, die over de
rooskleurige, half geopende lippen kwam.
Een gevoel van geluk en vrede, zooals hij
zelf nauwelijks mogelijk had geacht, ver
vulde zijn hart; zacht, zoo zacht als hij het
met zijn forschen lichaamsbouw vermocht,
commissie aan te wgzen opperbevel
hebber, tevens controleur. Dit laatste
baantje zou dan aan een Zwitsersch of
Nederlandsch officier worden opgedra
gen. Maar beide landen hebben beleefd
voor het baantje bedankt. Het politie
toezicht zal aan Marokkanen worden
opgedragen in de 8 genoemde havens
onder officieren en onderofficieren van
Spanje en Portugal, in de 9e aan het
diplomatieke corps. Ook op 't punt der
bank is na lang haspelen een soort
van overeenstemming verkregen. Er
zullen 4 leden zijn van een raad van
toezicht, aan te wgzen door de staats
banken van Frankrijk, Spanje, Enge
land en Duitschland, terwijl de bauk-
aandeelen ook onder die landen zoo
veel mogelijk gelijk verdeeld zullen
worden. Ook voor de regeling der
douane is een soort van internationale
half Marokkaansche, half Europeesche
commissie voorgesteld. Of nu de zaak
werkelijk ten uitvoer zal komen, zal
voor een goed deel afbangen van Ma
rokko. Want het zal een groot verschil
zijn wie daar de baas wordt: de Sul
tan of de pretendent.
Voorloopig schijnt het, dat de con
ferentie den storm zal hebben bezworen
en den vrede bewaard, maar of niet
juist de besluiten der conferentie een
bron voor nieuwe moeilijkheden zullen
opleveren, moet de tijd leeren. En
daaromtrent zijn we nog lang niet
gerust.
■Buitenland.
Havas meldt uit Melilla dat de troe
pen van den Sultan van Marokko slaags
zijn geweest mot die van den preten
dent. De eersten gebruikten een krijgs
list, door kwansuis terug te trekken;
maar daarna overrompelden zij de op
standelingen en dreven hen naar den
anderen oever van de rivier terug. De
opstandelingen moeten een ernstige
nederlaag geleden en 30 dooden op het
veld gelaten hebben. Het kanonvuur
was te Melilla te hooren. Mooren kwa
men later in de stad om berries te ha
len, waarop spoedig talrijke gewonden
naar het ziekenhuis werden gebracht.
De Duitsche Rijksdag heeft het wets
voorstel van het centrum betreffende
de vrijheid van godsdienst in tweede
lezing behandeld.
Het Huis nam het eerste artikel aan,
zooals dit gewijzigd werd overeenkom
stig het amendement van de vrijzinnige
volkspartij. Volgens dit artikel is volle
vrijheid van geloof en geweten binnen
het rijk aan een ieder gewaarborgd.
sloop hij aan haar zijde en zag haar in het
lieftallig gelaat. Zij glimlachte nog altijd
in den slaap. Als in een zwijmel, zichzelf
niet meer meester, boog hij zich over haar
heen, en kuste haar op den mond.
Ilse sprong overeind, en zag verward, met
groote oogen om zich heen.
Droomde zij dan nog? Hoe kwam mijn
heer Schmidt hier? Zij streek zich eenige
malen met de hand over het open voor
hoofd, en staarde hem verschrikt aan. Ar
nold zag eensklaps ook het ongepaste van
zijn gedrag in, en verlegen sloeg hij de oogen
neder.
„Juffrouw Ilse, vergeef mij," stamelde hij.
„Mijnheer Schmidt," zij was nu volko
men wakker, en de toon harer stem klonk
verwijtend, „hoe kondet ge mij zoo iets
aandoen? Als juffrouw Falkenberg u nu
eens hier zag, wat zou zij wel van mij den
ken
„Ge hebt gelijk," zeide hij verpletterd,
den hoed in de hand houdende, „maar aan
dat alles heb ik volstrekt niet gedacht,
lieve Ilseik gevoelde mij zoo ongelukkig,
omdat ik dacht stotterend hield hij op.
„Ga liever dadelijk heen," hernam zij,
met de eene hand het loshangende haar
bij een vattende. „Misschien heeft niemand
u gezien."
„Neen, niemand," verzekerde hij, „maar
zóó kan ik niet heengaan, Ilse; ik weet
het niet, ik ben door u geheel in de war
geraakt; zoo mag het niet voortgaan.Laat
mij hier nog wat blijven, Ilse."
„Mijnheer Schmidt," een donkerrood kleur
de haar gelaat, „wat ge daar zegt, doet mij
leedIk beschouwde u als mij n besten vriend,
en dacht niet, dat ge in mij het weerlooze
balletmeisje zoudt zien, dat vroeg of laat
toch ala iemands slachtoffer moest vallen."
Verder is het genot van de burgerlijke
en staatsburgerlijke rechten onafhan
kelijk van de geloofsbelijdenis.
Voorts nam het Huis, overeenkom
stig het amendement van de sociaal
democraten, het voorschrift aan, dat
verbiedt een kind tegen dan wil zijnor
ouders tot het bijwonen van gosdienst-
onderwijs of godsdienstoefeningen te
uoodzaken.
Zuid-Nigerië is eergisteren plechtig
tot een Engelsche kolonie verklaard.
Walter Egerton, de nieuwe gouverneur,
legde den eed af in handen van den
opperrechter Nicoll. De dag is te Lagos
met feestbedrijf gevierd. De nieuwe
kolonie heeft eene begrooting van ruim
1 millioen, een handel van meer dan
5 millioen pond sterling en een bevol
king van 6 millioen zielen.
Een zekere Nafiz, een jongen van
goeden huize te Saloniki, is daar terug
gekomen na vier maanden in handen
van roovers te hebben gezeten. Hij is
niet ontsnapt, maar losgelaten nadat
zijn ouders 30.000 francs losgeld heb
ben betaald. Op uitdrukkelijk verzoek
van dezen werden de roovers niet na
gezet door troepen omdat men in dit
»geval vreesde voor het leven van den
gevangene. Nu wordt er jacht gemaakt
op de schelmen, maar dezen zitten al
lang in de haast ontoegankelijke Bal
kan-passen.
Nafiz werd 's avonds vóór het slapen
gaan gebonden en dan tusschen zijn
ontvoerders neergelegd, den meesten
tijd op den kouden grond in de bos-
schen. De jonge man was een gemak
kelijker te hanteeren slachtoffer dan
indertijd de vermaard geworden Miss
Stone, de geschaakte Amerikaansche
zendelinge.
Te Palerma heeft de 30-jarige Paola
Rizza zelfmoord gepleegd door hare
kleederen met petroleum te begieten
en daarop in brand te steken. Evenals
haar familieleden was zij zonaanbidster,
iemand die den zonnegod Apollo en
het vuur vereerde. Haar moeder heeft
zich eenige jaren geleden te Chicago
in een vlaag van godsdienstwaanzin op
dezelfde wijze van 't leven beroofd,
evenals haar zuster Antonietta.
Paolo woonde samen met een broer,
die ook zonaanbidder is.
De Daily Mail verneemt uit Durban:
De wildste maren zijn in omloop over
een algemeenen kafferopstand. Men
spreekt zelfs van een aanval op Dur
ban. De geheele militie uit de stad is
te velde. Daarom heeft de regeerig be
sloten de reservisten te Durban te wa
penen, hetgeen de bevolking nog on
geruster maakt. De Natalsche pers gaat
heftig te keor, nu er verluidt, dat de
Twee groote tranen vloeiden langs haar
wangen.
„Ilse, lieve Ilse!" zeide hij verschrikt,
terwijl hij haar hand vatte. „Hoe kunt ge
zoo iets denken? Voor hoe slecht en zelf
zuchtig moet ge mij wel houden, na het
geen ge mij zooeven gezegd hebt Maar ik
kan niet langer zwijgen, na de foltering,
die ik vandaag heb uitgestaan; ik moet
een recht bezitten om u tegen elke belas
tering te beschermen, maar niet zooals gij
denkt, Ilse! Ziet ge, ik heb u lièï! Mis
schien weet een ander dat beter uit te druk
ken dan ik; ik vind slechts dat ééne korte
gezegde voor alles wat in mijn hart om
gaat, wat toch zooveel is! Het drukt mijn
geheele leven, al mijn gedachten uit, die
altijd van u vervuld zijn, en ik vraag u
of ge mijn vrouw wilt worden?"
Hij hield haar kleine hand vast, en zag
haar in angstige spanning aan.
Ilse schudde zijn hand driftig af, en week
voor hem terug tut aan het venster.
Hij wilde met haar trouwen! Deze ont
dekking was zoo nieuw voor haar, zoo on
verwacht gekomen, dat zij er onuitspreke
lijk van schrikte. Zij had mijnheer Schmidt
wel als haar vriend beschouwd, maar nooit
in een ander licht. Ilse had romans gele
zen; veel goeds en kwaads had daardoor
zijn weg tot haar gevonden, en zij had ook
haar droom van geluk. Maar zij verwacht
te geen prins, die haar in een gouden koets
uit haar nederige sfeer zou halen, hoe ha
telijk deze haar ook was; op liefde had
zij haar zin gezet, liefde, die overweldigend,
bedwelmend, als een onweerstaanbare macht
ieder met zich medesleept, waarheen om
't even. Op die liefde hoopte zij, aan die
liefde geloofde zij.
1IIHÏÏIBMD
Uit het Duitsch.
(Wordt vervolgd.)