Het Land van Hensden en Aliens, de Langstraat en de Bommelerwaard.
Langs Zigzag en Méander.
Meren van Je HeiJe.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 2651. Zaterdag 20 Juli
FEUILLETON.
19Ü7.
UNO VAN ALTEN/
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO,
franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/i ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
't Zou niet onmogelijk zijn, dat som
mige lezers zich niet dadelijk herinne
ren, wat de beteekenis van het laatste
woord van dit opschrift is.
Bij het woord zigzag denkt men on
willekeurig aan een herhaaldelijk ge
broken lijn, zooals men zou krijgen,
warn eer men de getande zijde van een
zaag als liniaal ging gebruikenmaar
hoe komt men toch aan dat vreemde
woord méander1
Slaat men den atlas open en bekijkt
men dat gedeelte van Azië, dat gewoon
lijk Klein-Azië wordt genoemd, dan
ziet men, ten zuiden van de bekende
stad Smijrna, en niet ver van het eiland
Samos, een rivier.
Deze rivier is buitengewoon vol kron
kelen en heette in den ouden tijd Mé
ander, thans Menderes, in welk laatste
woord de oude naam nog heel goed
is te herkennen.
De naam méander nu werd door de
Grieksche schilders en bouwmeesters
gegeven aan een lijn, die eenigszins een
nabootsing was van bovengenoemde ri
vier en die in bouw- en schilderkunst
veelvuldig werd gebruikt en nog heden
wordt toepast op allerlei gebied van
architectuur en ornamentiek.
Het voornaamste verschil tusschen
den zigzag en den méander bestaat hier
in, dat de deeltjes van den eersten met
scherpe hoeken aan elkaar sluiten, terwijl
die van den ander rechte hoeken vor
men.
Dit over de beteekenis der woorden.
Wie de lijnen zelve wil zien, kan ze
overal vinden tot zelfs op het lino'eum
op den vloer van de huiskamer of op
de randen van het behangsel in het
salon.
Wie ze zelve wil beschrijven, die
neme de teekenpen ter hand, of
worde schipper.
Als er één man is, die in de prac-
tijk des levens met zigzag en méander
te doen heelt, dan is het wel de man,
die zijn brood verdient op het water
en daarbij den wind oproept om zijn
dienaar te zijn.
Want die dienaar is net niet altijd
met zijn meester eens; wanneer deze
door plicht en broodzorg zich geroepen
acht oostwaarts te varen, denkt gene
er niet zelden over, zijne krachten te
gebruiken in westwaartsche richting.
Maar de schipper weet raadhij be
schrijft met zijn vaartuig een zigzag-lijn,
of stuurt het langs een méander, en
weet zoo, al laveerende, zelfs den fel-
5)
In de kwartieren werd het rumoerig. De
trompetters bliezen reveille.
Met het stroo nog in de haren, liepen
de ruiters naar pomp en put om water te
halen. Grove mannenstemmen, die halfluid
bevelen gaven, klonken met het brieschen
en het stampen der paarden in de stallen
verward dooreen.
Al spoedig vertoonden enkele mannen
zich met sabel en kolbak in de dorpsstraat.
De officieren begonnen zich naar de loop
plaats te spoeden.
Het signaal: „Uitrukken!" schalde. Nog
enkele minuten, en het escadron was weder
opgezeten en reed onder het schetteren van
het koper het dorp uit.
Buiten de kom der gemeente werden de
sabels opgestoken, en werd „Rust!" gecom
mandeerd. De ritmeester riep zijn luitenants
bij zich om de nieuwe manoeuvre met hen
te bespreken, en van deze tijdelijke afwe
zigheid hunner officieren meenden de
wachtmeesters wel te kunnen gebruik ma
ken om met elkander een buurpraatje te
houden.
„Wel, Prokkie, een gute wacht gehad?"
vroeg Roben aan den onderofficier, die met
Van 't Spoor samen in dienst was geweest
sten tegenwind aan zijne belangen dienst
baar te maken.
Ook den bergbeklimmer zijn de ge
broken lijnen niet vreemd.
IntegendeelDaar hij zijne krachten
noch overschat, noch wenscht uit te
putten, zoekt hij hulp bij zijne ervaring.
En die ervaring leert hem, dat de moei
lijkheden van een bergbestijging het
best zijn te overwinnen door gebruik
te maken van een bergpad, dat als een
kronkelende rivier zich slingert in vele
bochten van den voet tot den top: nu
eens opwaarts, dan weer zijwaarts bui
gende, maar altijd den wandelaar nader
brengende bij het doel.
Wel wordt zijn weg hierdoor langer,
maar wat nood, als hem daardoor de
zekerheid wordt geboden dat hij den
top zal bereiken
Zoowel de schipper als de bergbe-
stijger hebben ons iets te zeggen. Zij
leeren ons, dat in de werkelijkheid de
rechte lijn niet altijd is de kortste af
stand tusschen twee punten en dat bij
op- en voorwaarts streven de raad
„ga recht op het doel af", niet steeds
en niet in alle omstandigheden kan
worden opgevolgd.
Hij, die evenals d s bergbeklimmer,
raad en hulp zoekt bij zijn ervaring,
weet, dat ook in overdrachtelijken zin
de zigzag-lijn en de méander den mensch
soms brengen, waar hij wezen wil.
Doch wat de bergbeklimmer is veroor
loofd zonder beperking dat pad te kie
zen, dat hem het geschiktste toeschijnt,
wordt niet altijd den gewonen mensch
toegestaan op zijn weg door 't leven.
Hij wordt in zijn keuze beperkt.
Zijn God en zijn geweten wijzen
hem er op, dat er onder al die hoe
kige en slingerende paden vele zijn,
die ja, misschien leiden naar het doel,
dat hij zich voorstelt te bereiken, maar
niettemin nimmer door zijn voeten mo
gen worden betredenen hoe ze hem
uitlokken en noodigen tot voorwaarts
gaan, hoe verleidelijk het doel hem
tegenlonkt, hij luistert naar een stem
in zijn binnenste, die hem het verder
gaan verbiedt en hem gebiedt terug te
keeren op zijn schreden.
Want hij weet het, ondanks het ge
mak, dat zij aanbieden, ondanks de
zachte helling die een wandelaar het
loopen tot een lust doet zijn, als hij
eenmaal op die wegen zijn voet heeft
gedrukt, betreedt hij het spoor van
hen, die de deugd verachten en wier
werken onrecht zijn. Dan zal hij nog
liever zijn doel er aan geven Ook
voor hem, dit gevoelt hij, staat geschre
ven: „Wat baat het den mensch of hij
de geheele wereld gewint, en schade
lijdt aan zijn ziel?"
Zoo wordt de mensch in zijn keuze
beperkt.
Maar ach, niet allen laten zich door
deze beperking weerhouden. Er zijn
er helaas nog velen, die, enkel lettende
op het doel, zich niet bekommeren over
de mogelijkheid, dat het ingeslagen
pad wellicht een sluipweg zal blijken
te zijn.
Er zijn er zelfs, die den rechten
weg, ook waar die bestaat, met opzet
vermijden om langs de kronkelpaden
hunne oprechtheid prijs te geven en
schijngeluk te zoeken met bedrog in
het hart.
Nog anderen beginnen goed. Eerst
trachten zij bergopwaarts te gaan. Maar,
als zij bemerken, dat het pad te steil
is, zoodat hunne krachten niet even
redig zijn aan de moeilijkheden van
het klimmen en ze den moed verliezen
nog vóór ze halverwege zijn, dan dwa
len hunne blikken af: hunne oogen
zoeken de zigzag-Jijn die uitkomst be
looft.
Maar gebrek aan ervaring of nood
lottige overhaasting is oorzaak, dat ze
uit de vele slingerpaden en méanders
juist zulk een kiezen, waarop ze mis
schien onbewust, maar daarom niet
minder gewis, hun verderf tegemoet
loopen.
Gelukkig hij, die een betere keuze
doet.
Ook hij zal dikwijls een zigzag of
een méander-lijn moeten volgen, want
ook voor hem zal de berghelling vaak
hier en daar te steil zijnmaar hoe
grillig de bochten, dié hij moet langs
gaan, ook mogen wezen, als hij een
maal zijn doel heeft bereikt, zal zijn
geweten hem niet aanklagen, wanneer
hij zijn voeten maar niet heeft gezet
op de sluipwegen der arglistigheid, noch
op de kronkelpaden van hen, die in
ongerechtigheid wandelen.
Buitenland.
er. nu met dezen aan 't hoofd van het
tweede peloton zat, Frans met een ge
zicht als een oorwurm zoo zwart; want
Hanneke had zich niet op het marktveld
vertoond.
„Och, wat zal ik je zeggen? 't Was knap
jes frisch van nacht. Je kunt al best be
speuren, dat wij naar den herfst gaan.
En nu jijIs 't werkelijk vetpot geweest,
zooals je gisteren zeide?"
„Bei mir auf het kasteel, meinst du
Famos! Erst auppe, dan rindvleisch mit
snijboonen, gurkensalad
„Wat is dat voor kost? Wanneer leer
jij toch eens fatsoenlijk Hollandsch spre
ken?"
„Nu komkommer dan. Een bakvol,
en een stük taart toe. Lekker, hoor!
En schone Madel!" met een schui
nen blik naar Van 't Spoor; „schön,
KerelEn niks vies gevallen ook.
„Och, kom! Bluf!"
„Was? Pluf? Een had nog wel een ehr-
liche verkeering met een van ons, maar ik
kon er niks van merken. Den heelen avond
heb ik met haar in de keuken zitten
vrijen. Haast had ze niks. Ea later in het
donkere achterhuis," Roben drukte een
kus op zijn hand en knipte tegen Prok een
oogje„nou, ik zeg niks meer. En wat
graag, die Hanneke."
Met één sprong van zijn vos zat Van
't Spoor naast den lasteraar. Hij had het
gansche gesprek gehoord. Zijn gelaat was
vaalbleek. Zijn oogen schoten vuur.
„Dat lieg je als een schurk, wacht
meester
Uit Cette wordt gemeld dat de com
missies tot verdediging van de belangen
van de wijnboeren en van de belas
tingplichtigen in Zuid-Frankrijk hebben
besloten, een gemeenschappelijke ver
gadering te houden, aangezien de ont
vanger heeft medegedeeld dat hij van
aanstaanden Zondag af de meubels van
alle belastingschuldigen in beslag zal
laten nemen en ze daarna verkoopen.
Dat belooft wat te worden, daar hun
getal onnoemelijk is.
Te Perpignan, waar het reeds eenigen
tijd wegens de wijnkwestie spookt,
hebben koloniale soldaten zich bande
loos gedragen. Er was een paar dagen
geleden een vechtpartij geweest tus-
„Auf je plaats, gopperral!"
„Ik zeg, dat je liegt als een schurk!"
Met de zwaarte van een smidshamer
trof Van 't Spoors gebalde vuist den ander
tusschen de oogen en deed hem zuizebol-
lend uit den zadel tuimelen.
Het leven en het rumoer, gevolgd op
deze daad van geweld, deed den ritmeester
omkijken. Dadelijk was hij bij de kleine
groep,' welke zich om den gevallene had
samengedrongen.
„Wat is dat hier? Een man ziek? Wat
scheelt hem? Flauw gevallen?"
„Met uw verlof, ritmeester. De korporaal
Van 't Spoor heeft den wachtmeester Ro
ben een vuistslag gegeven," antwoordde
Prok met de hand aan den kolbak.
De ritmeester wendde zich om naar den
schuldige.
„Wat is dat, korporaalBen je dol ge
worden? Ken je de krijgswet niet?"
„Jawel, ritmeester," klonk het nauw
hoorbaar.
„Waarom pleeg je dan zulk een daad
van geweld?"
„De wachtmeester belasterde mijn aan
staande vrouw, ritmeester, in mijn bijzijn
en
„Zoo, en hef jij dan maar dadelijk de
vuist op? Die klap zal je duur te staan
komen, vriend. Geef je sabel af. Wacht
meester Prok, het eerstvolgend nachtkwar
tier is Berkdijk. Neem twee man, breng
den korporaal naar het dorp, vraag den
burgemeester een hiervoor geschikt lokaal
en stel den korporaal in arrest. Roben naar
den ziekenwagenZijn paard by de pak-
schen een paar kolonialen en eenige
burgers. Dat was herhaaldelijk voorge
komen de laatste maal hadden de
soldaten een duchtig pak slaag opge-
loopen. Zij besloten zich te wreken.
Op een bepaald punt van de stad ver
zamelden zij zich bij kleine troepjes,
en toen er vijftig bijeen waren maakten
zij ruzie met burgers. Zoodra er zoo
iets van ruzie was klonk de kreet: „pak
aan", de soldaten trokken de bajonet
en vielen op de burgers aan. De bur
gers vluchtten overijld. Velen kwamen
terecht in een koffiehuis. Terwijl de
soldaten dat café met steenen bombar
deerden, slipten de vluchtelingen door
een achterdeur weg. Een van de bur
gers had echter de onvoorzichtigheid,
uit een raam op de soldaten te schie
ten. De soldaten werden toen heelemaal
dol, holden naar de kazerne, kwamen
ten getale van 300 terug, bajonet op
het geweer en brachten de geheele stad
in rep en roer. Ieder vluchtte in huis
en grendelde ramen en deuren toe.
Met moeite wist de politie de over
hand te krijgen en de soldaten te be
wegen in de kazerne terug te keeren.
Uit een oogpunt van tucht bekeken,
lijkt ons het bedenkelijke van het ge
val, dat de soldaten met geweer en
bajonet de kazerne zijn uitgeloopen,
ondanks de wachtpost, ondanks de on
derofficieren en gendarmes, die hun
verboden te vertrekken.
Bij Marstrant (aan de Zweedsche kust
even benoorden Göteborg) is gedurende
een hevigen storm Woensdagavond een
zeilboot omgeslagen. Van de 15 per
sonen, die zich aan boord bevonden
is er slechts een gered.
Onlangs heeft de ingenieur Kollmann
te Essen aan Bebel, een der leiders van de
sociaal-demokratische partij in Duitsch-
land, een legaat vermaakt van 200,000
mark ter belooning van diens wijze
raadgevingen. Eenige partijgenooten te
Essen verlangen nu dat hij dat legaat
zal afstaan aan de partijkas, en willen
die kwestie door het aanstaande congres
laten uitmaken.
Men heeft in een veld, tusschen Oriels-
dorf en Buchenwalt het afschuwelijk
verminkte lijk van een 4 jarig meisje
gevonden. De buik was met een mes
opengesneden, de oogen, de ooren, de
neus en de wangen waren van het
lichaam gescheiden. Er is nog geen
spoor van den moordenaar ontdekt.
Er komen zeer onrustbarende be
richten uit Oost-Azië. Bij Karbin moe
ten n.l. afdeelingen Chineesche troepen
staan, ter sterkte van 40,000 man, in
de buurt van Kirin 20,000 Chineesche
soldaten en bij Mulin .én Sjanjanfoe
jelk 5000. Volgens Siberische bladen
wordt de Chineesche grens aan de Amoer
door soldaten bewaakt. De stoombooten,
paarden, tot hij weer klaar is. Die appel
flauwte zal wel spoedig over zijn.
Aan die reeks van orders werd terstond
voldaan. Roben ontving een ligplaats
in het mooie, groene wagentje met de roode
Kruisvlag er op. Een hospitaalsoldaat met
een gezicht vol barmhartigheid en een flesch
vol vlugzout zette zich naast hem. Het
deurtje van „de equipage van den dokter"
werd gesloten. Het escadron zette zich weder
in beweging, en weldra stond Prok met
zijn arrestant en de beide huzaren in de
heide alleen.
„Die klap kost je minstens vijf jaar en
vervallen, of mijn naam is geen Prok."
Van 't Spoor haalde moedeloos de schou
ders op. De reactie was al bij hem ingetre
den. „In Godsnaam, wachtmeester! dan zal
ik dien tijd uitzitten; maar mijn Hanneke
laat ik niet belasteren. Daarvoor is zij te
braaf."
Een uur of drie later had Van 't Spoor,
gekleed in stal buis en stalbroek, te Berkdijk
een plaats gekregen „onder den toren",
zooals 't daar heette, namelijk in een voor
malige kapel bij het raadhuis, een groot,
donker hok, waarvan de boogramen op
één na alle waren dichtgemetseld, de deur
van stevige sloten en grendels was voor
zien, en waarvan het dak met zijn dwars
balken en gebinten zich ongenaakbaar ver
boven hem verhief.
„Een knappe jongen, die hier uitkomt,"
had de veldwachter niet zonder reden ge
zegd, toen hij de holle ruimte voor den
arrestant ontsloot.
Aan ontkomen dacht Van 't Spoor echter
die op de Soengari-rivier varen, kunnen
volgens de meening der zelfde bladen
in geval van oorlog onmiddellijk tot
een oorlogsvloot worden bijeengetrokken.
In Mandsjoerije en zelfs in Mongolië
worden troepen samengetrokken, krijgs
voorraden bijeengebracht en magazijnen
ingericht. Het optreden der Chineesche
overheid tegenover Rusland is ook ge
heel veranderd. Ze maakt volstrekt geeD
geheim meer van hare vijandige stem
ming. Dit alles heeft de Russische be
volking van Siberië in zoo hooge mate
verontrust, dat de Russische consul-
generaal te Karbin zich zelfs genood
zaakt heeft gezien bij den Taotaï aldaai
erop aan te dringen, dat deze een
officieele bekendmaking zou uitvaar
digen, waarbij strenge straffen worden
gesteld op de verspreiding van ver
ontrustende berichten. Maar het is de
vraag of dit veel zal uitwerken.
De minister van Engelsch-Indië heeft
in het Lagerhuis medegedeeld, dat do
pest gedurende de eerste 6 maanden
van 1907 in Punjab 632,953 en in ge
heel Indië 1,060,067 slachtoffers gemaakt
heeft.
In verband met de dynamietontplof-
fing voor het gebouw der Amerikaansche
ambassade te Konstantinopel, is een
handelsbediende in hechtenis genomen.
Men denkt echter algemeen, dat hij
onschuldig is. De zaak blijft in een
geheimzinnig duister gehuld.
In Toulouse heerschen de pokken in
hevige mate. Sedert 15 dezer zijn er
25 nieuwe gevallen bijgekomen, waar
van er 5 met den dood zijn geëindigd.
Sedert eenigen tijd vermisten de
schaapskooihouders in het Siegerdal
telkens schapen, zonder dat men een
spoor van den dief kon ontdekken. Nu
heeft de landheer Peitz te Sochtrog in
het bosch een volwassen tijger neer
geschoten, die indertijd uit een beesten
spel was ontsnapt. Het dier had de
schapen naar zijn leger in het bosch
gesleept en opgevreten. Men vond er
veel afgekloven beenderen.
Te Weenen heeft een wolkbreuk
Woensdagavond groote schade aange
richt, vooral in de voorsteden Neuwal-
deck en Hernals. Van negen uren af
waren alle brandweerlui doende, om
het water te keeren. Men wist toen nog
niet, of er menschen omgekomen waren.
In Schotland was het eergisteren zoo
heet als het daar maar vijfmaal in twin
tig jaar tijds is geweest. Een regiment
vrijwilligers moest zijne oefeningen we
gens de hitte staken. Er zijn verschei
dene gevallen van zonnesteek voorge
komen. Twee hunner zijn gestorven
zonder bij kennis te zijn gekomen; 37
liggen nog in het gasthuis.
Ook te New Yoik was het snikheet.
niet eens. Hij had zich naast de tafel op
zijn houten driestal laten vallen en de han
den tusschen de knieën gevouwen.
„Zoo gaat het in 't leven," mompelde hij.
„Van daag vreugde, morgen droefheid. Je
past goed op; je doet je best om vooruit
te komen. Daar steekt zoo'n ellendeling
een spaak in 't wiel, en weg is op eenmaal
je geheele toekomst, alles, al-les! Arme
Hanneke, nu zal er van trouwen met mij
ook wel nimmer iets komen."
Een traan verduisterde het oog van den
jongen soldaat en rolde toen langzaam over
de gebruinde wang.
„Hoe zul je nu te weten komen wat er
is gebeurd? Wie zal 't je gaan zeggen?
Vader zeker. Die zal 't lezen in de courant
of hooren van den veldwachter hier.
Ja, ja, zoo zal 't gaan. Fier als een pauw
op mijn nieuwe, pas verworven chevrons
reed ik vier dagen geleden uit mijngirni-
en thans Thans zit ik in «ie
zoen
gevangenis in afwachting, dat een krijgs
raad zijn vonnis over mij velt, en dan
vijf jaar zitten. Vijf jaar lang, meer dan
achttienhonderd dagen en nachten opge
sloten, gekerkerd in een cel, van d-:n blau
wen hemel niets meer ziende dan één beel
klein streepje. En dit alles enkel en alleen
voor één vuistslag, toegebracht aan een
lasteraar! Hoe dikwijls heb ik te Leiden
die sombere strafgevangenis met een soort
van angst, van ontzetting aangekeken. Was
't een voorgevoel, dat ik er zelf eenmaal
een bewoner van zou worden? Gruwelijk!
Vluchten!"
(Wordt tertolgd.)