Het Land van Hensden en Aliens, de Langstraat en de Boramelerwaard. ORDE EN VRIJHEID. Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No2594. Donderdag 3 Januari1907. FEUILLETON. LAND VAN ALTEH/ VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00, franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regel» 50 et. Elk» r»gol meer 7Vs ct. Groote letters naar plaatsruimt». Advertentiën worden tot Dinsdag- »n Vrijdag avond ingewacht. Zijn die twee met elkaar te rijmen? Strijden ze niet tegen elkaar? Velen ineenen van ja, en, vrienden van orde als ze zijn, kanten ze zich met alle macht en kracht tegen de vrijheid. Tn huisgezin, in de samenleving, in den staat kunnen niet alle leden ge bieden, want omdat ieder zijn eigen plannen, inzichten en bedoelingen heeft zou men dan de grootste tegen strijdigheden vernemen. Ordeloosheid en willekeur, twist en vijandschap zou den schering en inslag wezen. Neen, het gaat niet aan, dat allen bot hoogste woord voeren, dat ieders haan koning kraaien moet. Altijd zal 't verkeerd afloopen, als ieders haantje de voorste wil wezen altijd de boel in 't honderd loop >n als elk de teugels wil houden. Zouden vier een vierspan mennen, Elk een leizeel, elk een paard? De een wil stappen, de andere rennen, En de kar stort in de vaart. Baat een roer in twee paar handen Deez' wil 't ruim en die den wal, Tot een bui het schip doet stranden, Of vergaan met vracht en al. Zulke schiomelijke gevolgen kan 't hebben, wanneer men geen baas boven baas wil dulden, een verkeerd begrip van vrijheid heeft, en deze met wille keur verwart. Evenwel het hoofd, de bestuurder van een gezin mag niet willekeurig handelenhij is gebonden aan rede en recht, daarbij moet hij wakker en flink wezen, in orde het voorbeeld geven en aldus in staat zijn de orde te hand haven. Maar daarmee is ieders persoon lijke vrijheid niet in- strijd of gevaar. De orde en regel zijn juist noodig, op dat men gevrijwaard wordt tegen wil lekeurige handelingen. Yerkeerd is 't daarom de vrijheid hierin te zoeken, dat elk zijn eigen baas is en doen kan, wat en zooals hij dit wil. Dat begrip van vrijheid wordt op barricaden ver dedigd, maar vindt geen ingang, geen steun bij verstandige menschen. In een monarchalen staat is de ko ning het hoofd, hij is met de uitvoe rende macht bekleed. Daartoe heeft hij tal van hoogere en lagere ambte naren, die allen in zijn naam handelen. Maar de koning mag niet regeeren, 12) O'Canor stormde op den jongeling toe en deed zich voor, als vroeg hij zijn bijstand voor de dame. Toen zij beiden op haar toe snelden, wist hij zijn tegenstander aan de kant van den afgrond te lokken, gaf hem een stoot, zoodat de jongeling in den hon derd meter diepen afgrond stortte. Een seconde stond Graaf James als ver- beisterd, als moest hij nadenken wat hij gedaan had. Donker werd het hem voor de oogen. Het afgrijselijke woord „Moordenaar!" klonk in zijn oor. Bleek als de dood stond Elotilde, rechtop met de armen om het kruis geslagen en keek met wijd geopende oogen naar het treurig schouwspel. Een vreeselijke be nauwdheid voelde ze opkomen. De Graaf was intusschen weer bij haar gekomen. Boven op het pad dat naar die plaats voerde, kwamen menschen, hötelbewoners, die hij kende. In tien minuten konden ze daar zijn. Een waanzinnige angst steeg in hem op. In woesten loop verliet hij deze plaats. Niemand heeft hem daarna weergezien. Overal zocht men naar hemhet gerecht deed overal onderzoekalles tevergeefs Eindelijk, na vier weken, vond men zijn reeds in ontbinding zijnd lichaam onge kleed in het water. gelijk hij wil. Hij is aan de wet ge bonden. Hoe zijn wij aan die wet gekomen? Zij kwam tot stand met den wil der natiegehoorzamen aan het hoofd van den staat, is dus niets anders dan ge hoorzamen aan de wet, aan de regelen, die bij onderling goedvinden door de natie of door hare plaatsvervangers zijn vastgesteld, en zoo is 't dan ook maar alleen mogelijk vrij, zoo vrij als 't kan, te zijn. Vrijheid is een heerlijke zaak, maar zo is onbestaanbaar in een ongeorden- den staat, daarom gruwt ze van wille keur, ze laat zich ook door niets bin den, dan alleen door wet en orde. En zie nu eens rond, waar in de wereld de meeste vrijheid heerscht. Is 't niet daar, waar wet en orde geëer biedigd worden? Éi 't niet daar, waar het regeeren voor 't besturen naar eene staatsrege ling heeft plaatsgemaakt? Is 't niet daar, waar elk tevreden is met de hem, bij on lerling goedvinden, aangewezen plaats en macht in den staat Kan er in zoo'n staat sprake zijn van dwang? Zijn daar teugels nood ig? Orde en vrijheid zijn dus inderdaad met elkaar te rijmen niet alleen, ze steunen elkaar zelfs. Ze zijn tweeling zusters, die niet buiten elkaar kunnen. Vrijheid en orde zijn de echte doch ters van beschaving en ze kunnen niet •even of tieren in het land van wille keur. In denken, spreken en gelooven dus vrijheid, voor iedereen. Maar nimmer zij ons spreken, ons handelen een aan randing der orde, der wet of veiligheid of een aanranding van het gezag, dat met fonderling goedvinden tot stand kwam. Het is een uitgemaakte zaak, dat, naarmate de vrijheid in eiken stand toeneemt, in iederen kring meer gehul digd wordt, degenen onder de hoogere standen, die wanen, dat hun in de maatschappij de macht en het gezag toekomt, de zon van hun invloed zien tanen en ter kimme neigen. Ze zien in, dat, als de vrijheid al gemeen vereerd wordt, de tijd zal n moet komen, waarin ze om iets te zijn, of te beteekenen, zullen moeten werkeD met 't hoofd of met de handen, en ve len zullen dat niet kunnen. 't Is immers waar, dat menigeen in onzen tijd nog heel veel invloed be zit zonder iets van gewicht te zijn. Niet ver van die plaats werden de klee- dingstukken van den graaf gevonden, maar duidelijke bewijzen en papieren ontbraken. Zoover had Diet Heimbold de geschie denis van den graaf O'Canor aan zijn vriend verteld. „En hoe lang is dat geleden vroeg Stratton. Diet dacht na. „Het is reeds een en twintig jaar geleden, dat we het slot verlieten. „Het laatste zal zoo ongeveer achttien jaar geleden zijn." „Wat is er van zijn jonge vrouw ge worden „Die is twee jaren later van verdriet ge storven; of zij van hetgeen er met graaf O'Canor gebeurd is vernomen heeft, weet ik niet 1" „Dat is een buitengewone geschiedenis," merkt Stratton op. Juist liepen ze het helverlichte college park door, toen Diet Heimbold plotseling Strattons arm vatte, van doodsangst in elkaar kruipende. „Menschenkind", riep de andere getroffen, „wat is er Geen antwoord. Met een ern stig gezicht staarde Diet een man na, die hem zooeven gepasseerd was en nu bij een reclamezuil bleef staan en naar Diet Heim bold keek. „Maar spreek tochWat is er dan kent ge dat mensch vroeg Stratton op nieuw. „Graaf O'Canor kermde Diet. „Maar je vertelde nog zooeven dat „Jawel, ja zeker. Maar hij is het!.... „Ge zult je vergist hebbenHij lijkt er misschien op1" „Mijn God, spreek niet! Ik weet het, dat hij 't is. Reeds vroeger werd mij ver teld dat hij leeft. Hij was het 1" „Ik smeek je, laat my, ik moet alleen zijn. Wij spreken De vrijheid voert tot het besef van gelijkheid; niet van een gelijkheid, die bij guldens of rijksdaalders wordt afge past, maar tot gelijkheid van recht en plicht. Zulk een vrijhe:d kan de wereld niet tot schade wezen. Waartoe die angst vallige bezorgdheid, dat de vrijheid de menschen zal benadeelen Mits men maar wete, wat vrijheid is Naar de Daily Mail uit Tandzjer ver neemt heeft Raisoeli tot Nieuwjaarsdag tijd gekregen om zich te onderwerpen. Doet hij dat niet, dan zal zijn versterkt dorp Zinat aangevallen en verwoest wor den. Een ander bericht zegt, dat het leger van Gebbas weldra in het achter land van Tandzjer aanvallend zal optre den en daarbij zal samenwerken met het leger van Marani, dat zich in de provincie Garbia bevindt en reeds hulp troepen van twaalf kaids gekregen heeft. Overigens stelt men nog niet een al te groot betrouwen op wat verder zal geschieden. Het krachtdadig optre den, tot nu geschied, schijnt hoofdza kelijk zijn oorsprong te hebben gevon den in vrees voor tusschenkomst van Fransche zijde. En mocht wat in Marokko chronisch voorkomt het uitbetalen van soldij aan de troepen vandaag of morgen worden gestaakt, bij gebrek aan middelen, dan is 't geens zins onmogelijk, dat van die krachtda digheid niet veel overblijft. Latere berichten zeggen, dat Rais- soulli zich beijverd heeft, brieven te richten tot de stammen in den omtrek en tot Ben Mansoer. Hij verklaart er in de ten laste leggingen van den Sultan niet te verdienen en erger hij verklaart diens schrijven voor onecht. Ook heeft hij pogingen in 't werk gesteld om de soldaten van de mehalla tot desertie over te halen. Hij schrijft hun: „In plaats van tegen de Chris tenen te strijden, wordt ge hun solda ten. Schaamt u. Ge wordt door hen be taald en zult worden gebruikt, tot 't bevechten van den roghi, die u verslaan zal." Het eerste bericht, dat in het jaar 1907 Europa bereikt uit Marokko, meldt dat Raisoeli gevangen genomen en naar Tandzjer gebracht is. Hij wordt beschul digd van opruiing der stammen in den omtrek, die hij bij geschrifte moet heb ben opgeroepen tot den heiligen oorlog. In New-Orleans heerscht op het oogenblik een ontzettende opwinding over een vreeselijken, veelvoudigen moord. elkaar morgen verder. Stratton nam afscheid en hoofdschuddend verwijderde hij zich, terwijl Diet Heimbold naar het hotel snelde, waar hij zijn ver blijf hield. HOOFDSTUK 8. De «lood ran Graaf O'Cauor. Diet Heimbold was intusschen in zijn logement aangeland, begaf zich naar zijne eenvoudig gemeubileerde kamer en stak licht op. Toen hij omkeek, bleef hij zich aan de tafel vasthoudende, als versteend staan. Sergei Ilitsch stond achter hem. „Waarom verschrikt U, Diet Heimbold?" zeide de vreemdeling met zachte, treurige stem, waarmede hij veelal sprak. Diet ging rechtop staan. Het was nu een kamp op leven en dood. „Ik?" lachte hij gedwongen. „Nu, ik ge loof dat ik alle reden heb om te verschrik ken, wanneer ik plotseling een mensch in mijn kamer zie. Wie zijt gij En wat zoekt u hier?" „Neen dat is het niet, hetgeen je deed verschrikken Heimbold," antwoordde de vreemdeling. „Je waande me dood en je vreest de levenden „Ik ken U niet." „Heimbold!" Laat ons als mannen tot elkaar spreken! Die huichelarij voert tot niets. Ge hebt veel redenen Graaf James O'Canor te vreezen. Graaf James is echter dood, waarvan je je overtuigen kunt. Diet, ik kan en wil je vijand niet zijn, ofschoon je mij en mijn geslacht veel kwaad veroor zaakt hebt. Hier mijn hand! Alles wat je gedaan hebt, is vergeven, ik bezweer het. Sedert een jaar zoek ik je spoor. Nu heb Ja ik je eindelijk gevonden en nu is mijn Zes Italianen zijn daar in een huur kazerne in den slaap overvallen, ver moord, in stukken gesneden, met pe troleum begoten en daarna verbrand. Het gelukte het vuur te dooven, waarop de afgrijselijke ontdekking volg de. De politie gelooft dat de daad door een groote bende is gepleegd. Volgens de „Nowoja Wremja" heb ben huiszoekingen, te Petersburg en te Moskou gehouden, bij leden der strijdorganisaties, een aantal gewichtige papieren doen ontdekken, o. a. een lijst van ter dood veroordeelde staatsambte naren, 27 namen tellende. De hongersnood in onderscheidene deelen van China is veel nijpender dan in de laatste veertig jaren't geval was. Vier millioen menschen zijn niet in staat zich te voeden. Tienduizenden trekken naar andere oorden. Te Nan king zijn 50.000 vluchtelingen aange komen. Tusschen het nagenoeg voltooide groo te Italiaansche radio-telegrafische sta tion te Coltano en de hoofdplaatsen van de Italiaansche koloniën Erythrea en Benadir, Massowa Assab, Kaap Guardafui, Madagaskar enz., is een draadlooze telegraafverbinding in voor bereiding. Ingeval deze verbinding slaagt, waaraan bij den tegenwoordigen stand der radio-telegrafi.3 niet te twij felen valt, zal niet slechts voor Italië en zijne koloniën, maar voor alle bij Oost-Afrika belanghebbende mogend heden en voor het scheepvaartverkeer naar Oost-Afrika een beschavingswerk van hoog belang tot stand gebracht zijn. De burggraaf en burggravin Paillard de Chenay, bewonend het kasteel Che- nay, dicht bij la Fresnaye, zijn gevangen genomen wegens het dooden en in een privaat verbergen van hun pasgeboren kind. Twee jonge mannen namen dezer da gen te St. Petersburg aan het eindpunt van den Finschen spoorweg een mand met wild in ontvangst. De politie kwam op den inval die mand eens na te kij ken. Zij ontdekte, dat het wild was op gestopt met kleine bommeD, in linnen gewikkeld, in 't geheel veertig. Er is reden om te gelooven, dat er groote ge tallen bommen op deze wijze de laat ste maanden in Rusland zijn binnen gesmokkeld. Een regeeringsmededeeling uit Peters burg logenstraft de berichten over een afbreken van de onderhandelingen over een Russisch-Japansch handelsverdrag. vraag: Waar is Nora, mijn kind?" Heimbold trad eenige passen achteruit. „Je antwoordt niet? Je wendt je af. Diet Heimbold, bij al het goede wat ik je be wezen heb, bij de vergeving, die ik je zoo straks schonk,spreekIs het slecht, is het goedmaar de waarheid. Geef mij Ik heb veel geleden door mijn dolzinnige streken, veel, zeer veel. Toen ik vernam en tevens wel begrijpen kon, dat men mij zocht, ben ik nog verder gaan vluchten. De duivel was in mij. Bij toeval vond ik des nachts een geestelijke, vermoeid en in geslapen, zittende aan den rand van een meer. Ik versloeg hem, beroofde hem van zijne kleederen, wierp het lijk in het wa ter lag, mijne kleeren aan de kant van het water en zoo kon ik ongehinderd als broe der Golestein verder komen. Zoo leefde ik lang als boeteling in een klooster op den berg Sinaï. Het pijnlijke gevoel van schuld bleef in mij, ik kon het maar niet verge ten. Mijn bidden, smeeken hielp niets, alles liet mij zonder troost. Onder de menschen terug te keeren durfde ik niet. Zou ik hen, die nog leefden, met mij mede in den af grond des verderfs doen storten Moest niet reeds het in hun nabijheid zijn, ze met afschuw vervullen? „Keer niet terug! Ver geet de uwen 1" zoo sprak de prior van het Sinaï-klooster tegen mij. „Blijf, gij zijt hier afgescheiden van de wereld, zou je de rest van je leven nog meer in onrust en boos heid doorbrengen, kom tot ons en wij zul len je tot een goed mensch maken." Evenwel ik vertrok. Mijn berouw deed mij zoo handelen. Daarna voerde mijn on rust me weder in het klooster op den berg Athos en een van de broederen sprak tot mij en zeide„Slechts deze verlossing is er voor U, alléén Uw kind kan hier by het mid- Het somt een aantal punten op, waar over men het reed» eens is geworden en stelt in 't licht, dat nog slechts te beraadslagen valt over door Japan ge stelde nieuwe eischen betreffende de vrije scheepvaart op de Soengari, de oprichting van consulaten in Azatisch Rusland en douanebegunstiging aan de Mantsjoersche grens. De Japansche eischen betreffende de visscherij kon Rusland niet inwilligen. De onderhan delingen duren voort. Het verloop kan als normaal gekenschetst worden. In den nacht van Zaterdag op Zon dag is de D-trein van Hamburg naar Bremen bij Osseberg, 40 kilometer van Bremen, door den mist op een aldaar rangeerenden goederentrein gestooten. De locomotief en de tender werden ge heel vernield. De ketel lag tusschen de rails. De dan volgende postwagen bevatte vier millioen mark aan geld, bewaakt door veertien postambtenaren. Deze wagen verbrandde geheel en met hem twee millioen mark aan papiergeld. Acht dooden werden gevonden. Ver mist werden een machinist, een stoker en de 14 postambtenaren. De goederenwagen was geheel in splinters. De passagierswagens ontspoor den en lagen dwars over den spoorweg. Van de passagiers zijn velen meer of minder zwaar gewond, doch geen ge dood. Het treinenverkeer ondervond vertraging.. Naar aanleiding van den moord op graaf Ingatiéf vertelt een telegram uit St. Petersburg, dat de uiterste elementen in de sociaiistisch-revolutionaire partij gezworen hebben om stuk voor stuk de in vloedrijkste aanhangers van het au tocratische regime te vermoorden. Graaf Ignatiéf was het eerste slachtoffer. Schotland heeft wel erg van het weer te lijden gehad. Maandag was het spoor wegverkeer tusschen Aberdeen en het Zuiden weer afgebroken. Drie locomo tieven, die bezig waren met sneeuw ploegen de lijn schoon te vegen, ont spoorden bij Laurencekirk en versper den zoo den weg. Zaterdag schreef iemand uit Aberdeen: „We zijn hier van de meeste plaatsen afgesneden. Onze kranten kregen eenig nieuws uit het People's Journal, dat met een boot van Dundee naar Aberdeen ge bracht werd. Telegrammen naar Londen gaan over Noorwegen en Denemarken en kosten zes stuiver het woord. Trei nen met reizigers, dio Donderdagavond en later uit Londen vertrokken, zijn hier nog niet aangekomen. Ten Z van Fordoun staan vier treinen in de sneeuw. Er was den Parijzenaars een nieuwig heid beloofdzij zouden binnenkort del zijn, zoek haar, en wanneer ge haar vindt en ze vergeeft U, zoo zijt gij van uwe zon den verlost." „Gravin Norariep Diet Heimbold, die tot heden met neergeslagen blikken het verhaal van den Graaf gevolgd was. Toen zocht ik in ons dorp naar mijn kind. Ze was dood, verdronken, vertelde men mij. Maar haar lijkje had men nog niet gevonden. Groote God, nog één hoop blijft mij over de verzoening met mijn onschuldig kind. Ik zag nog een mogelijk heid Ik ijlde naar hier, zoekende naar jouOnder den naam Sergei Ilitsch leefde ik, eenzaam tusschen hoop en vrees. Maar hoe eenzaam ik ook leefde, ik moest wederom sterven. Sergei Ilitsch werd ver moord door wien Door Erika Wal- don De bewijzen spreken, toch kon ik het zelf niet begrijpen. Men heeft Sergei Ilitsch vermoord, men heeft hern begraven, zijn moordenares ter dood veroordeeld. Het zijn raadselen, raadselen! Zoo onderging ik dan voor de wereld een tweeden dood, ik moest mijn met schuld beladen leven weer verder ver volgen. Als graaf O'Canor verliet ik mijn geboorteland, als graaf Marholm trok ik de wereld door. Deze graaf Marholm laadde dubbele schuld op zichhij maakte zich van kant, om als priester verder te leven. Als Sergei Ilitsch keer ik terug. Sergei Ilitsch werd vermoordnu, wie beD ik dan O, barmhartige God, mijn kind, mijn kindDeze hoop blijft nu alleen nog over 1" Diet Heimbold liep angstig heen eu weer. „Nora leeft! Ik heb haar niet gedood 1" „Zij leeft? Diet, ze leeft? Is het ernst?" De oude had zijn vroegeren bediende bij de armen gegrepen en keek hem onder zoekend in de oogen. lUWIKUV Naar het Duiisch. Buitenland. waarheid (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1907 | | pagina 1