et Land van Heusden en Allena, de Langstraat en de Bonineierwaard.
INKWARTIERING!
Kansspel-
Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden.
No. 2997. Woensdag 10 November.
FEUILLETON.
iv. jiEiiiuiiikCi.
1910.
VOOR
r -Uuö VAM ALT^S
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 0.75,
franco per post zender prijsverhooging. Afzonderlijke
nummers 5 cent.
Advertentiën van 16 regels 50 ct. Elke regfal
meer 7Vi ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertent ën worden tot Dinsdag- en Vrijdag
middag 12 uur ingewacht.
Er werd voor eenige jaren geklaagd
over het groot aantal loterijen, dat er
toen bestond. Stemmen gingen er uit
het volk op, dat de regeering maatre
gelen diende te nemen omaandeprac-
tijken der loterij-houders paal en perk
te stellen. Op kleine en groote schaal
werd gezwendeld, en daarom reeds
achtten velen het noodig dat van huoger-
band in deze zaak werd ingegrepen.
Er werd op gewezen hoe op de
zwakke wil van sommigen werd ge
werkt, hoe sommigen het groote voor
deel werd voorgespiegeld, dat aan kans
spel is verbonden, terwijl toch 't grootste
voordeel terecht komt in de zak of de
zakken van hem of hen, die de loterij
op touw zetten. Een enkel lot soms
ter waarde van een paar dubbeltjes
maar, werd genomen, en daarmede was
dan de eerste schrede gedaan op 't ter
rein van den speelduivel Steeds vaster
kreeg hij de arme slachtoffers in zijn
klauwen, om ze niet weer los te laten,
niet eerder dan nadat hij zgeheel had
uitgeperst en uitgezogen. En de men-
schen zelf waren niet bij machte zich
vrij te maken van dien knellenden
greep. De wil daartoe was te zwak en
de hartstocht voor 't sped te groot.
Hoevelen zijn er niet geweest, die
niet aan de verleiding, om ook eens
hun geluk in de een of andere loterij
te beproeven, weerstand hebben kunnen
bieden. De hoofdprijs zou immers ook
door hen wel kunnen worden gewonnen,
de kans daartoe bestond. En dan voor
zoo'n paar armzalige dubbdtj s in 't
bezit te komen van duizenden guldens
soms, waarvoor anders jaren gewerkt
en gezwoegd zou moeten worden, dat
maakte sommigen blind voor de moge
lijkheid, dat zij ook niets zouden kunnen
winnen, en daartoe toch bestoni jde
meeste kans.
En wanneer men eenmaal was be
gonnen zijn geluk te beproeven, dan
viel uitscheiden er mede zoo moeielpk.
De eene hield vol in de hoop eindelijk
een flinken prijs te winnen, de ander
om toch zoo mogelijk „zijn eigen geld"
er weer uit te krijgen, maar per slot
van rekening streek alleen de houder
der verloting de voordeelen in zijn zak.
Gelukkig zag de regeering eindelpk
in, dat deze „centen-uit-den zakklop-
perij" van den kleinen man eens en
voorgoed moest worden gestaakt. Zij
kwam met een wet, welke het houden
van verlotingen verbiedt, enkele geval-
DOOB
12)
„Wel, die maakt 't uitstekend," zeide
Treben. „En waarom zou hij ook niet?
Krosky behoort tot die menschen, die reeds
in de wieg door Portuna met rozen worden
bestrooid. Hij is in elk opzicht gelukkig;
hij is knap, jong en zeer vermogend, de
eenige zoon van schatrijke ouders, die echter
niet meer in het leven zijn en hem hun
groot vermogen nalieten. De dames ver
eeren hem om strijd ter wille van die gaven,
om de laatste vooral, en hij is een voorwerp
van speculatie voor bezorgde moeders van
huwbare dochers. Hij laat zich dat alles
genadig welgevallen en heeft juist zooveel
handigheid om met klassieke rust te ge
nieten zonder zich te laten vangen. Buiten
dien heeft hij goede connecties, is vermaag
schapt met eenige hooge oomes uit de re-
geeringskringen en maakt nog eens 'n
schitterende carrière, te meer daar zijn
superieuren dolveel van hem houden, zonder
dat hij hun vleit."
„Waarlijk?" vroeg Hedwig." Nu, jong,
knap, rijk en connecties, en, wat het beste
aan hem is, een heerlijke stem zoo
iemand mag zich dan ook wel wat inbeel
den!"
„Nu, dat doet hij ook!" verklaarde tante
Stan ze.
Maar Treben verdedigde hem als trouw
kameraad.
len uitgezonderd. Zij, die zelf niet sterk
genoeg waren den strijd aan te binden
tegen den hartstocht voor 't kansspel,
zagen zich nu van hooger hand de i
gelegenheid ontnomen verder daaraanj
toe te geven. De eerste schrede in de
goede richting was gedaan.
Na is er echter weer iets anders dat
onze aandacht vraagt! We hebben hier
op 't oog de zoogenaamde speelhuizen.
In „besloten gezelschappen", zooals men
zegt, wotdtdaarde „centen uit-den-zak-
klopperij" op nog grooter schaal dan
voorheen voortgezet. Jongelieden, nog
onervaren in de practijk des levens,
jongelieden uit den gegoeden of deftigen
stand, komen ip die huizea, waar het
hazardspel met kaarten of dobbelsteenen
wordt uitgeoefend. Groote sommen
worden onder den invloed van wijn of
andere alcoholische dranken verspeeld
en 't gebeurt dat families er door wor
den geruïneerd. Wat een zee van ellende
die speelhuizen al niet hebben veroor
zaakt is moeilijk te zeggen. En wat
kan tegrn dat alles worden gedaan
Niets, hoegenaamd niets. Daarin voor
ziet onze Nederlandsche wet nog niet.
Maar, zoo vragen wij nu, wordt het
geen hoog tijd voor onze regeering dat
zij zich ook met dit kansspel gaat be
moeien Zou het niet van belang zijn,
dat zij ook maatregelen ging nemen
tegen het hazardspel in „besloten gezel
schappen", dat tooh nog oneindig veel
ergere gevolgen na zich sleept dan het
houden van gewone loterijen, waartegen
eertijds wel met kracht werd te veld
getrokkeD. Wij maken er de regeering
geen verwijt van, dat zij hiertegen
toen wel maatregelen nam, integendeel,
wij kannen niet anders dan haar streven
prijzen, waar het betreft een zoo groot
kwaad uit te roeien, maar wij willen
er hierbij op wijzen dat tegen't tegen
woordige kansspel zoo goed als tegen
't vroegere moet worden opgekomen,
ja, met nog meer kracht zelfs, omdat
het hier geldt het uitroeieü van hazard
spel op veel grooteren schaal.
Ieder zal het bekend zijn, welke ver
schrikkelijke gevolgen zijn voortgevloeid
uit de speelzucht, waaraan men tegen
woordig nog kan toegeven in zooge
naamde „besloten gezelschappen" en
waar wij nu mogen en kunnen ver
onderstellen dat de minister van justitie
met dezen slechten toestand op de hoogte
is, daar mogen wij van hem verwachten,
dat hij zijn best zal doen dit tegen te
gaan door het instellen van wettelijke
bepalingen, waarbij ook aan deze speel
zucht den kop wordt iigedrukt. 't Is
in het belang van geheel ons volk.
■Suite iilcuid.
„Toch niet! Als hij over vele dingen
anders denkt dan sommigen zouden wen-
schen, is dit te wijten aan zijn schitterende
positie. Hij heeft nog nooit ondervonden,
wat tegenspoed beteekent, leidt een heerlijk
leventje, en toch is hij de beste, fatsoen
lijkste man van de wereld, die nooit een
kameraad in den steek laat."
„Dat is me óók 'n kunst!" nam tante
het woord. Zij had, wie weet waarom, een
hekel aan de eens door haar zoo verafgoode
inkwartiering gekregen. „Het is ook 'n kunst,
te helpen als men het geld zoo maar voor
'topscheppen heeft."
„Ik kan u verzekeren, freule Constanze,"
antwoordde Treben eenigszins opgewonden,
„dat niet ieder rijk kameraad zoo denkt
als Krosky."
Hedwig sloeg haar arm om den hals van
haar aanstaande.
„Och, kibbel toch niet! Laat Krosky
voor wat hij is. Wat kan hij ons schelen?
Ik ben blij, dat jij niet zoo'n wereldwonder
bent! Anders deedt jij precies zoo als hij
en maakte alle meisjes ongelukkig, mij niet
uitgezonderd."
„Ja, dat is iets eigenaardigs bij hem,
merkte Treben op. Over 't algemeen heeft
hij geen hoogen dunk van de vrouwen,
maar daar hebben zijzelf schuld aan. Van
het kleinste modemaakstertje en tooneel-
speelstertje af, tot de dochters van den
kommandeerenden generaal toe allen
maken zij hem het hof. Als hij zich dus
amuseert, zonder de eene of andere voor
te trekken, en dan weer wegfladdert wie
zal hem dat dan kwalijk nemen Trouwens,
hij maakt het wel een beetje erg, dat moet
ik toegeven. Nu, hij zal vandaag of morgen
wel zijn mannetje, of liever zijn vrouwtje,
vinden
Legagneux, welke Zondag voor de
tweede maal van Parijs naar Brussel
gevlogen is, heeft wederom zijn plan
om Parijs te bereiken moeten opgeven.
Hij is Maandag per trein naar Parijs
teruggekeerd, daar de storm hem te
bar was om den terugtocht te wagen.
Bij verdere opsporingen is voortdurend
meer goud in de buurt van Montenau
in de Eifel gevonden. Er zijn nieuwe
goudvelden afgepaald, concessiën aan
gevraagd en maatschappijen in wording.
Men vindt het goud in korrels en in
blaadjes. De grootste korrels zijn als
een erwt. Naast het goud komt nog
veel magnesiet, wat zwavelkies, een
lichtgrijs op platina gelijkend metaal
met een hoog soortelijk gewicht, zilver
en antimonium voor. In de beddingen
van de kleine rivieren komt het meeste
goud voor- De hoeveelheid goud moet
tusschen 1'i en 3 gram per kubieken
meter wisselen en de dikte van de
goudhoudende laag tusschen V, en 15
M. Aangezien een goudgebalte van 0.2
gram per kubieken meter, dank zij de
hedendaagsche verbeterde wijzen van
goudwinning al voldoende is, om de
ontginning winstgevend te maken, zijn
de ondernemers vol goeden moed.
Zaterdag werd aan de N. R. Ct. gemeld
Heel Hamburg loopt op het oogenblik
uit naar Neuengamme, een plaats in de
buurt waar de stad bare groenten en
vruchten vandaan pleegt te krijgen, om
een wonderlijk verschijnsel in oogen-
schouw te nemen. De ingenieurs vau
de stad waren daar aan het boren naar
water voor de drinkwaterleiding, toen
op een goeden dag uit een van de boor
gaten met oorverdoovend geraas een
geweldige modderstraal uit 230 M. diepte
opspoot. Iedereen in de nabijheid borg
het lijf. Toe» men later het boorgat
weer naderde de bevelen moesten
op stukjes papier geschreven worden,
daar geen stem het lawaai van den
straal kon overschreeuwen, was de
waterstraal verdwenen, maar hoorde men
een sterke luchtstrooming zich uit de
aarde een weg banen brougas. Op een
zeker oogenblik vatte Het vuur, en sedert
dien tijd ziet men nu in Neuengamme
drie reusachtige vuurzuilen uit den
grond schieten, als drie blaasvlammen
uit een soldeerlamp; een ïecht omhoog,
de andere twee rechthoekig daarop. De
vlammen zijn 's avonds mijlen ver zicht
baar en bet geluid ervan is op 10 K.M.
nog verneembaar.
De spoor erheen maakt drukke zaken
Klara was opgestaan en had haastig de
kamer verlaten. Het was haar te moede,
alsof zij het uitschreien moest van smart
en schaamte.
Had „dat wereldwonder" niet moeten
raden, dat hij ook op haar een overwel
digenden indruk had gemaakt? Had hij
niet in haar oogen kunnen lezen, dat haar
hart hem toebehoorde?
Maar helaas I Dat was het juist, wat hem
tot vroolijkheid stemde; dMrom alleen had
hij zich met haar bezig gehouden 1 En toen
was hij heengegaan, steeds verder op zijn
vroolijken levensweg En haar was het
leven verbitterd!
XI.
Den vclgenden morgen nam Klara met
een droevig gelaat afscheid. Peinzend zat
zij in het rijtuig, terwijl zij haar best deed
haar tranen te bedwingen.
En toen zij eindelijk stond in de onge
zellige kamer van haar vaders huis, terwijl
papa haar meer verschrikt dan verblijd
aanstaarde, barstte de tranenstroom los, en
de armen slaande om den hals van den
ouden weduwnaar, stamelde zij, bijna on
verstaanbaar door het snikken, of hij haar
toch maar bij zich wilde houden, daar zij
het verlangen naar huis niet langer weer
stand had kunnen bieden.
Brommend en mopperend had de huis
houdster de kamer voor haar in orde ge
bracht en Klara huiverde onwillekeurig,
toen zfl zich alleen bevond. Zij strekte de
armen uit, alsof zij iemand zocht, dien zij
aan het hart kon drukken, aan wiens borst
zij het hoofd kon verbergen. Maar helaas,
er was niemand!
Geheel buiten zichzelf van smart viel zij
op haar bed neder en schreide zich als een
kind in slaap.
en de herbergen en koffiehuizen in de
buurt niet minder.
Reuter seint uit Winnipeg, dat te Alix,
in de Canadeesche provincie Alberta,
een vrouw, die sprekend op Belle Elmore
geleek, flauw viel toen zij hoorde, dat
dr. Crippen opgehangen zou worden,
en nogmaals flauw viel, terwijl zij een
verslag van het geding las. De politie
van Alix houdt haar scherp in 't oog,
heet 't, omdat zij gelooft, dat de vrouw
werkelijk de dood gewaande echtgenoote
van Crippen ij.
Wij laten het verhaal voor wat het is.
De staking op de scheepsbouwwerven
te Ferrol, waar een Engelsche maat
schappij schepen bouwt voor de Spaan-
sche marine, neemt steeds grooter af
metingen aan. De maatschappij denkt
erover de werven Donderdag te sluiten.
De troepen en politie zijn versterkt. De
regeering is het met de maatschappij
eens.
Esd groep Russische bankiers willen
met een kapitaal van 420 millioen
gulden een spoorweg door Perzië bouwen
en zoodoende den Kaukasus met Be-
loedsjisjtau verbinden. Stolypin, de
Russische premier, heeft steun toege
zegd. Er zal nog met de Engelsche
belanghebbenden onderhandeld moeten 1
worden.
In het stakingsgebied van Wales is
bij Tonypandy een niet onbelangrijke
hoeveelheid ontplofbare stoffen gestolen, j
Er zijn, vermoedelijk in verband met
dezen diefstal, nog 100 soldaten en 50
agenten naar Tonypandy gezonden.
Maandag werd uit Rome gemeld:
In de jongstverloopen 24 uren hebben
zich 15 gevallen van cholera, waarvan
6 met doodelijkeu afloop, voorgedaan.
De bevolking te Ostimi (Apulië) heeft
gewelddadigheden gepleegd tegen het
Roode Kruis. De menigte drong de
hospitalen binnen en vernielde alles.
Zij sleepte de lijken der cholera-lijders
door de stad, Een persoon nit de menigte
werd gedood en een lid van den ge
meenteraad werd ernstig gewond.
Reuter seint uit Toela:
Het wordt bevestigd, dat Tolstoi het
goed Jasnaja met onbekend doel ver
laten heeft. In een achtergelaten brief
schrijft hij, dat de verhoudingen, waarin
hij leefde niet in overeenstemming waren
met de leer, die hij predikte.
Tolstoi is Donderdag het laatst in
gezelschap van zijn lijfarts gezien. Hij
beeft zich vermoedelijk naar een klooster
in het goevernement Kaloega begeven.
De Etoile beige verneemt, dat mevr.
Tolstoi tot tweemaal toe getracht heeft
Den volgenden dag was haar eerste zorg
de kamer wat gezelliger te maken. Zij wreef
en poetste, schikte de gordijnen in sierlijke
plooien, reinigde de bladeren van den klimop
van het stof en de spinrag, en nam zich
voor, geduldig te zijn en haar harteleed te
bekampen.
Zij vroeg haar vader of zij hem de courant
mocht voorlezen, bood juffrouw Specht, de
huishoudster, haar hulp aan, wilde de
kanarievogels verzorgen, die de oude heer
opkweekte maar overal werd zij afge
wezen. „De juffrouw kon alleen wel klaar
komen en de kanarievogels waren eenmaal
aan papa's handen gewoon".
Klara wilde naaien. Zij nam haar werk
ter hand en ging hij haar vader in de kamer i
zitten Zij begon een gesprek over onver- j
schillige onderwerpen, maar de oude heer
was zoo weinig gewoon zich met jongedames
te onderhouden, dat hem dit spoedig ver
veelde en hij niet onduidelijk te kennen
gaf, dat het hem meer hinderlijk dan aan
genaam was.
Het arme kind begreep dien wenk en
vluchtte naar haar kamertje. Steek na steek
ging de naald door het fijne linnen en de
eene gedachte na de andere ging door
haar gemarteld brein.
Zoo ging 't niet langer!
Zij nam haar toevlucht tot lectuur, deed
den hoed op en den mantel om en haalde
een reusachtige collectie boeken uit de
bibliotheek. Maar veel lezen brengt het
hoofd in de warZij wierp de boeken in
een hoek en lag toen op de sofa te snikken
van kommer en verdriet.
Soms verlangde zij naar een wandeling
in de frissche lucht. Zij lette dan goed op,
wanneer haar vader naar de soos ging en
liep hem na. „Papaatje, mag ik een eindje
zich te verdrinken, uit angst en ver
driet over het verdwijnen van haar
echtgenoot.
Uit heel Duitschland komen, behalve
over was der rivieren en overstrootniu
gen, ook berichten over sneeuwstormen.
Te Kiel had het Zaterdag vier uur
aan een stuk gesneeuwd. Te Hamburg
was ten gevolge van den sneeuwstorm
de telegrafische gemeenschap met West
en Zuid-Duitschland, Italië, Zwitser
land, België, Nederland, Frankrijk en
Rusland bijna geheel verbroken.
Te Munchen-Gladbach zijn op de
Martini-markt een heele rij kramen
omgewaaid. De koopwaren lagen over
het plein verspreid.
In Hannover en Thuringen hebben
de sneeuwstormen het spoorwegverkeer
ontredderd. De Werra en de Saaie over-
stroomen hare oevers.
Ook in Frankrijk heeft het booze
weer erg huisgehouden. De visschers
hebben het hard te verantwoorden .ge
had en er komen uit tal van plaatsen
berichten van scheepsrampen, waar
menschenlevens te betreuren zijn.
Te Boulogne werd een logger by den
ingang van de haven aangevaren doör
een uitgaand stoomschip en zonk. De
reddingboot, die de opvarenden van de
logger wilde afhalen werd op de kust
geworpen.
Een tweede reddingboot, kleiner dan
de eerste, slaagde er in de schipbreu
kelingen op te nemen, maar de te
zwaar geladen boot sloeg om Van drie
schipbreukelingen zijn de lijken aan
gespoeld, één verkeert er in levensge
vaar en elf man zijn verdwenen.
De visschersboot 172 d'Equibon is
vergaan bij Wissant. Van de negen op
varenden zijn er twee gered. Devisschers-
logger St. Charles, van St. Valéry-snr-
Soinme, is vergaan bij Gris-Nez eu men
vreest dat de geheele bemanning den
dood in de golven gevonden heeft.
Uit Calais wordt gemeld, dat men
het aantal visfchers, te Boulogne thuis
behoorend, die in den storm van Don
derdagnacht en Vrijdagmorgen omge
komen zijn, op dertig schat.
Te Perpignan is een visschersboot
vergaan met de geheele bemanning,
die uit zes menschen bestond.
De aanhoudende regens der laatste
week doen ook het water der rivieren
onrustbarend stijgen, zoodat overstroo
mingen op vele plaatsen voorkomen.
Parijs maakt zich ongerust over een
herhaling van het hooge water van den
afgeloopen winter.
Uit verschillende plaatsen meldt men
zwaren sneeuwval; zoo uit Gex in het
departement Ain. Te Morez is een her
der, omgekomen van koude, gevonden
in de sneeuw.
Zes man van het tweede bataljon
met u mee Ik heb zoo'n hoofdpijnËn
dan ging zij met hem mede tot aan het
clubgebouw, om schielijk weer terug te
keeren.
Dan zat zij uren lang voor het raam vau
haar kamertje, naaiend of bordurend, maar
steeds in gepeins verzonken.
En zoo zat zij ook vandaag, turende naar
de sneeuwvlokken.
Opeens hoorde zij den slependen gang
van haar vader, die heden vroeger dan
gewoonlijk uit de soos terugkeerde, tegelij k
met den vluggen stap van een onbekende,
daarna de schel van de huisdeur overgaan
en eindelijk papa's stem, afgewisseld door
een, die haar vreemd was.
Een oogenblik later werd de kamerdeur
geopend en stond de oude heer voor haar
met een vergenoegd gelaat.
„Och Klaartje", riep hij haar toe, „kom
eens beneden en breng ons een flesch wijn
Ik ben onverwacht een oud kameraad tegen
het lijf geloopen."
Deze „oud kameraad" bleek echter te zijn
een tamelijk jonge man, van een korte
ineengedrongen gestalte, met blonden baard,
hoofdhaar van dezelfde kleur en groote
blauwe, eenigszins uitpuilende oogen, die
Klaartje bij haar binnentreden met onver
holen verbazing en welgevallen a&nsageo,
hetgeen tot bewondering overging toen sjj
het blad met wijn en versnaperingen bin
nenbracht en in zijn nabijheid stond.
„Dat is mijn dochter, m'n waarde Brem
nenberg", zeide de gepensioneerde majoor,
het jongemeisje voorstellende, terwijl hij
zich vergenoegd in de handen wreef.
(Wordt vervolgd).