et Land van (lensden en iltena, de Langstraat en de iSommeierwaard.
De Geldduivel.
Een vreemde tentoonstelling.
Uitgever: L. J, VEERMAN, Heusden.
No. 2848, Zaterdag 12 Juni
FEUILLETON.
1909.
•f^=
Uüö VAN ALIEN/-
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f l.OO,
franco per post zonder prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 71/» ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
In de stad New-York heeft men
onlangs een Tentoonstelling georgani
seerd, waartegen de gewone grieven,
welke tegen het houden van exposities
veelvuldig worden gehoord, niet kunnen
worden ingebracht. Het is geen verza
meling van voorwerpen, welke meD
dagelijks elders evengoed kan zien,
welke, door hun aantai slechts ver
moeien en geen nuttige leer ing of aan
gename verpooziug büden. Ook is deze
tentoonstelling in geenendeele een „ker
mis der ijdelheid"montagne russe,
flipflap en dergelijke inrichtingen van
vermaak mist men er ten eenenmale.
Trouwens het is ook geen wereldten
toonstelling, en dus ook geen wereld-
sche, doch een stedelijke. En het is ook
al weer geen stedelijke, in dien zin,
dat zij ons leert op welke wijze een
gemeenschap het bcst kan worden be
stuurd, zooals bijv. de expositie van de
stad Parijs op de Fransch Britsche ten
toonstelling to Londen, of zooals in ons
land te Amsterdam er een is gehouden
door den bond van gemeenteambtenaren.
Integendeel, deze tentoonstelling leert
hoe een gemeente niet bestuurd moet
worden. Zij doet zien, welk een kolos
sale omkooperij en bedriegerij er in
het gemeentelijk beheer van de stad
New-York wordt aangetroffen. Nu weet
ieder, die wel eens iets van deze stad
las, wel een paar bijzonderheden van
de daar heerschende corruptie, bijv. dat
tijdens den invloed van de Tweed-kliek
er een gerechtsgebouw is gebouwd voor
12.000.000 dollar, een som, welke door
knoeierijen zoo hoog is geworden en dat
Tammany hall, een maatschappij, welke
de verkiezingen beheerscht, van zijn
eandidaten, indien deze verkozen wor
den, zware financieele offers eischt
te betalen uit de gemeentekasMaar
dat de toestand zoo erg is, als deze
tentoonstelling leert, heeft geen vreem
deling kunnen vermoeden. En zelfs de
Amerikanen, die op het standpunt staan,
dat een Amerikaansche stad niet zonder
zwendel kan worden bestuurd, zijn
verbaasd over den omvang welke het
kwaad aan de Hudson heeft bereikt.
Het merkwaardige van deze tentoon
stelling is, dat zij werd georganiseerd
door „de vereeniging van belasting
betalers in Groot-New-York", dat ze
werd geopend door den burgemeester
en dat ook de hoofdambtenaren, zon
der wier medewerking het bedrog niet
mogelijk zou zijn, het noodige materiaal
hebben verschaft. Dit alles klinkt in
derdaad vreemd maar we moeten
niet vergeten dat de tentoonstelling
wordt gehouden in het „rijk van de
onbegrensde mogelijkheden".
Men heeft het den bezoekers zoo ge
makkelijk mogelijk gemaakt en er naar
gestreefd door aanschouwelijke voor
stellingen iedereen een goeden indruk
te geven van het fiaanciëele wanbeheer.
Er staan bijv. twee groote zakken hooi
naast elkaar, van welke de een 180,
de andere 85 pond weegt. Nu geven
deze zakken aan, wat het stadsbestuur
betaalt en wat het voor zijn geld krijgt.
Jaarlijks wordt er voor hooi, stroo en
haver voor 180.000 dollar meer betaald,
dan de inkoop volgens marktprijzen
zou mogen kosten
Naast de hooizakken staat we
ontleenen deze gegevens aan een be
schrijving in een buitenlandsch blad
een uurwerk, waarvan het opschrift
belangwekkend is. Immers het luidt
„Het stadsbestuur betaalt voor het in
orde houden en bijzetten der uurwer
ken, d. w. z. voor een werkje van vijf
en een half uur, 160 gulden. Yervol
gens is er een gewone kleederhaak ten
toongesteld waarbij te lezen staat: „Deze
haak kost overal drie stuivers per stuk.
De stad heeft voor 165 van zulke ha
ken aan (hier volgt de naam van
den leverancier) f 1.50 per stuk be
taald, bovendien voor ieder schroefje
15 ets., terwijl voor het bevestigen der
haken 31 werkdagen f 19.80 is be
rekend. De 165 kleederhaken hebben
dus, nadat ze goed en wel aan den
muur bevestigd waren, aan de belas
tingbetalers in het geheel de kleinigheid
van 909 gulden of bijna f 5.50 per
stuk gekost."
Drie uurwerken, voor welke een par
ticulier 87 gulden betaalt wij heb
ben voor het gemak onze munt maar
gebruikt kosten de stad New-York
f 150, 500 voet Kaetsjoekbuis in plaats
van 398 gulden f 1245, een boekenkast
in plaats van 140 gulden f 516, gas
branders in plaats van 48 ets. per stuk
108 ets.
Ziehier een paar staaltjes. De geheele
tentoonstelling leert dat New-York
voor eiken dollar, dien het uitgeeft,
i. UölUiHÜFFEKt.
(29.
Toen de deur achter haar was gesloten,
stond de barones op, wierp een dikken doek
om de schouders en ging met moeilijke
schreden naar de schrijftafel. Hier in 't
heldere licht van de lamp, scheen haar ge
zicht blauwwit, zonder een zweem van le
vendige, frissche kleur.
Ze schreef lang en nam den brief mee
naar haar slaapkamer. Het kamermeisje
werd dien avond niet geroepen; Cecilie
maakte haar nachttoilet zonder hulp en
bleef alleen tot Ruth uit de stad terug
kwamtoen eerst klonk haar schel.
„Verzoek Mejuffrouw Aszmann hier te
komen."
Na weinig minuten kwam Ruth nog rood
van koude, met glimmende oogen enveer-
krachtigen tred. Zij bracht haar zuster een
bouquet frissche rozen en zette dat in een
waterglas voor het bed.
„Nu Cilie, hoe voelt ge u?"
„Doodsmoe," antwoordde bevend de jonge
vrouw.
Ruth kuste haar hartelijk. „Dat zal nu
alles wel gauw beter worden," zei ze op
troostenden toon. „Denk aan de groote
som, Cilie en dat nu alle schulden op een
maal kunnen afbetaald worden. WatMoldt
oplevert, is dan genoeg om op voornamen
voet te leven; we kunnen ons inrichten,
zooals we willen Hans Adam kan gerust
volk aannemen en de eene ol andere on
derneming in 't leven roepen, zooals zijn
neigingen zijn, niets verhindert hem meer
daarin."
Cecilie keerde het gezicht naar den muur.
„Als ik er niet was," fluisterde ze nauw-
lijks verstaanbaar.
„Hoe meen je dat?" vroeg de jongste
zuster verbaasd.
„Ach, alsof je me niet begrijpen kon!
Ik ben een zieke, een last; ik breng overal
het ongeluk!"
„Dwaasheid, Cilie! hoe kom je daaraan?
Is 't juffrouw Malten, die je dat heeft in
geblazen
De barones schudde het hoofd. „Die arme
Adèle!" zei ze; „Je hebt dan wel een hekel
aan haar, die me zoo trouw opofferend ver
pleegd. Dat doet me dikwijls zeer, Ruth."
„Is 't dan mogelijk, datje van haar houdt,
Cilie?"
„Heel veel. Adèle is de eenige, die me
werkelijk verstaat."
Ruth haalde het apothekersdoosje uit
haar zak. „Ik zal je een poeder ingeven,
Cilie; je bent opgewonden; je hebt de
koorts."
En toen er geen antwoord kwam, schelde
zij en gelastte het binnenkomende kamer
meisje Irisch water te halen.
Toen deze met de karaf terugkwam, zei
ze: „juffrouw Malten laat vragen, of haar
gezelschap nog verlangd wordt."
„Vanavond niet meer," antwoordde Ruth.
'„Ik zelf blijf bij Mevrouw."
Het meisje ging weg en Ruth zette zich
bij 't bed van haar zustei. „Morgen komt
Wolfram hier," vertelde ze op blijden toon-
„Ik kreeg heden van hem een brief, op.
vallend kort en erg zakelijk; maar hij
meldde toch in een paar regels zijn bezoek
op morgen, 't Is nu de zaak, hem te over
reden, te bewerkenHans en ik hebben
reeds een mooi plan ontworpen."
Een zwakke zucht kwam over de lippen
der barones.
„Jij en Hans!" herhaalde zij; „U beiden
behoort de toekomst!"
„En jou, Cilie! Vooral jou, arme zuster,
slechts een waarde van een gulden ont
vangt maar veertig procent dus.
Er blijft, zooals het met een typisch
Nederlandsch spreekwoord heet, heel
wat aan de strijkstok hangen. Jammer
maar dat er niet aangegeven is, w&dr
het verduisterde geld blijft.
Menig New-Yorkschen belastingbe
taler moeten bij het aanschouwen van
deze gegevens de haren te berge zijn
gerezen en hem moet thans tevens zijn
gebleken, vanwaar het komt, dat een
vier procents leening van de stad New-
York tot voor kort niet aan den man
kon worden gebracht, terwijl een zelfde
leening van de stad Philadelphia spoe
dig en goed geplaatst werd.
Toch zijn de meeste New Yorkscho
betalers niet optimist genoeg om te ge-
lqoven dat zij een ommekeer in dezen
verderfelijken staat van zaken zullen
beleven. New-York ligt in Amerika,
en in Amerika zijn verduistering van
gelden en fhiancsëele knoeierijen nu
eenmaal schering en inslag.
Het is niet aangenaam, hooge belas
tingen te moeten betalen, gelijk onze
lezers waarschijnlijk niet geheel en al
onbekend zal zijn. Maar hij heeft al
thans dit boven zijn New-Yorkschen
collega vóór, dat hij weet, dat hij waar
voor zijn geld krijgt. En die weten
schap is, gelijk boven is gebleken, zes
tig procent waard Misschien kan dit
den belastingbetaler tot troost strekken
wanneer hij zijn aanslagbiljet thuis
krijgt, waarbij rekening gehouden is
met de begrooting.
De stakende zeelui te Marseille heb
ben Woensdag besloten, de kwestie van
de Zondagsrust aan de scheidsrechter
lijke beslissing van den oppersten raad
der koopvaardij te onderwerpen.
Een afvaardiging uit de stakers is
Woensdagavond dit besluit aan den
prefect gaan mededeelen.
Woensdag zijn weer eenige paket
booten met bijeengeraapte bemanningen
vertrokken, o. a. de Oxus, de postboot
op Madagascar.
Zaterdag opende de raad van het
graafschap Merthyr in Wales het park
van het kasteel Cyfarthfa voor het
publiek. Sedert zijn er planten en hees
ters uitgerukt, koperen kranen gestolen,
gereedschap en kleeren van de tuin
lieden in den vijver gegooid en heeft
als vergoeding voor al 't uitgestane leed."
Cecilie sloot de oogen. „Denk vriende
lijk aan me, als ik gestorven ben," zei ze
met zwakke stem. ,,'t Duurt niet lang meer,
Ruth!"
De oogen van 'tjonge meisje vulden zich
met tranen. „Spreek zóó niet, Cilie; je zult
weer genezen. Vreugde en gemoedsrust kun
nen veel; je bent nog zoo jong."
De barones antwoordde niet; eerst na een
pauze zei ze: Nu wou ik wat slapen, Ruth.
God zegen je, mijn lieveling."
Het meisje kuste haar bleek, ijskoud ge
zicht.
„Moet Adèle hier komen, of Hans?"
Een hoofdschudden antwoordde haar.
„Neen, neen, niemand. Maar groet den
armen Hans en zeg hem, dat ik voor zijn
geluk bid. Ik had hem zoo innig, zoo on
uitsprekelijk lief, van mijn jeugd af
hem alleen onder al de levenden en ik
heb hem toch geen geluk gebracht."
Ruth hield met moeite haar zuchten in.
„Ik mag je toch in zoo'n stemming niet
alleen laten, Cilie," zei ze vol geheime on
rust.
„Jawel Ruth; ga maar kind; ik ben
vreeslijk moe."
„En moet niemand bij je komen?"
„Neen, ik wil alleen maar slapen
slapen."
Ruth kuste de ziekeze streek het hoofd
kussen glad en vatte nog eens de magere,
ijskoude hand. 't Was haar, alsof ze de
kamer onmogelijk kon verlaten, als hield
een geheime onrust haar terug.
„Ben je goed toegedekt, Cilie? zal ik een
pels op je voeten leggen?"
Een nauw merkbare hoofdbewegingscheen
de vraag te beantwoorden. Misschien deed
het slaapmiddel reeds zijn werking
Cecilie sluimerde in en was voor 'toogen-
blik van alle smart ,en zelfkwelling ont
heven.
Op de teenen sloop Ruth de deur uit.
men getracht de sluizen van den vijver
te openen. In het kasteel zijn kamers
geplunderd, tot zelfs van het dak heeft
men lood gestolen.
De Belgische kranten melden, dat
een ingenieur de Macar een nieuwe
ontplofbare stof, Macariet gedoopt, heeft
ontdekt, waarvan de kracht grooter is
dan van eenige andere kruitsoort.
Het Macariet zal bij het Belgische
leger, en bij dit alleen, in gebruik wor
den genomen.
Mevrouw Toselli, de gewezen kroon
prinses van Saksen, heeft heimwee naar
Oostenrijk. Zij heeft zich tot iemand,
die aan het Oostenrijksche hof veel in
vloed heeft, gewend, met het verzoek
om voor haar gedaan te krijgon, dat
zij in Oostenrijk mag komen. Haar plan
zou zijn, om zich in Tirol of Stiermar
ken te vestigen. Zij heeft aan den waar
digheidsbekleder te Weenen ook ge
vraagd, of hij den koning van Saksen
wil bewegen, zich niet tegen haar ver
blijf in Oostenrijk te verzetten.
Te Marion (Ohio) heeft de politie een
Italiaanschen vruchtenverkooper, Lima
genaamd, in hechtenis genomen. In
diens huis waren honderden bescheiden
gevonden, waaruit dat hij deel uitmaakt
van de Zwarte Hand. Men gelooft dat
zijn huis het hoofdkwartier van de
Zwarte Hand in Amerika was. Verder
zijn er nog 7 personen gevangen ge
nomen.
Een en ander zou wel kunnen leiden
tot de inhechtenisneming der moorde
naars van den politie-luitenant Petro-
pino, die 13 Maart te Palermo werd
vermoord. De in beslag genomen boe
ken geven een blik in de afpersing op
groote schaal, de vertakking, de ver
deeling van het geld onder de leden
en bevatten de namen van honderden
slachtoffers.
Evenals op Corsica en op Sicilië be
staat in sommige zuidelijke staten der
Unie nog steeds de bloedwraak. Vooral
Kentuckië is daarvoor berucht. Een der
bekendste en meest besproken bloed-
veeten in dien staat is die, welke de
families Hargis en Cockrill verdeeld
houdt, welke beide families haar aan
hangers hebben, die lustig meedoen aan
sluipmoorden en brandstichtingen, die
in den loop der 10 jaar, dat do veete
duurt, wederzijds bedreven zijn. Eer
gisteren nu is de oud-vrederechter Cal-
laghan,een der laatstovergebleven krach
tige figuren in de Hargis-groep, ver
moord. Dit geschiedde in de stad Jack-
V.
Adèle sloot dien nacht geen oog; de
vreeselijke opwinding belette haar te slapen
en verdreef elke andere gedachte als die
aan 't geld, dat Ruth krijgen zou. Een
half millioen, genoeg om den baron uit
alle verlegenheid te bevrijden, hem den
weg te effenen naar het geluk.
Moest hij niet natuurlijk alle middelen
aanwenden om de gunst der jonge schoon
zuster te winnen. Was hij niet geheel van
haar afhankelijk?
Een gedachte waarbij zich het hart der
gezelschapsjuffer krampachtig samentrok.
Spoken schenen door de kamer te dwalen
spoken kwamen en gingen in haar zenuw
achtig bewogen gemoed.
Zoo lag ze tot den morgen; toen kwam
een looden slaap over haar. Op de sloi-
plaats werd het levendig. Stemmen van
dieren klonken, wagens rolden voorbij en
eindelijk sloeg een klok. Adèle sliep nog
altijd.
Iemand klopte aan haar deur; en toen
geen „binnen!" yolgde, werd de deur van
buiten voorzichtig geopend. De kamenier
van de barones stak het hoofd binnen.
„Juffrouw Malten!"
Adèle keerde zich om, zonder geheel
wakker te worden. Ze mompelde iets, dat
de kamenier niet verstond; ze trad nader
om den schouder van de slapende aan te
raken.
„Juffrouw Malten!"
Nu richtte de gezelschapsjuffer zich op.
Met verwarde blikken om zich heen ziende,
streek ze het haar van 't voorhoofd.
„Wat is er gebeurd, Hanne? Mijn God,
wat is er gebeurd?"
Het meisje schudde angstig 't hoofd.
„Niets, juffrouw, niets; maar 't is zoo
vreemd! Mevrouw belt altijd om half
zeven en nu
„Hoe laat is 't dan?"
„Zoo half acht."
son, waar Callaghan voor zijn deur een
pijp stond te rooken.
In Jackson zijn de woede en de op
winding algemeen, want de welgewa
pende partijgangers van beide groepen
zijn in de stad en gedragen zich drei
gend.
Volgens een bericht uit Konstantino-
pel heeft de Porte de beschermende
mogendheden gevraagd hun bfsluit tot
de ontruiming van Kreta, dat op 1
Juli bepaald was, te herzien.
De Lokal-Anzeiger verneemt uit Pe
tersburg, dat Stolypin, het koste wat
het wil, het Verbond van echte Russen
ontbinden wil. Het middel daartoe is
gevonden. Door toedoen van Stolypin,
heeft Krassofski, de beruchte hoofdman
van de strijdende organisatie van dat
verbond, die ook achter de moorden
op dr. Jollos en Herzenstein zat, tegen
een hooge som een bundel compromit-
teerende stukken overgegeven, nadat
dezer dagen al huiszoeking bij hem
was gehouden Die stukken zijn nu in
handen van den minister van justitie.
Er wordt een geheim onderzoek ge
houden.
De kwestie van den sleutel, gevonden
in het valies van Tardivel, is nog altijd
niet uitgemaakt, maar zeker is het du,t
hij niets te doen heeft met de zaak
Steinheil. Hij past op geen enkele deur,
noch van de villa in het Ronsinstraatje,
noch van Vert Logis.
Men denkt dat die sleutel wel kan
bestemd geweest zijn voor nieuwe in
braken, die Tardivel in den zin had.
Rechter André is van oordeel dat hij
het onderzoek hierover wel kan staken.
Zoodra hij het verslag heeft van den
geneesheer betreffende Allaire, zal hij
het onderzoek in de zaak Steinheil
sluiten.
Uit Petersburg wordt aan een Lon-
densch blad geseind, dat de houding
van Perzië jegens de Russische troepen
in het noorden des lands groote zorg
baart. De politieke club te Mesjed heeft
den eisch gesteld dat de Russische troe
pen het land zullen verlaten. Zoo niet
dan zullen zoo dreigt men te Mesjed
de revolutionairen opnieuw de wa
penen opnemen, ditmaal echter legen
de Russen.
Onder de civiele vorderingen, die
tegen Abd-oel-Hamid zijn ingesteld, is
er een van den Franschen opperkok in
Jildis om uitbetaling van achterstallig
loon, en een andere v.xn den vroegeren
„Ga dan eens zien, Hanne."
Het meisje scheen met haar tranen te
strijden. „Ik ben al in de kamer geslopen,
maar slechts halverwege verder durfde
ik niet gaan Mevrouw lag met het ge
zicht naar den muur gekeerd, en
„Nu, Hanne?"
„Haar rechterhand zag er zoo vreemd
uit," fluisterde het meisje schuw, maar
meer dan deze kon ik niet zien."
„Om Gods wil!"
Adèle sprong op, vreeselijk verschrikt.
De kamenier hielp haar om in alle haast
het noodigste aan te trekken, en toen vloog
ze naar de kamer vaa de barones, 't Was
in de gangen nog donker; de wind huilde
om het slot en vlokken dwarrelden door
de lucht; hier en daar doken de angstige
gezichten van de dienstboden uit het half
duister op.
In de slaapkamer van de barones brandde
een lamp, die het bed in schemer liet;
ook nu Adèle in de kamer kwam, bewoog
zich niets.
„Ziet u die hand?" vroeg de kamenier,
„ze ligt nog net als daar straks."
„Mevrouw 1" riep met gedempte stem de
gezelschapsj uffer.
Geen antwoord. Toen trad Adèle naar
't bed met een vermoeden, dat zich niet
meer [liet terugdringen. Ze vatte de af
hangende hand. Ijskoud voelde die.
Tweemaal opende ze de lippen om te
spreken tweemaal te vergeefs. Zoo kon
't niet blijven. Met een gebiedende bewe
ging van de hand wenkte ze de kamenier.
„De lamp I" Meer dan dit kon niet uit
de droge keel komen.
Maar Hanne sloeg, zonder te gehoor
zamen, beide handen voor 't gezicht en liep
schreiend weg. ,,'t Is verschrikkelijk! Ik
kan 't niet zien
ROMAN VAN
(Wordt vervolgd.)