liet Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
ONZE WONING.
OOM BERNAC.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No, 27OS, Woensdag 10 December, lOOS,
FEUILLETON.
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00,
franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
Terwql ons huis oorspronkelijk, in
de oeroude tijden, voornamelijk diende
ter beschutting tegen schadelijke in
vloeden, weer en wind, vertoeft men,
sedert de menschheid meer en meer
ontwikkeld is, veel langer in gebouwen
tot andere doeleinden. Betrekkingen,
die in 't geheel niet bekend waren
onder de natuurmenschen, noodzaken
het individu op den huidigen dag zijn
leven voor een groot deel door te bren
gen binnen vier mnren. Terecht nu
wordt door de moderne wetenschap het
huis beschouwd als een bron van ge
zondheidsstoornissen. Inderdaad levert
het leven in huizen en speciaal het
samenwonen met talrijke andere men
schen een aantal gevaren op, die des
te grooter worden, naarmate de mensch
meer tijd er in doorbrengen moet. Bij
den bouw en inrichting, bij de verwar
ming, verlichting en ventilatie, bij de
afvoer van afvalstoffen kunnen ernstige
zonden tegen de gezondheidsleer begaan
worden. Zulke slechte toestanden wor
den daardoor bevorderd, dat zeer ver
schillende belangen bij den bouw en
inrichting van het huis te berde ko
men, in de eerste plaats de kosten van
den bouw, dan sociale en aesthetische
beweegredenen en verder moet rekening
gehouden worden met brandgevaar.
Het is zonder twijfel uiterst moei
lijk, de eischen der hygiene met alle
deze belangen in overeenstemming te
breDgen. Voorzeker worden er echter
foufen begaan, die met eenige moaite
zonder verhooging van kosten hadden
vermeden kunnen worden. Dit kan
blijken, wanneer we de eischen nagaan,
die men aan een goed gebouwd huis
mag stellen. Vooreerst dan komt in
aanmerking de plaats waar, de grond
waarop het huis gebouwd zal worden.
De bodem moet poreus, droog en vrij
van sterke verontreinigingen zijn. Is de
bodem vochtig, dan moet hij droog ge
legd worden.
De reden, waarom een vochtige bo
dem verwerpelijk is, is, dat vocht ge
makkelijk in de huizen dringt langs de
muren, de woningen dus vochtig maakt
en derhalve aanleiding geeft tot allerlei
ziekten. Waar nu toch op moerassigen,
vochtigen bodem gebouwd moet wor
den, is 'men dus aangewezen op een
zorgvuldige fundamenteering van het
(19.
„Toch was Napoleon de man, dien Frank
rijk noodig had," zei de Caulaincourt. „Een
ieder, die zich herrinnert welk een ver
warring er in ons arm land heerschte na
de revolutie, toen niemand geregeerd wou
worden en de een den ander wilde regeeren,
begrijpt, dat slechts Napoleon ons heeft
kunnen redden. We verlangden allen naar
een steun om ons aan vast te klampen en
toen kwam deze man van ijzer. En wat
een man was hij in dien tijd, mijnheer de
LavalU ziet hem, nu hij alles heeft wat
hij wenscht. Hij is gemoedelijk en gemak
kelijk in den omgang, maar toen had hij
nog niets en begeerde alles. Zijn oogen
beangstigden de vrouwen. Hij liep als een
wolf door de stratende menschen keken
hem na, als hij voorbijging. Zijn gezicht
was geheel anders; het was mager en in
gevallen, met schuinen, dreigenden blik.
Ja, die kleine luitenant Bonaparte van de
militaire academie te Brienne was een
eigenaardige persoonlijkheid. „Die man,"
zei ik, toen ik hem zag, „zal öf op een
troon zitten öf op een schavot knielen."
„En zie nu eens!"
„En dat is tien jaar geleden 1" riep ik uit.
„Slechts tien jaar en in dien tijd is hij
van de kazerne tot de Tuileriën bevorderd.
Niets kon hem tegenhouden; hij was er
voor geboren. De Bourienne heeft mij ver
teld, dat toen hij als jongen te Brienne
was, hq al die statige manieren van een
huis. Het fundament moet het groi d-
water geheel buitensluiten, dus water
dicht zijn. Dit moet daarom, omdat
anders het grondwater zoowel van onder
als van terzijde in de poreuze steenen
dringt, door deze heen naar boven stijgt
en zoodoende de kelders en onderste
verdieping vochtig maakt. Is de bodem
nog onzuiver erbij, dan gaan die on
reinheden met het water mee in de
muren en er wordt het zoogenaamde
muursalpeter gevormd.
Men bereikt nu de waterdichtheid
van den muur door tusschen twee lagen
steenen een asphaltlaag aan te brengen
of een laag geglasuurde steenendeze
laag moet natuurlijk boven den grond
waterstand gemaakt zjjn. Om het zijde
lings indringen van water te verhin
deren, moeten de flanken flink met
asphaltteer bestreken worden of men
moet een voormuur maken van gebak
ken steen. Hierdoor kan tegelijk de
kelder van lucht en licht voorzien wor
den. Ook de keldervloer moet natuur
lijk nauwkeurig waterdicht wezen. Wan
neer dit nu volgens de regelen van de
kunst uitgevoerd is, behoeft men voor
vochtigheid in het huis niet bang te
zijn, en tegelijk wordt gezorgd, dat de
grondlucht niet binnendringt. Deze
grondlucht bevat nl. stinkende gassen
en koolzuur, welke giftig zijn voor den
bewoner.
Ook de zijmuren van het huis moeten
zoo gebouwd zijn, dat regen en wind
er niet in kunnen dringen, ten eerste,
omdat de woning dan toch nog vochtig
zou kunnen worden bij goede funda
menteering, en ten tweede, omdat ze
dan veel te koud zouden zijn in den
winter, te warm in den zomer. Het
best is, dat ook de zijwanden goed
waterdicht zijn. De zijmuren zijn uit den
aard der zaak bij een nieuw gebouwd
perceel altijd zeer vochtig. Dit is een
gevolg van de manier, die bij het met
selen gevolgd moet worden. De steen
moet nl. vochtig zijn, en ook de met
selkalk, omdat er dan beter en steviger
aaoeenkleving plaats heeft bij drogen.
Die watermassa moet er uit, vóór het
huis bewoond wordt. Daarom is het
gewenscht, dat, zoodra de muren staan,
er flink gestookt wordt en goed geven
tileerd, dan verdampt het vocht. Zeer
dom is het, een pas gebouwden muur
direct met behangselpapier te beplakken,
daar de verdamping van het water dan
veel vertraagd wordt. Tevens wordt
keizer had hij prees of berispte, keek boos
of glimlachte, juist als nu. Heeft u zijn
moeder wel eens gezien, mijnheer de Laval
Zij is een koningin uit een drama, lang,
streng, terughoudend, zwijgend. Yan haar
heeft hij zijn manieren."
Ik kon aan de zachte, trouwe oogen van
den secretaris zien, dat de openhartige op
merkingen van Caulaincourt hem onrustig
maakten.
„U kunt wel zien, dat we niet onder
groote dwingelandij leven, mijnheer de
Laval," zei hij, „of we zouden niet zoo
vrij uit over onzen heer durven spreken.
We hebben inderdaad niets gezegd, waar
naar hij niet met genoegen en misschien
met instemming zou hebben geluisterd. Hij
heeft zijn zwakheden, anders zou hij geen
mensch zijn, maar neem zijn hoedanig
heden als heerscher en ik vraag je, of ooit
iemand de keus van een volk zoo volko
men gerechtvaardigd heeft. Hij werkt harder
dan één zijner onderdanen. Hij is algemeen
bemind bij zijn soldaten. Hij is een mees
ter, die door al zijn onderhoorigen geacht
wordt. Hij heeft nooit vrij en slaat altijd
klaar voor zijn werk. In de Tuileriën is
niemand matiger in eten of drinken dan
hij. Hij heeft de opvoeding van zijn broers
bekostigd, toen hij nog zeer arm was, en
hij heeft zelfs verre bloedverwanten in zijn
voorspoed laten deelen. In één woord, hij
is zuinig, matig en werkt hard. In de
Londensche couranten lezen we wel eens
over den prins van Wales, mijnheer de
Laval, en ik geloof niet, dat de vergelijking
te zijner gunste uitvalt."
„Ik geloof," zei ik, „dat de Engelschen
niet zoozeer het particulier leven van den
keizer als wel zijn openlijke eerzucht aan
vallen."
„De keizer," sprak de Caulaincourt, „en
wij allen weten, dat de wereld te klein is
om èn Engeland èn Frankrijk te bevatten.
het papier toch bedorven, zoodat de
ongeduldige bewoner behalve dat hij
tegen leelijke wanden in zijne kamers
moet kijken, veel meer kans loopt ziek
ten, afhankelijk van vocht, op te loopen.
Een pas gebouwd huis dient eenigen
tijd leeg te staan, voor men het gaat
bewonen. De oud-Hollandsche spreek
wijze: het eerste jaar zijn vijand erin,
het tweede jaar zijn vriend en het derde
jaar jezelf, moge al niet wijzen op
naastenliefde, practisch was ze beslist.
Bij het bouwen van het huis moet
ook rekening gehouden worden, dat er
genoeg lucht en licht in kan komen.
Ér moeten dus een voldoend aantal
vensters aanwezig zijn, maar tevens is
het een voorname eisch, dat de om
geving zoodanig is, dat lucht en licht
kunnen toetreden.
Welke ziekten zjjn te vreezen in
vochtige of slecht geventileerde en be
lichte huizen Vochtigheid werkt hoofd
zakelijk nadeelig op de gezondheid,
daardoor, dat ze licht stoornissen in de
warmteregüleering van het lichaam te
weeg brengt. De vochtige wanden zijn
tengevolge der verdamping en der goede
warmtcgeleiding zeer kool, kleeren,
beddendekens, enz. worden eveneens
vochtig, en zoo komt het meermalen
tot een onmerkbaar sterk warmteverlies
van het lichaam, dat dan zeer vatbaar
wordt voor kouvatten. Rheumatiek van
spieren, gewrichten en zenuwen zijn
dan ook geen zeldzame gevolgen, be
halve dan nog ziekten van alle andere
organen, die gevoelig zijn voor afkoe
ling, als de longen, het hart en de
nieren.
Slechte ventilatie veroorzaakt ophoo
ping van onaangename gassen in de
woninglucht en draagt evenals de slechte
belichting zeer veel bij tot verschillende
aandoeningen. Het is een bewezen feit,
dat in vochtige, slecht geventileerde en
verlichte woningen zeer veelvuldig de
tuberculose voorkomt.
Vochtigheid doet echter nog meer
nadeel, ze begunstigen de ontwikkeling
en voortplanting van infectiekiemen en
schimmels. Die schimmels zetten zich
op allerlei voorwerpen, en, waL het
nadeeligst is, op voedingsmiddelen,
waardoor deze voor het grootste deel
onbruikbaar worden voor de consump
tie, daarbij dan nog, dat de schimmels
de lucht muf maken, waardoor de
ademhaling belemmerd wordt.
Dat in veel gevallen de bewoner zelf
Een van beide moet oppermachtig zijn.
Als Engeland er onder gebracht is, kunnen
wij den grond leggen voor een eeuwigen
vrede. Italië is aan ons. Oostenrijk kunnen
wij onder het juk brer.gen, zooals we vroeger
al hebben gedaan. Duitschland is verdeeld.
Amerika kunnen we op ons gemak nemen,
beginnende met Louisiana of Canada. Een
wereldrijk ligt voor ons klaar en er is maar
één ding, dat ons tegenhoudt." En door
de opening der tent wees hij naar het
breede, blauwe Kanaal.
Verweg lagen als de sneeuwwitte meeuwen
de schepen der beschermende vloot. Ik
dacht weer aan wat ik den vorigen avond
gezien had de lichten der schepen op
de zee en het schijnsel van het kamp op
de kust. De grootste machten van het land
en den oceaan stonden tegenover elkaar,
terwijl de geheele wereld er om heen stond
en afwachtte wat er gebeuren zou.
XII.
De Méneval's tent was zoo opgeslagen,
dat hij het keizerlijk hoofdkwartier kon
overzien, maar of we te zeer in ons gesprek
verdiept waren geweest, of dat de keizer
bij zijn terugkomst van de inspectie zich
van den anderen ingang had bediend, hoe
het zij, we werden plotseling opgeschrikt
door de verschijning van een kapitein, ge
kleed in de groene jas van de jagers der
garde, die kwam zeggen, dat Napoleon op
zijn secretaris wachtte. De arme de Méne-
val werd zoo wit als zijn mooie, geplooide
kraag en sprong op, bgna niet in staat te
spreken van zenuwachtigheid.
„Ik had er moeten zijn!" hijgde hij. „O,
wat een ellendeMijnheer de Caulaincourt,
u moet me verontschuldigen. Waar zijn
mijn hoed en zwaard? Kom, mijnheer de
Laval, wij hebben geen oogenblik te ver
liezen."
Uit de Méneval's angst en ook uit het
de schuld kan zijn, dat zijn woning
allerlei gebreken krijgt, is zonder twij
fel waar, en komt minstens nog even
veel voor als het slecht bouwen van
huizen.
■tuitenland.
Volgens den Berlijnschen correspon
dent van de Daily Express, wordt er
bij Ehrhardt ten behoeve van het Duit-
sche legerbestuur een gepantserde lucht
schip-jager gebouwd, een auto met een
snelvurend kanon van 2 duim en een
motor van 60 P.Kin staat om een
snelheid van 72 K.M. in het uur te
ontwikkelen. Er is plaats in de auto
voor 5 man en zij wordt beschermd
door pantserplaten, 11/6 duim dik. De
schootsverheid van het kanon is, onder
een hoek van 45 graden, 7650 M. Als
schietvoorraad zal zij 100 granaat-kar
tetsen met ontplofbare stoffen, looden
kogels en stukken lood meevoeren.
Te Ranchi, in Bengalen, had een
Hindoe landerijen gekocht, die zeer
vruchtbaar waren. Hij was daarover zoo
in zijn nopjes, dat hij besloot, uit dank
baarheid een mensch te offeren. Tot
dit doel huurde hij een jongen, die,
naar het heette, in een bosch vogels
voor hem moest vangen. Daar werd de
jongen door twee knechten van den
Hindoe vermoord.
Het geval werd ruchtbaar, en de
Hindoe in hechtenis genomen. De recht
bank nam aan, dat de man een halve
zot was en heeft men veroordeeld tot
levenslange verbanning.
Naar luid van een telegram uit Was
hington heeft Huil, voorzitter van de
commissie voor legeraangelegenheden
uit 't Amerikaansche Hui 3 van Afgevaar
digden, een denkbeeld van president
Roosevelt uitwerkende, een wetsontwerp
ingediend, waarbij voor de Vereenigde
Staten een leger van vrijwilligers in
tijd van nood wordt ingevoerd; het zou
twee millioen man tellen.
Op het Engelsche linieschip Bulwark
heeft men, volgens een bericht in de
Engelsche bladen, ernstige gebreken
bespeurd aan de vier kanonnen van 30
c.M. die het schip voert. De Bulwark
is in 1899 op stapel gezet.
De Engelsche minister Lloyd-George
zal den 21en dezer te Liverpool spreken.
Om tegen de ordeverstoringen van de
kiesrechtvrouwen afdoende beveiligd te
zijn, heeft men aan alle vrouwen den
toegang tot de bijeenkomst ontzegd.
Bij het Amerikaansche Congres is een
wetsontwerp ingediend om de Ohio
tusschen Pittsburg en Cairo in Illinois
tot 2.70 M. uit te diepen. Daarbij zullen
er 54 sluizen gemaakt moeten worden.
De kosten worden op 155 millioen gul
den geschat.
Te Obispo, nabij Colon, op de land
engte van Panama, heeft een geweldige
dynamietontploffing plaats gehad, ten
gevolge waarvan tien personen gedood
en 50 gewond werden, meerendeels
Spanjaarden. De ontplofte hoeveelheid
dynamiet moet 27 ton hebben bedragen.
tooneel, dat ik den vorigen dag met ad
miraal Bruix had bijgewoond, kon ik op
maken, welk een invloed Napoleon op zijn
omgeving uitoefende. Zij waren nooit op
hun gemak, liepen als op een vulkaan den
eenen dag werd hen groote vrijheid gela
ten, den volgenden dag werden zij afgewezen;
ze werden in het openbaar gesard, tusschen
de vier muren met minachting behandeld,
en toch, hoe zonderling het moge klinken,
hielden zij van hem en dienden hem in
weerwil van dit alles, zooals geen vorst
vóór hem ooit gediend was.
„Het is misschien beter, dat ik hier
wacht," zei ik, toen wij de wachtkamer
bereikt hadden, die nog propvol was.
„Neen, neen, ik ben verantwoordelijk
voor u. U moet met me meegaan. O, ik
hoop, dat hij niet boos is 1 Hoe kan hij
zijn binnengekomen, zonder dat ik hem
gezien heb
Mijn angstige geleider krabde aan de
deur, die oogenblikkelijk geopend werd
door Roustem, den Mameluk. De kamer,
waarin wij binnentraden, was vrij groot
maar zeer eenvoudig gemeubeld. In het
midden stond een tafel, overdekt met pa
pieren en daarnaast voor een schrijflesse
naar zat de keizer. Verscheiden ambtena
ren stonden langs de muren, maar hij sloeg
geen acht op hen. Hij had een pennemesje
in de hand, waarmee hij stukjes van den
knop van zijn stoel afsneed. Toen wij bin
nenkwamen, keek hij op en schudde zijn
hoofd naar de Méneval met een koude uit
drukking in zijn oogen.
„Ik heb op u moeten wachten, mijnheer
de Méneval," zei hij, „ik geloof niet, dat
ik dat ooit op mijn vorigen secretaris de
Bourrienne heb behoeven te doen. Basta!
geen verontschuldigingen! Schrijf dit ver
slag over, dat ik in uw afwezigheid heb
opgesteld."
De arme de Méneval nam het papier met
Naar uit Belgrado gemeld wordt,
worden er in het gebied van het sand-
zjak Novibazar in allerijl voorberei
dingsmaatregelen genomen voor een
oorlog. De grfnspunten aan den Bos-
nischen kant worden versterkt en aller
wegen worden troepen geplaatst, naar
het heet, omdat men bang is dat Oos
tenrijk-! longarije een poging zal doen
het pas ontruimde sandzjak opnieuw
te bezetten.
De Daily Mail verneemt uit Peters
burg, dat er weer een groot schandaal
in de ambtenaarswereld is uitgekomen.
Men heeft ondekt, dat een groot aantal
van de beroemde Byzantijnsche oud
heden en kunstvoorwerpen, deel uit
makende van de Basilefski-verzamelin
gen in de Ermitage en in het Winter
paleis door namaaksels vervangen zijn.
De verzameling, die 460 stuks omvat
ten, was door tsaar Alexander III voor
21/» millioen gulden te Parijs aange
kocht. Het is onbekend, wanneer het
bedrog gepleegd is.
Het stoomschip Ashton, van de En
gelsche Great Central Spoorweg-Mij., is
Zondag onmiddellijk bij aankomst te
Grimsby uit Antwerpen, in quarantaine
gesteld, wijl onderweg vijf Russische
derde-klas passagiers plotseling waren
overleden. Bij de te Grimsby verrichte
lijkopening is gebleken, dat zij waar
schijnlijk aan cholera zijn gestorven.
De Ashton had 17 eerste-klasse pas
sagiers aan boord, die allen in quaran
taine zijn gehouden.
In een Fransch dorp is in October
een moord gepleegd, die nu blijkt
eenige gelijkenis te hebben met den
moord op den schilder Steinheil, althans
zooals men zich dien wel voorstelt.
Een boer, 35 jaar oud, werd er 's avonds
buiten doodgeschoten. Ruim een maand
later werd de 19-jarige knecht van den
boer als verdacht van moord gevangen
genomen, maar hij ontkende hardnek-
bevende hand aan en ging er mee naar het
zijtafeltje, dat voor hem bestemd was. Na
poleon stond op en liep langzaam de kamer
op en neer met de handen op zijn rug en
zijn rond hoofd eenigszins voorovergebo
gen. Het was wel noodig, dat hij er een
secretaris op nahield, want ik merkte, dat
bij het schrijven van dit eene stuk hij de
geheele kamer met inkt bespat had en het
was duidelijk te zien, dat hij zijn witte,
casimer broek tweemaal als pennewisscher
had gebruikt. Wat mij betreft, ik stond
kalm naast Roustem bij de deur en hij nam
niet de minste notitie van mij.
„Nu," riep hij even daarna uit, „is het
klaar de Méneval? Wij hebben nog meer
te doen."
De secretaris draaide zich half op zijn
stoel om en zijn gezicht was zenuwachtiger
dan ooit.
„Neem me niet kwalijk, Sire stamel
de hij.
„Wel, wat is er nu weer?"
„Neem me niet kwalijk, Sire, maar ik
kan niet goed lezen, wat u heeft geschreven."
„Tut, tutKunt u zien, waarover het
verslag handelt?"
„Ja, Sire, over het voer van de cavalerie-
paarden."
Napoleon glimlachte, wat aan zijn gelaat
een jongensachtige uitdrukking gaf.
„Je doet me denken aan Cambacéres, de
Méneval. Toen ik hem een verslag gaf
van den slag bij Marengo, dacht hij, dat
mijn brief een ruwe schets van het gevecht
bevatte. Dit papier heeft niets te maken
met cavalerie-paarden, maar het bevat mijn
bevelen aan admiraal Villeneuve betreffende
de samentrekking van zijn vloot, om het
Kanaal in zijn macht te krijgen. Geef het
mij maar en ik zal het voorlezen."
Een herinnering aan het Keizerrijk van
Napoleon I.
Wordt vervolgd).