ei Land van Heusden en illena, de Langstraat en de Boramelerwaard. Erfelijk belast. STIJFKOPJE Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. No. 2899. Woensdag 8 December. FEUILLETON. 19Q9. UUD VAN ALTEN^ VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75, franco per post zender prijsverhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regel meer 71/, ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden tot Dinsdag- en Vrijdag middag 12 uur ingewacht. Van oudsher werd elk mensch, als individu, verantwoordelijk geacht voor zijn doen en laten. Slechts bij kinderen werd hierin onderscheid gemaakt en een grens gesteld van leeftijd en ont wikkeling, tot iemand geacht werd te bezitten het noodige oordeel des onder- scheid's. Zoodra hem of haar dat werd toegekend, was van rechtswege die bij of zij aansprakelijk voor zijn gedrag en werd daarnaar geoordeeld. Van „erfelijke belastbaarheid" of on toerekenbaarheid sprak men niet. Wel leende men overerving van kwalen en gebreken, doch men schreef daaraan niet eene alle wilskracht veriaramenden invloed toe, en hoewel men begreep dat elk kind, als product zijner ouders in zich omdroeg ook de kiemen der stoffelijke en zedelijke kwalen en ge breken zijner voorouders, achtte men toch elk mensch een oorspronkelijk we zen op zichzelf, en als zoodanig ook verantwoordelijk tegenover de maat schappij, voor zijn doen en laten. Men ging uit van de stelling: dat een mensch zich beheerschen kon, als hij wilde; dat het lag in de macht van het individu, het eene te doen en het andere te laten; dat men goed kon zijn en niet slecht behoefde te wezen, zoo men maar wilde. Men schreef aan elk mensch de kracht en de macht toe zijne verkeerde neigingen te onderdrukken en te beheerschen en afwijken van 't geen men geleerd bad te moeten doen of te moeten laten, werd niet als on-macht, maar als on-wil beschouwd. De nieuwere wetenschap is van een geheel andere zienswijze. Men is tot de ervaring gekomen dat de mensch, als individu, niet is een oorspronkelijk wezen van zichzelf, maar stoffelijk en zedelijk een product van voorafgegane oorzakengeen eigen persoonlijkheid maar een mengsel van wat zijne voor ouders waren. Erfelijk belast met de kwalen en gebreken zijner vöör- familie, gaat hij gebukt onder de gevolgen daar van, zonder eenige macht om zich daar tegen te verzetten. Onder den drang van die „overerving" of „erfelijke be lasting" is hij al naar omstandigheden goed of slecht, ziek of gezond, maar hijzelf kan daar niets aan veranderen hij is ontoerekenbaar! Wilskracht wordt den mensch hierbij niet toegekend. Of liever, zoo iemand wilskracht heeft, is dat alweêr bij er fenis verkregen. Uit zichzelf vermag W. HEIMBURG. (U „Natuurlijk begon ik hem toen de duim schroeven aan te zetten. „Ik zeide, dat dit voor het grootste deel moest worden toegeschreven aan de niet genoeg te waardeeren verdiensten mijner lieve tante, mevrouw Wendenburg, de we duwe van zijn voorhanger zoo'n ijverige, flinke vrouw moest men zoeken, onbetaal baar om aan hoofd te staan van zulk een uitgebreid landgoed. „Mijn woorden vonden trouwens een echo bij het geheele gezelschap en ik zorgde er voor, dat dit thema uitvoerig werd uit gesponnen. „Het loflied van mijn lieve schoonmama in spe weerklonk in alle'toonaarden, zoe ter dan harpspel en guita'r-getokkel. „Mijnheer Bartenstein wist niet, naar wien hij het eerst moest luisteren en toen speelde ik mijn laatste troeven uit. „Als men bedenkt, zei ik zoo langs m'n neus weg, hoe jong de vrouw nog was, toen zij hier het huishouden voerde. Elf jaar geleden stierf haar man en nu is zij pas zevenendertig 1" „Zevenendertig? Onze gastheer wilde het niet gelooven. „Met een plechtig gebaar, als stond ik voor den rechter, hief ik twee vingers op. hij niets, daar hij is: niet een eigen persoonlijkheid, maar een chemisch pro duct van vroegere mengsels. Men voelt waartoe deze theorie, kon- sekwent doorgedreven, leiden moet. Het individu wordt zoo geheel teruggebracht tot een willoos, zielloos, onpersoonlijk wezen, en het leven als een warboel van oneigenlijke schepsels. Alle waarde van deugd, energie, edelmoed, kracht en ontwikkeling, opofferende menschen- liefde, heldenmoed en weldadigheidszin verdwijnt, want immers dat alles ge schiedt met uit eigen persoonlijkheid, maar „erfelijk belast." Omgekeerdmisdaad, moord, welke ondeugd ook, is niet meer veranderlijk noch strafbaar; immers het individu kan het niet helpenhij is ontoereken baar! Wat de mensch ook zij: goed of slecht, sterk of zwak, ziek of gezond en wat hij onder den drang van zijn innerlijk wezen, ook doe of late, kan hij niet verbeteren. Erfelijk belast is hij, wat hij is: geen eigen persoon lijkheid echter, hoe dan ook Deze gevaarlijke theorie wint allengs meer veld. En niet alleen gevaarlijk is zij, maar ook in de hoogste mate ont moedigend. En zy moet noodwendig lijden tot nog meer ontaarding en ont zenuwing, dan deze tijden reeds ver- toonen, en eindelijk voeren tot algeheele demoralisatie van het menschenras. Het gevaarlijke van de theorie, ligt vooral daarin dat ze betrekkelijk waar is. Reeds in het boek der boeken vindt men verkondigddat de zonden der vaderen aan de kinderen worden be zocht, tot in het derde en vierde geslacht." Hierin dus ligt reeds de „erfelijke belasting opgesloten. Zekerliet nageslacht draagt de vruch ten van het voorgeslacht in allen deile! In het goede zoowel als in het kwade. De wereldgeschiedenis alweer is daar, om dit te bewijzen. Maar ook diezelfde wereldgeschiedenis bewyst dat dit in betrekkelijken zin moet worden opge nomen. Want die geschiedenis spreekt ook door alle tijden heen, van 'persoon lijkheden, van menschen, die, door eigen wil en kracht en energie, wonderen hebben verricht aan zichzelf, aan de menschheid, door eigen ot lening, geduld en volharding, door wilskracht zich op geheven tof helden op elk gebieddie geschiedenis spreekt van menschenmet eigen wil en kracht en niet van louter chemische producten, zonder ziel of houvast. Moleschot heeft eens gezegdde mensch is wat hij eet". Deze geleerde „Ik kan het bezweren, rentmeester. „Met goedmoedigen spot merkte hij op: „Dan is ze zeker in de luren getrouwd 1 „Piepjong, dat wel, maar in de luren, dat is 'n beetje overdreven. Doch ze was al op achttienjarigen leeftijd mama; haar dochtertje zal binnenkort ook wel zoo oud zijn. „Mijnheer Von Ziebelzits, de oude brom beer van 'n kantonrechter, prevelde op een maal tamelijk luid: „Om jelui de waarheid te zeggen is de moeder mij liever dan de dochter. De kleine heeft te veel Wendenburger strekende neus is precies als van haar overleden vader. En dat was me 'n stijfkop, hoor! Maar alle duivels nog toe, de moeder, da's 'n kapitaal wijf! „Eigenlijk had ik hem wel kunnen ver moorden, dien ouden kerel, die geen flauwe notitie had van de bekoorlijkheden van je snoeperig klein wipneusje, je brutaal] don kere oogjes, enzoovoort, enzoovoort. Maar het kwam zoo goed in mijn kraam te pas, dat ik stel je voor, wat 'n af schuwelijk monster ik ben zoo luid mogelijk de opmerking maakte: „Ik ben het volkomen met u eens, mijn heer Von Ziebelzits! „Zeg lieveling, kun je 't mij vergeven? Ik ben tot elke boetedoening bereid! „En nu de onschatbare resultaten: „De weduwnaar verviel in diep gepeins en dronk bovenmatig veel champagne. „Bij het afscheid nemen vroeg hij, wan neer mijn tante weder van Berlijn zou terugkeeren. „Ik antwoordde„zeer spoedig, maar voorloopig had tante Wendenburg het nog zeer druk, daar zij haar verblijf in de hoofd- zocht dus het mensch-zijn in de chemi sche omzetting der stoffen, die hij tot zich neemt. En ook hierin schuilt waarheid. Maar met al deze wetenschappelijke uitspra ken, diene men, in de leeken-wereld, uiterst omzichtig te zijn, en als alge- meenen regel mogen zij niet worden aanvaard. In 't algemeen nemen wij aan, dat behoudens dan de vele uitzonderingen, die in deze te constateeren vallen, maar die toch den regel ook weder bevestigen de mensch is: een eigen, persoonlijk, oorspronkelijk wezen, en, bij ernstigen wil, zij 't dan min of meer „belast", toch meester over zijn doen en laten en, als individu, verantwoordelijk tegen over zijno medemonschen. Kuitenland. Eindelijk is te Londen voor den po litierechter van Bow-street het geding begonnen tegen den Zweedschen schei kundige dr. Ekenberg te Londen, be schuldigd aan vier personen in Zweden per postpakket een bom te hebben gezonden. In 1904 ontving Ludin te Stockholm een pakje, dat ontplofte, toen hij het openmaakte. Ludin werd ernstig gekwetst. In 1905 ontving Valentin te Stockholm een pakje, dat hij weigerde. Op de post werd het geopend en drie beambten werden er door de ontploffing gewond. In October 1909 kregen twee mannen, een te Stockholm en een te Gothenburg, ieder een pakje. De eerste opende het en werd ernstig gekwetst door de ontploffing. Het pakje werd door den zoon van den ontvanger ten deele geopend. Het ontplofte niet. Het onderzoek heeft uitgebracht, dat alle vier bommen van dezelfde samenstelling zijn, dat zij op de post bezorgd zijn op plaatsen in Zweden, waar Ekenberg zich destijds bevond; dat Ekenberg grieven had tegen alle vier mannen, menschen van zaken. Het schrift op de pakjes geleek op dat van hem. In zijn Londensch huis vond men sporen van dingen, die voor de bommen hadden gediend. De pakketten waren gesloten met een zegel, waarop een kabalistisch teeken, blijkbaar vervaardigd met voor werpen, in zijn bezit gevonden. De Zweedsche regeering vraagt zijn uitlevering. Op de terreinen van de Howard Uni versiteit te Washington wordt een groot nieuw onderwijsgebouw gezet, voor welk werk de kosten voor een groot deel zijn beschikbaar gesteld door het Con gres. Dit gebouw zal een groote betee- kenis kunnen krijgen voor de opheffing van het negerras in de Vereenigde Sta- stad hoofdzakelijk besteedde aan het be zichtigen van landbouwkundige werktuigen en de toepassing van de allernieuwste vin dingen op dit gebied; want, ofschoon zij stil was gaan leven, koestert zij nog steeds grenzelooze belangstelling voor alles, wat de landhuishoudkunde betreft. „Waarop de gastheer heel gewichtig met het hoofd knikte en opnieuw een flesch champagne aansprak. „Dat zaad zal wel opschieten, denk ik. „En nu, mijn lieveling, hoop ik dat je mij niet zult vergeten in het Babyion aan de Spree. „Denk aan de toekomst en aan ons, geluk wordt niet per vierkanten meter geme ten. waarschijnlijk erg klein, huis. Maar het „Denk aan de heerlijke wandelingetjes, met z'n beidjes in het eenzame woud. „Wij zullen daar wandelen in lichte lentedagen, als door de jonge beukenblaad jes de zon schijnt zoodat zij glinsteren als louter smaragden, als het wild te voorschijn treedt om te drinken aan de bron. En in de avonden in den laten herfst, als het woud schittert als een sprookje in goud en purperglans en witte nevelen wazen over de weiden, als de herten schreeuwen, zoodat mijn lief vrouwtje zich angstig tegen mij aan vlijt. „O, je zult zien, hoe heerlijk dat zal zijn! „Je ziet, dat ik in mijn verloren uurtjes ook sentimenteel kan zijn dat komt van de eenzaamheid en het verlangen naar jou. „Leefwel, en blfjf naij steeds liefhebben. Roosje verborg het briefje en las daarop het schijven van tante. Dit was geheel in algemeens tennen ge- ten. Het wordt n.l. de eerste inrichting van werkelijk hooger onderwijs voor negers in natuurkunde, scheikunde en de biologische wetenschappen. Het groot ste aantal negers van eenige hoogeschool ter wereld zal er studeeren. En ook de 400 negers, die op het ooogenblik reeds in Washington studeeren voor dokter, zullen aan het nieuwe instituut hun opleiding voltooien. In het Beiërsche Woud zijn Donder dag sterke aardschokken gevoeld, voor al te Aussernzell en Gunderting. 's Avonds herhaalden zij zich. Zij waren toen zoo hevig, dat de ruiten kletterden en de schilderijen aan de muren in be weging kwamen. I)e schokken gingen met onderaardscli gerommel gepaard. De bevolking liep verschrikt de huizen uit. In de London Gazette is Vrijdag avond een proclamatie des Konings verschenen, luidende: „Op en na den eenendertigsten dag van Mei, eendui zend negenhonderd en tien, zullen de koloniën Kaap de Goede Hoop, Natal, Transvaal en Oranjerivierkolonie ver- eenigd worden in een Wetgevende Unie onder eene regeering onder den naam van de Unie van Zuid-Afrika." De Koning had deze proclamatie Don derdag te Sandringham geteekend. Het vermoedelijk geval van vergif tiging in het krankzinnigengesticht „Friedrichsberg" nabij Hamburg, waar 700 van de 1400 verpleegden ziek wer den en twee vrouwen onder verschijn selen van veigiftiging bezweken, is nog niet opgehelderd. Het deskundig on derzoek moet hebben aangetoond dat eenige ketels, waarin het voedsel (rijst met bananen) gekookt was, voor de gezondheid schadelijke stoffen bevatten, maar onder de beambten blijft men volhouden dat die er opzettelijk moeten zijn ingedaan. Volgens een later bericht verdenkt men er nu twee menschen, die in de keuken van het krankzinnigengesticht werkzaam waren, van, dat zij in de rijstebrij vergif hebben gedaan. Volgens het voorschrift moet van al het eten een monster bewaard blijven. Van de rijstebrij schijnt echter niets bewaard te zijn. In de Vereenigde Staten schijnt met instemming en steun fan de melktrust en de vleeschtrust nu ook nog een broodtrust in wording te zijn, die haar werk met een kapitaal van 15 millioen dollar denkt te beginnen, in de hoop het brood 1 Amerikaansche cent duur der te kunnen maken. De groote meelfabrieken in het Wes ten moeten er bij betrokken zijn. houden. Berichten over het weer, de dienst boden, de waschaangelegenheden, en dat haar lieve jongen hee! spoedig weer zou vertrekken en dat 't dan erg eenzaam en vervelend zou zijn. Een echt naar en verve lend kerstfeest was het geweest zonder haar lustig lief Roosje. Zij besloot met betuigingen van onwankel bare genegenheid en voegde er ook de complimenten van Frits bij. Het goede mensch had inderdaad geen flauw vermoeden, dat „haar lieve jongen" heimelijk een brief had ingesloten. Of zou zij zich zoo maar houden, en inderdaad zeer goed weten, welk comedietje achter haar rug werd afgespeeld? Zij wilde immers haar handen in onschuld wasschen, vooral om niet in botsing te komen met haar schoonzuster. Die raadselachtige verhouding ook, daar kon Stijfkopje toch maar niet achter komen. Maar feitelijk was dit slechts bijzaak. De intrige, die Frits had op touw gezet, het net, gesponnen om dien weduwnaar en mama neen, 't was toch è.1 te erg. In nadenken verzonken legde zij het schrijven van tante op het tafeltje naast de ruststoel, waarop mama nog steeds rustig zat te sluimeren, terwijl zij de slapende opmerkzaam gadesloeg. XII. Stijfkopje's hartje begon onrustig te klop pen; haar geweten kwam in opstand en zij wierp zich in gedachten de hevigste verwijtingen voor de voeten. Zij, Roosje Wendenburg, van haar prilste jeugd den bijnaam dragende van Stijfkopje en dat waarlijk niet zonder reden eenige dochter van de zalig sluimerende Onder den adel en de opper-officieren van het leger in België wint, volgens de „Courier Europeen" meer en meer de overtuiging veld dat Koning Leopold afstand van de regeering behoort te doen ten behoeve van zijn neef, prins Albert van Vlaanderen. Vooral de be trekkingen des Konings met barones Vaughan, een meisje uit Leuven, met wie de Koning in het geheim is ge huwd, geven aanleiding tot groot mis noegen. Vroeger verbleef die vrouw meestal op haar kasteel te Parijs, maar sinds korten tijd heeft zij zich te Brussel gevestigd, op slechts eenige honderden meters afstand van't Koninklijk paleis. In de kerken, in den schouwburg en in het bosch trekt zij overal de aandacht door hare opzichtige toiletteu. Zelfs wordt beweerd dat zij invloed uitoefent op België's binnenlandsche politiek. Tevens komt uit België het bericht, dat de eigendommen van Koning Leo pold voortaan behooren aan naamlooze vennootschappen. De koning heeft zijn bezittingen te Brussel en te Laeken nl. ingebracht in een in November te Brussel opgerichte maatschappij, terwijl zijn eigendommen in de Midi en zijn verdere bezittingen reeds in twee an dere maatschappijen gebracht waren. De oprichting van de vennootschap te Brussel wordt door de Temps hier uit verklaard, dat de koning reeds vroeger, voor de overneming van den Congo, al zijn goederen wilde overdra gen aan de stichting van de kroon, die dan belast zou zijn de verfraaiing van Brussel, waarmee de koning begonnen was, voort te zetten en te volbrengen. Toen nu de stichting van de kroon, na de overneming van den Congo door België, niet toegelaten werd, besloot de koning een naamlooze vennootschap op te richten, om zoo toch uitvoering aan zijn plannen te kunnen geven. Een hevigen brand heeft een groot deel der drukst bevolkte handelswijk van Baltimore verwoest. De schade moet 150 millioen dollars bedragen. Naar gissing worden eenige honderden per sonen vermist. Uit Nizza werd Maandag gemeld, dat de luchtreiziger Fernandez aldaar met zijn vliegmachine 500 meter hoog was gestegen, toen de motor ontplofte, waar door Fernandez gedood werd. Te Tifiis werd Zaterdagavond schrik en onstelteüis in de straten verspreid door een drietal terroristen die er met geweren op los schoten. De politie wist ze in een engte te drijven, waar ze zich hardnekkig verdedigden. Eerst na twee uren gaven ze zich, zwaar gewond, over. Ze erkenden in Jelissawetpol verschei dene moorden op overheidspersonen gepleegd te hebben. lieve vrouw daar in den hoek. was zij eigen lijk in den grond van haar hart niet een door en door verdorven, „vreeselijk" valsch schepsel „Zij liet het gewillig toe, dat een intrige werd gesponnen, waarvan mama het slacht offer en de Hilgendorfer weduwnaar, van wien zijzelf niet gediend was, de rol van ja eigenlijk van bliksemafleider vervulde. Haar eenige troost bleek, dat mama „neen" kon zeggen, als zij den weduwnaar niet zou willen hebben, indien deze laatste in derdaad aanzoek zou doen om haar hand mama's hand wel te verstaan. Niemand zou den rentmeester kunnen kwalijk nemen, als hij zich tot dien stap liet verleiden, want zoo'n vrouw als mama enfin, dat had Frits hem al lang en breed voorgehouden. „Och, natuurlijk, mama zou wis en zeker „neen zeggen. Zij zou voor alle schatten der aarde niet voor de tweede maal in het huwelijksbootje stappen. Dit had zij al hon derden keeren verzekerd. Eensklaps trok Roosje de wenkbrauwen samen en staarde in gedachten verzonken voor zich uit. Lieve hemel, wat was 't toch eigenlijk weer? Eenige jaren geleden had zij een levendig gesprek om niet te zeggen een heftig conflict, althans een scherp meeningsver schil afgeluisterd tusscher. tante en mama. Het liep hoofdzakelijk over een clausule in het testament van wijlen haar vader betreffende de mogelijkheid dat zijn weduwe een tweede huwelijk zou aangaan. Wordt vervolgd). El VtSKltD van „Je Frits"

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1909 | | pagina 1