let Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bommelerwaard.
TWEEDE BL.4D.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
TVo. 2882. Zaterdag 9 October
1909.
lAWD VAN AlTE^
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7l/9 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
avond ingewacht.
BUITENLAND.
De centrale commissie voor de Prui
sische heideontginning heeft een motie
aangenomen, waarbij zij verklaart dat
de sedert vele jaren beproefde ontgin-
nings- en kolonisatie-wijzen de overheid
in staat stellen de ontginning van de
heide te verhaasten. In het Duitsche
rijk zijn nog 400 vierkante mijlen on
bebouwd hoogveen. Hiervan liggen in
Pruisen ongeveer 50,000 H.Awaarvan
alleen 40,000 H.A. in Hannover en de
rest in Oost-Pruisen en Sleeswijk-Hol-
stein. Neemt men als gemiddelde grootte
van een veenboerderij 10 H.A. aan,
dan zouden er in Pruisen nog 5000
boerenplaatsen verkregen kunnen wor
den. Totnutoe worden er elk jaar maar
15 van die plaatsen gesticht, aangezien
de Pruisische regeering er maar 150,000
mk. voor uittrekt. De regeeringsraad
v. Schmeling, een man, die van heide
ontginning verstand heeft, heeft nu een
plan uitgewerkt, volgens hetwelk al
het hoogveen binnen 27 jaren met boe
ren bezet zou kunnen zijn, terwijl de
Pruisische staat maar het dubbele van
thans, dus 300,000 mk. 's jaars, zou
behoeven bij te dragen.
Men verwacht, dat het plan van
Schmeling in het parlement ter sprake
gebracht zal worden.
Blijkens te Berlijn uit Friedrichshafen
ontvangen bericht, is het bestuur der
Zeppelin-luchtschepenvereeniging voor
het onderzoek der Noordpool-streken
tot een beslissing gekomen over het te
volgen plan. Vooreerst zullen voorloo-
pige expedities worden ondernomen in
alle richtingen. Tot dat doel zal in den
zomer van 1910 een voorloopige expe
ditie naar Spitsbergen worden onder
nomen, die daar een verkenning op het
ijs der Poolzee zal uitvoeren. Het doel
dezer expeditie zal zijn, na te gaan met
welke omstandigheden bij de luchtvaart
in de Poolstreken rekening moet worden
gehouden.
Reeds nu zal een aanvang worden
gemaakt met den bouw van een lucht
schip, dat in 1911 gereed moet zijn
om uit een Duitsche haven te vertrek
ken op oefentochten.
In berichten uit St. Petersburg wordt
gewezen op het voortdurend toenemen
van de misdaden in de Russische hoofd
stad. Vooral moorden nemen schrikba
rend toe. In den laatsten tijd heeft ook
St. Petersburg een „steker" gehad, van
wiens misdadig bedrijf verscheidene
jonge meisjes hel slachtoffer zijn gewor
den. Meermalen werden de meisjes
meegelokt naar een hotel, waar de be
dienden 's morgens haar verminkte lijk
vonden. Maar ten slotte heeft men den
dader gepakt. Het is een zekere Ni
kolai Radkonitsj, de 26-jarige zoon van
een rechterlijk ambtenaar. Hij heeft
bekend, dat hij nog een reeks moorden
van plan was.
Een telegram uit Petersburg meldt,
dat er te Moskou een groot aantal val-
sche Engelsche bankbiljetten, meest
van vijf pond, ondekt zijn. De Inter
nationale Bank heeft er voor ongeveer
3000 pond van twee welgekleede hee-
ren in ontvangst genomen. De biljetten
moeten zoo goed nagemaakt zijn, dat
alleen vakmannen ze van echte kun
nen onderscheiden.
Aldus het telegram, maar een be
ambte van de Bank van Engeland heeft
gezegd, dat ze onbeholpen nagemaakt
zijn. Er zijn een menigte van die val-
sche bankbiljetten bij de Bank van
Engeland aangeboden door Londensche
bijbanken van Russische banken.
Er loopen geruchten dat er een sa
menzwering tegen den Tsaar van Rus
land ontdekt zou zyn onder het perso
neel, dat belast was met herstellings
werken in het winterpaleis.
Volgens een bericht uit Kaapstad
is de Johannesburgsche postwagen in
den trein naar Transvaal op 20 K.M.
afstand van Bloemfontein in brand ge
raakt. De brieven uit Engeland voor
Johannesburg zijn gered, maar de brie
ven voor den Oost- en den West-Rand,
Noordelijk Transvaal, Delagoabaai en
Portugeesch Oost-Afrika, alsmede het
meerendeel van de brieven voor Pretoria
zijn verbrand.
Van liberalen kant is in Engeland
al dikwijls gezegd, dat het Hoogerhnis
als het de begrooting verwerpt den ko
ning in het geding trekt. De Star zet
dat, naar aanleiding van de geruchten
over de bemiddeling van den koning
in den politieken strijd, aldus uiteen:
Tot nog toe heeft de strijd der par
tijen de onzijdigheid van den troon niet
in gevaar gebracht. Maar zij zal onver
mijdelijk teloor gaan, als het Hooger-
huis het uitsluitende zeggenschap van
het Lagerhuis over 's lands geldmidde
len aantast. Verwerpt het Hoogerhuis
de begrooting en komt de regeering
uit de verkiezing terug met de opdracht
van het land om aan de wetgevende
macht van het Hoogerhuis een einde
te maken, dan zou het voor haar noo
dig kunnen zijD, de koninklijke macht
in te roepen om die opdracht uit te
voeren. Het verzet van het Hoogerhuis
zou gebroken moeten worden, en de
koning zou gedwongen zijn het volk
tegen de lords te steunen.
De Star vindt het daarom begrijpelijk,
dat de koning zijn diplomatieke gaven
aanwendt om een botsing te vermijden.
Maar :<;ij acht het ondenkbaar, dat de
koning van Asquith zou verlangen, dat
deze toegaf. Geen vergelijk! zegt de
Star.
De Londensche correspondent van de
Vossische Zeitung schrijft, dat de poli
tieke strijd in Engeland groote be teekenis
heeft ook voor den vrede in de wereld.
Winnen het de unionisten, dan komt
er tariefhervorming, en met het geld,
dat zij opbrengt zal er een geweldige
vloot worden gebouwd, die een besten
dige bedreiging voor den vrede zal
wezen. De mannen der tarief hervorming
zijn dezelfden, die den Boerenoorlog
hebben veroorzaakt, en zij zijn de partij,
die 't felst op Duitschland gebrand is,
niet 't minst om de houding van het
Duitsche volk bij dien oorlog. Aan de
vredelievendheid van het tegenwoordige
ministerie valt niet te twijfelen, maar
als Balfour en Landsdowne weer aan
't bewind komen, dan is 't ergste te
vreezen. Want mogen die twee al zelf
voor den vrede zijn, hun aanhangers
zullen hen meeslepen.
Naar het heet, zal de Spaansche re
geering zich in een nota aan de mogend
heden, die het verdrag van Algeciras
hebben onderteekend, beklagen over de
hulp in geld en wapenen, die de Rif-
Kabylen voortdurend krijgen. Schepen
uit Europeesche havens brengen wape
nen, die voor het leger van den sultan
van Marokko heeten te zijn, aan en
leveren ze onder de oogen der Marok-
kaansche douane aan de Kabylen uit.
Weerdesteyn (r.-k.) kreeg 2625 stemmen,
mr. F. H. de Monté Ver Loren (antir.)
1772, mr. F. L. S. F. baron van Tuyll
van Serooskerken van Zuylen (lib.) 1070
en mr. H. J. Doude van Troostwijk
(chr.-hist.) 953.
De Matin geeft verslag van een in-
tervieuw met generaal d'Amade, die
een jaar geleden het commando voerde
over de Fransche troepen in Marokko,
by Casablanca. Generaal d'Amade waar
schuwt met grooten nadruk tegen de
Spaansche onderneming in Marokko.
De generaal betoogt, dat Spanje's op
treden hoogst gevaaalijk dreigt te wor
den voor den Franschen invloed en
de Fransche handelsbelangen. Hij meent
zelfs dat de Fransche regeering tusschen-
beide moet komen.
BINNENLAND.
De uitslag van de Dinsdag in het
district Breukelen gehouden stemming
voor de Tweede Kamer is het volgende
Aantal kiezers 7758. Aantal uitge
brachte geldige stemmen 6675.
Gekozen: mr. F. H. de Monté Ver
Loren (antir.) met 3514 stemmen.
Mr. J. B. L. C. C. de Wykerslooth
de Weerdesteyn (r.-k.) kreeg 3161 stem
men.
De uitslag van de stemming op
Woensdag 22 Sept. was als volgt:
Aantal uitgebrachte geldige stemmen
6420. Verstrekte meerderheid 3211.
Mr. J. B. L. C. C. de Wykerslooth de
Men schrijft uit Delft:
Dinsdagavond, omstreeks 10 uur, is
hier in den leeftijd van 63 jaar over
leden Agneta Wilhelmina Johanna
Matthes, echtgenoote van wijlen Jacob
Cornelis van Marken, den bekenden
socioloog en grootindustrieel, die voor
bijna vier jaren der samenleving door
den dood ontviel.
Men kon zicb eigenlijk vroeger Van
Marken niet denken zonder tegelijk het
beeld van Agneta, zijne vrouw, voor
zich te hebben en wederkeerig was in
geestelijken zin Agneta Matthes aan
Van Marken onafscheidelijk verbonden
Reeds vóór haar huwelijk met Van
Marken leefde Agneta in zijn denk
beelden; in de wederzijdsche correspon
dentie wordt herhaaldelijk met leven
digheid verlangd naar den tijd, dat Van
Marken in daden zal kunnen omzetten,
wat in zijn brein omgaat.
Gansch hun gelukkige echtvereeni-
ging van 36 jaren is dat zoo gebleven.
Agneta Matthes was Van Marken een
krachtige steunzij was, wel verre van
afkeerig te zijn van de in latere jaren
sterk naar voren gedrongen „rechten
der vrouw" daarin zelfs warm belang
te stellen zich toch bewust, dat de
vrouw in de samenleving de aanvul
lende, de dienende rol moet vervullen.
Toen Van Marken in 1894 voor zijne
gezondheid in het buitenland verbleef
deed hij haar op 3 November zijne be
wondering voor haar werkkracht kennen
in den uitroep: „Wat doe je toch een
boel af."
En in 1899 schreef Van Marken aan
een vriend in Japan, dat hij in Agneta
eene vrouw had naar zijn hart. „Eene
vrouw, die mij begrijpt en steunt in
mijn socialen werkkring," heette het
daar.
Het huwelijk bleef kinderloos, maar
het was of Agneta in deze omstandig
heid aanleiding vond aan andere vrou
wen, moeders, en kinderen haar
vrouwelijke liefde te wijden. Met schier
koninklijke mildheid heeft zij welgedaan
en niet velen zullen recht besef hebben
van wat ten dezen in haar verloren wordt.
Nog maar voor enkele jaren, bij heer-
schende buitengewoon groote werkeloos
heid, tastte zij vorstelijk in de beurs op
hoogst kiesche wijze.
Gesproten uit een voornaam Amster-
da nsch geslacht, hadden hare opvattin
gen en daden deze eigenschap ten volle.
Hare gelofte, afgelegd aan de groeve
van haren man, „dat zij zijn werk naar
hare krachten zou voortzetten," heeft
Agneta Matthes gehouden. De spreuk
aan hare woning „Rust roest" heeft zij
volmaakt begrepen.
Haar leven was een onafgebroken
werktijd; een leven van weelde voor
anderen. Zij, Agneta Matthes, was een
vrouw, in de hoogverheven beteekenis
van dat woord.
Haar verscheiden doet eene ledige
plaats ontstaan, welke door niemand zal
worden bezet.
In het echtpaar Van Marken-Matthes
bezat de samenleving een zeldzame
schat; en dat deze thans verdwenen is,
moge pijnlijk zijn verlies is dit noch-
thans niet. Tot in verre jaren zal de
herinnering alleen aan dit menschenpaar
winst zijn.
Ter zake van de onregelmatigheden,
welke aan de Rijkspostspaarbank zijn
voorgevallen, kan het Hbld. thans het
volgende mededeelen
De van fraude verdachte ambtenaar
bekleedt den rang van commies, heeft
een 27-jarigen diensttijd achter zich en
fungeerde als sous-chef aan een der
directe-afdeelingen, wij meenen op die
van de successie.
In die hoedanigheid behandelde hij
o. m. de boekjes ten name van over
ledenen. Hij stond bekend als een ijverig
ambtenaar en goed aangeschreven bij
den directeur en zijn collega's. Tenge
volge van nieuw ingevoerde maatrege
len van controle kreeg eenigen tijd
geleden een der hoofdambtenaren der
Bauk met de uitvoering van een dier
maatregelen belast, een stuk in handen
dat betrekking had op een boekje, staan
de ten name van den verdachte, van
welk boekje de rekening-courant (op
de bank werkt men met losse cartons
werd gemist.
Dit leidde tot een scherp verhoor
van den eigenaar en tot zijn bekentenis
dat hij met twee zijner boekjes geknoeid
had, in dien zin, dat hij, door verwij
dering van blaadjes uit het eene en
tusschenvoeging van blaadjes uit andere
boekjes (oud-model) zich meer liet uit
betalen dan waarop hij aanspraak kon
maken. Misbruikende zijn overwicht op
personeel van lageren rang, schijnt het
hem met veel overleg en geslepenheid
te zijn gelukt, stukken op zijne fraude
betrekking hebbende, te vernietigen
en ook het stellen van verkeerde aan
wijzingen op de verantwoordingsstaten
der kantoren hielp mede om zijn knoeie
rijen te verbloemen en de boekencon-
troleurs te verschalken. Tegen falsifi-
catiën als vermoedelijk hebben plaats
gevonden door een „professionnal", acht
men het moeilijk afdoende maatregelen
te treffen.
De verdachte heeft bekentenissen af
gelegd, welke tot het instellen van een
zeer uitgebreid onderzoek hebben ge
leid, dat nog in vollen gang is.
Inmiddels heeft de directeur der in
stelling den verdachte voorloopig in
zijn betrekking geschorst en, gelijk zijn
ambtsplicht vorderde, de zaak, overeen
komstig art. 10 van het Wetboek van
Strafvordering, gesteld in handen der
justitie.
De onregelmatigheid schijnt te da
teeren uit den tijd, toen de directie
nog zéér onvoldoende was gehuisvest in
drie afzonderlijke gebouwen, waardoor
de controle op den gang van zaken
werd bemoeilijkt.
Intusschen heeft de ontrouwe amb
tenaar, die als welgesteld bekend staat,
alles teruggestort wat hij, bij benadering
kon opgeven te hebben verduisterd. Te
oordeelen naar eigen bekentenis schijnt
het verduisterde bedrag van betrekkelijk
geringen omvang en is de dader tot
zijn handeling gedreven door verplich
tingen, welke hij tegenover één zijner
familieleden had op zich genomen terwijl
hij bij zijne huiselijke omgeving, familie
en vrienden om hulp niet wilde of
durfde aankloppen.
Van speculaties ter beurze, waarop
werd gezinspeeld, is niets gebleken
Evenmin bleek dat nog anderen bij de
onregelmatigheden zouden betrokken
zijn. Het geval schijnt geheel op zich
zelf te staan. Naar het Hbld. vernam,
is dit de eerste maal dat onregelmatig
heden bij de Bank zelf zijn voorgevallen.
En dat terwijl, volgens officieel ter ken
nis gebrachte gegevens, ongeveer 1
millioen spaarbankboekjes in omloop
zijn en in het afgeloopen jaar bijna drie
millioen handelingen waren te boeken
en te contröleeren, alles op slechts één
afdeeling.
Woensdagmiddag was even buiten
Amsterdam een luchtballon opgestegen,
welke een oogenblik na de opstijging
over de Hoogte Kadijk dreef. Natuurlijk
bracht dit feit de geheele buurt in op
schudding. Tal van buurtbewoners lie
pen het huis uit, om naar den ballon
te kijken, anderen zaten met hun ge
zicht tegen de ruiten geplakt, schuin
omhoog naar de lucht te turen, in de
hoop, er ook iets van te zien.
Van deze gunstige gelegenheid maakte
een inbreker gebruik, om in het bene
denhuis Van perceel 81, Hoogte Kadijk,
bewoond door de familie Menting, zijn
slag te slaan.
Het ging alles heel gemakkelijk. De
huisgenooten, moeder, zoon en dochter,
zaten in het voorkamertje van het on
derhuis vóór het venster naar buiten
op straat te kijken, en toen de diet
dus de voordeur, die met een ouder-
wetsche ijzeren deurkruk van buiten
geopend kan worden, brutaalweg had
opengeduwd, zag hij al dadelijk, dat het
terrein gelijkvloers vrij was. Voorzichtig
sloop hij dus naar binnen en naar de
achterkamer, waar hij zijn werk begon,
als ware er niemand in huis, die hem
kon storen. Waarschijnlijk poogde hij
eerst met een groot broodmes, dat hij
bij zich droeg, het penantkastje open
te breken, hetwelk in een hoek bij het
raam stond. Toen dit niet gelukte, heeft
hij blijkbaar met een ander voorwerp
het werk voleindigd. Dit kastje bevatte
alleen ondergoed, wat intusschen ook
wel van zijn gading was. De eigenlijke
aap vond hij evenwel in de wandkast.
Daar stond n.l. in een doek gewikkeld,
een ijzeren geldkistje, bevattende f700
aan guldens en rijksdaalders. Dat de
buit zoo aanzienlijk was, heeft de dief
zelf niet kunnen vermoeden, want hij
heeft het kistje niet ter plaatse open
gemaakt en de specie was in doekjes
gewikkeld, zoodat ze niet kon rammelen.
Vermoedelijk op het oogenblik, dat hij
deze vondst deed, werd hij in zijn werk
gestoord, doordat de loopster van de
krant schelde. De dochter des huizes
ging toen naar boven om de krant te
halen, waarbij het haar opviel dat, de
deur openstond. Toen zij dan ook met
de krant weer beneden kwam, vroeg
zij aan haar broer, of deze soms bij het
thuiskomen de deur had opengelaten.
Deze herinnerde zich echter beslist de
deur te hebben gesloten, waarop de
dochter weer naar boven wilde gaan.
om eens te kijken, of er wellicht geen
onraad was. Juist evenwel, toen zij op
het punt stond de trap op te gaan naar
boven, hoorde zij een ontzettenden slag
en gerinkel van brekend glaswerk, waar
na de voordeur met een slag dicht ging.
De inbreker had van de gelegenheid,
dat zij weer naar beneden was gegaan,
gebruik gemaakt om met zijn buit: de
onderkleeren en het kistje met geld,
de vlucht te nemen. Hij was, ten einde
in de gang geen der huisgenooten te
ontmoeten, de tusschendeur van de voor
kamer doorgegaan en wel met zulk een
haast, dat hij een doos met platen voor
een spreekmachine, een paar glazen va
zen en een heiligenbeeldje, die op ver
schillende tafeltjes en een kastje ston-
deu, bij zijn doortocht door de voorka
mer op den grond had gesleurd.
Toen de huisgenooten verschrikt bo
ven kwamen, vonden zij daar dan ook
een ware ruïne. De kleeren uit de kasten
over den grond gesmeten en de vloer
van de voorkamer vol scherven van
gebroken glas- en aardewerk. Het groote
broodmes had de inbreker bij zijn haas
tige vlucht op de tafel achtergelaten.
De politie stelde reeds een nauwkeu
rig onderzoek in, doch heeft nog geen
spoor van den dader kunnen vinden.
Eenige dagen geleden werd eene
portemonnaie met een aanzienlijk be
drag aan Duitsch en Engelsch geld op
iet postkantoor te Vlissingen verloren.
Gisteren werd dezelfde som teruggevon
den in de brievenbus van het postkan
toor, doch het geld was nu geborgen
in eene andere portemonnaie dan die
waarin het geld verloren was.
Men meldde Woensdag uit Utrecht
aan „De Standaard":
Hedenmorgen drongen enkele stu
denten het Chr. Gymnasium te Utrecht
binnen en molesteerden den rector Dr.
E. Bessem. Met geweld werden zij uit
het Gymnasium verwijderd, waarbij de
rector een klap in het gezicht opliep,
terwijl bovendien door een der daders
een ruit ingeslagen werd in de woning
van den concierge. Een der daders
werd ter beschikking van den politie
commissaris gesteld.
Ten gemeentehuize te Wildervank
deed Woensdag de koopman J. W. aan
gifte van de geboorte vau een zoon,
Salomon genaamd. Donderdagmorgen
kwam de man wederom aldaar en zeide,
dat er een vergissing heeft plaats ge-
ïadhem -was geen zoon, maar een
dochter geboren. De fout kon helaas
direct niet hersteld worden.
Te Winschoten is Donderdagmiddag
gevankelijk binnengebracht de kaste
lein M., uit Veendam, verdacht jl. Dins
dagnamiddag een moordaanslag op zijn
echtgenoote te hebben gepleegd. De
rechterdij der vrouw werd verwond.
De verdachte is naar het huis van
jewaring overgebracht
Te Oabauw (Utr.) geraakte Donderdag
morgen de veertienjarige dochter vai>
J. v. K., terwijl zy aan het melken wa
in een sloot en verdronk. De vad-
die het ongeval zag, wilde zijn dochter