halfzeven op het binnenhof van het
Freibergsohe landgereeht ter dood ge
bracht. Zij was gelaten en riep op het
schavot: „Vader, in Uwe handen be
veel ik mijnen geest."
Omtrent den opstand in Macedonië
werd gisteren uit Salonika gemeld:
Het aanplakken eener proclamatie
van de Jong-Turksche partij heeft hier
groote beroering veroorzaakt. Er werden
vier officieren gedood of gewond. De
beweging ten gunste eener grondwet
maakt zich van de gansche bevolking
meester. Tal van officieren houden re
devoeringen, waarin zij de afkondiging
der grondwet aankondigen, welke woor
den door de bevolking met de kreet
„leve de vrijheid!" worden begroet.
Men vreest voor de veiligheid van
Hilmi pacha en de hooge Turksche
ambtenaren.
Monastir is in de macht der Jong-
Turken. Maarschalk Osman Ismael is
in den afgeloopen nacht opgelicht en
zonder geweldpleging naar Ochrida ge
bracht. De vali dier stad is afgezet
'7000 soldaten hebben zich bij de op
standelingen aangesloten. Te Guergueli
is de grondwet afgekondigd. Ook te
eres heeft de constitutioneele beweging
gezegevierd. Te Elassouna, Serfltdie en
Gravena sluiten velen zich bij de be
weging aanAlbaneezen hebben de
grondwet uitgeroepen.
Een telegram uit Hesküh meldt dat
het gansche garnizoen aan het muiten
is geslagen.
Bij het werk tot boren van een tun
nel door den Loetschberg heeft een
ernstig ongeluk plaats gehad. Nadat
men eene mijn had laten springen
stroomde een stortvloed van water ver
mengd met slijk den tunnel binnen;
25 werklieden, allen Italianen, worden
vermist, men vreest dat allen zijn om
gekomen.
Ook in Turkije zullen hervormingen
worden ingevoerd. Een officiëele mede-
deeling in de Turksche bladen van
gisterenochtend gelast de bijeenroeping
eener Kamer van afgevaardigden en
het houden van verkiezingen overeen
komstig de door den Sultan uitgewerkte
Grondwet.
Uit Kristiania werd gisteren gemeld
Het stoomschip Göteborg van hier
heeft vannacht de buurt-stoomboot Bök-
kelaget aangevaren en middendoor ge
sneden. De Bökkelaget zonk dadelijk.
Van de reizigers redde de Göteborg er
23. Hoeveel er zijn omgekomen, weet
men nog niet; waarschijnlijk tusschen
de tien en twintig.
Telegrammen uit Lissabon aan de
ochtendbladen deelen mede, dat in
Mozambique een buitengewoon rijke
diamantmijn ontdekt zou zijn. Mr. John
Wite zou reeds met den Portugeeschen
minister van buitenlandsche zaken een
onderhoud gehad hebben. Men maakt
hieruit op, dat de directie van de Kim-
berly-diamantmijnen ook deze mijn zou
willen koopen, uit vrees, dat de prijs
van diamant gedrukt zou worden. De
eerste werkzaamheden zijn pas eenige
weken geleden begonnen en men zou
een groot aantal prachtige steenen ge
vonden hebben. Deskundigen verklaren
zelfs, dat de steenen schooner en van
beter kwaliteit zijn dan de Zuid-Afri-
kaansche.
Plaatiel(jk Nieuws.
HEUSDEN, 25 Juli.
Het scherpschuttersgezelschap „St. Bla-
sius" alhier, stelt zich voor op 8 Septem
ber e.k. alhier te geven een algemeen con
cours, ter herdenking tevens van het vijftig
jarig bestaan der Bchutterij.
Toen Woensdagmorgen, de wielrijder
W. Knoop, zoon van het hoofd der school
te Nederhemert, over den dijk fietste, werd
hij door G. Verhoeven uit Heusden, die
aan den Strijkdam aan het grintlossen
was, aldaar op den dijk zoodanig meteen
steen tegen het hoofd geworpen, dat ge
neeskundige hulp moest worden ingeroepen.
De Rijkspolitie uit Heusden heeft de zaak
in handen.
Gisteren werd met goed gevolg te water
gelaten een stalen lichter groot 115 laat,
gebouwd op de scheepswerf N. V. Bergsche
Maas, voor rekening eener Rotterdamsche
firma.
Gisternamiddag viel het dochtertje
van den schoenmaker Smits alhier in den
Demert. De vrouw van Hexspoor, die
het ongeluk zag mocht het genoegen sma
ken het kind te redden en aan de ouders
terug te geven.
Het geval liep met een nat pak af.
WERKENDAM. Nadat de nieuwe
gasfabriek voor het eerst haar licht (dat
mooi mag genoemd worden, voor zoover
tenminste de lampen in orde waren, wat
natuurlijk een kwestie van eenige dagen
zal zijn) in het dorp verspreidde, werd
door vele genoodigden van de heeren con
cessionarissen gebruik gemaakt de gasfa
briek in volle werking te zien. Voor en
na dien tjjjd werd de avond gezellig door
gebracht ten raadhuize en daarna nog in
het societeitslokaal van mej. de Wed. Wink.
Een blijde tijding zal het voor de aange
slotenen zijn, dat ze tot 1 Augustus het
gas gratis hebben.
GIESSEN-RIJSWIJK. In de Geref.
kerk zal a.s. Zondagnamiddags optreden
ds. P. H. de Jonge uit Sleeuwijk.
WOUDRICHEM. In de Ned. Herv.
kerk zal Zondagmiddag optreden ds. Kwint
uit Gorinchem.
NIEUWENDIJK. De heer J. Pruijsers
uit Kalamazoo, die sedert 9 Mei in Holland
verkeert, is thans met de „Rotterdam"
naar Amerika teruggekeerd.
Bij de Kinderen P. Koekoek is een
postduif aangekomen, gemerkt K. E. 80
1924.
Deze week vierde de heer A. de Bok
zijn zilveren jubilé als bestuurslid der
Chr. Schoolzijn mede bestuursleden ver
eerden hem met een mooie leuningstoel.
DUSSEN (Polder.) Bij de door den
opzichter A. de Later gehouden aanbeste
ding van het onderhoud aan verschillende
werken in den polder, (metsel-en timmer
werk) werd ingeschreven als volgt
J. van Loon CDz., f 1250, f 220,
P. Verdoorn, 1350, 820,
C. Bakker, 1300, 215,
allen te Werkendam.
H. Kolff, f 1298, f 210,
M. Bos,
1356, 200,
beiden te Almkerk.
A. Pellekaan, f 1254, f 187,
C. Haspels, 1362, 188,60
T. H. v. d. Pluijm, 1280, 200,
allen te Dussen.
J. E. Haspels, f 1370, f 186,
te Babiloniënbroek.
Het eerste cijfer betreft den Binnenpol-
der, het tweededen buitenpolder.
De leerlingen der Chr. School alhier,
zullen in 't laatst der volgende week een
pleizierreisje maken naar de Roeselberg bij
Waalwijk,
VEEN. Tot hare groote ontsteltenis
kwam de huisvrouw van J. van Brakel
alhier, Dinsdagmiddag tot de ontdekking,
dat haar kind, een meisje va» 5 jaar, ver
dronken in een sloot lag.
Nog steeds blijft de slijmhoest onder
de kinderen voortheerschen; vele kleintjes
hebben het dikwijls zwaar te verantwoor
den bij de hoestaanvallen. Een vijftal
kleinen beneden het jaar zijn reeds aan de
gevolgen bezweken.
De eerste vroege peren, de zooge
naamde janbazen, werden deze week ge
plukt. Hoewel de voorraad schaarsch is
zijn de prijzen niet hoog te noemen.
Er wordt besteed van f6 tot 6.50 per
Hectoliter.
WIJK. Het water op de rivier de Maas
is zeer laag, vooral onder deze gemeente,
hetgeen dan ook veel vertraging aan de
vaart opleverd. Gelukkig zien we nu echter
een baggermachine aan het werk, welke
de ondiepe plaatsen zooveel mogelijk op
de diepte brengt, hetgeen dan ook voor de
vaart van zeer groot belang is, zoodat dit
werk door de schippers met vreugde wordt
begroet.
Met het plukken der vroege peren
de z.g. „Janbazen" is deze week een begin
gemaakt. Het beschot dezer jperen is dit
jaar zeer gering, de prijs is evenwel zeer
goed. Er wordt van f 6,50 en hooger per
H.L. besteed.
De ziekte welke zich reeds in het
loof der aardappelen vertoont, gaat erg
voort. Op sommige plaatsen hoort men al
dat ook de knollen zijn aangetastmoge
het weer nu maar droog blijven, dan blijft
de ziekte mogelijk tot nu toe beperkt.
HERPT. De kegelclub „Door Vriend
schap saam verbonden" is voornemens op
Zondagen 26 Juli en 2 Augustus een wed
strijd te houden in het kegelen, waaraan
ook honoraire leden der vereeniging kun
nen deelnemen. Op 2 Aug. zal de prijs-
uitdeeling plaats hebben. De harmonie ,,De
Eendracht" hoopt alsdan een concert te
geven.
ALMKERK. Voor de Herv. gemeente
zal a.s. Zondagmiddag optreden ds. Bender,
uit Rijswijk.
Door wijlen mevrouw van Baasbank-
Snoek, te De Werken overleden, is aan de
armen der Ned. Herv. kerk alhier, geschon
ken de som van f 1000.
AALBURG. Zondag a.s. om half tien
hoopt voor de Herv. Gem. alhier op te
treden Ds. Ruijs van Dugteren van Heusden.
■Binnenland.
President Castro, van Venezuela, heeft
den Nederlandschen zaakgelastigde, den
heer J. H. de Reus, het land uitgezet.
De minister van buitenlandsche za
ken heeft den heer De Reus zijn ge
loofsbrieven teruggezonden juet een
nota, waarin hij hem mededeelt dat, in
aanmerking genomen het standpunt van
den heer De Reus, uitgedrukt in zijn
brief, geschreven den 9en April, presi
dent Castro hem ongeschikt verklaart
om als vriendschappelijk bemiddelaar
te dienen in de betrekkingen tusschen
Venezuela en Nederland.
De bedoelde brief is waarschijnlijk
het antwoord van den heer De Reus
op het verzoek van president Castro
dat Nederland een meer effectieve waak
zaamheid zou uitoefenen op de Neder-
landsche schepen zeilende tusschen La
Guayra en Cura9ao, waarop Venezolaan-
sche opstandelingen vaak ontsnappen
onder aangenomen namen. Dezequaestie
is van vroeger datum dan de moeilijk
heden, veroorzaakt door het sluiten van
de haven van Curagao voor Venezolaan-
sche schepen wegens het heerschen van
de pest te La Guayra.
De „N. R. Ct." zegt naar aanleiding
van dit bericht
President Castro schijnt het erop
toe te leggen, ons land niet slechts
onwelwillend te behandelenzijn laatste
daad is er een van beslist beleedigenden
aard. In het volkenrechtelijk verkeer is
de uitzetting van een geaccrediteerden
vertegenwoordiger een uiterste middel.
Intuaschen weten wij hier te lande
van hetgeen in en bij onze kolonie
voorvalt uit officieele bron niets. Dat
de beleediging, thans Hr. Mr. vertegen
woordiger, in Venezuela aangedaan,
inderdaad in den inhoud van een brief
van 9 April dus van meer dan drie
maanden geleden hare oorzaak zou
vinden, is weinig aannemelijk. Doch
wat dan
Het komt het blad zeer gewenscht
voor, dat de regeering in de gelegen
heid zal worden gesteld, over het ge
beurde een en ander te vertellen, en
tegenover de Venezolaansche lezing de
Nederlandscbe te geven. Hoe eer, aan
de onwetendheid, die hier te lande
heerscht, een eind kan worden gemaakt,
en de overtuiging zal worden gevestigd,
dat tegenover de aanmatiging van pre
sident Castro met beslistheid en over
eenkomstig de waardigheid van ons
land zal worden gehandeld, hoe beter.
Ook aan de regeering moet het aange
naam zijn, te kunnen bewijzen dat zij
hare roeping verstaat.
De „Tel." laat zich over deze hoogst
belangrijke quaestie als volgt uit:
Onze lezers herinneren zich, dat in
den laatsten tijd herhaaldelijk sprake
was van conflicten tusschen de Vene
zolaansche regeering en de Nederland-
sche autoriteiten in Centraal Amerika.
Ook in de internationale geschiedenis
van den dag is president Castro berucht
wegens het diplomatiek stelsel dat hij
huldigt, daar dit vloekt tegen de tot
heden toe door alle naties gehuldigde
tradities. Het bekende conflict over de
asfaltmijnen van enkele jaren terug,
dat aanleiding gaf tot een gemeenschap
pelijke vlootdemonstratie van de mo
gendheden, eindigde, naar men zich
herinnert, door een zeer krachtig op
treden van de Vereenigde Staten. Toen
reeds deed het gerucht de ronde, dat
de Vereenigde Staten, o. a. in het be
lang van het Panamakanaal, regelend
en ordebewarend in het gebied der Zuid-
Amerikaansche republieken zouden op
treden. Ook in den laatsten tijd werd
een dergelijk optreden aangekondigd,
doch tot daadwerkelijke maatregelen
kwam het niet.
Thansf maakt president Castro zich
schuldig aan een daad van willekeur,
die onder meer normale omstandig
heden dan die welke in zijn republiek
heerschen, zoude te beschouwen zijn
als een oorlogsdaad.
We kunnen niet beoordeelen of de uit
zetting van onzen gevolmachtigde te
Caracas aanleiding zal zijn tot interven
tie van andere mogendheden met name
van de Vereenigde Staten. De eer van
Nederland en het gezag van de Neder-
landsche vlag in Centraal-Amerika
eischen echter, welke de politieke con
stellatie ook mag zijn, een krachtiger
optreden dan waartoe de „Gelderland"
het eenige Nederlandscbe oorlogschip,
dat zich in de Curacaosche wateren
bevindt, in staat is.
In de Eerste Kamer stelde de heer
Van Heekeren r. Keil eene vraag over
de Venezolaansche aangelegenheden.
De minister van buitenlandsche zaken
bevestigde, dat met Venezuela moeilijk
heden zijn gerezendat deze tot een
persoonlijk misverstand met onzen
zaakgelastigde hebben geleid en tot
diens uitwijzing kunnen hebben geleid.
Omtrent dit laatste kon echter de mi
nister wegens de gebrekkige telegrafi
sche gemeenschap nog niets positiefs
mededeelen.
De minister blijft in den zaakgelas
tigde vertrouwen stellen, en zal in het
uiterste geval voor de nationale eer
waken.
De correspondent van de New York
Herald te Caracas seinde ook aan zijn
blad bovenstaand bericht, doch voegt
daaraan echter toe, dat de Venezolaan
sche minister van buitenlandsche zaken
aan den Nederlandschen minister van
buitenlandsche zaken heeft geschreven,
dat het gebeurde slechts den heer De
Reus persoonlijk betreft, en „dat het
geen verandering zal brengen in de
vriendschappelijke betrekkingen tus
schen Venezuela en Nederland."
Het „Algemeen Handelsblad" schrijft
o. m. dit naar aanleiding van het ge
beurde met den minister-resident De
Reus
Het kan zijn, dat de heer De Reus,
onze minister-resident, aanleiding heeft
gegeven tot Castro's daad, eene aan
leiding die gezocht zou zijn, maar die
in het onderhavige geval wellicht den
op ons gebeten president welkom kan
zijn geweest. Wij bedoelden dit
Op 9 April den datum in Reuter's
telegram genoemd schreef de heer
De Reus aan het orgaan der Amster
dam sche Vereeniging van oud-leerlingen
en leerlingen der openbare Handels
school Hou' en trouw een brief, opge
nomen onder de rubriek „Informatie
bureau". Daarin zegt de heer De Reus
onder anderen
Mij reflecteerende aan Uw schrijven
van 26 Februari j.l., spijt het mij, Uwe
Vereeniging te moeten bimelden, dat
tegenwoordig wel allerminst de tijden
hier gunstig zijn voor den handel. Het
regeeringsstelsel van den tegenwoor-
digen, sedert 1899 vrijwel dictatoriaal
heerschende President, dat economisch
op het scheppen en naderhand op grond
van allerlei spitsvondigheden op het
vernietigen van monopolies uitdraait,
heeft het land zoo goed als geruïneerd. De
eenige lichtstraal in deze duistere tijden,
die Venezuela doormaakt, is de hoogere
prijs van de cacao; dit is echter lang
niet voldoende, om de republiek de
toekomst hoopvoller tegemoet te doen
gaan.
En aan het slot
Zoolang de tegenwoordige regeering
aan het roer blijft, kan van herleving
van handel geen sprake zijn, want het
is niet te verwachtten dat de tegen
woordige President na de 9 jaren, die
die hij nu vrijwel dictator is, zijne wijze
van regeer en en zijn politiek tegenover
het binnenland en buitenland zal ver
anderen. Degenen dan ook, aan wie
het niet gelukt door bemiddeling van
de Hamburgsche filialen der Venezuela-
importhuizen eene plaatsing hier te
lande te verkrijgen, en die hopen, al
leen op grond van voldoende tehuis
met allerlei kennis toegerust te zijn,
eene betrekking alhier door middel van
briefwisseling te verkrijgen, zullen beter
doen hunne oogen naar andere landen
in Zuid- of Middel-Amerika te richten,
waar de welvaart en de vooruitgang
grooter en de toekomst helderder is dan
in deze republiek.
Deze brief was geteekend: „De Mi
nister-Resident der Nederlanden, De
Reus".
Nu vragen wij ons af: is het moge
lijk dat de Venezolaansche regeering
op de een of andere wijze van dit, voor
een minister-resident zeker niet voor
zichtig schrijven over liet land waar
hij geaccrediteerd is, kennis heeft ge
kregen? Wij merken op, dat Hou en
Trouw niet is een openbaar orgaan,
maar het is toch wel zoo verspreid, dat
velen het onder de oogen krijgen en
geheim blijft de inhoud in elk geval
niet.
Wij hopen dat wij ons vergissen, en
dat deze brief, waarvan Reuter natuur
lijk geen kennis droeg, niet die is ge
weest waaraan president Castro aan
stoot heeft genomen. Intusschen, gelet
op de data, en de kans dat een dergelijke
brief eerst veel later of langs omwegen
in Venezuela bekend wordt, is het niet
onmogelijk. De uitdrukking in het tele
gram dat president Castro den heer De
Reus „niet den geschikten persoon 'acht
om op te treden als bevriend tusschen-
persoon bij de betrekkingen tusschen
Venezuela en Nederland," versterkt zelfs
de mogelijkheid.
Vrijdag werd bij het Departement
van Koloniën onderstaand telegram
(dd. 23 Juli 1908) van den Gouverneur
van Cura§ao ontvangen:
(Een) heden van (den) vice-consul
(te) Puerto Cabello ontvangen exem
plaar van (de) Constitucional van Ca
racas van eenentwintig Juli bevat af
schrift van (een) officieel schrijven van
(den) Minister van Buitenlandsche Za
ken (van) Venezuela aan (den) Minis
ter-Resident der Nederlanden dato twin
tig Juli waarin hem als ongeschikt
(inadecuado) voor vriendschappelijk
tusschenpersoon in de betrekkingen
tusschen Venezuela en (de) Nedeiland-
sche zijn paspoort wordt toegezonden
om het land te verlaten op grond van
het artikel voorkomende in het num
mer van Mei jongstleden van (het)
tijdschrift der Vereeniging Hou en
Trou(.)
(De) commandant (der) Gelderland(,)
thans (te) Aruba(,) zal op verzoek (van
den) Minister-Resident Zaterdog te La-
guaira zijn(.) (get-) DE JONG.
Van goed ingelichte zijde vernemen
wij, dat, in verband met de belangen
van den dienst bij de groote spoorweg
maatschappijen, de invoering van den
wettelijken tijd eerst op 1 Mei 1909
zal kunnen plaats hebben.
De nieuwe soldijregeling der land
macht, zooals die is neergelegd in het
door den minister van oorlog ingediende
wetsontwerp, is in het leger met inge
nomenheid ontvangen. Voor verschil
lende rangen is eene regeling ontwor
pen, die velen zal tevreden stellen. Er
zullen behalve voor dienstjaren
ook verhoogingen toegekend worden
voor het verwerven van het radicaal
voor een hoogeren rang. De aanvangs-
soldij van den sergeant is gebracht op
f 0,95. De hoogste soldij is voor de
sergeanten op f 1,60, voor de sergeant
majoors f 2,35 voor de adjudanten-on
derofficier f 2,75 en voor de adjudanten
onderofficier-vaandeldragers f 3,25.
Een belangrijke aanhouding.
Op het stampvolle Vreeburg te Utrecht
voelde een wandelaar, die het kermis
terrein bezocht, plotseling een hand in
een zijner zakken hij greep onmiddel
lijk achter zich en zag hoe twee als
vreemdelingen gekleede personen in
allerijl trachtten onder de menigte een
goed heenkomen te zoeken. De heer,
die gelukkig net in tijds voor zakken
rollerij was bewaard gebleven, gaf van
het gebeurde terstond kennis aan het
politiebureau, van waar twee rechercheurs
er op uit gingen, om de vreemdelingen,
van wie een vrij volledig signalement
was opgegeven, op te sporen. Dit was
op het Vreeburg, waar duizenden door
een krioelden, evenwel geen gemakke
lijke taakdoch dank zij het recher
cheurstalent van beide polie-beambten,
werden de vreemdelingen spoedig onder
de menschenmassa ontdekt en aange
houden. Zij werden overgebracht naar
het bureau, waar bleek, dat de heeren
zich niet in het Hollandsch konden
uitdrukken en alleen vreemde talen
verstonden.
Beide vreemdelingen werden door
den commissaris aan een scherp ver
hoor onderworpenbij fouilleering vond
men op hen een aanzienlijk bedrag aan
Russisch, Duitsch en Hollandsch geld,
benevens een portemonnaie waarin een
De Ruyter-zegel. Zeer merkwaardig was,
dat een der aangehoudenen in een
gaatje in zijn pantalon twee Duitsche
bankbiljetten had verborgen, ter waarde
van eenige honderden marken. Dit
gaatje werd door de recherche onder
de trekgesp van de pantalon gevonden
en was zóó klein, dat het slechts bij
zéér nauwkeurige inspectie kon worden
gevonden. De Duitsche bankbiljetten
waren kunstig in elkander gerold en
aldus zóó klein van omvang geworden,
dat ze precies pasten in het gaatje van
de pantalon. De andere vreemdeling
droeg in een zijner vestzakjes een zéér
plat opgevouwen Hollandsch bankbiljet
van f 25, zóó plat gedrukt, dat het
haast niet was te voelen tegen de voe
ring van het zakje.
De heeren weigerden hardnekkig op
te geven waar zij te Utrecht verblijf
hielden op alle desbetreffende vragen
verkozen zij geen antwoord te geven.
Het toeval wilde, dat de commissaris
onder den inhoud van hun zakken óók
vond een afgescheurden hoek van een
hotel-menue, waarop nog ten deele de
naam stond te lezen van het hotel
Europa aan het Vreeburg. Dat gaf
althans éénig spoor aan waarlangs na
dere bijzonderheden omtrent het twee
tal konden worden ingewonnen.
De commissaris begaf zich zelf naar
het genoemde hotel waar hem bij na
vraag bleek, dat de beide vreemdelin
gen daar Zondag hadden gedineerd en
ter betaling van de nota een vreemd
muntbiljet hadden gegeven, dat bij het
eerste zien het wantrouwen van den
kellner opwekte. Toen de vreemdelin
gen dit bemerkten gaven zij, om hun
soliditeit te bewijzen, een adreskaartje
af, waarop een perceel aan de Maria-
straat stond vermeld.
De commissaris zocht deze woning
dadelijk op; het bleek, dat de heeren
daar wel hadden vertoefd, maar er al
weder waren vertrokken en sedert Za
terdag j.l. niet meer waren gezien. De
recherche beschikte thans over voldoen
de gegevens om na te gaan, waar de
vreemdelingen na Zondag hadden ge
logeerd geconstateerd kon worden, dat
ze tot Maandag nog de gasten waren
van een logement in de Elizabethstraat,
waar ze al twee dagen logies hadden
gehad. Dit alles klopte nauwkeurig met
de reeds verkregen informaties. In dit
logement werd beslag gelegd op de ba
gage van beide vreemdelingen, die wer
den overgebracht naar het hoofdbureau
van politie, waar ze voorloopig in af
wachting vati de verdere resultaten van
het onderzoek, blijven opgesloten.
Thans reeds mag gezegd worden, dat
!de politie de hand heeft gelegd op een
paar gevaarlijke sujetten, die vermoe
delijk behooren tot een internationale
zakkenrollersbende, die ter gelegenheid
van de Utrechtsche kermis eenige* af
gevaardigden naar Utrecht zond, ter
bewerking van het kermisterrein, waar-
v n ze maar héél weinig pleizier heb
ben gehad.
Beide vreemdelingen zijn van Rus
sische nationaliteit. De een heet
geeft althans op te heeten Louis
Baramsky, van beroep stucadoor, gebo
ren en wonende te Lamzew, oud 46
jaar; de andere noemt zich Bagumil
Stanislaw Salkowsky, van beroep elec-
tricein, wonende te Warschau, oud 21
jaar. Zij vertellen zich hier te hebben
opgehouden op hun reis van Rusland
naar Amerika; de bovenbedoelde por
temonnaie werd vóór het vertrek uit
Rusland gekocht! Hoe hij aan de De