Hel Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bomnielerwaard. Spreken of Zwijgen. DE POSTILJON. Litgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 267O \Y oensdag 25 September. FFAIIA.ETON. "ET UH5 VAH ALTÜ» VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00, franco per post zonder prysverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. 19Ü7. Advertentiên van 16 regels 50 et. Elks regtl meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiên worden tot Dinsdag- en Vrijdag avond ingewacht. MeD verhaalt, dat eens eenige men - schen zich vereenigden tot een gezel schap, waar niet meer gesproken zou worden dan wat noodig en belangrijk was. Wat zal het vervelend zyn geweest m dat gezelschap! Niets te zeggen dan wat boog noodig en wat belangrijk was! Probeer het eens, als gij met uwe vrienden te zamen zijt. Gij hondt het geen kwartier vol, Óf ge staat op en gaat heen óf ge schatert het allen nit. We praten zoo gaarne. Is waar, het zijn vaak dingen, die even goed niet waren gezegd, het is weinig belangrijk, maar als stommetje tegenover elkaar te zitten, dat gaat nueenmail nist, dat ia van een mensch te veel gevergd. We babbelen graag. Sommige meDSchen praten weinig, het ligt wellicht aan hunne natuur. Er wordt dan gezegd, dat men hen de woor den uit den mond moet halen. Misschien worden ze gewaardeerd om vele goede eigenschappen, gelijkmatigheid van ha- meur, waarheidsliefde en wie weet, wat edels meer, maar Aangenaam, de gezel ligheid bevorderend is het niet. Het spreekwoord: spreken is zilver en zwijgen is goud, wordt niet beaamd door den naar gezelligheid dorstenden mensch. Het is wel mogelijk, dat zulke zwij gende naturen daarom voor hunne om geving gehuld zijn in een nimbus van geleerdheid of wijsheid, maar dat valt ook wel eens tegen. Toch is er in dat spreekwoord waar heid. Gezellig babbelen over alles en nog wat is aangenaam, maar wee, als m« van iemand zegt, dat hij niet weet, wat hij spreken of zwijgen zalZoo'n mensen gelijkt op een lekkend vat, waar alles uitloopt, wat er in zit. Dat zijn ge woonlijk erg oppervlakkige,onnadenken de lieden, die allee vertellen, wat zij we ten en vaak hun mond, zooals men dat noemt, voorbijpraten. Het minste ge rucht kan niet tot hen doordringen of zij klappen bet rond, blij alweer, dat een nieuwtje kan worden opgedischt Zulke personen hebben gewoonlijk ook den tact van borduren, d. i. om het ge rucht wat te illustreeren. Zij moeten toch wat te praten hebben De ernstige mensch zegt wel dikwerf: ik weet niet, wat ik spreken of zwygen zal. Er komen vele gevallen voor, waar in juist de verstandige staat voor dit (6 „Ik weet het, Ot. Ik was toen nog thuis," fluisterde Bank. „Maar toen jij weg was, werd 't nog erger; want, zat ie vader op de kar, dan zat de veerman bij zijn vrouw. Terwijl 1"e vader door wéér en wind reed om den :oet te verdienen, maakten die twee bij hem thois den boel op, rij en haar lief. Jammer, dat je vader zoo blind was, want ik mocht hem graag lijden, en wat kon hy 't mooi blazen, dat lied van „de Jagers van Chassé." „'t Was zijn lnfdeuntie, Ot." „Zoo goed als hij, het» ik 't nooit gekend. Dien nacht blies hij 't ook. Ik zat ginds aan de overzij, geen twintig pas van de ligplaats van de pont, te peuren achter het riet. en hy blies er zoo lustig op los, alsof hij blij was. dat hij naar huis ging. Een vo»paard had hij voor de kar staan, een rakker. „De pont kwam. De veerman is er in, alleen, op zijn klompen. Ik hoorde hem klossen bij 't trekken aan de reep. De klap viel neer en schuurde over de steenen. Thijs zwaaide de lantaarn en riep: Ho! Schrok de vos hiervan of wel van iets an ders? Ik weet het niet, doch opeens hoorde ik lawaai en een schreeuw en een plomp en toen: „Hulp, ThijsI Hulp!" Maar Thys? Thijs lachte: „Verdrinkt maai!" moeilijk dilemna en het hem heel wat hoofdbreken, heel wat zelf beheersching kost. Bij herhaling staat hij voor een dergelijke omstandigheid. Een uwer bekenden dingt naar eene betrekking, die hoogst eervol is en tot het vervullen van welke groote toewij - ding en vele kundigheden vereischt wor den. Zijne vrienden doen al hnn beet hem daaraan te helpen en bazuinen lui de uit, hoe hij daarvoor de meest ge schikte persoon zal zyn. Maar gij kent den candidaat al vele jaren en weet, dat het hem ontbreekt aan de vereischte kundigheden, maar bovenal aan dien last zich toe te wijden aan den plicht. Eenmaal gekozen, zal hij het o, zoo ge makkelijk opnemen, de baten opstrijken en den last van zich afwentelen. Gij weet dat en het doet a leed om dien werkkring, waarin een bekwaam en zedelyk hoog slaand persoon zoo veel zegen kon uitoefenen. Zult gij spreken? Zult gy zwijgen? Spreken brengt u in groote ongelegen heid. De vrienden van den candidaat zullen natuurlijk uwe bestrijding wijten ót aan jaloerschheid óf aan persoonlij ken haat: het getal uwer vijanden wordt belangrijk grooter. Zwijgen zal oorzaak zijn, dat de post, waarnaar gedongen wordt, niet op be hoorlijke wijze wordt waargenomen, zoo dat velen schade lijden. Spreken of zwijgen Er is geen spreker, die oen zwijger overtreft, zegt men. In een ander geval geldt het uw eigen persoon. Een kwaad gerucht heeft zich omtrent u verspreid. Een uwer handelingen heeft, wijl zij verkeerd begrepen, uitgelegd werd, daartoe aan leiding gegeven. Men is naijverig op uwen roem, uwen voorspoed. De ge ruchten verbreiden zich ai meer; men ziet er u op aan. Er is niets dan leu gen in al wat men van u zegt. Zult gij spreken met luide stem, u verdedigen, of zult gij zwijgeu, omdat ge het te min acht te antwoorden? Moeilijk geval Spreekt gij, men zal uwe woorden ziften en het spreekwoord bezigendie zich verontschuldigd, beschuldigt zich, KÜ dan ligt het voor de hand te beweren, dat hij, die zwijgt, ook toe stemt, dat dus schuldgevoel u tot spre ken machteloos maakt. Met hoevele voorbeelden uit eigen en anderer leven kunnen deze twee vermeerderd worden Wie veel menschen kent, wie veel „Wat?" schreeuwde Bank. „Ja, ja! Verdrinkt maar!" xeide Thijs. Nu verdronken is je vader en de vos ook, want 't is ginds diep aan den kant, en er is veel stroom." „Heb jij dan niet geholpen? Je was zoo vlak bij."' „Vlak bij was ik, doch, als er in je buurt wordt gemoord, doe je beter zelf onder het mes nit te bljjven, en dan.... Wat kon ik helpen?" „En heb jij dit dan niet aangegeven?" „Aangegeven? Wat? Dat die Thys „Ver drinkt maar!" had geroepen? Wat bewees dit dan nog? In zulke zaken moet men zeker gaan, vóór allee zeker gaan." „Maar wie bewijst mij na, dat jij me geen leugens vertelt, of dit allee geen spook sels zijn van je verbeelding?" „Wie? Niemand; maar ik ben een oud man. God beware mij, dat ik een even- mensch lichtvaardig zal beschuldigen van een halsmisdaad, maar waarom kon Thijs daji na dien tijd dat lied niet meer hooren? Waarom pakte hij mij eens bij de keel, toen ik het blies? Dat deed zyn geweten. Niemand bewijst dit. doch breng hem tegen over me, dien Thys Verminne, en.... Evert greep den onden man driftig bij den arm. „Thijs Verminne. Een lange kerel, donker, met een baard?" Verbaasd keek Ot op. „Ken je hem dan?" De jager knikte, 't Was alsof hem met dien naam een blinddoek van de oogen was gevallen. Nu wist hy ook in eens wie die bleeke vrouw was, wier gelaat hem zoo bekend was voorgekomen, doch die hij niet had kunnen thuisbrengen. Nu aan den openbaren weg timmert, staat ieder oogenblik voor die lastige vraag. Toch zonden wij spreken in de meeste gevallen het beat vinden. 8preken is openhartig en als alle menschen dit waren, zon men op zedelyk gebied heel wat sneller vooruit komen. Zwijgen is in de meeste gevallen eene negatieve deugd en de waarheid mag gezegd worden. Schynt zwygen dikwerf veel gemak kelijker dan spreksn, zon door het gemak of door den trots, die niet spre ken wil, de waarheid gediend worden? Zon, waar het onszelven geldt, eene eerlyke openbaring der waarheid ten slotte niet heerlijke gevolgen hebben? Wij zonden in ernst zeggen: er is geen zwyger, die een spreker overtreft. Laat men in den aanvang uw spreken misduiden, op den duur zal de waarheid triomfeeren en men heeft dan zyn plicht gedaan. Maar geheel iets anders is het of men, al babbelende in gezelligen kout, alles moet zeggen, wat men weet. Zwijgt van het kwaad, dat u ter oore is gekomen. Wat hebt gij er aan het te vertellen? Zal het dienstig zijn tot bevordering der gezelligheid of strek ken tot veredeling van de menschen, met wie ge praat? Immers neen. Men schen zyn altijd tuk om kwaad te lioo- ren en te vergrooten: wat hebt gij daaraan, wat nut geeft het? Is er werkelijk waarheid in hetgeen men vertelt van een der menschen in eigen kring, zwijg er dan van, terwyi ge in gezelschap zip en spreek er straks over, als ge hem of haar onder vier oogen hebt. Spreek er dan over met de bedoeling den persoon te brengen op het rechte pad, hem door uw woord af te houden van verdere dwaling. Maar als ge iets goeds weet van de zen of genen, zwijg daar niet over. Dat moet de wereld weten, daarover moet gesproken worden op uwe visites, uwe kransjes. Niet opdat daardoor de per soon in kwestie zal verheerlykt worden, maar opdat men kennis make met edele levensuitingen en die leere bewonderen. Hierover te spreken is goud en zwij gen niet zilver of koper of ijzer, maar slechte specie. Waarvoor werd ons het spraakorgaan gegeven Om mede te deelen, het beste wat er leeft in ons hart. We hebben den mond niet gekregen om te zwijgen. Maar voorzichtigLaat het dan ook edel zijn wat uw mond te voorschijn brengt. Wees in uw woord een dienaar der waarheid, een verdediger van het begreep hij de oorzaak van haar bezwij ming, toen hij onverhoeds van Molenkerk had gerept. En wie hij was, hadden die twee geweten van *t eerste oogenblik af, dat hij daar in hnis was gekomen I In jaren had Bank niet geschreid. Thans welden twee groote tranen op in zyn oogen en rolden brandend heet langs zijn ge bronsde wang. Waarom was hij naar Indië gegaan? Was hij thuisgebleven, dan was dit allee misschien niet gebeurd. Ver drinkt maar! had die ellendeling gezegd. Ot legde hem de hand op den schouder. „Trek het je zoo niet aan, jongen. Er is niets meer aan te doen." Er volgde een lange pauze. „Ot. weet jij waar vader ligt begraven?" vroeg Bank ten slotte. ...Tawel, jongen." ..Breng me dan daar. als je wilt. Dat heb je zeker wel voor mij over. niet?" Op de stille rustplaats van Godsdooden, waar de dorrende grashalmen bogen onder den lichten druk van den herfstwind, en de statige dennen, geheimzinnig zacht sui zend, haar kruinen wiegden boven het graf ▼an zoovelen, bad de zoon om vergiffenis voor zyn heengaan. Goed, altijd goed voor hem was zijn vader geweest tot die vrouw kwam en den vrede verstoorde; en dit was het einde geweest Als een ander mensch verliet de jager het kerkhof. Hij had de wereld tot nog toe bekeken met het oog van een zieltje zonder zorg, dat leefde bij den dag en zich om het morgen niet bekreunde, indien het heden maar goed was: thans zetelde diepe ernst op zyn voorhoofd. Ot was by hem gebleven, doch wilde nu afscheid nemen. recht, een bestrijder van de logen, een die toornen kan over de boosheidspre ke nw mond nit, wat er edels is in uwe ziel. Spreek en zwijg niet! Hultenland. Ter bespreking van de staking in de haven van Antwerpen, werd er Maandag, op voorstel van de Vereeni- ging van Hamburgsche reed ere, een conferentie gehouden door de bij het verkeer met Antwerpen betrokken Ham burgsche en Bremenache reederijen. Er wem overeenstemming verkregen over het volgende: De Duitache reederijen billijken de maatregelen der Fédération Maritime tegenover de stakers geheel en al en zijn bereid, den strijd zooals tot dusver door te zetten en ook verder geld toe te staan. In de gisteren te Antwerpen gehouden byeenkomst der havenarbeiders is be sloten dat Donderdag het werk onder de oude voorwaarden (5 francs) hervat zal worden. Indien de belofte, door den burgemeester gedaan, die in zijn voorstel aan de stakers verzekerde, de overtui ging te hebben, dat zij over 14 dagen 0.50 fre. opslag zouden krijgen, niet wordt gehouden, dan zal onmiddellijk het werk weer neergelegd worden. De Standard verneemt uit Tiëntain: Een reiziger nit Korea hangt een treu rig tafereel op over de staat van zaken in dat keizerrijk. De opstandelingen nemen in aantal toe en hebben nie- werwetsche vuurwapens. Zij bestoken de Japanners onophoudelijk en overal. Dezen nemen weer wraak door de op roerige dorpen plat te brauden, wier bewoners daarna elders heenvluchten. Volgens de Church Missionary Society schat men het aantal Chineezen in J Kiangsoe en naburige provinciën van Middel-China, die in den hongersnood zijn omgekomen, op twee millioen. Te Maiqnette in Michigan is in een mijnschacht een ophijschbak met 17 mijnwerkere 200 M. diep gevallen; 14 waren op slag dood en de S anderen liggen hopeloos. De Pekingsche correspondent van de Times herinnert, dat er een Japansch keizerlijk besluit van 27 Juli 1899 be staat, dat vreemdelingen verbiedt als arbeiders in Japan te werken, zonder bepaalde machtiging, welke machtiging, zegt men, nooit is gegeven. Eenige Ja- pansche werkgevers hadden onlangs een groot aantal Chineezen by spoorwegen I in dienst De Chineezen zyn 't land „Ik moet weg, jongen. Te Zeelst moet ik v&n avond muziek maken, en Zeelst is nog een heel eind loopen. Blijf jij og hier „Ja, ik kan nog niet zoo dadelyk weg, Ot Zeg eens oude manals ik je voor die zaak ooit mocht noodig hebben, zon je dan bereid rijn te herhalen wat je mij ginds hebt gezegd?" „Laat die zaak liever rusten, jongen. Al zooveel jaren zijn er over voorbijgegaan, dat:r „Maar ik weet ze eerst sinds vandaag." „Dit is zoo; dit is waar." „Leeft notaris Heltz nog?" „Wou je dien gasn opzoeken?" Ja." „Ga dan je gang; maar of je bij hem veel wijzer zult worden, betwijfel ik toch." Weldra stond Bank op het kantoor te genover den onden heer en maakte zich bekend. Als de notaris zich die nog herin nerde, zon hij van hem gaarne de omstan heden vernemen, waaronder zyn vader het leven had verloren. Verbaasd keek de notaris Bank aan. Wat was dat? Kwam hij met de vraag eerst na? Daarop gaf hy een relaas, dat vrijwel met dat van Ot de Zwabber over eenkwam. „Heeft men dien Verminne dan niet in 't verhoor genomen? Bestond er geen ver denking tegen hem? Hij wist het met mijn stiefmoeder; met deze is hij later ook ge trouwd," merkte Bank driftig op. „De justitie heeft een onderzoek inge steld, doch niets ten nadeele van dien Ver minne ontdekt. Het ongeval heeft geen getuigen gehad. Dat die man later met uw stiefmoeder is getrouwd, staat vast maar wat bewijst dit? Dat uw stief moe uitgezet Meu verzet rich in Japan tegen de immigratie van Chineasch werkvolk, zegt de correspondent, om dezelfde re den waarom men aan de Amerikaan- eche kust van den Grooten Oceaan de Japanners weert Volgens de Rjetsj zijn in het myn- gebied aan »len Oeral ernstige onge regeldheden onder de arbeiders uitge broken, die een bloedig vei loop namen. In den omtrek van N&desjdina rijn moorden en brandstichtingen aan de orde van den dag. De hoofdingenieur en vele beambten hebben dewyk moe ten nemen. De gouverneur heeft tele grafisch om troepen gevraagd. Volgens een Reu ter-bericht van gis teren uit Lodz zijn daar zeven arbeiders en een meisje zonder vorm van proces doodgeschoten wegens medeplichtigheid aan aen moord op Silberetein. De bevolking van het eiland Samos wil niets weten van den nieuwen vorst, dien de Turksohe regeeriug haar heeft opgedrongen. By zyne aankomst aldaar vond hij de regeeringsgebonwen en ar chieven gesloten, zoodat hy zich door de troepen toegang moest laten verschaf fen. Maar ook nu nog wordt hy door de bevolking totaal genegeerd. Zaterdag heeft het in Pennsylvania geducht gestormd. Een wervelstorm wierp te Pittsville op een voetbalveld, tydeus eeu wedstrijd, een tribune om, waarbij zeven menschen gedood en nog twintig zwaar gewond werden. Een he vige storm woei ook over New York. Zaterdagavond, terwyi «en stoomboot van Ilfracombe aan hot Kanaal van Bristol naar Barry aan den overkant voer, viel een man overboord. Vergeefs zocht een in der haast gestreken sloep een half uur lang op de wild bewogen zee naar den drenkeling. Deze rrom intusschen naar den wal, die een 1 K.M. ver was. Hij landde bij de steile rots van Foreland en klauterde daar tegen op, maar verder dan een 20 M. kwam hu niet. Zyn hulpgeroep werd gehoord door den wachter iu den vuur toren boven op de rots. I)jze, die zelf niet helpen kon, telefoneerde naar de kustwacht te Lynmouth, en vandaar werd de drenkeling door een boot met moeite uit zyn hachelyke stelling gered. De Petereburgsche Boreenztg. ver neemt uit Wladiwostok, dat by de Russische legeroefening te Sedanka Ja- panache staf-officieren in hechtenis zyn genomen, die in het bezit waren van plannen en kaarten. De Japansche regeering heeft aan gedrongen op hunne onmiddellijke vrijlating. der den boedel van nw vader heeft opge maakt is niet onmogelijk, doch is niet te bewijzen; en zeifB al was dit wel he» geval, zon het u thans weinig baten hiervan de zekerheid te hebben. Als ik n een goeden raad mag geven, laat die zaak dan rosten." „U spreekt er luchtig over, moet ik zeg gen. Ia kan wel zien, dat de zaak n zelf niet aangaat, anders „De nalatenschap van nw vader beb ik geregeld naar plicht en geweten. Dit is mijn aandeel geweest in deze. De Justitie heeft naar den dood nws vaders een onder zoek ingesteld. Ze heeA reen schuldige gevonden. Dit in antwoord op uw onheu- schen uitval," klonk het stroef beleefd. „U hebt gelijk, notaris. Een ieder heeA zijn plicht gedaan; zoo zal ik nu trachten de mijne te doen." Onopgemerkt haalde de notaris de schon den op en ftet Bank gaan. Wat wou die vent toch? Bank wandelde langzaam terng naar het spoorwegstation, een aartje vandaar, en ging hier over 't geen hem te doen stond ritten nadenken. O-der het dak van dien Verminne, van dien ellendeling, had hij een paar weken doorgebracht; ris huisgenoot had hy met hem aan tafel gezeten. Wel had een in stinctmatige afkeer hem belet het gezel schap van zyn kostbaas meer te zoeken dan volstrekt noodig was, doch met dien man, met den moordenaar zijns vad-rs, had hij niettemin een tijdlang ouder ééu dak gewoond. Kon hij dien man nn niet doen boeten voor zyn misdaad? Het slot van zyn overpeinzingen was. dat hy het hoofd schudde. WonU swvoJpdj. 1IEIWIR1U Maur hoe nu hier te handelen

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1907 | | pagina 1