(Set Land van Neusden en Altena, de Langstraat en de Bommeierwaard.
Ons Indië
De Beek de Meerhove.
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No2887. Woensdag 27 October
FEUILLETON.
1909.
UNO VAN ALT^3
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden 0.75,
franco per post zonder prijs verhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel
meer 7 7, ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Het Kon. Ned. Aardrijkskundig ge
nootschap dat zooveel doet voor de
vermeerdering onzer kennis aangaande
de Koloniën in Oost en West vestigt
in woord en geschrift onze aandacht
op deze bezittingen.
Speciaal ten opzichte van onze Oost
maakt het Aardrijkskundig Genootschap
zich recht verdienstelijk, daar ons volk
in zijne verschillende geledingen nog
waarlijk bedroevend weinig weet van
deze reusachtige kolonie, die (wij willen
nu eens niet de slotrede gebruiken
waarmede Multatuli zijn Max Ha velaar
besluit, maar trachten heel nuchter te
wezen, omdat men daar de kolonie het
beste mee dient), verwaarloosd wordt
als een verafwonend familielid, en toch
zoo van ganscher harte recht heeft op
onze liefde en belangstelling.
Wat een land hebben we daar liggen
Weet men wel dat het Oost Indische
eilandenrijk zich ter weerszijden van
den evenaar uitstrekt tusschen den
95sten en 141sten Oosterlengteraad, dus
over meer dan een achtste van den
aardomtrek, en tusschen den 6den graad
Noorder- en llden graad Zuiderbreedte,
zoodat het in de richting van de polen
een twintigste van dien omtrek beslaat
Bijna 35000 vierkante geographische
mijlen bedraagt de geheele aardopper
vlakte, of, wil men begrijpelijker af
beeldingen: Borneo is grooter dan het
Duitsche rijk, Sumatra heeft een opper
vlakte ongeveer gelijkstaande metSpanje,
Celebes zou 2/s van Noorwegen kunnen
beslaan, terwijl onze bezittingen in
Nieuw-Guinea ongeveer 10 maal en
Java 4 maal de oppervlakte van Neder
land hebben.
Men begrijpt dat het onmogelijk is
met juistheid het getal bewoners op te
geven, daar eene volkstelling in de af
gelegen buitenbezittingen niet plaats
kan hebben, maar bij benadering weten
wij het toch wel. Men schat de be
volking op 40 millioen zielen, dat is
dus ongeveer het getal inwoners van
Frankrijk. In 1900 bedroeg het aantal
Europeanen 75.800, dat der Chineezen
537.300, dat der Arabieren 27.300 en
dat der andere Oosterlingen 16.650.
Yan meerder bekendheid mag worden
verondersteld het feit dat de Mohamme-
daansche godsdienst het meest verbreid
is onder de Indische bevolking, daar
ongeveer 5/« van alle bewoners van
het eilandenrijk den Islam belijden. De
Hindoesche godsdienst komt nog voor
op Bali, terwijl het Christendom ver
houdingsgewijze nog betrekkelijk weinig
ingang heeft gevonden, niettegenstaande
den on verpoosd en, moedigen arbeid onzer zelf. Nu eens hooge bergen, plotseling standhouding van den vrede en van
zendelingen. Waarschijnlijk is het totaal oprijzend uit de helderblauwe zee, maar den status quo in het Oosten en inde
aantal Christenen niet meer dan ruim toch tot hunne toppen bedekt met dichte ontwikkeling van het zelfbestuur bij de
300.000. De vreemdelingen, Chineezen, wouden, dan weer eindelooze vlakke Balkan-volken.
Japanners en anderen hebben meest bosschen, wier zoom tot ver in 't on- L ,ls 7~ ^-sw^8^ nie
hun eigen godsdiensten behouden, ter- diepe water «ooruil staat en nieuw land L6^ jn b6V"ngT brengen,
wijlm de verafgelegen buitenbezittingen weeft uit het bruine slib van rivieren dier/te consolideeren. De vriendschap
nog stammen voorkomen die natuur- zonder tal. Daarneven, op allerlei ver van italië heeft te meer waarde, naar-
godsdiensten belijden. van elkaar afliggende punten terugkee- mate het krachtiger is, zoo door eigen
De afstanden tusschen de meeste rend, de sierlijke kegels der vuurspu- kracht als door verbonden,
eilanden zeer belangrijk aldus leest wende bergen, sommige vreedzaam roo- Iswolski verklaarde zich voor de in
in een klein propagandaboekje kend uit hun spitsen kop, een enkele standhouding van den status quo in
men
van het Genootschap. Wie een rondreis 's nachts l'chtend als een reusachtige Kretaook hoopte hij dat in Grieken
door den geheelen archipel maakt, zal vuurbaak. land de dynastie niet zal worden om
hoezeer hem bijna overal de snelvarende In zee telkens en telkens weer die ve^eworpen.
stoomschepen der Paketvaart ten dienste eigenaardige groene watervarkleuriügen, laJ3chea a
staan, daarvoor maanden noodig hebben, welke de dicht onder de oppervlakte Liew bijw00nde yerklaarde in te stem
zelts al vertoefde hp in elk der tallooze zich verschuilende koraalriffen verraden, men met <ie mededeelden van Is
plaatsen, die worden aangedaan, zoo die opbouwers van steeds weer toekom- wolski.
kort mogelijk Het aantal kustplaatsen, stige eilanden te midden van het heir- De Duitache bIadeQ h hten
door die booten aangedaan bedraagt leger der bestaande beteekenis aan de toosten, gehhuden
173. Haast eiken dag za! bp nieuwe Maar waardoor de reiziger vooral zal in RacConigi; zij zien er het bewijs in,
eilanden aan den horizont zien opdoemen, getroffen worden, dat is door het vele dat een samengaan in de Balkanquaestie
en de Nederlandsche vlag tot begroeting wat in al die landen nog voor den van Italië met Rusland beklonken is,
van zijn schip zien hijschen. In de Nederlander, te doen valt in het belang en zij overwegen, of Italië nog wel in
vaartuigjes, die hem op dereede tegemoet van beschaving en welvaart. Als hij, het drievoudig Verbond blijven zal
komen, op den oever, waar zijn aankomst komende van Java, met zijne dichte -Allen wijzen zij erop, dat de Tsaar op
blijkbaar met vreugde wordt verwacht, bevolking en zijn groote ontwikkeling ^7 re^8 Oostenrijk vermeden heeft en
zal hij telkens weer anders gekleede van den landbouw, eerst Sumatra, daarna Dmtschland bij nacht doorgetrokken is
en verschillend uitziende menschen ont- Borneo, vervolgens Celebes, dan de Mo- e r^7zz?1 U1?.£ ze% a e s rUlS'
i Lil j XT- A vogelpolitiek zijn zou. in de hoop te
waren; naast het Maleisch, dat hem lukken, emdelpk Nieuw-Guinea mag leyöen^ dat dezeJ ontm'oeting geen be-
bijna overal het verkeer met die in- beschouwen dan ziet hij de sporen van laogrijke wijziging zon brengen in de
landers zal mogelijk maken, kan hij menschelijke werkzaamheid ea Euro- politieke constellatie van Europa. Zi
heel wat verscheidenheid van taalklanken peeschen invloed voortdurend afnemen, acht den vrede niet bedreigd, zoolang
opvangen. (Het Nederlandsch Bijbel- om zich eindelijk slechts in ver van Oostenrijk zich onthoudt van verdere
genootschap heeft den Bijbel reeds in elkaar verwijderde, armoedige kampongs expansie-politiek, maar het Balkan-pro-
16 talen laten vertalen.) aan den uitersten zoom der ongerepte bleem zal voortaan nog kritieker zijn
Niet minder afwisselend zijn de na- wildernis in hun allerschamelste gedaan- dan tevoren; Aan het Drievoudig Ver-
tuurtafereelen die den reiziger veeltijds te vertoonen. En wanneer hij een za^. geen goed doen
in vennkking zullen brengen Wel £an kloeken ondernemenden geest £*kt'in eaen k°rtb°0gha^rt°kn6S
t uiterste Westen tot het verste Oosten werken met de pioomers der bescha- blijVen in het Drievoudig Verbond. Het
rfon fivArboAranhfindpn invlnad van 'f I ving, die trachten langzamerhand de m. Tageblatt vreest niet voor het ver
den overheerschenden invloed van 't
tropische klimaat opmerken in het on- natuurlijke hulpbronnen dier tallooze
veranderlijk groene kleed van elke eilanden voor het Nederlandsche volk
nieuwe kust; wel wuiven hem van te openen en te ontginnen,
iedere bewoonde plek de gewiekte kro
nen der kokospalmen tegen, maar zoo
dra hij leert te onderscheiden in die
dichte massa's van gebladerte, vermag
Uuitenlatid.
De politieke beteekenis van de ont
bond; het vermoedt, dat Italië, bij een
vernieuwing ervan, steunend op Rus-
land's vriendschap, voorwaarden zal stel
len, die de nadoelen, die het Verbond
naast de voordeelen heeft voor dat land,
opheffen. Maar het verbond wordt slechts
te hechter, als alle deelnemers volko
men tevreden zijn. Zoolang Rusland
hij daarin de kenmerkende planten te moeting tusschen den Tsaar en den mö". V" -ur"u
ontdekken, waardoor zich bijv1; de (W Koning van Itu.iê novdt met den dag
te-Sornida eilanden van de Molnkken duidelijker. Rusland, dat /.oo weinig Krv.wlrynTinzvtorv
den vrede, zijn beide bondgenooten
Hongarq<rJimp*en8",fon^i&ikanD'heeft 18'.ee.^8 kalmeert. De dagen van Race»
- J - nigi zullen noch Duitschland, noch
Oostenrijk schaden; Italië zullen zij een
succes, Rusland een schijnsucces bren
gen. Maar Iswolski zal daarmee reeds
te-Soenda eilanden van de Molukken, -
onderscheiden, of West- en Oost-Java van zijne afspraken met Oostenrijk-
n i, j L 1 Hongarije nopens den Balkan heeft
verschilt. Op elke reede ziet hfl andere geha3 ioekt Fin Italiii bnjkbaar oen
producten in oen laadprauwen, die langs- nieuwen vriend met belangen op dat
zij van zijn stoomschip meeren of op schiereiland, om zich met hem, buiten
do vroolijke passar's (markten) waar de kanselarij te Weenen om, te ver-n-
honderde inlanders vreedzaam handel staan. De belangen en oogmerken, die evre(len Z1J11> 200 )es U1 16 )a
drijven zonder den witgekleeden Euro- de een in het Westen, de ander in het De correspondent te Konstantinopel
peaan die te midden va-i hen rondwan- Oosten van het schiereiland heeft, kun- van de Daily Telegraph vernam uit
delf ook maar in 't minst te hinderen nen beiden te zamen houden. gezaghebbende bron, dat de Porte met
ofte ontwiiken Russische minister van buiten- aandacht de politieke besprekingen volgt
n lfri b L-f fit j landsche zaken, Iswolski, heeft in een welke te Raeconigi worden gevoerd,
a ze de ara er van vooi uren e interview te Racconigé verklaard, dat omdat men in invloedrijke kringen in
afwisseling, by velerlei overeenkomst, Rusiand en Italië overeenkomstige be- Turkije ervan overtuigd is, dat te Rac-
vertoont zich in den bouw der landen iangen hebben, die bestaan in de in-|conigi wel eens het Kreta vraagstuk
(4
V.
Dat jaar zou de heer De Bock, voor de
eerste maal, den winter op zijn eenzaam
buitengoed, te Meerhove, doorbrengen. Het
was hem volstrekt onmogelijk eene week,
eene enkele week, in Gent te blijven.
Iedere groet die hem toegewuifd werd,
scheen hem eene bittere spotternijieder
woord dat men tot hem richtte, klonk als
een ruw hoongelach in zijne ooren. Hij
ontvluchtte zelfs zijne beste vrienden.
Zijne fijne, glanzende visitekaartjes A.
M. J. de Bock de Meerhove had hij op
den grond geworpen en, in een oogenblik
van uitzinnige woede, het salon rondge-
schopt.
Ook zijn broeder kon hij niet meer lijden.
De ongelukkige, die, sinds jaren, soms
weken achtereen sprakeloos doorbracht of,
nu en dan, slechts onsamenhangende woor
den uitte, dwaalde thans gansche dagen
onrustig door het kasteel en in den tuin,
prevelend: „de Bock de Meerhove" terwijl
een glimlach, zoo sarcastisch als een hek-
senlach, over zijne sombere trekken speelde.
En telkens als De Bock dat hoorde, en
telkens wanneer hij dat zag, voelde hij het
bloed naar zijne hersenen jagen en stampte
hij met de voeten als een bezetene. En
dan sloot hij zich in zijn salon op, waar
hij hijgend in eene leunstoel neerviel.
Enkel het wapenschild, aan zijn hek,
droeg hij steeds eene grenzenlooze liefde
toe. Eiken nacht moest zijn hovenier of
zijn jachtopziener er bij de wacht houden
opdat geen schendende hand er aan raakte.
Want den morgen na zijne veroordeeling,
had men het langs de straat gevonden, in
het slijk: het was brutaal afgerukt, met
drek besmeerd en daarna weggeworpen. En
daarover beschuldigde hij, te huis, den
baron de Zager die, in de buurt, een schob
bejak zoo placht hij die arme lui te
noemen daartoe voor geld had omge
kocht.
Al die aandoeningen van verschillenden
aard die hem bleven overvallen, waren niet
zonder nadeeligen invloed op zijne gezond
heid. Hij viel langzamerhand in eene soort
van afgematheid die zijne vrouw hevig
ongerust maakte.
Eens, nochtans, toen de pastoor van 't
dorp bij hem te gast was, en De Bock die
„ongelukkige zaak" weer ter tafel had ge
bracht, als iets dat hem onophoudelijk den
geest kwam kwellen, drukte de pastoor,
heel voorzichtig, de meening uit dat alles
misschien nog niet verloren was en dat,
niettegenstaande het vonnis ook door
het beroepshof bekrachtigd er wellicht
eenige hoop bestond de zaak in orde te
brengen.
De Bock, die met zenuwachtige over
spanning, nauwlettend naar elk woord had
geluisterd, zooals hij by de bespreking
dier hem zoo nauw aan 't hart liggende
quaesti9 altoos placht te doen, schoot eens
klaps overeind en den pastoor vrij ruw bij
de hand grijpend
„Wat zegt ge hijgde hijwat zegt ge
Gij zoudt, gij zoudt kunnen
In zijne oogen was er weer vuur ge
komen.
„Kunnen is juist het woord niet", meende
de pastoor„maar ik vermeen een middel
te kennen dat wel tot een goede uitkomst
zou kunnen leiden en dat, in allen gevalle,
zeer wel zou kunnen beproefd worden."
„Laat hooren, laat hooren!"
Hij was als een bezetene.
En dan met zijne zachtste, diepste stem,
als gold het een geheim, sprak de pastoor,
over een bezoek dat hij, pastoor, bij den
minister, te Brussel, zou wagen, en van
vele andere zaken.
Alhoewel hij, door de menigvuldige ont
goochelingen der laatste maanden, aan alles
begon te twijfelen, liet* hij zich ditmaal
min of meer overtuigen.
Zie hier pastoor", zei hij, toen deze
vertrok, „als gij dat kunt verkrijgen, dan laat
ik een kapel voor het kooster bouwen,
mijn woord van eer",
inda dien dag leefde hij nog eens in
blijde verwachting en voelde hij, langzamer
hand, zijne moedeloosheid wijken. Hij wacht
te, met klimmend ongeduld, op het red
dende woord uit Brussel dat hem voldoe
ning geven zou, en tevens gerustheid aan
zijn geschokt gemoed brengen moest.
VI.
't Werd Lichtmis.
Weder kwamen zijne pachters, een voor
een, langzamer dan het vorige jaar noch
tans hunne moeilijk bijeengebrachte pacht
sommen, zuchtend op zijne groene keuken
tafel neerleggen.
Boer Vervalcke, van Pauwvoorde, kwam
het laatst.
Sinds een paar maanden was de man erg
veranderd. Zijn haar was grijs geworden,
zijne oogen lagen hem dieper in het hoofd
en zijn rug was meer en meer gekromd.
Ook het rood zijner wangen was verkleurd
en op zijn gelaat had stomme smart haar
kenmerk gelaten.
En toen hij met De Bock alleen in de
keuken zat de eenige plaats van het
kasteel waar zij ontvangen werden in
die keuken waar hij reeds zooveel gouds
de vrucht van zijn leven in goede
en slechte jaren gewonnen, op die groene
tafel gelegd had, toen schoten hem plotse
ling de tranen in de oogen.
„Mijnheer," zei hij, ditmaal kortaf, met
eenigszins schorre stem, „ik kom uwe toe
stemming vragen later te mogen betalen."
„Wat, wat zegt gij kreet De Bock, een
stap achteruit wijkend; „gij kunt alweer
niet betalen
,Er volgde eene korte pooze, eene
pijnlijke pooze.
„Ik kan niet, mijnheer," zei dan de oude
boer, terwijl hij een snik bedwong, „ik kan
niet. Mijn zoon, mijn Jan, mijn beste steun,
is voor drie weken gestorven en ik, ook ik
ben ziek geweest, acht weken lang
aan de orde kon worden gesteld. Met
het oog daarop heeft tusschen de Porte
en de regeeriDgen van Frankrijk, Italië
en Engeland een drukke wisseling van
telegrammen plaats. De Porte heeft er
de betrokken mogendheden van ver
wittigd, dat de Turksche regeering in
geen geval zal dulden dat met Kreta
hetzelfde gebeurt als indertijd met Oost-
Roemelië is geschied.
Naar het gerucht gaat, zal Sjefket
Pasja, de generalissimus, binnenkort
naar Epirus vertrekken om daar den
militairen toestand nauwkeurig te be-
studeeren.
De Daily News verneemt uit Hel-
singfors, dat de komst van de Russi
sche kozakken in Finland de Finsche
burgers in hooge mate verontrust.
Verscheiden Finsche politici met wie
de correspondent van de Daily Mail
had gesproken, hebben de hoop te ken
nen gegeven dat de Russische regee
ring er nog te elfder ure van zou af
zien, in Finland over te gaan tot
uitersten. Zij (d.i. de Russische regee
ring) zou n.l. gewaarschuwd zijn door
de opwinding in het buitenland; en
de vrees daarvoor zou haar reeds heb
ben bewogen, te streven naar een nieu
wen uitweg uit de Wiborgsche moei
lijkheid, in dier voege dat een feitelijk"
inlijving van Wiborg bij het Finsct
rijk wordt vermeden. De gouverneur
zou dan ondergeschikt worden gemaakt
aan den Russiscben minister van bin-
nenlandsche zaken en ophouden een
Finsch ambtenaar te zijn.
In de kerk van de Iersche Domini-
kaners Corpo Santo te Lissabon is Zon
dag een helsch werktuig gevonden. De
koster kon bijtijds de brandende lont
afknippen. Twee mannen, die men ver
denkt de hand in den aanslag gehad
te hebben, zijn gepakt.
Te Salonika heeft een rooversbendo
op klaarlichten dag zeventien koop
lieden, die zich naar de ankerplaats
van een schip begaven, totaal uitge
schud. Een Griek en een Jood werden
bovendien als gijzelaars meegevoerd
naar het gebergte in de buurt van
Soeandero.
Volgens een bericht uit Kreta, heeft
de benoeming van kolonel Mosgopoelos,
oud-prefect van Athene, tot opvolger
van Momferatos als chef der gendar
merie op Kreta een protest uitgelokt
van Turkije. Men vreest dat door deze
zaak de gansche Kretenzer kwestie zal
worden heropend.
Te Gelsenkircben is eene roodvonk
epidemie uitgebroken. Ruim 100 lijders,
meerendeels kinderen, zijn in de gast-
ïuizen opgenomen. Verscheidene scho
en moesten ontsmet worden.
„Maar, manlief, wat kan ik daar aan doen?"
Die woorden, de eenige troost dien het
lem beliefde Vervalcke toe te snauwen,
vielen als hamerslagen op het hoofd van
den landbouwer.
„Ik weet het, mijnheer," zuchtte hij maar
gij
,kunt toch wel denken" in welken toe
stand ik mij bevind I Het zija geene „boe-
renjaren" meer, gij weet het zco goed als
wij, mijnheer. Wij lijden armoe, mijnheer,
en daarbij en hier klonk zijne stem
diep en dof onze woningen worden zelfs
niet meer hersteld."
„Ta, ta, tal 't Is altijd 't zelfde liedjeI
Gij zoudt iemand de koorts op het lijf
agen met die klachten en die herstellingen.
Alijd onkosten, altijd onkosten 1"
Vervalcke had zich opgericht en, de hand
opgeheven, sprak hij met zekere plechtig-
ïeid:
„Mijnheer, zoo waar als ik leef, sedert
ijf jaren hebt gij geene „hand aan mijne
woning laten uitsteken I" Ik heb nooit iet*
gevraagd wat niet volstrekt noodig was.
En nu is het noodig, mijnheer, meer dan
noodig! Waarom moeten mijne kinderen
coude lijden en onder een slecht dak sla-
jen? Indien de landbouw beter „ging",
;ou ik zelf het dak laten herstellen
Maar, nog eens, mijnheer, vergeef het mij,
nu kan ik niet betalen, onmogelijk
O, als ik het wel overdenk: gansch mijr
even gezwoegd en gespaard en dan nov
niets over hebben, niets dan schul
den
Hij zweeg plotseling, als afgemat.
nij over de geheele uitgestrektheid van hal de lust hem bevangen om mede to K onYer3cbiUigh,id uft v00r Italië's
(Slot volgt).